Rb. t3&
Woensdag 30 Jtmï 1915
Orgaan voor Leger en Vloot.
Oorlogsnieuws.
4
Onder redactie van D. MANASSEN.
ilili
De Nederiandsche Veldpost
De Bokkewagen.
Oplaag 45,000 exemplaren.
DE SOLDATENCOURANT
APEES DEE REDACTIE EX ADMINISTRATIE PALESTRINASTRAAT 10,
AMSTERDAM. TELEFOON Z.496S. DIT BLAD VERSCHIJNT DRIEMAAL PER
WEEK. LOSSE NUMMERS VOOR MILITAIREN 1 CENT, VOOR NIET-MILITAI-
REN 3 CENT, ABONNEMENT f 1.50 PER DRIE MAANDEN.
Voor Advertcntfën wende men zich tot het Alg. Advertentie-Bureau ROL'MA&Co.
Heerengracht 2>ü Ajnsterdain.tot de DrukkerijJacob van Cam pen" N. Z. Voorburgwal
234-240 (Keizerrijk 9) Amsterdam of tot onze Administratie, Palestrinastraat 10
Amsterdam. Prys der Advortentiën per regel 30 cent. By abouneurani reductie
Groot-Brittanje en Ierland.
De onderzeesclie blokkade van Duitachland tegenover liet Britsche rijk gaat nog steeds haar gang. Geen dag haast gaat er
voorbij of een of meer Engelsche schepen, na een handelsstoomboot dan een treiler, worden getorpedeerd. Een enkele maal moet
ook een Duitsche visscliersboot er aan gelooven, zoo werd heel aan de Noordkust van Deneraarken een Duitsche treiler door
een Engelsche onderzeeër tot zinken gebracht, maar de Duitsche duikbooten doen toch meer kwaad. Zij wagen zich tot zelfs
bij de Shetlandseilanden ten noorden van Schotland. Doch voornamelijk zwerven zij rond bij de kusten van Engeland en Ierland
en zoeken er hun slachtoffers. Wij geven een kaartje van dit zeegebied, doch het kan tevens zijn dienst doen bij de beschrijvingen
der telkens herhaalde aanvallen van Zeppelins op Engeland's Oostkust. We zien er de geteisterde plaatsen van vroeger en later:
Scarborough, Harwich, South Shields, enz.
Geen audiëntie.
Blijkens bericht in de Staatscourant"
wordt Donderdag a.s. door den Minister van
Oorlog geen audiëntie verleend.
dook A. P. BENJAftliNSE,
Directeur ïloofdcxpeditie Veldpost.
U.
De veldpostkantoren worden verdeeld in
mobiele en stabiele Aan de etappenwegen, die
van de grens naar het vijandelijk gebied voeren
en die voor ieder legerkorps zooveel mogelijk
gescheiden zijn en waarlangs zich alle verzen
dingen voor de afzonderlijke legerkorpsen be
wegen, liggen de stabiele veldpostkantoren
(stations). Zij zorgen voor den postdienst
voor de troepen, colonnes en veldhospitalen,
die zich bij de etappe bevinden en zijn gelijk
tijdig steunpunten voor d«? langs de etappen-
lijnen ingestelde veldpostritten, die het ver
keer tusschen leger en vaderland onderhouden.
Van uit het veldpostkantoor, dat aan het
einde van de etappen lijn gevestigd is in de
hoofdetappen plaats, gaat de veldpost per auto
naar do veldpostkantoren, die met de troepen
meetrekken. Bij ieder groot onderdeel (divisie,
general-kommando, armoe-ober-kommando) i3
een veldpostkantoor ingedeeld, bovendien
natuurlijk ook bij het algemeen hoofdkwartier.
De veldpostkantoren van een legerkorps staan
onder toezicht van den legerpostdirecteur.
