Nsrm Zondag 10 October 1915 Orgaan voor Leger en Vloot. Oorlogsnieuws. Onder redactie van D. MANASSEN, DE LAATSTE ROOS. is groei van de Soidatencourant. Gezondheidsleer, TWEEDE JAARGANG. E SOLDATENCOURANT ADRES DER REDACTIE EN ADMINISTRATIE PALESTRINASTRAAT 10, AMSTERDAM. DIT BLAD VERSCHIJNT DRIEMAAL PER WEEK. LOSSE NUMMERS VOOR MILITAIREN 1 CENT, VOORBURGERS 3 CENT, ABONNE- MENT VOOR MILITAIREN 0.75, VOOR BURGERS ƒ1.50 P. DRIEMAANDEN Voor AdvertentiSn wende men zich tot het A"lg. Advertentie-Bureau ROUMA Co Heorëngracht 22»i Amsterdam, tot de Dm kite rij „Jacob van Camp.n" N. Z. Voorburgwal 234-240 (Keizerrijk S) Amsterdam of tot onze Administratie, Palestidnastraat 10 Amsterdam. Prys der Advertentiën per regel 30 cent B(j abonnement reductie Overstelpend snel hebben zich in de laatste dagen de ge beurtenissen in den Balkan afgespeeld. De eene gebeurtenis is op de andere ge volgd en al waren 't geen verrassingen, al verwachtte men wel, dat do Bal kan-S taten met hun tegenstrij dige belangen niet buiten den oorlog zou den blijven, men keek toch vreemd op bij het plotselinge ulti matum van Rusland aan Bulgarije, bij de ontscheping van troe pen der geallieerden jn Saloniki, bij' het ■ultimatum, dat Bul- •ga^ije aan Servië stuurde en waarop het 'binnen 24 uur antwoord verwachtte. Het is óm Servië, dat het hier gaat. In den tweeden Balkan oorlog in 1913 zijn Bulgarije en Servië vijanden geworden, die te voren als bond- genooten Turkije be straden en verklein den. Maar ?b ging er toen om, wie 'het af genomen deel van Turkije, Macedonië vooral, zouden heb ben, waar zoowel Ser viërs als Bulgaren wonen Bulgarije, dat niet alleen Servië, maar ook Grieken land tegen zich had, leed de nederlaag in den geweldigen strijd het kroeg slechts een klein deel, het minder belangrijke van Ma cedonië, en moest zich daarmee tevreden stel len. Bulgarije deeddit, maar het vergat noch vergaf de nederlaag, en nu eindelijk schijnt het zijn kans schoon te zien. We kunnen dezer dagen een lievi- gen strijd om Servië verwachten: Bulga rije zal het aanvallen uit het Oosten, de Duitschersen Oosten rijkers uit het Noor den. maar uit het Zuiden zullen de bondgenooten, de troepen der geallieerden te Saloniki ontscheept, komen en heel waarschijnlijk de Grieken. Het zal een harde onverbiddelijke strijd zijn, die daar gestreden wordt in Servië, en een j kaartje van dit land komt daarom nu niet te onpas. We geven er hier een, duidelijk en uitgebreid, met de voornaamste plaatsen er op, waaronder vele zijn, waarbij vroeger 3 in den Servisch-Turksciien oorlog. Men zal zich nog de namen Novi- basar, Pristina, Prizren, Uskub, Istip, Ochrida, Monastir en vele andere herinneren, waar -indertijd zware slagen zijn gevallen Nationale Vereeniging tot steun aan Miliciens. Hot hoofdbestuur der bovengenoemde vereeniging brengt het volgende ter kennis van belanghebbenden In December 1914 is aan de korpsen van het leger opgave gevraagd van miliciens, die bij demobilisatie aanspraak kunnen ma- kon op steun dor vereeniging. In Augustus 1.1. zijn aanvullingsopgaven verzocht. 