m. 179.
Vrijdag 8'Octobe? 1S15
Orgaan voor Leger en Vloot.
Oorlogsnieuws.
Onder redactie van D. MANASSEN.
Nationale Vereenigmg
tot steun aan Miliciens.
Gezondheidsleer,
Een held.
Os toestand in Oen reuzenstrijd.
7WËËÖË JAARGANG.
SOLDATENCOURANT
Voor Advurtentiën wende rnen zich tot het Alg. Advertentie-Bureau ItOUilA A Co,
Heerengracht Amsterdam, tot rle Drukkerij Jacob van Carn;>i'u" N.Z. Voorburgwal
2:^1-240 (Keizerrijk 9) Amsterdam of tot onze Administratie, Pak-strinaistraat 10
Amsterdam. Piys der Advertentlün per regel öO cent. Bij abonnement reduct!»
Hier worden' we nog eens weer verplaatst naar de Dardanelles het vreemdste
en eio-enaardicste oorlogsterrein. Alles moet naar de troepen der gealliëerden uit zee
worden aangebracht, zelfs de zeer zware kanonnen. Op welke wijze dit gebeurt,
zien we hierboven. Op een groot vlot, met een ontzaggelijke draagvermogen natuurlijk,
worden het zware geschut, de munitie en de manschappen van het schip naar den
wal gevoerd. Hot vlot wordt natuurlijk getrokken door een sleepboot, of als er geen in
de buurt is] door een torpedoboot.
Het hoofdbestuur der bovengenoemd©
vereeniging brengt het volgende ter kennis
van belanghebbenden
In December 1911 is aan de korpsen van
het leger opgave gevraagd van miliciens,
die bij demobilisatie aanspraak kunnen ma
ken op steun der vereeniging. In Augustus
LI. zijn aanvullingsopgaven verzocht.
Sedert dien zijn tal van gemobiliseêrden
naar andere korpsen overgeplaatst, doordat
do afdeeling waartoe zij behoorden, werd
opgelost.
Daarom is het in het belang van hen, die
hier worden bedoeld, dat zij persoonlijk
opgave van hunne overplaatsing inzenden
Aan de vereeniging.
Deze opgave behoort te bevatten
le. het korps en onderdeel waarbij de be
langhebbende aanvankelijk diende.
2e. het korps en onderdeel, waarbij hij
zich thans bevindt.
Zij kan rechtstreeks worden ingediend
aan het bureau Beheer Landmacht van het
Algemeen Hoofdkwartier
Heb is niet wenschelijk met de inzending
te talmen.
Het hoofdbestuur doet een beroep op de
chefs, om aan hunne ondergeschikten daar
toe, zoo noodig, de behulpzame hand te
bieden.
door J. P. BiJL, officier van gezondheid.
Hi.i was 34 jaar, jongste vennoot in een
grooten theehandel en heette William James
Haddock. Iets heldhaftigs had hij wel nooit
gedaan, maar toch beschouwden zijn vrouw,
en de verder© familieleden hem als een held.
Deze repnta-tio had hij niet te danken aan het
feit, dat hij goed fietsen en tennissen kon,
maar aan zijn resolute en krachtige manier
van spreken.
Toch vloekte hij niet, doch als men weet,"
dat „Ik zou wol oens willen zien, dat ze zoo
iets tegenmij durfden doen" een van zijn
geliefkoosde Uitdrukkingen was als 'er van
heleediging of onrecht gesproken werd en men
denkt zijn zware stem en groote zwarte snor
daarbij, cl'an is het duidelijk, dat ieder die
deze woorden hoorde uitspreken, aan iets ver
schrikkelijks, dacht.
In gesprekken had hij reeds vele menschen
die zich ook ten koste van mij grappen had
den veroorloofd,t lam'geslagen en zijn vrouw
vond mij eigenlijk een bang mannetj'e, omdat
ik zoo weinig krachtdadig optrad. Dat mijn
vriend ten slotte ook buiten den eigenlijken
familiekring voor een flinken kerel, waar niofc
mee te spotten viel, doorging, spreekt van
»lf.
Evenwel is er in den tegenwoordigen tijd
weinig gelegenheid om het vuistrecht toe te
passen, wat ik gelukkig rond voor de perso
nen, die dus in handen van mijn vriend zou-
da& terecht ikomen. En zelfs toen bij het
XLV. t
Kampen en bivak s. II.