Zijn voornaamste taak is het tot stand brengen
en onderhouden van de noodige postverbin
dingen tiisschen, de veldpost kantoren van het
legerkorps en het vaderland. De opperleiding
van de veldpost ligt voor alle postale vragen
in handen van de Jioofdadministratie, en op
het slagv&ld zelf in handen van den feldober-
postmeister, die tot het Groote Hoofdkwartier
behoort. Dit ambt is tegenwoordig opgedragen
aan den oberpostdirektor uit Leipzig, Domiz-
laff.
Te zijner beschikking staan meerdere feld-
oberpostinspektown en eon toereikende bureau
staf. Het geheele veldpostpersoneel telt, met
inbegrip van het Beierscho en M'urtemberg-
sche personeel, tegenwoordig 4900 man. Het
zijn allen uitgezochte personen, die ook be
stand zijn tegen de lichamelijke inspanningen,
die aan hun werkkring verhonden zijn. Reeds
menigeen van hen heeft het ijzeren kruis ge
kregen wogens het plichtgetrouw vervullen van
zijn arbeid, ook onder de moeilijkste omstan
digheden.
De voorwaarde dat de veldpost, ter wille
van de beweeglijkheid van den troep, dus uit
militair oogpunt, met zoo eenvoudig en be
perkt mogelijk materieel moet. werken, maakt
dat de uitvoering-van-den dienst, in verge
lijking met do gewone postkantoren, ten zeer
ste moet gewaardeerd worden.
Eenige voertuigen en het allernoodzakelijk
ste aan bedrijfs- en kantoorniaterieel moet
voldoende zijn om daarmee onder moeilijke
omstandigheden reuzenwerk te verrichten. Men
moet bedenken, dat tegenwoordig dagelijks van
uit het vaderland alleen 40,000 groote bundels
met veldpost verzonden worden. Het hiervan
over België geleide deel omvat dagelijks 4
speciale posttreinen met 60 volgeladen post-
rijtuigen. Nu venverken de verzameikantoren
de post zoover, dat voor de veldpostkantoren
<le afgifte aan de troependeelen zooveel moge
lijk vergemakkelijkt wordt. In het vaderland
kunnen echter slechts de posten voor bepaalde
tröepenonderdeelen iu bundels afgewerkt wor
den, zoodat zij voor afgifte klaar zijn. De
overige post, uit de bundels met gemengden
inhoud, moet op het veldpostkantoor vóór de
uitgifte verwerkt worden volgens de afhalers
(colonnes, veldhospitalen, enz.).
Het kost verder veel tijd en moeite om de
in 't veld tor post bezorgde correspondentie,
die 2 a 3 millioen stuks per dag bedraagt, te
verwerken, waartoe ook de brieven behooren,
die onbesteldbaar zijn, omdat de geadresseerde
intusschen gesneuveld is, vermist v.ordt of iu
een onbekend veldhospitaal verpleegd wordt.
Bij enkele veldpostkantoren bedraagt het aan
tal ter post bezorgde correspondentie pl.rn.
40,000 stuks per dag, wat gelijk staat met
het verkeer van kantoren als Potsdam en Hei
delberg. Naast het briefverkeer heeft de veld
post ook een omvangrijk geldverkeer in den
vorm van postw issels. De uitbetaling van post
wissels aan de troepen te velde, die overigens
niet door do veldpostkantoren, maar evenals
het uitreiken van de correspondentie, door de
troepen geschiedt, is daarbij van geringe be-
ieekenis.
Des te grooter is echter de storting van
postwissels te velde. Dat bij een veldpostkan
toor pl.m. 10,000 postwissels maandejijks ge
stort worden, is niets buitengewoons. Het
totale aantal der te velde gestorte postwissels
bedraagt. 1} millioen maandelijks en het totaal
bedrag 6070 millioen Mark. In 't geheel
worden dagelijks 1011 millioen veldpostzen
dingen op de ongeveer 100 veldpostkantoren
ontvangen en uitgewerkt of aangenomen en
verzonden
Slot volgt .f
Hulde aan den Hederlandschen soldaat.
