SOtiDATBNCOtTRAlSrT valti Woensaag O JTtifii 101 £3
Binnenland.
Corres p o n d en tie.
Marinezaken.
Uit Leger en Vloot
DE
staken wij beiden een sigaret op en hielden ons
vast aan do achtcrbrng, het hoogste gedeelte
van het achterbootdok.
„In pl m. 10 minuten was het voorschip
weggezonken, maar dat was erg langzaam
gegaan. Doch nu ging het vlugger en in 5
minuten tijds was do brug onder water on do
kapitein en do stafkapitein van de brug gc-
wasschen. In do volgende 3 minuten was hot
schip gezonken en daar kan ik weinig van
vertellen, want het schip stond rechtop in het
water met het achterschip in do lucht, procies
a!s je platen ziet van de .Titanic", en ik had
mijn vcr.v en mijn macht noodig, om mij aan
liet achterdek vast to houden, want ik hing
daar aan als aan een ladder; alleen kan ik
zoggen, dat ik den voorsten schoorsteen togete
den tweeden zag vallen, om daarna beide, in
zee te vallen; do derde vloog in de lucht.
Toen een krakend geluid van ae booten, die
wij losgekapt hadden en die in 't water rolden.
En ik voelde een klap op mijn hoofd en weet
verder niets meer.
„Toen ik tot mijzelven kwam, lag ik in 't
water, dicht bij die booten, die losgekapt wa
ren en zwom er naar loc, klom er op, want
ze waren alle drie omgekeerd, en ik bemerkte,
dat ik van onder tot boven met bloed zat.
„Er waven verscheidcnen rond die booten en
de li-uitman riep: „Geef eens een handje".
11c trok hem op de boot. Ik had een natten
aakdoek in mijn zak, dien hij rond mijn hoofd
bond, er waren 3 gaten in. Toen gingen we
aar het redden en al bleef ik bloeden en
verzwakte ik, door de drukte merkte ik het
niet rrc: op, want in 10 minuten hadden we
de 3 booten vastgebonden aan elkaar en een
20 vrouwen en kinderen op do booten getrok
ken. Natuurlijk, iedereen, die nog macht en
wind in zich had, hielp daaraan mede.
„Toen wij alles rond ons uit het water ge
haald hadden, waren er tusehen 70 of 50 men-
sciiec op die drie booten. Ondertusschcn 1 ad
nog een andere steward een zakdoek rond n i;n
hoofd gebonden en hield het op met bloeden.
„AVij waren, na drie uren rondgedreven te
hebben, opgepikt door een torpedo-destroyer
en steamtrawlers en 2k uur daarna in Queons-
town geland, waar wo onder doktersbehande
ling kwamen, gekleed werden en in hotï's te
slapen gelegd.
„Wij kregen het beste van alles, werden
liefderijk verzorgd, tciegraiiuuon werde 1 gratis
verzonden en toen wc Zondagmorgen om 0 uur
in Liverpool aankwamen, werden wij met
taxi's naar huis gebracht".
Hofbericht.
E.H. M.M. de Koningin en de Koningin
Moeder waren Zondag in de Kloosterkerk
onder liet gehoor van prof. dr. H. Th.
Ebhink.
Begrafenis generaal-majcor Bischoff van
Heemskerck.
In tegenwoordigheid van een groot aantal
vrienden, belangstellenden en tijdgenooten
werd Zaterdag in strengen eenvoud op Oud-Eik-
en-Duinen ter aardo besteld het stoffelijk hul
sel van den gepens. gen.-maicor AA'. F. K.
Bischoff van Heemskerck, laatstelijk inspec
teur van het wapen der infanterie.
Onder do aanwezigen merkte men op do ge
neraals Klerck do Reus, gouverneur der Resi
dentie, met den luit.-kolonel van den Genera-
lcn Staf, chef van den staf der le divisie
Croockewit, Neeteson, inspecteur van den
Landstorm, Hoogeboom, inspecteur* van het
Militair Onderwijs, Oolgaardt, inspecteur der
bereden artillerie, Buyze, inspecteur der infan
terie, met eeno deputatie van officieren van
de inspectie der infanterie, den majoor der ar
tillerie Laatsnian, ais vertegenwoordiger van
den inspecteur der vesting artillerie; voorts den
kolonel Hobbema, commandant der brigade
Grenadiers en Jagers, met zijn adjudant kapi
tein Borel, den luitenant-generaal b. d. Do
Meester, oud-commandant van het veldleger
den gepens. luit.-gen. Koolcinans Beijnen,
den gepens. generaal Campbell, den gepens.
