Uit Leger en Vloot Rechtzaken. Gemengd Nieuws. Uiü SOIjDATElIsrCOTJRAIvrT van Vrimag 9 Juli X 9 X a Vergoeding levonsmiddelcn 4-11-5 R. I. Teneinde aan een ieder die in heb tijdvak van 1 December 1914 t/m. 31 Maart 1915 bij de compagnie was ingedeeld het hun toekomende aan vergoeding levensmiddelen voor verlofdagen te kunnen doen toekomen, worden belanghebbenden verzocht om zich met opgave van duidelijk adres en vermel ding van korps, lichting en voorletters ten spoedigste schriftelijk te melden bij den sergeaut-majoor-adm. van 4-II-5 R. I. 4o Divisie. Veldleger. Tweede plaatsing. 3o Comp. I Bat. 4 Rog. Inf. De Landw. II. S. Bultsma en de miliciens v. Westenbrugge, Van Woers, De Roode, Heuvelman, Borst, Horn, v. Trie rum, Van Rijn G. J., Voogdt, Gij sen, Du C h a t en i e r, II e ij n s, v. d. Els t, Schone veld, S t e n g e r, P o u w, v. d. B e r g M., B odaa n, Plomp, Geer- 1 i n g s en S t r ij bos worden verzocht hun juiste adres aan den Serg.Maj. Aam. van 3 I4 Reg. Inf. op te geven, ten einde de hun nog toekomende vergoedingen voor levensmiddelen op te kunnen zenden. Fort Loevesteln. De korporaals en manschappen behoord hebbende tot do bezetting van opgemeld fort en die dit tussonen. 1 December '14 en 1 April '15 hebben verlaten, worden ver zocht, hun tegenwoordig adres zoo nauw keurig mogelijk, ten spoedigste aan den serg- maj. adm. op te geven, teneinde de hun neg toekomende menagegel den te kun nen overmaken. De adressen te richten tot den s. m. a. *2-111-22 R. I. minder geschikt om in do „Soldatencourant" te worden geplaatst. Red. Gevonden voorwerpen. Op de boot van Neuzen naai- Yli.ssingen werd Vrijdag 18 Juni m'n pakje, inhoudende eenig waschgoed, verwisseld niet een pakje van rn ander militair. In 't pakje van laatstlxjctöfelde zat een dienstaiemd, gemerkt 3 P 143 en een flanel. Eigenaar hiervan wordt verzocht z'n adres op te geven aan ondergeteekende. J. M. v. d. HARS, sergt. infanterie, Neuzen. 'Aan verschillende vragers in zake het huwen van onderofficieren: Bij de wapens, korpsen en inrichtingen van de landmacht worden de hierna to noemen vrijwillig dienende onderofficieren en mili tairen beneden dien rang als gehuwd aange merkt, die gehuwd zijn nadat zij d9 vergun ning daartoe hebben verkregen: Sergeanten en fouriers, uitgezonderd die bij het Regiment Genietroepen en het Korps Torpedisten, wachtmeesters en schrijvers 3de klasse, voor zoover zij na het volbrengen van hun 18de levensjaar ten minste 6 jaren als onderofficier hebben gediend Sergeanten en fouriers bij het Regiment Genietroepen en liet Korps Torpedisten, voor zoover zij na het volbrengen van hun lSde levensjaar ten minste 2 jaren als onderoffi cier hebben gediend. Korp. J. A. D., Westkapelle. In no. 47 en in no. 98 van ons blad hebben wij een soort gelijke vraag als do uwe reeds op de volgende beantwoord: ..Aan militie- en landweerplicbtig bader be neden den rang van onderofficier, die bij op komst onder de wapenen, ingevolge de mobi lisatie zelf ondergoed hebben medegebracht tot het voorgeschreven aantal, kan van en met 1 Augustus 1914 tot en met 14 November 1914 eeno vergoeding worden uitgekeerd van f 0.011 per dag. Na li November 1914 zal de vernieu wing, herstelling cn reiniging van het onder goed van genoemde militairen desverlangd ge heel voor Rijksrekening geschieden. „Eigen ondergoed en schoeisel mogen voort aan evenzeer worden gedragen en door eigen 'zorg worden hersteld cn gereinigd, doch door het Rijk worden deswege na 14 November 1914 geene vergoedingen meer uitgekeerd". Voor zeep wordt niet betaald. Red. Mil. A- B., fort Pr. Fredcrik. Tegelijk met «leao zenden wij u no. 128 van ons blad toe, bevattende de Min. Bcsch. van 18 Mei j.l. tor zake van uitbetaling van hot managegeld, waaruit duidelijk do wijze van uitkeering blijkt. Wat de andere qua es