'Sedert dien zijn tal van gemobiliseerden naar andere korpsen overgeplaatst, doordat do afdeeling waartoe zij bekoorden, werd opgelost. Als ze des Zondags uit de kerk kwam, groetten de jonge mannen haar met een blijden lach, maar de jonge meisjes met een boosaardigon blik, want de eersten vonden haar, stil en ernstig als ze was, bekoorlijk de meisjes noemden haar hoogmoedig en koket. Maar Annelies was niet koket. O, neen, ze was alleen maar de dochter van hare Zweedsche buiteulandschen moeder, de blauwoogige, blonde, slanke Ingeborg Svenskin. Waarom had de Zweedsche ook in het dorp moeten komen, nu twintig jaar ge leden 1 Ze paste daar niet onder de krach tige Lausitzer boeren en Karl Holberg, de „houbboer" had wel wat verstandiger 'kun nen doen, dan deze vreemde van zijne „wereldreis", die hem tot Stavanger had gevoerd, moe naar huis te brengen. Maar kort en goed, ze was er en was Karl's vrouw en deed zoo goed mogelijk al haar best.om zich tehuis te leeren ge voelen onder de mensehen van Wendrowitz. Dat gelukte haar trouwens niet en goen -van de dorpelingen stortte oprechte tranen, toen zo stierf. Alleen Karl Holberg en zijn twaalfjarig dochtertje Annelies die Weenden Ileal stil tegen elkander aangedrukt, zaten ze in do kamer naast de kist en staarden met door tranen verduisterde oogen naar het lieve, schoone gelaat, dat daar zoo verschrikkelijk bleek op het kus sen *usfcte% Daarom is het in het belang van hen, diö hier worden bedoeld, dat zij persoonlijk opgave van hunne overplaatsing inzenden aan de vereeniging. Deze opgave behoort te bevatten: le. het korps, en onderdeel waarbij de be langhebbende aanvankelijk diende. 2e. het korps en onderdeel, waarbij hij zich thans bevindt. Zij kan rechtstreeks worden ingediend aan het bureau Beheer Landmacht van het Algemeen Hoofdkwartier. Het is niet wensch'elijk met de inzending te talmen. Het hoofdbestuur doet een beroep op de ,,Me dunkt," zei Annelies zachtjes, ,,dat moeder in 't geheel geen rimpels meer in 't gelaat heeft. Ze ziet ea* zoo jong en zoo schoon uit." ,,Zoo zag ze er uit, toen ik naar hare hand dong," mompelde haar vader. „Is zo nu werkelijk van 't hoesten ge storven, vader?" „He weet het niet", steunde de arme man. „Misschien is ze gestorven van verlangen naar huisGezegd heeft ze het niet, maar ik weet toch hoezeer ze naar Hernösand verlangde." „.Hernösand, zoo heette moeders geboor teplaats niet waar?" „Ja, zoo heette de stad, waar .ik haar vandaan haalde. O, mijne Inge, mijne Inge." En snikkend lag de man op d$ knieën naast de kist, en kleine Annelies viel hem om den hals en riep „Vader, ik ben er immers nog voor u!" Op zekeren dag stierf ook haar vader en Annelies was nu geheel alleen op de wereld geheel alleen, behalve dat ze nog een vriend uit hare jeugd had, Clemens Vis- scher. Eigenlijk heette hij Bchwarz, maar wijl het dorp tal van bewoners had, die den zelfden naam droegen, onderscheidde men die naar hun beroep en zoo heette Cleméns voorgoed Visscher. Hij bezat de oudste en grootste visscherij van de plaats en de karpers en bleien werden tweemaal per week in kunstig bedachte water-reservoirs naar de Berlijner markthallen verzonden. Ja, Clemens was de beste partij in Wen drowitz en daarom werd Annelies zeer door do andere meisjes benij.d, nu juist. z\j de uitverkorene van den visscher moest zijn. chefs, om aan hunne ondergeschikten daar toe, zoo noodig, de behulpzame hand te Verkoop aan ds Klerken. Om het koopen van „De Soldaiencourant" voor ioder militair te vergemakkelijken, hebben wij mat de Amsterdamsche Kioskenonderne ming een overeenkomst getroffen. Voortaan zal voor den gewonen prijs van een cent per exem plaar voor iedor militair „De Soidatencourant" te koop zijn aan de stations: Amsterdam 1e Perron en 2e Perron, Haarlem, Leiden, Den