kolonel Froger, adjudant i. b. d. van H. M.
de Koningin, den kolonel A'an Hoek, territo
riaal bevelhebber in Zuid-Holland, den gep.
generaal De Vlaming, den gepens. kolonel der
genie A'an !t Sant, den luit.-kol. Bodemeijer,
commandant van het 31e landweerbataljon,
den luit.-kol. De Ridder, plaatselijk comman
dant, den majoor der infanterie Bunink, den
gep. gen.-maj. De Veer, den gep. luit.-kol.
der inf. jhr. Y-n der Goes, den gep. kolonel
Masman en den majoor der inf. jhr. Storm van
's-Gravesande.
Verder was aanwezig een deputatie der Kon.
Vereeniging „Het Ecroteeken voor Belangrijke
Krijgsverrichtingen", benevens tal van actief
dienende en gepensionneerde officieren.
De Ncderl. Bond voor Lichamelijke Opvoe
ding, waarvan do ontslapene vroeger president
en laatstelijk eerelicl was, werd vertegenwoor
digd door den bondsvoorzitter jhr. mr. G. O.
von AVeiler en don algemeenen-secretaris jhr.
L. D. C. de Lannoy.
Nadat de kist met het stoffelijk overschot
aan den schoot der aarde was toevertrouwd,
trad de zoon van den overledene, ]n: der
mitrailleurafdeeling AV. F. K. Bischoff van
Heemskerck, naar voren om te bedanken voor
de laatste eer zijn vader bewezen.
Adressen gevraagd.
De directeur van het Hoofd-expeditie-
kantoor Veldpost verzoekt nader adres van
Ariede Die, 4 III Grenadiers (cor
respondentie uit Bandoeng).
J. F. Diklcenberg, res. serg., Bergen-
op-Zoom (corr. uit Soerabaia).
F. Eindhoven, 4e sectie, II 16 R I
(corr. uit Batavia).
G. Lemmens, 1. IR. I. 4e Div.
(corr. uit Hamboni, nr. Reg. ontbreekt).
AV. O o s t o r c li r i s t, lichting 1899 van
|6 R. I. (corr. uit Congo Beige).
T. v. d. Wint, korp. a. T., Pootstraat
(corr. uit Amerika).
Dagelijks zijn honderden toekenningen
Van hooi verlof onbestelbaar wegens on
voldoende of foutief adres. Wie dus geen
verlof krijgt draagt hiervan zelf de schuld.
Tegenwoordige ir.doeling meet opgegeven
■worden.
C. H. C., Ooltgensplaat. Geen kans. Red.
C. v. A., Hulst. Deel de kosten aan uw
compagnies-commandant mede. Red.
A. B. te Hulst. Neon. Vrijstelling wordt
niet verleend. Red.
T. v. d. AV., Milligcn. Dat staat in ver
band met do eischen van den dienst en wordt
door uw onmiddellijken chef uitgemaakt. Red.
S. te Nieuwenhoorn. Door wie dio verstrek
king plaats heeft, weten wij niet. Uw sergt.
majoor of uw oomp.-oommandant weet wel do
herkomst van dio sigaren. AVij donken wel
dat u die voorkeur krijgen lrunt. Red.
L. F. v. S. K. Den Holder. Voor eon zoo
heugelijke en gewichtige gebeurtenis als het
huwelijk wordt natuurlijk verlof verleend. Hoe-
jang bepaalt uw. onmiddellijken chef. lied,
L. B. Roosendaal. AVio ons blad trouw leest
weet al zulke dingen. Onlangs is medegedeeld,
dat ieder dio het vraagt het ook verkrijgen
kan. Red.
Mil. korp. O. T. B. to A. Langs den mil.
hierarchieken weg (commandant) ontheffing
vragen aan Z. /xc. den Minister van Oor
log. Red.
Mil. H. Gr. In orde. Voortaan 65. Red.
Grcn. 2/II, 's-Gravenhage. Dat hangt mede
van de eischen van den dienst af. AVio het aan
vraagt, kan bij verlof vrij vervoer krijgen. Red.