tie betreft, staat het toch vast zie ook do herhaalde oproe pen door compagnicsbureolen in ,,Dc Solda tencourant" dat van 1 December 1914 af wordt uitgekeerd. Red. F. B., L'donhout. Wend u daartoe tot uw on middel! ijken chef. Red. Mil. J. N. V. te Hiel. Wij hebben het best meenen te handelen, door uw schrijven door to zenden aan don heer commandant van de Luchtvaartafdeeling to Soesterberg. Zoo krijgt u van bevoegde on desknndigo zijde do ge- weaschte voorlichting. Rod. Serg. G. H. te Numansdorp. De grootte der vergoeding wordt door den Burgemeester vast gesteld in verband met de omstandigheden. Het is de wenscli van Z. Esc. den Minister van Oorlog, dat daarbij geen krenterig stand punt wordt ingenomen. Een buitenstaander kan echter do grootte der uitkeeringen niet beoordeelen. Red. Korp. A. J. M. te Ittervoort. Voor de eer ste vraag verwijzen wij u naar den boekhandel van Gebrr. Belinfante te 's Gravenhago. Uw tweede vraag vindt u elders in deze rubriek be antwoord. Red. Mil. L. S. te Nieuw-Namcn. Vraag het per officieel briefje aan uw vroegeren compagnies commandant aan. Van 1 December 1914 af hebt u er recht op. Red. H. H. te Ede. Het onderzoek in die bui- tenlandsche zaken kost veel tijd. Daar hoort u dus wel van. Voor het andere moet u zich tot het fondsbestuur van Haaften wenden. Wij kennen dat instituuut niet en kunnen uw rechten dus niet beoordeelen. Red. Th. B. te E., en J. B. te W. Uw verzon zijn Kort verslag van de 50 K.M. Marsch, van Hollevootsluls over Rotterdam naar Vlaar- dingsn, op 2G Juni '15 cn het onthaal van hot Z.O. front bij c!e Firma v. Herp en Zonen, brandstoffonhandel, Couverne- straat, Rotterdam. Men schrijft ons uit Hellovoetsliiis Zaterdagmorgen om 2 uur marcheerden de 3 afdoclingen al in volgorde front Haarlem Zuid-Ooostfront. Coninksfront, elk met o minuten tusschen- ruimtenj respectievelijk onder commando van res. Ie luit. Uouscholte, S. M. I. v. Tinei en res. 2e luit. Benschop. Cm pl.ra. 9 u. v.m. arriveerde het front Haarlem te Rotterdam onder een hevige regenbui. Ongeveer 10 minu- teu daarna het Z. O. front onder dezelfde om standigheden en pl.m. een half uur later kwam liet Coninksfront Rotterdam binnen. Hier werd op verschillende plaatsen gerust. Het front Haarlem bij de Maasbrug, het Z.O. front op Vasteland en het Conincksfront in den thee tuin De Theekop, aan den Westzeedijk. De manschappen van het Z,0. front wer den, voor zoover zij niet in Rotterdam woon den, gebracht naar het pakhuis van de boven vermelde firma, waar hun een heerlijk ver- frisschend maal te wachten stond. Allen lie ten dan ook de broodjes mot aardbeien, de kof fie en het bier goed smaken. Ook werden zij nog getrakteerd op sigaren en pepermunt. Dat hier niets ontbrak, bewees wel de voldoe ning van de deelnemers. Het Z.O. front zal dan ook de firma Van Herp steeds dankbaar zijn voor do vriendelij ke ontvangst en het gulle onthaal. Na een rust van pl.m. IJ uur gingen allen weer naar do verzamelplaats terug vanwaar om half 12 afgemaroheerd werd naar Vlaardingen. Het militaire muziekkorps uit Hellevoetsluis bracht bet eerst, uit Rotterdam vertrekkende front tot Delfsbavon van dar het 2o tot Schiedam het 3e tot Vlaardingen. Dat iedereen het eind punt incA vreugde tegemoet zag is wel te begrij pen. Om pl.m. 2 uur waren alle fronten in Vlaardingen gearriveerd en gingen met volle muziek met de Vlaardingsche stoomboot naar hun garnizoensplaats terug. Kranige landweermannen. (Militaire afstandsmarsch.) Men meldt ons uit Heiden Dinsdagnamiddag kwart voor zes kwamen alhier34 manschappen aan van hot.43e land- weerbataljon te Borgen op Zoom onder leiding van den le-luitenant De Jonge en don sergeant van het 2e rog. infanterie Klompers, terwijl ook twee ziekenoppassers den marsch mee maakten. De manschappen, van 28 tot 35 jaar, meest allen