Do ziekten, die. in kampementen vooral op
treden zullen ziekten zijn, die het gevolg zijn
van koude vatten en van vocht, terwijl althans
in het begin van een kanipeertrjd weinig ge
vaar dreigt voor besmettelijke ziekten. Duurt
de kamptijd lang. dan treden soms ten ge
volge van de geleidelijk optredende bodemver
vuiling en ten gevolgo van do nauwe aan
raking, die do manschappen, b.v. in tenten,
niet elkaar hebben, langzamerhand besmette
lijke ziekten op. Do ziektegevallen -vermeerde
ren zich on kunnen eindelijk tot hevige epide
mieën aanleiding geven. Do inrichting van het
'kamp on de wijze van leven, die daar gevolgd
moet worden, moeten dus zóó zijn, dat de rein
heid zooveel mogelijk bewaard blijft en dat do
kans voor het overbrengen van besmetting zoo
gering mogelijk' wordt. De hygiëne van de
kampen kan men dus beschouwen als een af
zonderlijk hoofdstuk van do gezondheidsleer
te velde.
Dikwijls zal een kamp worden opgericht
onder omstandigheden, die liet mogelijk maken
om alle voorzieningen to treffen, die noodig
zijn in het belang der gezondheid van de
troepen. Veelal evenwel zal, vooral in oor
logstijd, een grooter of kleiner troep gedwon
gen zijn ergens te kampeerc-n of te bivak keer en
zonder dat men alles te voren kan regelen
maar ook in dat geval zal veel gedaan kunnen
worden om den gezondheidstoestand der man
schappen zoo goed mogelijk te houden.
Het zal dus wellicht goed zijn om in de Sol-
datencourant liet'een en ander te bespreken
over do hygiëne van do kampen en bivaks.
Wanneer do soldaten dan liet „waarom" be
grijpen, zal het hun gemakkelijker vallen om
op zeker oogeublik zelfstandig dienaangaande
iets te regelen en liet zal hun eveneens ge
makkelijker vallen iu de legerplaatsen televen
overeenkomstig de voorschriften der gezond
heidsleer.
instappen iu een trein een onbeschofte kerel
tegen zijn vrouw aanbonkte, kon hij dien man
niet tot „moes" slaan, zooals hij gaarne ge
daan zou hebben, door de aanwezigheid van
zijn vrouw.
Op een anderen keer woonde ik bij, dat
een koetsier onhebbelijk tegen hem was en
Haddock speet het later geducht, dat hij dien
vlegel niet van den bok had getrokken en
onder zijn eigen paard gesmeten". Maar voor
die bewerking was tijd noodig en dien had hij
niet te verliezen, daar hij met den trein mee
moest.
Men zal dus begrijpen, dat ik, die dit alles
wist en had meegemaakt, niet erg ongerust
was. toen ik vernam, dat iu Haddocks buurt
nogal eens ingebroken werd. Tegen één dief
zou hij het best kunnen opnemen, doch het
was evengoed mogelijk, dat er drie inbrekers
kwamen en dan zou hij voor de overmacht
moeten zwichten. Daarom nam ik zijn uitnoo-
diging om van Zaterdag tot Maandag bij hem
te logeeren in zijn buis, dat in een buitenwijk
.lag, gaarne aan. Ik kon hem dan tot voor
zichtigheid aanmanen, als hij al te doldriest
werd of helpen bij een moeilijken overval.
Hot huis lag aan het einde van een vrij een
zamen weg. Toen ik er aankwam werd ik ont
vangen door Haddock's vrouw en schoonzus
ter, dap.r hij zelf aan het fietsen was. Het ge
sprok kwam natuurlijk op do dieveuquaestio
en mevrouw Haddock verklaard© me meer be
vreesd te zijrt voor do woede van haar man
i "t VOOr de inbrekers, waarop ik beloofd©
als bet noodig was hom te zullen kalmeeren.
Toen mijn vriend thuis kwam, vroeg hij me
vastberaden, niet in tegenwoordigheid van de
Van veel beteekenis is reeds de plaats, waar
het kamp of bivak zal komeu. Art. 1-35 van
het ontwerp Voorschrift Velddienst 1915 zegt
o.a.„Voor de keuze van een bivakplaat*
vestigen de kwartiermakers hunne aandaclb
op de mogelijkheid om den troop zonder vee'
moeite van drinkwater, brandhout en ligstroó
te voorzien. De nabijheid van bewoonde oorden
en stropmend water is daartoe gunstig. Goedtf
toegangswegen zijn noodzakelijk.