De nieuwe landstormwet.
Het wotsontwerp tot nadere uitbreiding
van de landstorm enz., door den minister
van oorlog in de zitting der Tweede Kamer
van 18 Mei aangekondigd, is er.
Voorop in dit blad publicecren wij het
ontwerp en de daarbij behoorende memorie
van toelichting.
Dit wetsontwerp is natuurlijk voor vele
mannen van belang en we kunnen begrij
pen, dat velen nu reeds verlangend zijn de
strekking van het ontwerp te kennen. AVe
nemen daarom gaarne uit het „Hblcl." de
mcdedeelingcn over, die J. van Hecrde,
hoofdcommies van de afdeeling militaire
zaken op het stadhuis te Amsterdam, deed
aan een verslaggever van dat blad.
Naar de opvatting van Mr. Vau Heerde
kunnen .11e mannen van 2040 jaar,
die vóór 20 Mei 1913 (den dag, waarop de
cudo Landstormwet ingevoerd werd) vrijge
steld waren van militieplicht, tot den ge-
wapenden landstorm worden opgercep&n.
Zcoals in de memorie van toelichting van
het wetsontwerp gezegd wordt, ligt het in
heb voornemen van de regeering, om als het
aangeboden ontwerp tob wet wordt verhe
ven, achtereenvolgens, naarmate de ver
schillende daarop van invloed zijnde om
standigheden het mogelijk zullen maken,
clit. te deen.
Tot deze vrijgestelden van den dienst bij
de militie zullen volgens mr. Van Heerde
gerakend wordc-n: lo. de vrijgestelden
wegens broederdienst2o. do vrijgestelden
wegens het hebben van in hetzelfde jaar ge
boren broeders; 3o. de vrijgestelden we
gens het zijn van eenigen zoon 4o. de vrij
gestelden (tijdelijk of voor good), wegens
kostwinnerschap; 5o. zij dio buiten oproe
ping zijn gebleven, wegens heb trekken van
een hoog nummer (de z.g. vrijgcloten)
6o. zij die ontslagen zijn, na volbrachten
militie- of landweerdienet en zij, die ont
slagen zijn, wegens vrijwilligen. dienst.
Zij, dio na 24 Mei 1913 in een van boven
genoemde gevallen verkeeron en tevens be
lmoren tot do lichting 1914 behooren reeds
grootendeels tot den landstorm. Zij, die in
een van de genoemde gevallen verkeeren, en
van do lichting 1915 zijn, behooren geheel
tct den landstorm. En ten slotte zullen,
naar de meening van mr. Van Heerde de
vrijgestelden van de lichting 1916 op 1
December 1915 tot den landstorm toetreden.
Voorts wees mr. Van Heordo ons er op,
dat een deel van hen, die tot den ongewa-
penden landstorm behoorden, niet tot den
gewapenden landstorm verplicht konden
worden, ware niet in art. 3 van het nieuwe
wetsontwerp bepaald, dat het tweede lid
van art. 4 dor bestaande Landstormwet
niot van kracht zal zijn.
In verband met het nieuwe wetsontwerp
heerscht er op liet bureau militaire zaken
ten stadhuize, dat ook een ondorafdeeling
heeft gevestigd in 'het militie-gebouw, waar
pl.m. 50 ambtenaren werkzaam zi'jn, reeds
groot© bedrijvigheid, ten einde bij aanne
ming en afkondiging der wet voorbereid te
zijn. Hoewel op het bureau militaire zaken,
zooals te begrijpen is, van Augustus af reeds
een ongekende drukt© heeft geheerscht,
zullen de werkzaamheden in verband met
de nieuwe wet enorm toenemen. Over niet.
minder dan 20 lichtingen strekt de wet- zich
immers uit, en hoevele van de vrijgestelden
dezer lichtingen zijn in den loop der jareD
niet over het geheele land verspreid.
Vooral nit een groot© stad als Amster
dam zijn honderden vrijgestelden van mili
tie-plicht thans in andere gemeenten woon
achtig en daar de landstorm plaatselijk ge
oefend zal worden, zullen de administra
tieve werkzaamheden op heb bureau-militie
zaken en ook bij het bevolkingsregister zeer
omvangrijk worden.
Omtrent d© wijze van oproepen en de
keuring van d© landstormplichtigen, om
trent hun geschiktheid zullen nog nadere
bepalingen in het leven worden geroepen.