Limburgers, waren in volledig veldtenue en hebben in de twee dagen eon afstand afge legd van 89J- K.M. Er hadden zich voor dezen marsch, die is gehouden om hob uithoudings vermogen der manschappen te loeren kennen, ongeveer 100 opgegeven. Daaruit werden bij loting 34 aangewezen, die Maandagmorgen te vijf uur onder de tonen der muziek Bcrgen-op- Zoom verlieten. Do muziek vergezelde den troep tot Halsteren. Rust" werd de marsch'voortge zet over Steenbergen, Willemstad, Numansdorp, Klaaswaal en Goldschalksoord, waar men Maandagnamiddag te vièr uur aankwam. De afstand van Bergen-op-Zoom tot laatstgenoem de plaats is 441 K.M. Men had echter nog 14 K.M. omgeloopen, en de regen had de wandelaars ook af en toe gehinderd. Te Goldschalksoord werden de moede wande laars bij verschillende ingezetenen ingekwar tierd en op recht hartelijke en gastvrije wijze ontvangen. Den volgenden morgen te half zes werd de marsch weer hervat over Charlois, Bergschen- hoek, Kruisweg, Benthuizen naar Leiden (Morsch-kazerne), waar men, zooals boven ge zegd, te kwart voor zes aankwam, wol een beetje moe, doch welgemoed. Op den gelieelen marsoh was niemand uitgevallen cn allen wa ren monter. Luit. De Jonge stond ons onmid dellijk te woord en roemde zeer do prestaties van liet bataljon en den opgewekten kameraad schappelijke.'! geest der manschappen. We namen ook eens een kijkje bij de man schappen zelf, die zich de hutspot goed deden smaken, al hadden velen zich op de krib uit- Veldmaarschalk von Böhm-Ermolli. Twee Oostenrijksche generaals zijn in den laatsVjn tijd vooral op den voorgrond getre den in do krijgsverrichtingen in Galioië, naast tweq Duitsche bevelhebbers, Yon Maokensj?n en Yon Linsingeu, De Oosten rijkers zijn generaal Pfknzcr Baltin, maar niet minder veldmaarschalk Von Bökm- ErmolK. Hij heeft vooral de Russen terug gejaagd aan het Djenester-front en hun bij Grodek slag geleverd, en zijn leger was het ook in 't bijzonder, dat de herneming van Lemberg bewerkte. Zijn naam zal genoemd jblijven in dezen grooten oorlog; we geven Woensdagochtend ging het van Leiden over Aalsmeer maar Amsterdam. K. M. de Koningin op inspectie. Mil. huzaar I'. Bosma, 1 esk. 1 R. H. 4e div. schrijft ons Telkenmalo als er een fecstavondjo wordt gegeven of eefi avond van uitspanning is ge organiseerd of or is een officier of onderoffi cier van verschillende compagnieën of secties weggegaan, las ik altijd een verslagje van het welslagen van zoo'n avond en met een dankbe tuiging aan de loeren officieren of minderen, die zoo'n avond hadden weten to organiseeren, «li© hun natuurlijk ook toekwam, want immers liet spreekwoord zegtgeeft eere wien ze toekomt. En wanneer er een vertrokken was, waar de jongens goed mee op konden schie ten, dan las ik altijd een verslagjo van alge- meenen dank aan dengeno die vertrokken was. Maar weet ge wat bijzonder mijn aandacht trof op 18 Juni on do daarop volgende dagen? Do IV Divisie mocht het genoegen smaken, dat onze Landsvorstin in liaar midden mocht zijn en nog wol twee lange dagen. Zij modi- ten liet genoegen smaken do vriendelijke knik jes van onzo dierbare Koningin Wilhelmina te aanvaarden. Wat was het een genot te zien dat zij nog derzelfde is voor ons volk, als de gelieelo Oranjestam altijd voor het Xederland- sche volk geweest is. Maar toch is het wel bijzonder zel>or te noemen, dat H. M. zelve in het begin der mobilisatie uittewij zullen niet vechten jongens want ik wil niet dat mijn mannen zullen vallen door mijn toe- of afdoen en daarom, zoo uitte onze dierbare vorstin, zoo bidden wij een en denzelfden God dat bij ons voor het verschrikkelijke van don oorlog moge bewaren, waar wij gelukkig tot dusver nog buiten staan. En nu viel het mij zoo eigenaar dig op, dat zoo con gebeurtenis die pas bij do IV Divisie hoeft plaat3 gehad, dat daar niet een