Haag, Rotterdam (Maas), Hook van Holland, Hilversum, Amersfoort, Alkmaar, Den Holder, Tiel, Bussum, Apeldoorn, Zaandam, Rotterdam (Hofplein), Zandvoort, Scheveningen (Kur- haus) (Z. H. E. S.) en aan de Kiosken te Am sterdam en Den Haag. Maar zo was heb nu eenmaal en in .Mei zou er bruiloft worden gehouden. Tob zoolang wilde Annelies heel stilin haar huisje blijven, zonder zich er aan te storen, of men daarom kwaad van haar zei of niet. Ze deed immers geen kwaad Stuk voor stuk, langzaam en zeker had ze zich in deu loop der jaren een mooien uit zet aangeschaft als ze nu nog in Mei hare kleiüe bezitting verkocht, was ze eveneens eene „goede partij" en Clemens kon zijn eigen huis vergrooten, zooals hij reeds lang van plan was geweest. Maar in dezen, winter hoestte Annelies zooveel, dat de oude dokter, die ook hare moeder had behandeld, het hoofd schudde. Hij schreef haar allerlei bittere en kwalijk- riekende dingen voor en zachtzinnig als altijd, nam Annelies ze nauwgezet in. Het scheen weliswaar niet veel helpen, maar het beetje hoesten was eigenlijk toch ook njet zoo erg en of je 'daarbij ook wat magerder werd, dat hinderde niet. Maar toen-het voorjaar kwam, was Anne lies te zwak, om de drukte te kunnen door- Staan, welke' de voorbereidingen van een huwelijk meebrengt; de oude dokter verbood zeer beslist'dadelijk te trouwen en Clemens, ofschoon zeer teleurgesteld, voegde zich naar het verbod. De dokter echter nam de gelegenheid waar, dat hij Clemens eens alleen bij het water trof om hem bij zich te roepen en eon ernstig woord met hem te spreken. „Zie je, mijn jongen," zei hij, „met Annelies is het niet goed gesteld, hart moeder is aan de vliegende tering gestor ven en het hoesten van Annelies ik wi' dadelijk niet het ergste zeggen maar nu ja, mijn jongen laat zij het maar hiel Sinds de verschijning op 28 September 1915 van de circulaire van Z.Exc. Generaal Snijders, Opperbevelhebber van Land- en Zeemacht, an zake „De Solda/tencourant", hebben wij de volgende aanvragen om toe zending ontvangen van het aantal exempla ren van ons blad achter de onderdooien ge noemd 1-40 L. W. I75 2e Depot Comp. Wielrijders 150 4-II-18 lieg. Infanterie 50 le Sectie 2-1U-14 R. 150 Depotafd- Aubotreindienst50 Sector Stafkwartier Sloten10 L. W. Axt. Vierpolders10 Landweer Depot Rotterdam 50 Depot 2e Reg. Veld-Art25 2-II Reg- Jagers 25 3e Comp. Reserve Bat. VHI 100 Reserve Bataljon B200 Mitrailleurs Pel. 8 R. 130 Tr- buiben de forten Purmerend 25 Mitrailleurs-Peleton 20 R. 125 4e Comp. Reserve Bat. V50 Detachement Gronsiveld 60 4-IV-l Reg. Vesting. Art. 33 Marechaussee Raait© 5 Mil. Wierenga voor troepen te Assen 1-50 Administr. Oud-Schoonebeek 21 Detachement Katerveer 10 3e Bataljon 5 Reg- Inf200 Fort aan den St. Aagbendijk.5 Groepsstafkw. Blauwkapel10 2-10 L. W. I. 10 le Comp. Res. Bat. VI 50 3e Comp. Res. Bat. XI 50 3e Depot Comp. 2e R. Vest Art. 20 Grenswacht Roosendaal 15 1-m-22 R, I. 17 5e Comp. Wielrijders 100 Batterijen Overeindschenweg 19 Oude Kazerne Harderwijk 50 Verlichtingspark Amsterdam5 Grenswacht Booneschans5 3-III-5 R. 150 Fort aan de Rildtstraat 10 Cantine 2e Comp- te Krabbemdijke 100 3e Comp. Reserve Bat.VI..:25 2-IH-14 R. 1100 Detachement Biesbosck 15 Ziehier dus binnen enkele dagen een nieuwe vraag van 2060 exemplaren der „Soidatencourant". Wel èen bewijs hoezeer men „De Soidatencourant" begeert te lezen. Én deze opgave is nog niet volledig, omdat in hetzelfde korte tijdsverloop