Het is te verwachten, zoo zeide ons mr. Van
Heerde ten slotte, dab velen zich zullen
laten keuren, daar de vrijgestelden van mili
tie-plicht, zich gewoonlijk niet lieten
keuren.
Militie cn Landweer.
Thans zijn bij de Twccdo Kamer ingediend
wetsontwerpen tot het langer in dienst houden
van ingeiijfden bij de militie en van dienst
plichtigen bij do landweer.
In de toelichting tot het eerstbedoelde ont
werp betreffende de militie wordt herin
nerd, dat op 1 Augustus 1913 de ingeiijfden
bij de onbereden korpsen van de lichtingen
1907 en 190S naar de landweer zouden moeten
overgaan en dat daags to voren uit den dienst
zouden moeten worden ontslagen, met bestem
ming voor den landstorm, do ingeiijfden bij de
bereden korpsen van de lichting 1907 en de
zcemiliciens van de lichting 1910 en dat even
eens op die datums zouden aanbreken de tijd
stippen van overgang en ontslag van de
dienstplichtigen bij de militie, wier diensttijd
sinds 1 Augustus 1914 werd verlengd, te weten
die der onbereden korpsen van do lichting
1906, dio der bereden korpsen van dezelfde
lichting en dio der zeemilitie van de lich
ting 1909.
Het nog voortduren van do buitengewone
omstandigheden maakt het noodig zegt de
Regeering verder in hare toelichting dat
deze verschillende groepen voorloopig nog tot
de militie blijven behooren.
Ten aanzien van diegenen der tot bedoelde
groepen behoorende manschappen, die in wer
kelijkheid reeds bij do landweer dienst doen,
spreekt die noodzakelijkheid weliswaar in min
dere mate, doch de werkzaamheden, zoowel
voor do militaire als voor de burgerlijke admi
nistratie verbonden aan den overgang van de
militie naar de landweer, doen het toch raad
zaam voorkomen dien overgang ook te hunnen
aanzien, voorloopig uit te stellen.
Voorgesteld wordt te bepalen, dat do dienst-
verlcnging, laatstelijk gesteld tot 31 Juli 1915,
zal gelden tot 31 Decembër 1915.
Hierbij wordt ongemerkt, dat de groepen
zooals zij hierboven werdon aangegeven, de
groote massa der bij dit wetsontwerp betrokken
dienstplichtigen uitmaken, maar dat de om
schrijving van de voorgestelde bepaling niet
voor al deze dienstplichtigen opgaat, doordat
b.v. sommigen, als hebbendo uitstel van eerste
oefening genoten, hun diensttijd in een jaar
later beëindigen dan de andere manschappen
hunner lichting.
Wat betreft het wetsontwerp tot het langer
in dienst houden, wordt evêneens voorgesteld
den termijn tot 31 December 1915 te ver
lengen.
Ofschoon de manschappen van de landweer
lichting 1907 (Militielichting 1899), voorzoo-
ver zij het verlangden, reeds met klein verlof
zijn gezonden en, indien de omstandigheden
voor ons land zich niet in ongunstigen zin
wijzigen, niot meer tot feitelijke deelneming
aan don militairen dienst zullen worden ge
roepen, is hot zegt do Regeering toch
wcnscholijk, hen nog te houden in het militair
verband, waarin zij zich thans bevinden, alzoo
voorloopig or niet toe over te gaan, hen uit don
dienst bij de landweer te ontslaan en tot den
landstorm to- doen behooren.
Evenzeer dienen de landweerplicbtigen, wier
diensttijd dit jaar zou afloopen, nl. die van de
landwcerlichtingen 1908 en 1909 'Militielich
tingen 1900 en 1901), voorshands de landweer
niet te verlaten.
Door den thans geldenden termijn van
31 Juli 1915 te verlengen tot 31 December 1915
zal het bepnalde in art. 1 der thans geldende
wet (van 31 Dec. 1914, gewijzigd 30 Januari
1915) ook van toepassing zijn op hen, die op
1 Augustus of een latercn datum van dit jaar
uit don dienst bij de landweer zouden moeten
worden ontslagen.
Bij dc wet van 31 Dec. 1914 is ten aanzien
van de bij die wet betrokken dienstplichtigen
het maximum der vergoeding bepaald op het
zelfde bedrag, dat als maximum is gesteld
met betrekking tot de landstormplichtigen.