verslagjo van in ouzo,,.Soldatencou rant*' stond, waar anders wel echte vader landslievende jougens soms mooio stukjes in kunnen plaatsen. Weesfc wakende, dat, wan neer onze goerbiedigdc Koningin weer een van oazo trocpcndoelen mocht komen inspec teer en. dat wij haar dan goed op mochten ne men. om wanneer Hare Majesteit vertrokken is, wij dan oen mooi ingezonden stuk in on zo courant te lozen krijgen. Men zonde er dan verslag van in aan onzo „Soldatencourant". P. BOSMA. Ie R. H. 1 esk. 4 Divisie-Veldleger. Rijwïclbelasting Militairen. Mil. C. H. Karssen schrijft ons Door vele militairen is dezer dagen het belastingbiljet voor hun rijwiel ontvangen, en ik twijfel niot ,of velen met mij zal do schrik om het hart zijn geslagen. Zoo zullen wij. vallende onder de gemeente Vreeswijk^ een bedrag van -2, plus j 1,65 opcenten, is de somma van 3.65 rijwielbclas- ting moeten betalen. Veh-n onder ons betalen als zij in hun bur- gerbetrekking zijn en dus in hun volle ver diensten 0.50 of 1 rijwielbelasting. Nu wij 0.23 per dag t<> verteren hebben, moeten wij 3.6-5 belasting betalen. Waar moot dat vandaan komen? Met beleefden dank voor de plaatsing ver blijf ik hoogachtend milicien C. H. Karsson. Fort „Waalsche Wetering". Dankbetuigingen. Mil. Huisman schrijft ons: lk gevoel mij verplicht op deze wijze uiting te geven aan mijn dankbaarheid welke ik ver schuldigd ben aan liet personeel van den le Comp. 3 Bat., 6 Rog. Infanterie voor liet prach tige cadeau, dat ik bij gelegenheid van mijn hnwclijlc van hen mocht ontvangen. Dit zal voor mij oen voortdurende herinnering wezen aan de sympathieke verhouding tusschon mijn kameraden gedurende deze lange mobilisatie. Mede namens mijn echtgenoot© betuig ik hun nogmaals mijn hartelijkon dank. Milicien HUISMAN, 1 Comp. 3 Bat. G Reg. Inf. Aan de H. HL officieren, onderofficieren, korporaals en manschappen van het fort aan den Ham, betuigen de landweersoldaat H. C. van Broekhuizen cn zijn echtgenoote met dezen hun hartelijkon dank voor de fraaie be wijzen van belangstelling en voor het fraaie huldeblijk hun aangeboden ter gelegenheid van hunno 121-jarige eohtvereeniging. H. C. v. BROEKHUIZEN en echtgenoote. Aan alle mijne vrienden van de zware tele- graafafdeeling. kamer 20, hartelijk dank voor hot prachtige cadeau, mij geschonken ter ge legenheid van mijn huwelijk; het is voor mij een bewijs van vriendschap, waar ieder mensch. behoefte aan heeft en «laardoor dan ook zeer door mij op prijs gesteld wordt. H. WENDT, Milicien A. T., Telegraafafdeeling, lo Divisie. Mil. G. te Riet schrijft ons: 13»t is voor mij een aangename taak om allen van de bezetting fort Waalsche Wetering te bedanken voor hot prachtige cadeau, dat ze mij gegeven hebben. In stilte hadden ze gelden verzameld om mij weer in 6taat te stellen aan een fiets te komen, daar de mijne mij was ont nomen in de kazerne in Utrecht. Tevens ook mijn bartel ijken dank aan den fortcommandant, dio cr ook het zijne heeft toe bijgedragen. Dit is een bewijs dat er ware vriendschap onder de bezetting van 't fort Waalsche Wetering bestaat. Nogmaals mijn hartelijken dank. De mil. G. TE RIET, fort Waalsche Wetering. Mil. M. de Wilt schrijft ons: j Ondergeteekende. milicien M. de Wilt, 2e comp. le bat. 3e reg. inf. wenscht hiermede, cok namens zijn echtgenoote, z;jn oprechten dank te betuigen aan alle militairen der 2e comp. voor het prachtige geschenk, dat 'zij De heer Oroenouwe schrijft ens nog Van mijn aanbieding van muziek maakte» niet minder dan plm. 120 militairen en burger;; gebruik. Bij gelegenheid mag u nog wel eens mededeelen dat ik ondi r geen voorwaard- gratis aan burg rs zend. Mijn bedoeling is alleen militairen een genoegen tc doen. Met vriendschappelijke groeten, Hoogachtend. G. J. GROENOCWE. Diep treurig. (Van mil. J. H. van Knippenbergh.) 