Voorts ltiez© men een hoog en droog terrein,
dat tevens eenige beschutting tegen wéér 09
wind geeft. Een boscihrand is dikwijle gunstig.
Weiland moot worden vermeden."
Deze eischen zijn in meerdere of mindere
mate te st ellen zoowel aan een kamp als a a
een bivak. De redenen waarom deze eischen gd-
steld worden zijn duidelijk. Zooals wij zagen
treden in kampen en vooral in biv
juist die ziektdn op, die een gevolg zijn 1
koude vatten en bij do keuze van een térveii
zal dus in do eerste plaatö daarop gelet moe
ten worden, dat do plaats eenigszins beschut
gelegen is. Zal het kamp langen tijd gebruikt
worden dan zal men bij voorkeur trachten het
te beschutten tegen de heerscliende windenL
dus tegen het Zuid-Westen. Wordt daarente
gen'in April een kamp ingericht, dat slechte
korten tijd in gebruik zal zijn, dan zal men
waarschijnlijk beter doen een plaats te zoe
ken waar heb beschermd is tegen de in het
vroege voorjaar meest zeer gure- Noord-Oosten
winden. Moet men slechts een enkelen nacht
een bivak betrekken, dan zal men vanzelf we!
trachten een plaats te vinden, waar men be
schut is tegen den aanwezigen wind van wel
ken kant die ook moge komen. Hot spreekt
vanzelf, dat in ons land, waar hoog© heuvels
uitzonderingen zijn, een bosclirand de meeste
kans op beschutting geeft. Soms zal meu ook
achter een dijk bescherming kunnen vinden.
Aan groot belang ia verder de aard van den
bodem, waarop gekampeerd of gebivakkeerd
moet worden. Zooals wij zagen is een van de
bezwaren van kampeeren, dat men zooveel
meer last van vocht ondervindt dan in de kan-
tonnementen. Men zal dus bij voorkeur een
grondsoort uitzoeken, waarin bet water spoe
dig verdwijnt b.v. zand. Iedereen weet. dat na
een regenbui een zandgrond spoedig weer
droog is, terwijl kleigrond langen tijd nat
blijft en een ware modderpoel wordt. Bij lang
durige droogte geeft kleigrond bovendien een
onaangenaam fijn stof.
In on3 land met zijn vele polders en uitgaf-
strekten Heibodem zal bet dikwijls?-onmogelijk
zijn om op zandbodem te legeren. Zoo mogelijk
zoeke men dan een eenigszins lioog gelegen ter
rein uit, liefst' een weinig hellend. Is men ge
dwongen op laag land te kampeeren of "te
bivakkeereu, dan moet men de noodig© later te
beschrijven hygiënische maatregelen zooveel is
strenger doorvoeren.
Wat zal er in den Balkan gebeuren?
Voorloopig lijkt dat wel het belangrijkst,
zelfs tusschen de gevechten, die nog geleverd
worden op het Oostelijk en Westelijk oor-
logstooneel. Op het oogenblik, dat we dit
schrijven, maar de toestand kan er elk
oogenblik veranderen, is er iets verwar
rends op het Balkan-schiereiland. We we
ten van heb ultimatum van Rusland. Het i3
een ultimatum op kort termijn: slechts 24
uren gaf de regeering van den Tsaar aan
die van koning Ferdinand om aan den eisch
daarin te voldoen, hl. de Duitschers uit het
Bulgaarsebe leger en do Bulgaarsche staats
zaken te verwijderen, waar zij, altijd
volgens de Russische berichten, een
hoofdrol zouden spelen. D© nota werd
Maandag om 5 uur ingediend, het antwoord
kan dus heel spoedig venvacht worden en
onze lezers vinden het waarschijnlijk onder
ons Oorlogsnieuws of Laatst© Berichten.
Maar 't is vooruit reeds te zeggen, hoo het
luiden zal. D© Bulgaarsche regeering kan.
beweren, dat ©r geen Duitschers in Bulgarije
zijn, die eenig gezag uitoefenen, maar in
elk geval zal de regeering te Sofia niet vol
doen aan deh eisch. Dan breekt Rusland
zijn diplomatieke betrekkingen af, en
Frankrijk en Engeland zullen het daar.
dadelijk in volgen, het roept zijn consuls
terug. Dat is nog wel geen oorlog, maar
het is op het kantje ervan, en in de tegen
woordig© omstandigheden kan een gewapend
conflict al heel moeilijk uitblijven.