Ook ten aanzien van de landweermannen die
in gewone omstandigheden met 1 Aug. a.s. tot
den landstorm zouden komen te behooren, zal
als gevolg van do nu voorgestelde verlenging
heb verhoogde maximum van toepassing wor
den. Evenwel dient dit slechts het geval te
zijn voor zooveel betreft den werkelijken dienst,
die bij de landweer wordt vervuld van den dag
af waarop volgens de Landstormwet de land
stormplicht zou aanvangen.
Ten aanzien van de beide thans ingediende
ontwerpen wordt voorgesteld t© bepalen, dat
het daarbij vastgestelde in werking treedt op
den dag volgende op dien der afkondiging van
de wetten.
Uit de Staatscourant.
Bij K. B. is bestemd voor den dienst bij een
interneeringsdepot, gep. kap.-magazijnmeester
N. AV. Pel. en tijd. benoemd bij de inf., tot
res.-kap., gep. le-luit. A. A. van Arloten,
beiden v. h. leger in Ned.-Indië.
Bij K. B. is, ing. 25 Juli, aan res -le-luit.
LJ. T. van den Heuvel, reg. genietroe
pen, op aanvrage, eervol ontslag uit den roil,
dienst verleend.
Bij K. B. is: lo. een eervol ontslag ver
leend uit den militairen dienst, onder toeken
ning van pensioen: a. ter zake van lnngd.
dienst, met 16 Juni a.s. aan de kolonels P.
J. G. Schott van den pl. staf, pl. comman
dant to Amsterdam, AV. J. A. C o 11 h o f f
commandant in het 2e, en AV. G. L. V o r-
8 toog, commandant in het 3o genie-coraman-
dernent, en ann den majoor J. A\r. R o e 1 o f f s
Valk, van het wapen der genie, en voorts
met 1 Juli a.s., aan den luit.-kol. J. van
Toorenenbergen, van het 2e reg. inf.,
belast met het bevel over het 3e bat. ïandw.-
infanterie; b. als zijnde, in verband met zijn
leeftijd, voor do waarneming van den mil.
dienst niet meer ten volle geschikt, met 16
DE WERELD IN
OORLOG.
Dezer dagen gaven we een
kaartje vau Europa, waarop was
aangegeven, welk gedeelte van
ons werelddeel in den oorlog
was en welk gedeelte nog niet.
Dit laatste bleek maar heel
gering. Thans geven we een
kaartje van de oppervlakte van
onzen aardbol, ook in verband
met den oorlog, 't Is een Duitsch
kaartje zooala men aan de na
men ziet, en 't wil ons eigenlijk
duidelijk maken, tegen hoeveel
vijanden het Duitsche rijk heeft
te strijden. Al het zwarte op
het kaartje toch vertegenwoor
digt vijanden van Duitschland
en Oostenrijk-Hongarijë, het
gearceerde stelt deze laatste
landen, hun weinige bondge-
nooten (Turkije en Peraië) en
hun koloniën voor.
Zooals men ziet, volgens de
kaart, vechten Duitschland en
de Donau-monarcliie tegen bijna
de geheele wereld, doch het
lijkt meer zoo, dan het zoo is.
Want uit Canada ou Australië
bijv. krijgt Engeland betrek
kelijk weinig hulp, uit 't noorden en 't midden van Afrika nog minder en het groote Russische rijk is in Azië van maar weinig
beteekenis voor den oorlog. Neen, de eigenlijke vijanden van Duitschland en Oostenrjjk-Hongarijo zijn te zoeken in Europa, maar
toch is ook dit kaartje wel leerzaam, omdat het ons laat zien, hoe ook buiten ons werelddeel de oorlog zijn invloed uitoefent.
i| I Neutrales Gebist
Later hield de leider der oefening een zeer
leerrijke critiek, gegrond op zijn ervaringen,
opgedaan in don modernen oorlog gedurende
de Balkan-expedities.
Het verdient opmerking, dat het regelmatig
oefenen in militair verband geheel op eigen
initiatief der colonnoleden geschiedde. Een tc
waardeeren voorbeeld!
Vrijwilligerscorps te Nijmegen.