't Was 8 Juni, Dinsdag j.l., We gingen allen welgemoed, Na 'n heeten dagmarsrh, weltevreden, Naar 't stedelijk bad, o! heerlijk, goed! Maar o, wie bad liet kunnen gissen, Dat oen verdronk, ons beste vriend, Voortaan zullen we hora mooten missen, Hij, door ons allen geëerd, bemind Hij was een allerbeste jongen, Bij droeg 't hart op de goede plaats, Mnar ach, 't ongeluk wilde 't, 0 doodwat kwaamt gij vroeg, helaas Toch geen, wien een verwijt kan treffen, Een woord van lof komt menig toe, Want allen, allen die maar konden. Snelden naar de onheilsplaat.se toe. In de eerste plaats een woord van eere Aan Tielens, res. 2e Luitenant, Sprong, niets ontziend, direct te water, Gekleed, gelaarsd, van den steilen kant. Nogmanls. en nogmaals werd gedoken, Naar de bodem van 't meer, Allee beproefd, niets ongelaten, Helaas te laat, hij was niet meer. Uit de wateren was hij opgestegen, Tot zijn Opperrechter en zijn Heer, Dat Hij hem genadig mag wezen, Wat verlangen wij thans nog meer? Beste Ouders en Familie, Troost u, al is de slag ook zwaar. Wil niet tegen God© morren, Want zijn weg is wonderbaar. J. H. v. KNIPPENBERGH, le Es"k. 2e Reg Huz. Attakeeren. (door sergt. G- Persklomp). ,'t Wordt nu tijd", zoo klinken de signalen, Vooruit mi, wij stormen terstond Wij kennen geen aarz'len, de zeg© behalen, De vijand verdwijn© van den grond. Al valt er een, of twee, of drie, Wat malen wijf daar nu om, Aan ons alleen nu de victorie, Voor t'rugtrekken zijn we stom. Daar valt de kapitein, 't lood in de borst, Geen aarz'len bestaat, en steeds rechtuit, Daar ziet gij den luit'nant, naar roem hij dorst Hij snelt aanvoerend nu ons vooruit. Reads meermalen hebben we er op gewezen, dat de oorlog tusschen Oosten- rijk en Italië zijn bijzondere moeilijkheden heeft. De grens tusschen beide landen toch ligt in de Alpenstreek cn do terroinmoeilijkheden zijn ontzaglijk groot. Hier en daar komt men zelfs, hooger op de bergtoppen, in het gebied der eeuwige sneeuw. Ons plaatje hierboven geeft ons daar een beeld van: een Oostenrijksche ski-patrouille heeft in de bergen een afdeeling Italiaansehe troepen bemerkt en neemt ze nu op 't vizier. Een eigenaardig idee is het wel, midden in de zomer sneeuwschoenen te zien en de menschen languit liggende in de sneeuw! •hem ter gelegenheid van zijn huwelijk hebben ,n geboden. M. DE WILT. Schijn bedriegt. (Van den kanonnier G. J. Groenouwe.) Als soms iets je mooi toelijkt, Denk niet dat 't voldoend© is, Daardoor hebben velen vaak, Soms de grootsto ergernis. Deuk dus, mocht go iets gaan doen, Steeds aan 't spreekwoord, jaren oud, Wet er op deez' aarde blinkt, Is daarom niet altijd goud. Vele menschen zeggen dikwijls, Nederland is o zoo klein, Wanneer ooit een vijand komt, Zullen we verloren zijn. 'n Infant'rist di© 't hoort, zegt dan: ..Holland is zoo klein niet hoor, 'k 1-oop al 12 maanden lang, En ik ben er nog niet door." Velen gaan er vaak voorspellen, Dan of dan zal 't vrede zijn, Nooit is het nog waar gebleken, 't Was slechts altijd nog maar schijn. Maar ik zal het u vertellen, Dat ik 't raad, is wel gewis, Dan alleen krijgen wo v r e d e, Als er niet meer to „vreten" is. Ieder land gaat thans beweren: „We hebben volk nog steeds genoeg, We namen oneindig veel gevang'neu, Niemand die ons ooit versloeg." Ik voor mij ga echter donken, IToe men van de waarheid steelt, Al hebben z' nog zooveel gewonnen, Toch hebben ze veel verspeeld. D' aviatiek praalt thans in glorie, Dat is iedereen bekend, Ieder mcnsch kan vliegen leeren, Hoe een stom'rik of je bent. 