En in dat geval zal de brand in den Bal
kan zich niet bepalen tot Bulgarije en de
andere staten daar, die reeds in den oorlog.
dames over dieven te praten, daar ze zich dan
onnoodig ongerust zouden maken. Verder ver
telde hij mij, dat de inspecteur van politie, aan
wien hij gevraagd had 's nachts in de laau te
laten surveilloeren, antwoordde, dat er gebrek,
aan mannen was. Het was dus eenvoudig mo
gelijk we moesten ons zelf beschermen en zul
len het doen ook, voegde bij er vastberaden
bij. Toch waren er 111 huis geen vuurwapens,
omdat zijn vrouw er niet van hield.
De avond ging gezellig voorbij en tegen elf
uur zaten Haddock en ik in de rookkamer, die
aan den achtertuin lag en waarvan het raam
met zware blinden goed gesloten was. We had
den over duelleeren en vechten gesproken en
mijn vriend betreurde bet buitengewoon, dat
er zoo weinig persoonlijke moed bestond tegen
woordig.
Het zal een uur later zijn geweest, toen ik
dacht, dat ik geritsel hoorde tusschen de
struiken. Ik vertelde het natuurlijk aan Had
dock, die ér overheen praatte. Kort daarna
'hoorde ik duidelijk liet knarsen van kiezel-
steenen. Haddock had ook nu niets gehoord,
zei liij, en vond het dwaas 0111 de luiken te
openen, wat ik voorstelde Hij lachte om mijn
angst. Doch juist ter zelfder tijd hoorden wo
beiden voetstappen op de steenen buitentrap
naar de keuken. Wc keken elkander aan.
„Dat is allemachtig brutaal!", zei hij.
Nu was het tijd, meende ik om hem in te
toornen, maar mijn vriend bezat meer zelfbe-
beersching dan ik ooit heb geweten, lachte
even en zei
„Ze kunnen toch niet in huis komen en wat
kan het mij schelen of zo door den tuin loo
pen? Ik vind liet niet de moeite waard om me
daarover druk te maken."
zijn gewikkeld, ook Griekenland, ook P^oe-
menië zullen nu moeten kiezen oi' dc-elen.
Griekenland vooral, dat reeds gemobiliseerd
heeft, wordt als 't ware iu den' oorlog ge
dreven. Dit dooi* d© gealliëerden, die dreig
den troepen te ontschepen in Salonika, de
vroegere Turksche havenstad, thans
Grïeksch, ten einde den Serviërs te hulp te
komen, die dat zelfs roeds gedaan zou
den hebben. Dit is nog een eenigszins
duistere geschiedenis. Maar liet lijkt er
wel - op, dat de geallieerden Griekenland
voor een voldongen feit willen stellen, het
noodzaken-om-kleur to bekennen.
Het zijn blijkbaar de geallieerden, die
den brand in den Balkan tot ontvlamming
hebben gebracht. Het smeulde er reeds
lang, en de Entente vond, denkelijk, dat
daar maar eens. oen einde aan moest ko
men. Dat blijkt uit de beide feiten, die we
boven noemden. Rusland heeft Bulgarije
voor d© keuze gesteld zich bij een der beide
strijdende partijen aan te sluiten, en Frank
rijk en Engeland doen het nu Griekenland.
Of de geallieerden daar veel bij winnen i
Het lijkt er niet op. Hun doel moest zijn de
Balkanstaten voor zich te winnen, opdat zij
zouden helpen bij de forceering der Darda
nelles nu komen zij op zijn hoogst zoover,
dat Bulgarije en Griekenland eikaar be
strijden en daar komen noch de Entente-
mogendheden, noch do centralen verder
mee. Indien èu Bulgarije (aan Duitsche
zijde) èn Griekenland (aan die der geallieer
den) zich in den strijd mengen, blijft de
toestand in den Balkan feitelijk dezelfde,
wordt alleen do rol van Roemenië moeilij
ker, maar ook belangrijker.
Evenwel zullen de geallieerden toch ook
op den Balkan een woordje meespreken.
Hot heet nu al, dat zij er 200,000 man zul
len heenzenden. Natuurlijk is het hier niet
om de Balkanstaten, maar om de Dardanel-
len te doen. Die moeten geforceerd worden,
Konstantinopei veroverd, de toegang tot
Rusland geopend. Dan kan dit voorzien
worden van voldoende ammunitie en het
kan den strijd volhouden tegen de Duit
schers en Oostenrijkers. Dit, den weg naar
't Oosten", lijkt thans belangrijker dan
zelfs wat er op 't Westerfront gebeurt. Op
een oogenblik, dat daar het groote offen
sief zal worden doorgezet, dab België be
vrijd, Noord-Frankrijk van vijanden zal
worden gezuiverd, kan men er 200,000 man
missenDit lijkt vreemd, maar het wijst
er misschien op, dat voorloopig van dit of
fensief niet zooveel meer terecht komt. De
strijd der laatste dagen op het Westelijk
oorlogsterrein bewijst dit trouwens. Er is
geen. noemenswaardige voortgang inde
groote aanvalspoging loopt blijkbaar dood.