Het Handelsblad van Antwerpen heeft
in zijn nummer van 25 Mei onder het op
schuil: Iu den nood leert men zijn vrien
den kennen, een warm gesteld artikel ge
had, waarin hulde werd gebracht aan dé
hulpvaardigheid van den Xederlandsche
soldaatdie vooral bij den grooten uittocht
der Belgen naar Nederland na dan val van
Antwerpen op ondubbelzinnige wijze is ge
bleken. Thans lezen wij in het Antwerpsche
orgaan, ,,dat te Antwerpen een comité in
vorming is, met het oogmerk eene klinken
de hulde te brengen aan de edelmoedige
soldaten, die zooveel bewijzen van men-
Gij ons met eenvoud wist te gunnen.
Daarom nogmaals. U onzen dank
Uit 't innig dankbaar hart geboren.
Dit roepen wij met forschen klank.
Opdat 't de wereld moge hooren.
LX. R. Ct.)
Antwerpen bevat
C. CTiar, „Aan de
'eheeten
waarvan
Jules Claretie.
Chanf#>pleure, de dichter, vertelde ons
op een avond onder een sigaar en een
pousse-café:
»,Ik heb in mijn leven al heel wat triom
fen gevierd: gelukkige liefdes, die mij tra
nen hebben gekost, ongelukkige liefdes, die
mij eerst wanhopig hebben gemaakt en waar
over ik daarna kon glimlachen, vriend
schappen, die de jaren hebbeu doen ver-
bleeken evenals mijn haren en mijn
haar heeft zich langer uitgehouden dan dik
wijls mijn vrienden nu en can een succes
in het theater, succes op het podium zelfs,
want ik heb mijn lippen gelaafd aan het
traditioneele glaasje suikerwater van den
redenaar; ik heb geparfumeerde briefjes
ontvangen vaD bewonderaarsters en anoyme
brieven van beaiijderszoete en hit tere
briefjes; en dat allemaal bij elkaarliefde,
toejuichingen, eer en zelfs de afgunst van
den mijn leven gelukkig hebben gemaakt,
d.w.z. een beetje minder ongelukkig dan
bet leven van mijn omgeving, als ik lang,
lang geleden een droombeeld had kunnen
verwezenlijken, een geluk laad kunnen be
machtigen, waarvan ik nu slechts heb ge
droomd, als ik maar... jullie zult me uit
lachen, maar het is verkeerd om te lachen
om een wensch, een verlangen, een ideaal,
als ik maar had kunnen bereiken...*'
,,IIet oude Rome..."
,,Neen, een bokkewagen."
En toen wij allen verbaasde uitroepen
lieten hooren:
,,Ja, ja, zeker," zeide Chantepleure,
,,De bokkewagen! Zoo'n bokkewagen, als
je wel ziet in den tuin van de Tuileriën of
de Champs Ely sees, die van het eene bosch-
je naar het andere rijdt met zijn last van
rozige, blonde kleuters. De bokkewagen
Dat was en dat is mijn heele leven lang
mijn grootste verlangen geweest! En dat
verlangen beb ik ttooit. never, oh never
morekunnen bevredigen. Van kindsbeen
af, tot nu, mijn vijftigste jaar, heb ik altijd
bij mij zeiven gezegd: ,,Die kinderen in hun
bokkewagens zijn toch werkelijk gelukkig."
Voor den eersten keer zag ik zoo'n wa-
scheuliefde gaven.
Het Handelblad
tevens een gedicht va
Hollandsche soldaten
hier de eerste twee en het laatste coupli
mogen volgen:
Mijn dankbaar hart. herdenke U steeds
O Nederiandsche, brave zielen.
Hoe dikwijls toch, heb ik niet reeds
Wijl danbre tranen mij ontvielen
U in den geest terug gezien
U brave jongensgoede harten
Voor wien meelijdend hulpe biên
Natuurgewoon is. Wat al smarten
Hebt gij niet met een zacht gebaar
Verlicht; wat deedt gij tranen drogen-
Bij de arme vluchtelingen-schaar
Met uw harttreffend raededoogen.