door andere onderdeelen due reeds lang ons blad ontvingen en door onze particuliere verkoopers ruim 1000 exemplaren méér zijn de oorlogskaarten illusbrecren, dan is het begrijpelijk, dat men op zulk een orgaan van 1 oent aanvalt. gelijk men ons neg uit het leger schrijft als vliegen op de jam. Zoo moet het blijven voortgaan. Nu ook de nieuwe onderdeelen bei'eikt wor den en ons blad natuurlijk vap hand tot hand gaat, mag gezegd worden, dat_ „De Soidatencourant" door. de geheele Neder- landsche Weermacht gelezen wordt. Iedere lezer blijve ons echter helpen bij de voort durende uitbreiding van ons lezersgebied. De „Soidatencourant" is uw aller mede werking ten volle waard. Zij heeft haai eigen karakter, geeft haar eigen artikelen over Gezondheidsleer enz., houdt de ge- mobiliseerden onder Leger- en Marinezaken geheel op de hoogte, helpt ih haar deskun dige Correspondentierubriek alle aanvragers gratis naar beste weten aan oen ant woord en onderhoudt met de rubriek „Hit Leger en Vloot" de voeling t-us- schen de gemobiliseerden. Met de oproepingen in „De Soidatencourant werden reeds heel wat verloren adressen verkregen, heel wat verleren voorwerpen tot den eigenaar teruggebracht. Kortom de be langen van duizenden zijn reads door ons .orgaan B Neem daarbij, dat wij ons belangwek kend oorlogsnieuws (met eigen overzicht over den toestand) met platen en uitsteken mèrken, dat het er slecht voorstaat, be grepen?" En de oude man maakte rechtsomkeerd, nadat hij dit had gezegd en vervolgde haastig zijn weg. Clemens stond, alsof hij door een be roerte was getroffen. Zijn gelaat was vaalbleek. Zijn lippen beefden en zijne handen waren tot vuisten gebald. Wat was er toch gebeurd? Wat had de dokter daar gezegd? Was het -was het dan mogelijk, dat zijne dat Annelies zou moeten sterven? Lieve hemel! Sterven? Luide en op gillenden toon had Clemens het geroepen, zoodat de visschersjongen, die beneden de netten hanteerde, zich om keerde en verschrikt naar boven keek. Dat bracht Clemens tot bezinning. Hij wendde zich om en liep of liever wan delde naar zijn huis. Wat de arme dezen avond en den daarop volgenden nacht leed en hoe hij met zich zeiven worstelde, heeft geen menseh ooit vernomen. Den volgenden morgen ging hij met tamelijk vaste schreden en met vrij wat vertrouwen naar zijne verloofde, die achter het huis in den 'tuin zat en naaide. 't Zou toch ook wel niet zoo erg worden, als de dokter gisteren had gezegd. Zijne kleine Annelies had zulke heldere oogen en zulke roode wangen, zeker, als de zomer met zijne lange, warme dagen kwam, zou •e weer volkomen gezond en sterk worden. En in den herfst... „In den herfst," zei Annelies peinzend, 'erwijl ze het hoofd tegen Clemens' sehou- 'cr liet ruston, „dan is het lang niet zoo prettig bruiloft te vieren, niet waar? Maar door J. P. BIJL, officier van gezondheid. XLVI. Kampen en bi.vaks, III. Maar pok al is men gelegerd op een bodorn, die het vocht zeer snel opneemt, dan toch kan het gebeuren, dat, zomer», tijdens een stort regen in korten, tijd zooveel water op het kamp terrein valt, dat spoedig alles blaux staat, met het gevolg dat de tenten onderloopen. in som mige gevallen is de hoeveelheid water, die neer valt zoo groot, dat zelie do uitstekende rioolen der groot© steden het niet kunnen opnemen en menig huis onderloopt. In zoo'n omstandigheid valt er natuurlijk met aan te denken om oen kampterrein droog to houden. In vele gevallen