't Is daarom een feit geworden En ook vast alleen geen schijn, Je kunt ,,'n hoogvlieger"' thans wezen, En toch nog oen ezel zijn. Iedereen riep met verwond'ring, Over 'tHaagsclio Vroêpaleis, Van de weelde dio er heerschte, Raakte men haast van de wijs. Naar 't scheen ontbrak er geen syllabe, Alles was precies van pas, Nu blijkt duid'liik dat 't voornaamste, Do „Vredesengel", er n i e t was. f}. J. GROENOUWE, kanonnier K./R. A. j Daar ligt d© stelling, die wij moeten nomen, Ten kost© van alles het moet. Hier kan nu bestaan, noch aarz'len noch talmen. Al drenkt zich do grond met ons bloed! Eon sprong nog en daaT reeds kruisen, De wapens met blinkend geluid. Geen kogel hoort men meer suïsen, Met 't vuren is lang uit. Slechts enkele minuten, dio eïnd'loos schenen, Hoort men 't- gegil en gebons Dan ras is d' ontmoedigde vijand verdwenen, En... „hoera, de stelling is ons". G. PERSKLOMP. Muziek aan boord. (Van marinier 2e klas J. de Kreij.) Geachte Redacteur, Ach, stel mij niot te leur, Maar zet cons in uw krant, Iets van II. M. „Holland". Het is wol heel komiek, Het gaat hier over de muziek; De muziek speelt hier een groot© rol, Jaagt zelfs matrozen en mariniers op bpl. Ik zeg het u zoo zondor dollen, 11 uur ziet men alles over liet dek heen hollen. Dan is hot looppas met muziek: Ik vind het aardig, zelfs komiek, Op baksgowijs gaat alles netjes en content, Mant daarbij is onzo muziek present. Misschien zult gij mij niet gelooven, Zelfs do sloepen gaan met muziek naar boven. Daarom is aller wensdh van Janmaat, Dat onze muziek ons nimmer verlaat. Dus alle eer aan de muziek, Al is het dan ook wat komiek. J. DE KREIJ, Marinier 2e klas, a/b. H. M. „Holland". Haar SmartI (Van mil. soldt. Kessels). Hoe zoo treurig, hoe zoo mïjm'rend, Hoe het- sprekend oog zoo strak? Is het droeilieid wijl uw haudje 't Rocsjen van haar stengel brak? 't Roosje wilde graag nog bloeien Geuren spreiden, wijl en zijd! Maar heur leven is verbroken Is gestorven voor heur tijd! Hoe zoo treurig, hoe zoo mijm'rend! Hoe het sprekend oog zoo strak Was 't do doren, die u kwetste, Die u in den vinger stak? 't. Roesje wilde graag nog bloeien Geuren spreiden, heinde en veer, Daarom bocd heur scherp© dorea U een zwakke tegenweer, Hoe bloe«iig en men- k-hen-vernielend dezo oorlog in, zc geeft nog vaalc aanleiding tot car- ricafurcn, spottende tee leerlingen, die echter vaker vlijmend-sarcas tisch zijn, dan goedi.g- spottend, zooals van zelf spreekt. Natuurlijk komt do bespotting steeds van den karn van den tegenstander en omdat er in den regel veel overdrijving in is, geven wij ze lie ver niet weer. Maar een enkcleuitzondering z.al wel zijn toegestaan. Dit is eon carricatuur van Duitschen kant: Engeland wordt voor gesteld door John Buil, die aan den oever der Dardanellen staat en zijn schepen daar ziet vergaan. Inderdaad heeft Engeland in of lij deze zeeSngte heel wat oorlogsschepen verloren, en de schrik op 't gelaat van John Bull is te verklaren. Maar we vermoeden dat in werkelijkheid de Brit3che regeering niet zoo verschrikt is en dat zij weldra revanche zal nemen. Hoe zoo treurig, ho© zoo mijm'rend Ho© hot sprekend oog zoo strak? Zijt ge een weeze, en mist gij alles Onder gastvrij onderdak Sloot het vriendlijk oog van moeder Levensmoe zich voor altijd! Of ontviel de trouw© vader L" in heeten levensstrijd Hoe zoo treurig, hoe zoo mijm'rend? Hoe hot sprekend oog zoo Btrak? Voelt go u voor den kamp van "t loven, Liev© schoone, alleen, t© zwak? Vondt g© niemand, die u steunde Toen go steunsel noodig hadt? Vindt ge mooglijk geen verhooring, Waar ge in allen eenvoud badt? Hoe zoo treurig, ho© zoo mijmrend? Hoe liet sprekend oog zoo strak? Is het mogelijk,wijl nog niemand U van liefde en minne sprak Wacht maar, eenmaal zal hij komen Eenmaal klopt hij aan uw hart. Weg dan droeve mijmeringen Liefde is balsem voor d© smart! Ach, hij klopt© lang voor dezen! En rampzalige die ik was 'k Deed hem open. en nu klaag ik, Liefd© en minne is broos als glas, Do oorlog riep hem op ten strijde! Droeve 6oheidmg was ons deel In den vreemden bodem rust bijl 't Vaderland ontnam mij veel!' „Onder dit prieeltje Bprak