Nog zie ik U, met zacht geweld
Om haren last wat te verminderen,
Het kind, in moeders arm gekneld
Haar zacht ontnemen. Zwakke kinderen
Zie 'k U nog, droevig aangedaan
Optillen en soms uren dragen.
'k Zie grijsaards met een pak belaan
Ontlasten, en hen zelf nog schragen.
Nog zie ik, hoe gij vol genot
Uwe rantsoenen weg gingt schenken'
U zelf vergetend, om aan 't lot
Van die rampzaligen te denken.
Geloof, de dankbaarheid is groot
Die wij voor uw weldaden voelen
Die blijft ons bij, tot aan den dood,
Neen, nooit zal iemand van ons al
Maar ééneu stond vergeten kunnen
Wat milde giften zonder tal
Moeder had mij toen uit ons klein provin
ciestadje meegenomen naar Parijs, waar zc
familiezaken te regelen had. In die lange
groene lanen zag ik door de boomen die
vroolijke spannetjes schemeren met roode
leidsels en vroolijk-tinkelende belletjes, die
klanken als een klein klokkespel. Op den
bok van het rijtuig zat dan een kleine jon
gen met een stroohoed op en een blauw flu-
weelen jasje aan. Hij hield de teugels in de
hand en zwaaide de zweep met grootsch ge
baar. En nooit, nooit nog bad ik in ons
kleine stadje bokken gezien, die als poney's
waren aangespannen voor kleine wagentjes,
waarmee je door de lanen kon rijden.
..Ik zou ook wel in zoo'n bokkewagen
wille® rijden," zei ik tegen mama.
„Mijn arm moedertje had zeker haast
om naar den een of ander zaakwaarnemer
of notaris te gaan. Ze zeide vriendelijk:
Morgen."
,,En den heel en nacht droomde ik van het
pleizier, dat mij te wachten stond: de bok
kewagen met de roode leidsel» en de zilve
ren belletjes en de majestueuze zweep van
den jongen met zijn fluweelen jasje. Zoo
zou ik. morgen ook op den bok zitten en dan
zou ik mijn bokken toeroepen: hop, hop en
gentje in een van de lanen van het Luxem-. naast mij zou de verhuurder draven net als
9L jfoflff, heelJffig_geleden, j^ie ?,ariero" gaast^-de muilezels-me^ hun
De toestand in den reuzenstrijd.
j Wij kunnen ons in den oorlog, die im
bijna een jaar duurt, haast geen i'aze voor-
Stellen, die zoo weinig interesseert als die der
allerlaatste dagen. Niet, dat er niet genoeg
jgebeurt, niet, dat er niet alle dagen hevig
wordt gevochten en er doodeu en gewonden
'bij duizenden vallen op de verschillende
slagvelden, maar omdat dit alles blijk
baar niet helpt, omdat dit al maanden zoo
gegaan is en er toch nog geen resultaat i.
'bereikt van overwegend belang, er toch nog
in de verste verte geen beslissing in de ge
weldige worsteling is te zien. En steeds op
nieuw, en steeds dringender en. smartelijker
moet wel de vraag opwellen bij honderddui
zenden en honderdduizenden j,n de wereld,
waarom toch dit alles, en waarom dit neg
langer
De Russen zijn verslagen in Galiciëzul
len er wel heel spoedig uit verdreven zijn,
zeker is dit een wapenfeit van belang voor
Duitschland en Oostenrijk, een grooteche
oorlogsdaad, maar komen zij. komen wij
allen er een eind verder mee, dichter bij een
overwinning aan eenen kant, dichter bij
den vrede Want de bondgenooten zijn ook
in het Oosten nog lang met, waar ze willen
en moeten zijn. Zelfs schijnt, alsof er nu
weer een vej-riapping in hun actie is inge
treden. De Tsaar is weer naar het front
vertrokken, dat beteekent steeds, dat, de
Russische legers, misschien versterkt, op
nieuw met kracht zullen optreden. En zc
deen dat blijkbaar. Naar 't schijnt houden 1
op verschillende doelen van het. front in t
Oosten de vijanden elkaan nu in evenwicht
aan den Dn jester o a houden de Russen
met groote hardnekkigheid stand en verde
digen het laatste stukje Galiciech gebied
Ook de strijd in het Oosten is dus voor de
Duitschers en Oostenrijkers nog geen vol
komen zegetocht.