evenwel zal men door "het graven t an greppels kunnen, zorgen, dat althans <le tenten niet onderloopen. Deze greppels moeten om iedere tent gegraven worden en door zijgreppels ver bonden worden met slooten, die tussohen de tentenrijen gegraven moeten worden. Het wa ter, dat op 't tentdoek wordt opgevangen komt In de daaromheen gegraven greppels terecht en stroomt met het water, dat op het terrein valt naar de slooten. Hier verzamelt het zich en dringt dan langzamerhand meer in den bodem. Is het terrein hellend dan kan men het water door slooten buiten het kamp leiden; op klei grond zal men het water door greppels dikwijls afvoeren naar bestaande slooten, die op groo- tere kanalen loozen. Ondanks alle voorzorgsmaatregelen kan zelfs een zeer droge bodem vooral 's nachts „vochtig opgeven". Vooral weilanden staan wat dat be treft in een kwaden reuk. Men zal dus zorg dragen om niet op den blooten grond te gaan slapen, maar steeds voor een onderlaag te zorgen. Gewoonlijk wordt stroo daarto9 ver strekt, maar bij gebrek daaraan kan men b.v. in kleine bi vake. als geen stroo aan te voe- n is, hooi. heide, takkebossen e.d. gebruiken. De manschappen moeten evenwel niet alleen beschermd worden tegen de directe inwerking van den'bodem, ook tegen den nadeel ingen in vloed van weer en wind moeten zij zooveel mogelijk beschut zijn. Het meest doeltreffend zijn de barakken. Deze kunnen zoo stevig en soliede gemaakt worden, dat menig barakken kamp niet van een -kazerne verschilt. De barakken kunnen op allerlei manieren en van allerlei grootte gemaakt worden. Ver schillende voorbeelden daarvan hébben wij reeds gezien. Sommigen zijn van plaggen', an dere van leem, weer anderen van zeildoek, van planken of van steen. Ook hot materiaal, waarvan het dak gemaakt wordt kan zeer uit eenloopend zijn: stroo, pannen, hout. De vloer is soms van planken, soms van beton, soms ook dieut de aarde als vloer. Wat de grootte be treft zijn de barakken ook zeer uiteenloopend gemaakt. De barakken der Franschen bij Pa rijs in 1871 b.v. waren ruim 18 M. lang, 5£ M. breed en 2 M. hoog. Aan de kleine zijden wa rén de deuren aangebracht, terwijl 5 vensters in de lange zijde voor verlichting zorgden. De barakken waren zoo vol, dat iedere man on geveer 6 kub. M. ruimte had. De barakken, die de Duitscho soldaten het volgende jaar gebruik ten, waren 48 M. lang, 8 M. breed en 3 M. hoog. In het midden liep een gang met aan bei de zijden een onderofficiersvertrek en een ka mer voor 12 a 20 soldaten Zij hadden bier on geveer 10 kub. M. ruimte per man. Een even groote ruimte hebben de' geïnterneerden in de barakken in ons land. De kampen, die voor "hen in zoo buitengewoon korten tijd door den kapitein der genie "Beltman zijn opgericht, zijn zoo gemaakt, dat in iedere barak 250 man wonen. De lengte van deze barakken is 50 M„ de breedte 13 M. Het dak is schuin en in liet midden 3.50 M. hoog. Zeer veel merkwaardigs zou over de barak ken te vertellen zijn. Ieder soort heeft zijn voor- en nadeelen. De barakken voor 250 man hebben nadeelen, die de kleine barakken niet hebben en omgekeerd. Een dak van stroo be schut beter tegen wisseling van temperatuur dan een van ijzer, maar geeft grooter brandge vaar; een vloer van beton is gemakkelijker te reinigen dan een van planken, maar is kou der, geeft meer lawaai, is minder elastisch, enz., enz. Van belang zijn verder de ligplaatsen in de barakken. Veelal liggen de manschappen op los