hij Mij zijn laatst, zijn teer vaarwel! O, vol mood ©n blijdo hopo Trok hij op ten oorlogsspel Velen gingen weinig koeren, Zingend t overwinningslied; -Jaar ik boorde zijne stemme In dat blij gejubel niet! In den vreemden bodem rust hij, Vroeg viel hem de levensmacht'. Nimmer nimmer keert hij weder, Ho© verlangd, en hoe verwacht. Slechts in 't rnischen van 't gebladert, Hoor ik de echo .van zijn stem. Onder dit prieeltje leef ik In herinnering nog met hem. T0NNY KESSELS, milicien-soldaat. Fort Vuren. Stormweer. (Van korporaal W. Westerit.) Wild bruisend en brullend, mot woeste kracht, Spookt het oj? zee, in donkren nacht. De losgelaten elementen, Opgezweept door do natuur, Schijnen onbeperkt© meesters Over mensch en schip en stuur. Zie! daarginds een schip in nood, Menschen worstelen met den dood. Reeds schijnt hun laatste uur geslagen. Kom! zullen wij den tocht niet wagen? Komaan, g, .mannon, kloek en snerk, Slaat d© banden aan hot werk 1 Nog is alles niet verloren, Kom, vrijwilligers, naar voren! D© ruwe mannen van d© zee, Zo treden naar voTen, ieder wil mee! Menigmaal hebben ze reeds gestreden, Doch nimmer was de zee zooals heden. Maar doordrongen van hun duren plicht, En waarvoor al het ander© zwicht, Stappen ze, het hoofd ontbloot, In d© rank© reddingboot. De ruw© mannen van 't Hollandseh bloed, Z© hebben een diep en gevoelig gemoed, Zo weten, dat bij hun heldhaftig pogen De zegen moet komen van den Almachtige boven, Want zonder dien zegen kan het niet gaan, Dan zullen ze met hun bootje vergaan. Daarom smeelcen ze den goeden God, En bevelen in zijn handen hun lot, Welaan dan. nu den strijd begonnen, Totdat wij hebben overwonnen. Moeizaam is het werk der helden, Bovenmensclielijk schijnt hun kracht; Hunno spieren, dik als koorden, Spannen zich uit alle macht, Hunne breede borsten hijgen, Van het lange, zware werk. Maar zo zullen niet vertwijfelen, Hollands mannen, die zijn sterk! Eindelijk, na een hangen strijd, Is het gewensehte doel bereikt En de volharding werd beloond, Door allen in dit uur betoond. Hun tocht, die mocht volkomen slagen, Wat ze ook hebben moeten wagen En met een blij en dankbaar gemoed, Wordt weer de vaste kust begroet. Een luid gejubel hoorde men toen, "Voor do helden der zee, zoo dapper cn koen Geprezen, gij mannen, van eenvoud en kracht. Uw naam blijft in eere, van geslacht op ge slacht, Geen stormen of zeeën zijn u te sterk, Bij uw edel en menschlievcnd werk, Gij bevestigt Hollands alouden roem. Gij mannen der zee, zoo dapper en koen W. WESTERIT, Korp. der mariniers. Dood van een strijder. (Van eergt. L. H. Scholten). Op 't slagveld daalt do donk're nacht, En somb're wolken drijven zwijgend aan Uit 'n floers van weedom klinkt een klacht, Een kreet van hen, dio moeten sterven gaan. Daar ligt een held, die moedig streed, 't Gevaar niet duchtte, jnaar-troisch den dood In d' oogen zag. totdat hij wreed Getroffen werd door 't moordend kogollood. Daar ligt hij nu. den dood nabij. En ver van allen, die hom dierbaar zijn. 't Verleden trekt zijn geest voorbij Hij lacht, en denkt niet meer aan smart en pijn. Ginds rijst uit vaag en ver verschiet Omhoog een beeld, van gouden glans omstraald. Het nadert hem, en wuivend *i©t Hij wenken haar ,aie zwevend tot hem daalt. Een sidd'ring vaart hem door de Jeêa: Zij buigt... baar lippen raken zocht Zijn mond. Een zucht: zijn ziel is heen Alom is steeds nog demker-droevo nacht. L. S. 3/11 R. I. Arrestatie In den zin der wet. De krijgsraad te 's-Gravenhage heeft een milicien d«*r infanterie, die terecht stond-'ter zake desertie opgevolg'l dcor arrestatie te s-Gravenhage, vrij gespro ke n Bc-kl. word gearresteerd op last van zijn compagniescommandant, door ©en onderofficier en een korporaal. De krijgsraad achtte niet bewezen, dat beklaagde ,.g«-arrestwrd" zoude zijn in den zin van