Dpch we geven toe, het kan dat worden.
De Ruisen kunnen nog verder worden terug
geslagen, in hun eigen gebied, Warschau
kan in handen der Duitschers vallen, we
willen zelfs aannemen, dat de bondgenooten
tot in St. Petersburg komen, waarop do
kans nog niet zoo heel groot is. Doch wat
dan nog? Ook Napoleon heeft wel in Moskou
gezeten en meest toch jammerlijk terug.
Zou men Rusland op die wijze tot een vroae
kunnen dwingen, om daarna met alle kracht
op Frankrijk aan te vallen? Dit schijnt wel
de t&ktiek van Duitachland te zijn, maa:
het is nog lang niet zoover.
Eu eiken dag eïsclit de oorlog zijn tien
duizenden aan mannen, zijn millioenen aan
geld, en financieels en ecoomische zorgen
benauwen de regeerders steeds meer. En
nergens nog uitzicht op een overwinning
niet in de Dardanellen, niet aan de Italiaan-
s-che grens, niet in den Kaukasus, en niet
aan het Westerfront Daar hebben de Fran-
ochen voordeelen behaald bij Atreolit en in
de Vogezen, zonder dat het veel heeft ge
holpen. zonder andere uitwerking dan eeni
ge wijziging van de lange frontlinie.
Waarom, als de strijd week aan week,
maand aan maand, zoo nutteloos, zonder
beslissend resultaat, van de eene of andere
zijde verloopt, sluit men geen vrede? Men
vraagt, het zich steeds af. De vredesstem
ming schijnt er te zijn. Vooral in Duitach
land' De sociaal-democraten daar steken de
hand uit naar hun partijgenooten in de
andere landen, en de Duitsche regeering
duldt dit blijkbaar- Maar in die andere
landen blijft men daarentegen koel: men
wil den strijd doorzetten, heet het, en de
Engelsche vakvereenigingen vooral schijnen
de regeering in hun pogingen meer kracht
aan den strijd bij te zetten, te willen volgen
door dik en dunde trade-unions helpen
de regeering bij den aanmaak van munitie,
bij het tof stand brengen der nieuwe lee
ning, bij de recruteering. Twee en half
millioen aan geld en duizenden dooden daags
hebben de Engelsche arbeiders er blijkbaar
voor over om Duitschland te verpletteren.
't Is mogelijk, dat hun dit gelukt, doch dan
j zijn daar nog maanden nrisschen jaren voor
nodig. Engeland schijnt daar niet- legen
op te zien, maar hoe staat het met Frank
rijk. dat ook weer geld noodig heeft en in
dezen oorlogstijd aan nieuwe belastingen
denkt: hoe staat het met Rusland, dat gi>-
brek lieoft aan munitie? Wie weet, welke
gelukkige verrassingen de eerstvolgende
maanden on3 nog brengen; verrassingen, die
met een spoedigen vrede eindigen
DUITSCHLAND,
Vredesbesprekingen.
BERLIJN. De „Nordd. Allgcm. Zeit.
schrijft in haar politiek
dekkleeden voor een Spaansche diligence.
,.En morgen... het morgen, dat ieder
zijn heele leven door beidt tot den laatsten
dag... morgen kwam eindelijk, eindelijk!
Maar och. dien morgen regende het. Een
grauwe, fijne regen die niet ophield. En
in de laneu van het Luxembourg waren
geen bokkewagens! En den daaropvolgen-
den dag ook niet en heelemaal niet meer,
tot- wij weer weg moesten.