Zeker wordt er nog zeer hardnekkig ge
vochten. In de Vogezen schijnt het weer
nu reeds de aanvallen te verhinderen, maar
bij Atrecht en La Bassée vallen de Fran-
schen en Engelschen hard aan en in Cham
pagne beproeven d© Franschen telkens op
nieuw de Duitschers achteruit te duwen.
Maar succes hebben zij daarbij tot nog toe
weinig en de geweldige tegenaanvallen der
Duitschers komen hun op vele verliezen te
staan. In elk geval, van het groote, bet al
gemeen© offensief in het Westen is op het
oogenblik nog weinig terecht gekomen.
Op het Oösterfront valt iu de laatste da
gen ook al heel weinig voor. Er wordt over
't geheel gestreden met afwisselend geluk.
In het centrum, om en bij de streek dor
moerassen, schijnt de toestand ©heel on
veranderd. I11 't noorden komen blijkbaar
de Duitschers wat vooruit, vooral in den
omtrek van Dunaburghet gebied ten zuid
oosten dier stad is door de Duitschers bezet,
en de Dniteche artillerie, die Lie-venbof be
schoot, kan dus dichter bij de Duna (de ri
vier) en de stad komen.
In het zuiden schijnen de Russen er het
best voor t© staaner is vooral pevochten
om en bij Luzk en de Duitsche en Oösteu-
rijksche troepen zouden daar zelfs over de
Sfcyr teruggedreven zijn. Zoo beweren de
Russische berichten, die van de bondgenoo-
ten zwijgen er over.
OUITSCHLAND.
In de Moerasstreek.
Een Duitsch soldaat die reeds menige aar
dige schets van het oorlogsterrein in het
„Berliner Tageblatt" gepubliceerd heeft,
geeft in dat blad de volgende schildering
van het oostelijk oorlogsterren!
Ik stelde voor om van hoven eens te kijken,
wat de dieven uitvoerden, maar Haddock vond
liet heter van niet, mot liet oog op de zenuw
achtigheid van zijn vrouw. Zo zou ons zeker
hooren en do nadeeligo gevolgen zouden niet
te overzien zijn.
Hij stond op om naar bed te gaan, stak een
kaars op e-n draaide het licht uit. Tn do gang
gekomen meende ik heneden iemand te hooren
loopen. Ofschoon Haddock beweerde, dat het
de kat was, zei ik hem toch van meening te
zijn, dat de dieven door een raam naar binnen
waren gekomen.
„Malligheid", zei mijn vriend, „ze kunnen
er onmogelijk in komen. Laten we maar kalm
naar bed gaan,"
„.Maar we kunnen voor de zekerheid toch
wel oven beneden gaan kijken?"
„Neen kerel, laten wo dat nou niet doen. Je
hebt allo kans, dat mijn vrouw ons hoort en
dan zou zo zich doodschrikken. Ik begrijp
niet, dat je zoo zenuwachtig bent; er is geen
enkele reden voor."
Hij nam me meer naar hoven. Toen ik mijn
deur dicht deed, hoorde ik hem de ziine op
slot doen en grendelen zonder twijfel op
verzoek van zijn vrouw. Mijn bewondering
voor zijn zelfbcheersching vermeerderd© na
elke nieuwe handeling. Toch vond ik, dat hij
zijn bezorgdheid voor zijn vrouw ic ver dreef
door de dieven kalm in de gelegenheid te stel
len zijn huis leeg te stelen.
Met Haddoek samen had' ik best naar be
neden gedurfd, maar alleen voelde ik er wei
nig voor. Scherp luisterend, hoorde ik de deur
van de keukentrap zachtjes opengaan. Er werd
gefluisterd. Het waren er dus meer dan één.