stroo, maar zooals wij in een vroeger opstel gezien hebben, is op den duur bet- gebruik van weet je wat, Cleméns, die theeroos daar, die zal dan nog wel bloeienzonder rozen zou ik geen bruiloft willen houden moe der zei altijd dat, toen zij trouwde, heb ge heele huis vol rozen was. En die gele struik, dat was haar lieveling; de rozen daarvan noemde ze altijd hare geluksrozen." En toen, na een kleine pauze, zei Anne lies zoo heel plotseling: „Daarmee hebben we ook hare lijkkist geheel gevuld." lCemens voelde een koude rilling door zijn leden gaan. Hij hield de beide handen van zijn meisje vast en zei: „Natuurlijk, rozen zullen we een üeele menigte hebbenom onze huisdeur moet een dikke eikenkrans hangen met de laat ste rozen uit jouw tuin." Ze was zeer moe, zooals tegenwoord'g altijd, en ze leunde dichter tegen Clemens en sloot de oogen; slaapdronken, met een gelukkig glimlachje om de bleeke nppen. herhaalde ze echter niet lettend op de volgorde der woorden: „De laatste rozen in mijn laatste huis.'" Clemens kreeg een schok, maar hij wachtte zich wel dat te laten blijken; waarom zou men ook acht slaan op zoo'n toevallige verspreking. Annelies was in slaap gekomenze sliep op den warmen lentevoormiddag zoo vast, alsof het avond was. En de sterke, jonge man hield zich heel stil, opdat ze niet zou ontwaken. Toen dit na eenige minuten toch geschiedde, lachte Annelies en stond ophoe kon men toch zoo lui zijn om op klaarlichten dag te slapenEn ze moest no^ alle lissen aan de handdoeken naaien, daarmee was ze nog niet klaar gekomen. Ja, ze naaide vlijtig. En nog vlijtiger matrassen boter. Bjj «enigKsin# langdurig ge bruik van barakken sullen otroozakken dan ook aanbeveling verdienen. Slechts bjj uitzon dering zullen kribben gebruikt kunnen wor den en aangezien het elaixm op stroceakken dfo op den grond liggen, altijd ©enig gevaar ople vert voor koudevatten door de tocht langa den vloer, zul het een voordeel zijn, wanneer do stroozakken een weinig boven den vloer komen te liggen. Dikwijls wordt dit gedaan door ze to leggen op houten britsen. Zeer eenvoudig en nog doeltreffender middel passen de geïnter neerde Belgische soldaten evenwel toe. Zij ma ken een vlechtwerk van touw of staaldraad waarop do matras juist past. Dit vlechtwerk, dat tson» ecer handig geknoopt is, soma een voudig bestaat uit eenigo laago touwen met dwars daartusscben vastgeknoopt© kleine tou wen, wordt met bet hoofdeindo bevestigd aan den muur en met het voeteinde aan planken of paaltjes,, die daartoe zijn aongobraent. Op dit vlechtwerk, dat 40 c.M. boven de vloer is, ligt do stroozak. liet voordeel hiervan is niet alleen, dat de matrassen zoodoende niet op den vloer rusten, waardoor do manschappen dus met alleen rninder gevaar loepen koude te vatten en do stroozakken zelf frisacher gehou den worden, maar bovendien, dat men overdag den stroozak lean omslaan door het voeteneinde van het vlechtwerk tegen den muur bij bet. hoofdeinde vast te maken en waardoor over dag veel ruimte vrij komt, die de soldaten ge bruiken om te schrijven, to lezen, ens. (Wordt vervolgd.) Cs toestand in den reuzenstrijd. Het is een zeer belangwekkend, maar ook... ietwat beangstigend, wat daar op den Balkan ia voorgevallen en nog voorvalt. Onze lezers weten er al iets van, in ons vorig nummer hebben w© reeds melding gemaakt van het ultimatum van Rusland aan. Bulga rije. Maandagmiddag omstreeks vijf uur werd dit ultimatum overhandigd