"Wij gingen weer naar L... terug en ik
had bittere spijt over het niet-verwezonlij-
ken van mijn droom, en toch ik had nog
hoop, dat ik nog eens in den bokkewagen
zou klauteren. Ik zei maar bij mijzelf: Ik
ga weer naar Parijs, en in Parijs is dat
mooie karretje weer, die mooie bokkewa
gen Ik ben er nooit in gekomeniedereen
heeft zoo zijn geheim verlangen, het mijne
was: een wandelrit in zoo'n rijtuigje onder
de boomen van een park in Parijs.
„En toen ik eindelijk weer in Parijs kwam
om er school te gaan, was ik al te groot-
voor een bokkewagen. Mijn kameraadjes,
met wie ik wandelrL zouden mij, hoogere
burgerscholier, hebben uitgelachen als ik
mij in mijn schoolpak had vertoond onder
de kleuters in hun kieltjes of fluweelen jas
jes, die nog net als vroeger in hun bokke-
waggns rondreden. Jun bovendien onze-:
haar politiek overzicht
Het bestuur van de socialistische
jiartij ju Duitschland. publiceert on
der liet hoofd Soesa al -democrat ie eu
vrede" een manifest, waarin wordt uiteen
gezet hoezeer de Duitsche sodaal-demo-
ratie in den strijd voor de nationale onaf-
1 hankeüjkheid eu zelfstandigheid van
j Duitschland haren plicht heeft gedaan en
hoe hare vredelievende pogingen door de
sociaal-democraten in de vijandelijke lan
den zijn opgenomen.
I Het feit wordt geconstateerd, dat de
groote massa der bij het Internationaal
Socialistisch Bureau aangesloten socialisten
in Engeland en Frankrijk, hare organisa
ties en besturen met de regeeringen den
oorlog willen voortzetten tot Duitschland
geheel en al ten onder is gebracht. On
danks dit feit verlangt het partijbestuur
onder uiteenzetting van zijn eigen oorlogs
doeleinden en steunend op de door de dap
perheid van onze soldaten geschapen gun
stige positie, dat de regeering zich bereid
zal verklaren om vredesonderhandelingen
aan te knoopen teneinde aan den bloédi-
gen strijd een einde te maken.
De „Vorwarts" werd wegens dit mani
fest op grond van de nog voor besprekin
gen der oorlogsdoeleinden bestaande oen-
suurbopalingen verboden.
Het verschijnen van het manifest is ten
zeerste te betreuren, omdat deze poging om
op de besluiten van de regeering vooruit, te
ioopen in het buitenland en ook op het
meerendeel der Duitsche sociaal-democraten
zeer ongewenschten indruk zal maken.
Ouder gewoonte zal dit manifest, waarin
de algemeene wensch naar vrede wordt uit-
gesproken, voorgesteld worden als een be
wijs, dat men in Duitachland. den oorlog
moede js, hetgeen niet het geval is. Het
manïfésF"kan" derhalve ertoe medewerken
de hoop onzer vijanden te doen herleven.
Zoodra de loop der militaire gebeurte
nissen en de politieke toestand kans bie
den met succes vredesonderhandelingen
aan te knoopen, zal de regeering uit zich
zelf doen wat van haar venvacht mag wor
den. Voor het echter zoover ia, blijft „vol
houden" de leus voor het Duitsche volk."
De slag bij Crodek en aan de Wereszyca.
BERLIJN. Uit het Groote Hoofd
kwartier ontvangen wij omtrent den
slag van Grodek en de Woreszyca-
stelling het volgende telegram: Jn den
nacht van 15 op 16 Juni aanvaardde de
vijand voor het front van de troepen der
bondgenooten den terugtocht in oostelijke
en noordoostelijke richting. Hij trok onge
twijfeld terug naar zijn stelling aan de
Wereszyca en de zoogenaamde Grodek-
stelling.