Dc voetstappen gingen door de gang naar de
eetkamer, van daar naar de rookkamer, toen
De wind ruischt door d© rtierb06cbjes. Don
kere wolken fladderen over den hemel. Tal-
Jooze.javen vliegen over de heide, slappen over
do pqardenl ijken of zitten als gehurkt op do
graven der gesneuvelden. Gisteren toen wij
lvobrin bezetten was het weer nog zomer. De
kanonnen bonkten in de zwoele violette avond-
atmosfeer, Aan het stations stonden spoorwa
gens mot tarwe en vischblikjes in brand. Rus
sisch© granaten huilden boven do overwegen
van liet spoor en sloegen met veel te luiden
knal in do zandwegen en wij moesten maken
dat wij wegkwamen, geheel met zand bepoe
derd.
Bij een verbrand huis tegen een kerkhof aan
wilden wij een bivak opslaan. Toen wij het
huis binnengingen vonden wij negen verkoolde
lijken, mannen, vrouwen en kinderen, /.ij
waren ingesloten geweest toen do Russische
soldaten dc strooien hutten in brand gestoken
luidden en konden zich niet meer redden. "Wij
trokken een eind verder het grasveld op, waar
wij alleen waren.
Aanrukkende troepen werden gerapporteerd.
Zouden de Russen nog een aanval willen doen9
Nu den volgendon morgen op den opmar. oh
zien wij wat <-r gebeurd is. Do Russen hadden
ons do bevolking tegeraoetged reven en dio was
in ons granaatvuur geraakt. Omgevallen en
stukgeschoten wagens overdekken den weg. Ver
strooid huisgerei. Hier ligt een dood meisje.
Een man wilde over een schutting klauteren,
boven heeft do dood hom'gepakt. Nu hangt hij
over de schutting als een doek en een baldadïgo
wind speelt met hem.
Men kan ver in liet land zien. Alles vlakte,
tusschen biezen en elzenhout staan plassen.
Zoodra men den weg verlaat, is men reeds in
het moeras. De weg is soms over honderd
meter lengt© vernield. Zoo wildon do Russin
ons tegenhouden. Onzo genie is echter reeds
aan het werk. De bruggen zijn ook al begaan
baar.
Achter do Moechavjotsj komen wij in de
groote bosschen. Het ruikt naar lijken. Overal
liggen doodo paarden, langs den weg; dicht-
opeengedrongen wachten vluchtelingen met hun
karren tot wij voorhij zijn. Velen zijn uit do
buurt van Przemysl. Vel© Duitsche boeren
uit de streek-van Cholm. De Russen hebben zo
laten loopen. Nu trekken zo terug door liet
verwoeste, platgebrande land. De kinderen zit
ten op de wagens, de vrouwen loopen achter
aan en drijven de koo of do twee schapen voort.
Meer hebben zij niet gered, Als zij na moeilijke
reis weer terugkomen zullen ze in plaats van
huis en schuur een platgebrandde plek vinden.
De winter zal ze als een nieuwe vijand overval
len en hongeren en koulijden zal hun lot zijn.
Het bosch wordt dunner, heide wordt afge
wisseld door moeras. De voor ons uitmarcheë-
rende cavaleriedivisies hebben schermutselin
gen met Tsjerltessen en Kozakken. Men moet
voorzichtig zijn in deze moerassen, want eer
men er erg in heeft, is men er met zijn paard
tot aan den huik in weggezonken. De in aio
modder houdt ros en ruiter vast en bereidt hun
een vreeselijk graf.
Steeds verder gaat het. Wij komen aan een
dorp waar de weg over het spoor loopt. De
bergen krijgen vele vlekken, 's nachts moet
men zich dichter in zijn deken wikkelen. Als
men 's morgens dan rillend van de koude ont
waakt is men geheel door den dauw doorweekt.
De zon ligt bleek en krachteloos op do weide.
Een geelvink piept melancholiek op oen tele
graafpaal. Herfstdraden zweven door de lucht.
Het is najaar geworden.
FRANKRIJK.
Van hei Westelijk Oorlogsterrein.
PARIJS. In Artois van weerskanten
vrij lievig bombardement, voornamelijk ten
noorden van de Scarpe.
In de sectoren van Quennevières, Vie-
sur-Aisne en op bet plateau van Nouvron
gevechten met bommen en handgranaten.
In Champagne eveneens wederzijdsch©
canonnade, in het bijzonder in de streek
van Vedegrange bij de Navarinboeve en dc
hoogte van Souain. In'de Argonnen enkele
gevechten van loopgraaf tot loopgraaf. Ge
vechten met handgranaten en bommen bij
Court© Chaussée en Fille Morte.
Ten noorden van Verdun in de buurt van
Ornes trof de Fransch© artillerie een Duit-
schen trein en veroorzaakt© daardoor een
hevig© ontploffing.