artikel 134 Grimineel Wetb. voor het Krijgsvolk te Lande. D© krijgsraad overwoog daarbij, dat gemeld artikel daarmede bedoelt ©ene wttige arresta tie, vermits het onaannemelijk is, dat do wet kan bedoeld hebben, dat ©ene onwettige arres tatie een deserteur zoudo Jrannon versteken van zijn recht om door terugkeer of aangifte binnen vier weken eene justitieel© bestraffing te ontgaan Dat in casu bekl.'s compagniescommandant een onderofficier en een korporaal heeft gelast om den bekl. te arresteeren dat volgens artikel 1-37 der Grondwet, buiten d© gevallen in de wet bepaald, niemand in hechtenis mag worden genomen dan op een bevel van den rechter. inhoudoDdc de redenen der gedane aanhouding; dat ten dezo geen bevel tot aanhouding, door een rechter gegeven, is overgelegd en de vraag dient beslist, of do compagniescommandant be voegd was den last tot arrestatie te geven; dat de compagniescommandant zich in de eerst© plaats heeft beroepen op de aan ecu meerdere, «li© recht om te straffen heeft, van zelf toekomend© bevoegdheid den strafschul dige bij zich t© doen haïon, dat naar het oor deel van den krijgsraad dit beroep niet opgaat, vermits nergens staat geschreven en h©t ook nie: vanzelf spreekt, dat eeno autoriteit, d:e mag 6traffen, ook tot arresteeren bevoegd zoude zijn dat do compagniescommandant zich in do tweede plaats heeft beroepen op do artikelen 4 en 5 der rechtspleging bij d- Landmacht ©n liet daarmede correspond---rondo artikel 35 Reglement van Krijgstucht voor het krijgsvolk te Lande, bepalende, dat door ©en meerder© het arrest aan een minder© kan respectievelijk moet worden aangezegd dat naar het oordeel van den krijgsraad ook dit beroep niet opgaat, vermits dezo be- paiing alleen betrekking heeft op de persoon lijke aanzegging in het kwartier van voorïoopig arrest"; dat daarenboven de aanvankelijk© beslissing over het voorïoopig arrest t«r zake van een strafbaar feit door do rechtspleging bij do landmacht is goh-gd in handen van den com mandeerenden officier van het g3rn;zocn en niet in die van den compagnies-commandant, terwijl in het bijzonder do aanhouding van deserteurs blijkens art. 261 Reglement voor den Garnizoensdienst, wel n:< t met zoovel© woorden, maar dan toch naar do door de praktijk erkende bedoeling* is opgedragen aan de plaatselijke commandanten dat do bovengestelde bevoigdhcidsvraag in ontkennenden zin wordt beantwoord en de gedane arrestatie als niet wettig wordt be schouwd. waarbij do krijgsraad niet mag na laten uiting te geven aan zijn overtuiging èn van de goed© trouw èn van do ijverige plichts betrachting van voormelden compagnies-com mandant. De krijgsraad verklaarde daarom hot ten laste gelégde niet wettig en overtuigend be wezen, sprak hem .vrij. aan uen co:Ma renden oifi«-ier van bekl.'s corps de beslissing latende of beki. disciplinair gecorrigeerd be hoort te wordes:. De auditeur-militair mr. Pa'.the Wesonhagen achtte bekl. schuldig en had dien3 veroordeeling gerequireenl. Namens den advocaat-fiscaal bij Hr. Ms. land en zeemacht is tegen het vrijsprekend von nis appèl aangeteekend bij het Hoog-Militair Gerechtshof. Auto-ongeluk. Een gezin, wonende aan boord van ©en schip, liggende aan het kanaal te 's-Graver&age, zou Zondagavond een bezoek aan Scheveningen brengen, toon, in do Nieuwe Parklaan bij het Gevers Deynootplein, oen auto in razende vaart, zonder signalen te geven, naderde. Ver schrikt vloog de familie uiteen, doch de vrouw van den schipper had het ongeluk onder do auto te komen en werd onmiddellijk gedood. De chauffeur, die aanvankelijk doorreed,is later aangehouden. Een goed zwemmer. Men schrijft uit Loosduinen aan (lc ,,X. Ct." Van do driesoldaten, die hier'Eaterdspg in het - h<^itaalNwerdeiriopg©EOinenJj'

Krantenbank Zeeland

De Soldatencourant. Orgaan voor Leger en Vloot | 1915 | | pagina 3