De Wereszyca is een klein riviertje, dat
in het bergachtig gebied van Magrerow
ontspringt, naar het zuiden stroomt en in
den Dnjester uitmondt. Dit riviertje is zeer
onbeduidend, maar het vormt toch door de
breedte van zijn dal en door de daarin ge
legen meren een ter verdediging zeer ge
schikt terrein. Wat aan de natuurlijke
sterkte der stelling nog ontbrak, werd door
kunst aangevuld. Van hun versterkings
kunst gaven de Russen overal blijk in de
bij Janof noordwaarts aan de Wereszyca
aansluitende Grodek-stelling, die zich in
een lengte van meer dan 70 K.M. in noord
westelijke richting tot in de streek van Na-
rolmiast uitstrekt. Duizenden arbeiders
hadden hier maandenlang gewerkt om een
stelling te bouwen, waarop de Russische
genieurs trotsch mogen zijn.
Hier werden de boomen op groote schaal
gedund en werden honderden E.M. loop
graven met dekkingen en verbindingen tot
stand gebracht. Het woudrïjke bergland
had een totale verandering ondergaan. Ten
slotte werden nog sterke draadnetten ge
spannen.
secondant, die toch ook zijn eigen droom
droomde (hij maakte in stilte verzen), deze
secondant zou mij niet hebben toegestaan
om mijn droombeeld te verwezenlijken.
„Ik ben groot geworden, ik ben oud ge
worden, en ik heb nooit in een bokkewa
gen gezeten. Het is wel een beetje mijn
eigen schuldwant als mijn verlangen heel
hevig werd, hield schaamte mij ter* Val-
sclie schaamte. Want dan redeneerde ik
„Een dichter, wiens stukken in het Odéon
worden gespeeld, een candidaat voor de
Académie, iemand die voor ernstig door
gaat, kan die nu in een bokkewagen gaan
zitten En dan ging ik er weer niet in zit
ten. En, als een spotternij, zag ik dan weer
dat mooie, lieve voertuig voorbijtrekken
met de kinderen, de bellen, de knallende
zweep en ik hoorde het schaterlachen.
,Ik ben oud geworden. Heel veel wen-
schen heb ik niet meer. alleen nog maar
herinneringen, en waarlijk, ik zou het lot
zegenen, als het bij al het goede, dat ik ge
noten heb, nog dat kleine, maar toch groo
te geluk had gevoegd: een rit in een bokke
wagen. Helaas, ik zal mijn leven eindigen,
als de boer, die nooit Carcassonne had ge
zien: ik zal sterven zonder ooit in een bokke
wagen te hebben gezeten Het droeve is,
-ffafc wjj-^allen^-wia-wij^ook rijnhallen tas-
Voor de Wereszyca- en do Grodek-stelling
in hun geheel vormde deze stelling het laat
Bte groote bolwerk, waardoor de Ku r.cn een
zegevierenden vijand tegenhouden en belet
ten zou'len, dat hij doordrong naar Lem-
berg. Het Russische leger bleek niet bij
machte deze plannen .van zijn aanvoerders
uit te .voeren,.
Aan oen garde-cavaleric-regiment mot
geschut en machine-geweren gelukte bet
den IfJdcn Juni op den weg Jaworof
Niembrof oen Russische infanterie-brigade,
die in de Grodek-stelling gereed stond om
naar het noorden af te marcheeren, onver
hoeds te overvallen en de boeschen in te
jagen.
's Avonds werd de stad Niemirof stor
menderhand genomen.
Op 18 Juni waren de legers van generaal
von Mackenren voor de vijandelijke stelling
aangekomen. Den volgenden dag gingen zij
reeds over tot de bestorming. In den vroe
gen ochtend ging men over tot den besli:-
senden aanval op de Grodek-stelling,
's avonds op de Wereszyca-linio. Zeer spoe
dig reeds werden de vijandelijke stellingen
op een hoogte aan beide zijden van het So=-
man-woud genomen, vier Russische kanon
nen buitgemaakt, de Russische stellingen op
den berg Horoszyko, die tot eert ware ves
ting waren uitgebreid, bestormd. Den
hoofdaanval deden de Pruisische garde-regi
menten. Voor hen Jag ten westen van Ma-
gierif de door den vijand bezette hoog
te 350.