Te Nijmegen ir. eon vrijwilligerscorps opge
richt met aanvankelijk een honderdtal leden,
dot in afwachting van de aanneming van het
door den Minister van Oorlog aangekondigde
wetsontwerp tot uitbreiding van den Land
storm en geheel afgescheiden van de daar be
staande afdeeling un den Vrijwilligen land
storm, zich ten doe! stelt zich te oefenen in den
wapenhandel. Ieder kan zonder keuring tot dit
ATijwiliigerscorps toetreden, zoodat allo cate
gorieën, dio eventueel niet onder de toekom
stige wet zullen vallen, zich toch weerbaar kun
nen makon om, wanneer ons land onverhoopt
in een oorlog mocht worden gewikkeld, hunne
diensten aan do rogeering te kunnen aanbie
den. Het corps omvat in hoofdzaak leden der
Nijmcegsehe sportvereenigingen. Do oefenin
gen hebben in de infanteriekazerno nlaats on
der leiding der militaire overheid. Het bestuur
bestaat uit de hceren mr. E. Bonn, voorzit
ter, C. B. Seegers, secretaris, Joh. Landsheer,
penningmeester, mr. A. van Berckel en L.
Ficq.
beschikken op aanvragen om vergunning tot uit
oefening van de buïtenlandscho zeevaart of van
do zoevisscherij buitenslands van zo©-milicien6
aan wie door den Minister uitstel V3n eerste
oefening in verleend.
In dezen oorlog loopen de wapendeelen der legers geheel door elkaar. Velen
krijgen een andere functie dan waarvoor zij berekend zijn. In de loopgraven voor
Yperen hebben we Duitsche matrozen opgemerkt; de vloot heeft weinig te doen.
Ook de cavaleristen stijgen van hun paarden en doen dienst als infanteristen. Op
ons plaatje hierboven zien wij hoe Duitsche artilleristen hun kanonnen verlaten en
den vijand, de Russen, met geweren bestoken. Dit is een tooneeltje uit den oorlog
op 't Oosterfront. Op den achtergrond ziet men de 'verlaten kanonnen staan, die
elk oogenblik weer in actie kunnen komen.
Juni a. s. aan den luit.-kol. H. G. F r a 8 e r,
van het 2e reg. inf., belast met het bevel over
het 19e bat. landw.-inf.en zulks, voor zooveel
de kol. Schott, Colthof f en A'ersteog, alsmede
do luit.-kol. Van Toorenenbergen en Fraser be
treft, op aanvrage; 2o. het bedrag van het
pensioen vastgesteldvoor ieder der kol.
Schott, Colthof f en Versteeg op 2500, voor
den luit.-kol. Aran Toorenenbergen op 2300,
voor den maj. Roeloffs Aralk op f 2100 en voor
voor den luit.-kol. Fraser op 2229 's jaars.
Geen landbouwverlof.
De Min. van Oorlog heeft bepaald, dat onder
geen voorwaarde landbouwverlof mag worden
verleend aan miliciens voor eerste oefening
onder de wapenen. (Avp.)
Vrijwillige landstorm.
Ook de directeur van de Nederl. Centraal
Spoorwegmaatschappij heeft ter kennis van het
personeel gebracht, dat degenen, die een ver
bintenis bij den vrijwilligen landstorm wen-
schcn aan te gaan, onder bepaalde voorwaarden
daartoe in de gelegenheid zullen worden ge
steld. Onder meer is bepaald, dat korte ver
loven ten behoeve van oefeningen van den
landstorm voor zoover zij kunnen worden
verleend zullen worden genoten met behoud
van bezoldiging.
Verder is medegedeeld, dat ten aanzien van
hot spoorwegpersoneel, dat bij don vrijwilligen
landstorm dienst heeft genomen, het volgende
zal geldenbetrokkenen zullen na het intreden
van den toestand van oorlogsgevaar of van
oorlog, dit is nadat de landstorm is opge
roepen, hun dienst in uniform van den land
storm mooten verrichten; zij zullen zich bij
hun afdeeling moeten melden, zoodra hun dien
sten bij de spoorwegmaatschappij niet meer
noodig zijn, of zoodra de dienst op de lijn, waar
zij werkzaam zijn, gestaakt wordt.
<„N. R. Ct.")
Oefening In militair verband.
Zondag werd voor do drie vrijwillige Roode
Kruis-transportcolonnes in de stelling Amster
dam eeno uitgebreide oefening in militair ver
band gehouden.