door den Russischen gezant, Dinsdagmiddag kwam het antwoord. Het werd te Pertograd niet voor voldoende gehouden, hot bevredigde niet en de Russische regeering brak onmid dellijk de diplomatieke betrekkingen af. De andere Entente-mogendhedenFrankrijk, Engeland en Italië hadden zich. solidair ver klaard met Rusland, en hun gezanten vroe gen hun paspoorten aan. In deze geschiedenis in Bulgarije speelt Nederland ook nog een zijdelingsche rol, onze zaakgelastigde heeft te zorgen voor de belangen der Russische onderdanen. De oorlog is door de regeeringen der ge allieerde staten nog niet verklaard aan Bul garije, maar dat zal wel niet lang meer duren. Vooral niet nu Bulgarije zelf kras is opgetreden tegen Servië: het heeft aan de regeering van dit laatste land een ultimatum gezonden, een op kor ten termijn, het verlangt er binnen 24 uur antwoord op. Wat het ul timatum bevat, is op het oogenblik nog niet bekend,'maar het betreft Macedonië, het vroeger Turk9che gebied, waarvan Servië in 1913 een stuk heeft genomen, waarop Bulga rije meende recht te hebben. De strijd van Bulgarije gaat dan ook allermeest tegen Servië, voorloopig althans. Dit land, deze bondgenoot der geallieerden, moet klein ge maakt worden, en het ia te voorzien dat in de vlakten en de bergen van Servië een hardnekkige bloedige strijd zal worden ge streden. Bulgarije van 't Oosten, Oostenrij kers en Duitschers van 't noorden zullen heb aanvallen, en Servië zal nog eens weer al de gruwelen van den oorlog gevoelen. Maar het zal ook hulp krijgen. Te Saloni ki, de bekende Griekscne haven, waarop Bulgarije ook al indertijd aanspraak maakte, zijn Fransche en Engelsch© troepen ont scheept, naar men zegt 400.000 man. Dio ontscheping is eon vreemde geschiedenisIn eens worden buitenlandsche troepen aan. wal gezet in een haven van Griekenland, dat tot nogtoe zijn neutraliteit stip gehandhaafd heeft. De regeering te Athene heeft dan ook geprotesteerd, doch het was niet meer dan een protest voor den vorm, het Grieksche le- zergde ze voor hare vier rozenstruiken, op dat die toch maar veel bloemen zouden leveren Toen September kwam, bloeiden ze alle nog eenmaal heerlijk. Maar Annelies lag binnen in h<?t groote ledikant met den hemel, waarin cok eens de schoone Ingeborg was gestorven, en ze vond heb erg jammer, dat het huwelijk nu eerst in October voltrokken kon worden. „Als er dan geene rozen meer bloeien,"- zei ze op heel droeven toon tot Clemens, die naast haar ledikant zat- en met helden kracht nog altijd von glimlachen. „O, een paar zullen er nog wel bloeien,'2 zei hij. „Het is toch heel goed dat ik nu nog zoo'n aanval had, niet waar, Clemens? De dokter zegt, dat ik later een des te gezon der vrouw zal zijn." „.Daar lieeib de dokter ook volkomen ge lijk in. Maar spreek niet zooveel, lieve. Slaap liever weer." Zij sliep weldra in vast, zeer vast! October was pog niet half om, toen lag Annelies in hare kist, zoo bleek en schoon als eens hare moeder. Clemens liep als een razende in het woud rond. Ea daar waar niemand hem hoorde, stak hij de vuisten op en schudde ze woest en dreigend, terwijl hij schreeuwde als een ten doode gekweld dier. Dat duurde zoo uren. En toen ging hij naar huis en keek naar Annelies rozen struik. Een enkele bleeke, heerlijke bloem zat er aan. Die plukte hij af en legde haar bij Annelies in haar laatste huisje.

Krantenbank Zeeland

De Soldatencourant. Orgaan voor Leger en Vloot | 1915 | | pagina 1