Reeds van verre ziet men. dat deze het
sleutelpunt van de geheele stelling is. Twee
rijen voor elkander aangelegde loopgraven
met sterke dekkingen, draadversperringen
enz. voor het front vormden dc verster
kingen.
Bij het aanbreken van den dag begon het
artillerie-gevecht. Dat leidde reeds te zes
•uur 's ochtend? tot volledige uitschakeling
van de Russische artillerie, die als steed
in de laatste dagen op den achtergrond
bleef en slec hts voorzichtig en met spaar
zaam verbruik van munitie aan het gevecht
deelnam.
Te 7 uur 's morgen? kon tot de bestor
ming op de vijandelijke stelling worden
overgegaan. De bezetting van de hoogte be
schoot weliswaar de bestormende troepen
nog. maar zonder hun noemenswaardige
verliezen toe te brengen. De Duitsche zware
artillerie had hare taak volbracht. De vijand
was zoo gedemoraliseerd, dat hij weliswaar
in den begiDne nog schoot, maar voor de
inbraak er de voorkeur aan gaf op de vlucht
te-gaan. "i
Meer dan 700 gevangenen en ongeveer
een dozijn machine-geweren vielen in han
den van de aanvallers.
In de genomen loopgraven alleen lagen
200 doode Russen.
Intusschen werd de aanval ook gericht op
de naburige sectoren. Weldra zagen de Rus
sen zich daardoor genoodzaakt ook hun zeer
sterke ten noorden van den weg naar Ma-
gierof met het front naar het zuiden ge
richte stelling zonder gevecht te ont
ruimen.
Daar het gelukte met den vluchtenden
vijand tegelijk in Magierof binnen te drin
gen en ten noorden van de stad naar het
oosten een uitval te doen, werd ook de
stelling bij Bialo Piaskawa onhoudbaar. De
Russen stroomden terug, maar trachtten
eerst nog bij Lawinkof vasten voet t»
krijgen.
Laat in den avond nam een garde-regi
ment nog het station van Dobrocin, van
waar de Russen nog slechts kort te voren
troepen hadden verzonden en werd daar
door meester van den weg Lemberg—
Rawaroeska.
De naburige corpsen stonden 's avonds
ongeveer op gelijke hoogte aH de garde
regimenten.
Wederom was de doorbraak op een front
van 25 K.M. breedte gelukt-.
Het lot van Lemberg werd Irier en aan*
MEN LETTE
bij het koopen van onze KARMEMELKZEEP
vooral op ons gedeponeerd Fabrieksmerk
„HET ANKER" en weigere onvoorwaar
delijk alle andere soorten. Een geregeld
gebruik dezer Zeep maakt de handen
blank als sneeuw, het gelaat zacht als
fluweel.
ALOM VERKRIJGBAAR.
GEBRS. D0B8ELMAKK. Zeepfabrikanten.
NIJMEGEN.
schen onze vier planken een onvervnlden
wensch. meenemen. Wij hebben allen onzen
„bokkewagen", waarin we niet--hebben
kunnen komen, en ik ben nog het minst te
beklagen, omdat mijn geheirn verlangen
werkelijk een bokkewagen is en niets meer.
Schenk nog eens in, Julee."
Wij moeten nooit wanhopen aan de ver
wezenlijking van een droom. Dezen herfst
ontmoette ik Chantepleure in ©en laan van
het park Monceau. Hij was erg veranderd,
de beroemde dichter! Bleek, kaal, verma
gerd, met holle oogen, en hij werd omdat
hij een beroerte had gehad geduwd in
een rolwagentje, als een klein kind.
Toen hij mij zag, drukte hij door een
zwak gebaar zijn vreugde uit en hij fluister
de den knecht, die hem duwde toe, om even
op te houden.
Toen ik bij hem kwam en zijn slappe
magere, half verlamde hand drukte, zeide
hij vol bitterheid met den zwakken glim
lach van een martelaar:
,-Zie je. Nu heeft het leven mij alles ge
geven. Niets mag ik meer vragenDaar zit
ik na in mijn bokkewagen!"...