Een Fransch iuchtescadrille wierp een
veertigtal bommen op het station Biache
bij Peronne.
BERLIJN. Officieel bericht van den
generalen staf.
Een Engelsche aanval met handgranaten
op een werk ten N. van Loos werd opnieuw
afgeslagen.
Bij de vergeefsche aanvallen cp dit werk
lieten de Engelschen, behalve vele gewonden
en dooden, 80 gevangenen en 2 mijnwerpers
in onze handen.
naar Giet salon en de kleine voorkamer. Ik
voelde nie weinig op mijn gemak, vooral, toen
ik tot de ontdekking kwam, dat aan mijn
kamerdeur geen slot was.
Op eens ging mijn deur open en Haddock
stond voor me. Fluisterend vertelde liij me,
dat zijn vrouw zeer zenuwachtig was, omdat
er iemand in de eetkamer, die onder hun
slaapkamer lag, rondliep.
„Ik durf haar niet alleen te laten, omdat
ze zoo ontzettend zenuwachtig is en de meiden
uit lied halen, doe ik liever niet. Die maken
dadelijk zoo'n herrie'. Zou jij niet even naar
beneden willen gaan om te kijken of er wer
kelijk iemand is! Misschien is het wel ©en
van de dienstboden, die iets vergeten heeft.
Heb zal wel niets zijn. maar je weet het, mijn
vrouw is vreeselijk zenuwachtig en daarom
kan ik haar onmogelijk alleen laten."
Ik wil graag bekennen, dat ik weinig voor
dien onderzoekingstocht voelde, maar meende
het hem. niet te kunnen weigeren. Hij duwde
me een kaars in de een© en een wandelstok
in de andere hand. Bij hot flikkerende licht
van d© kaars zag ik duidelijk, dat hij van
onderdrukt© woede trilde.
„Mocht je me noodig hebben, dan heb 3e
maar te roepen... en weg was hij weer in zijn
slaapkamer.
Toen ik in dc- eetkamer kwam zag ik, dat
twee mannen bezig waren ©en zak te vullen.
Ik vroeg hun wat ze daar deden, wat eigenlijk
een vrij overbodige vraag was. De mannp n
schenen ook van dio meenïngte zijn, want ze
gaven me geen antwoord, alleen een slag op
het hoofd, met een hard ijzeren voorwerp.
Vóór ik me volkomen bewust was van hetgeen
er liad plaats gegrepen., waren de dieven uit
Het door d© Franschen veroverd© stuk
loopgraaf aan de hoogto ten NO. van
Givenchy is gisteren door ons heroverd.
Vier Fransch© mitrailleurs werden daarbij
buitgemaakt.
In Champagne krachtig vijandelijk artil-
lerievuur op onze posities t« N.W. van
Souain, waar ook aanvalsplannen van don
vijand schenen to bestaan. Ons artillerie
vuur boictte echter het optreden van den
vijand.
Bij Vauquoh? voorkwamen wij den vijand,
dio mijnen wild© doen ontploffen; talrijke
vijandige mijngangen werden vernield.
De vijandelijke vliegers wierpen bommen
op het plaatsje Biadi© St. Vaa-t. ten N.O.
van Atrecht. Een inwoner werd gedood-
Ander© schade werd -f-t veroorzaakt,
Fransch luchtschip verloren.
PARIJS. Het hiclrischip Alsace" is
niet- teruggekeerd van zijn tocht op 2 Oct.
Een Zeppelm vk;.g in den nacht van
3 op 4 Oct. over Chalons cn wierp ver
schillende bommen, dio cenigo lualeriee'.o
schade veroorzaakten.
Na den storm.
Do bijzondere corrcpondent van hot Berk
Tageblatt", Bernhard Kcllcrmann, seint uit
het groofe hoofdkwartier;
Na ©en zWare worsteling van zeven dagen
is de toestand op het Westelijk front gun
stig. Op geen enkel punt hebben do pogingen
vau do Geallieerden den ijzeren belegerings
gordel met succes kunnen doorbreken. Do
dapper© Duitsche troepen .hebben ecu week
lang ©en hagelbui van luod ©11 ijzer en <-engn;o-
to overmacht weciviaurt. In Vlaanderen zijn
alle aanvallen der Kngclwhen gebroken. Do
Duitschers hebben op ver -büh-ndo plaat',©:»
het offensief hervat en gewichtige punten der
vijandelijke stellingen ten Oosten van Yperen
veroverd. De kleine voordeden in den boog
van Loos en bij Soudiez zijn niet in verhouding
tot do krachtsinspanning en do verliezen. Al
leen in den sector tu -<hen Reims en do Ar
gonnen konden de Frr-.ii'-ehen, dio met een
groot© overmacht in breed front aanvielen, ver-
deringen maken. Zij hebben dio echter duur
nioeten bekoopen. Tusschen Afubervil!© en ten
Noorden van Le Mesnil morsten de Duitschers
terugtrekken. Gereedgemaakte at ólingori en
tijdig samengetrokken re. rven vormden een
tweeden muur waartegen allo aanvallen der
Geallieerden to pletter sloegen. Do bedoeling
van de Geallieerden om verdor voorwaarts to
dringen mislukt© geheel; ook leed liet plan
schipbreuk om ten westen van Aubervillo tot
Reims en ten cvtcji van Massizei tot aan hes
ArgöönenwotrQ door t<« dringen.
Aan de oostelijke flank slaagden dc Duit
schers er in door tegenaanvallen voordoelen tc
behalen. Do belangrijke hoogt© 199 noordelijk
van Masiges werd door de Duitschers weder
bestormd. Het zal do vraag zijn of de Fran
sehen in do eerste dagen de hevige aanvallen
zullen herhalenzij zijn door do zware verlie
zen al te zeer verzwakt. De eerste week van
zwaren strijd wordt besloten door heftig artil
lerievuur. loop graven ge vechten en groote werk
zaamheid van vliegers.
RUSLAND.
Van het Oostelijk Oorloqsterrein.
Krijgsgevangenen in Rusland.
Volgens ©en officieel Fransch communi
qué zouden de Russische bladen molden, dat
het aantal Duitsch© en 0"03tenrijksch© ge
vangenen tot 17 September was gestegen tob
1.100.000 man. -
Een officieel© Russische opgave schijnt
niet te zijfi gegeven.
Opstootjes in Meskou.
LONDEN. De „Times" verneemt uib
Petersburg:
In een qfficieelo mededeeling van den
prefect van Moskou wordt een toelich
ting verstrekt over de ongelukkige botsing
tusschen d© politie en het gepeupel in die
stad cp 27 Sept., waarbij bloed vloeide.
Volgens het ofïiciee:© rapport bevrijdde de
menigte met geweid een dronken soldaat-,
dien de politie had gearrc6teerddaarop
hield men de trams tegen on werd met de
banken een barrikade gebouwd dwars over
den boulevard. Na tevergeofs gepoogd te
hebben het gepeupel tot uiteengaan te be
wegen, en nadat eenige officieren door
steenworpen ernstig gewond waren, opende
de politie het vuur, doodde dr:o cn ver
wondde twaalf personen.
Het volk in Rusland is zeer verontwaar-
hefc raam in den tuin verdwenen. Ik riep volgens
afspraak om liulp.
;.Zijn ©r dieven in huis?'! riep mijn vriend
terng.
„Ja,maar zo zijn ontsnapt ze: ik zachtjes.
Haddock rend© do trap af cn de kamer in.
„Waar zijn ze, waar zijn ze?" bruid© hij.
nu niet langer, naar het scheen, bang om zijn
vrouw t© doen schrikken.
Hij liep naar het openstaand© raam, doch
keerde oogenblikke!ijk naar mij terug.
„Beu je gCWOndvroeg hij. Zijn vriend
schap voor nsij was hem meer waard dan de
ontvluchte dieven te achterhalen.
Belangrijk© schade was er door de dieven
niet aangericht en veel van waard© werd niet
vermist.
Met liet oog op de zenuwachtigheid1 van zijn
vrouw is Haddock verhuisd naar een buurt
waar meer politietoezicht is.
Vat mezelf betreft: na korten tijd was ik
weer in orde, maar toch kan ik liet, met allo
bewondering voor de zelfbcheersching van mijn
vriend Haddock, in den nacht van do inbraak,
aan den dag gelegd, niet verkroppen, dat de
familie Haddock mij altijd voor een lafaard
aanziet.
Haddock plaagt, me vaak met mijn angst,
die. volgens zijn zeggen, dien bowusten nacht
duidelijk bleek en zijn vrouw kijkt me dan
met een medelijdenden blik aan. Hij is blij,
zoo zegt zij telkens, dat ik naar beneden ben
gegaan en niet hij, want dat is het geluk van
de inbrekers geweest, „anders zouden ze er
niet levend afgekomen zijn."