Deze oefening stond onder leiding van ka
pitein-dokter L. v. d. Steen van Ommeren, op
het daartoe welwillend beschikbaar gesteld
landgoed Duin- en Kruidberg van den heer
J. T. Cremer, oud-minister van koloniën.
Het doel was het resultaat te doen kennen
van den juist gesloten cursus voor militair on
derricht teneinde de colonnes te bekwamen
voor werkzaamheden in militair verband.
Uit een in korten tijd ingerichte noodver
bandplaats werden colonnes, onder leiding van
de Roodo Kruis-artsen J. Lcda en Bosch, uit
gezonden niet de opdracht, gewonden, die na
een verondersteld gevecht in het duinterrein
verspreid lagen, te verzamelen en te verbin
den,
Verschillende berichten.
De reserve-sergeant P. Huyssoon, van
het 20e regiment infanterie, is bevorderd tot
vaandrig. („N. R. C.")
De le luitenant der genie G. van Galen
Last, bestemd voor het O.-I. leger, zal 3 Juli
met het stoomschip „Vondel" zijn bestemming
naar Batavia volgen.
De reserve-sergeanten J. H. van der
Laan, J. ThioenJ. Broeker zijn be
noemd tot vaandrig bij het le reg. inf.
De kapitein M. B. Mengel van Koetsveld
van Ankeren, van het 9e reg. inf., is ter be
schikking gesteld van den commandant van het
interneeringsdepot op Urk.
De reserve-sergeant E. Zwiers, van het 9e
reg. inf., is benoemd tot vaandrig bij hot 2©
reg. inf.
De reserve-sergeant J. J. W o 1 d e n-
dorp, van het 12de regiment infanterie, is
bevorderd tot vaandrig.
De reserve-sergeanten Elkhuysen,
Jansen, Huisman en Verveen, van
het reg. grenadiers, zijn bevorderd tot vaan
drig, resp. bij het 5e, 16e, 5e en 21e reg.
infanterie. (3,N. R. Ct.")
Aanbouw voor de vloot.
Naar ,,Het Vad." meldt, zal zeer spoedig
een wetsontwerp van den minister van ma
rine d© Kamer bereiken, waarbij twee krui
sers eti vier duikbooten worden aange
vraagd.
Uit de ,(Staatscourant".
Bij beseh. v. d. Min. v. Marine zijn ge
plaatst: met 7 dezer: luits. t. z. 2e kl. J. C.
A. Schol te in de dir. AArillemsoordJ^ AV.
A. A. Heydt a:b „AVodan"; H. J. Bae-
n i n c k te Terschelling J. H. v. d. Dussen
te Rottum F. A. van A" 1 o t e n a/b „Thor
jhr. H. P. C o e r t z e n de Koek, APrins
en O. G. A. Xetscher a/b ,.Aran Galen":
met 12 dezer: H. Vcrdonek a/b'. ,,Aran
Galen" L. AV. E Rauwenhoff, jhr.
AV. A" e r s 1 u y s en P. J. Fef er is a b wacht
schip t© AA'illemsoordmet 14 dezer: J. H.
Coolhaas a/b „Koningin Emma"; met 15
dezer: luits. t. z. 2e kl. Kon. Marine-res.J
AV. Vlieland er Hein a/d. Hoek van Hol
land; C. B. Bra at a/b „Zeehond"; adelt
le kl. Kon. Mar.-res. J. H. Nagtegaal
ATissingen.
Machtiging,
De Commissaris der Koningin in Zuid-Hol
land heeft aan de burgemeesters der gemeen
ten in deze provincie medegedeeld dat de
^minister van marine hem heeft gemachtigd te
Teruggekeerd.
door L. C. E. Baan, fourier De
pot 3® reg. veld-artillerie.
Mevrouw Hawkes, de vrouw van den bios
coopeigenaar, zuchtte en keek in de gezellige
huiskamer rond.
Het moet dan toch maar gebeuren. Met haar
man ging 't niet langer, lederen dag had ze
woorden met hem. Hawkes was niet- kwaad,
maar volgens haar meeneing vreeaelijk verve
lend hij zeurde te veel over de moeite, die hij
had om in dezen tijd alle concurrentie het
hoofd tc bicden. Zij hield daar niet van. Het
was trouwens niet waar ook, dacht ze. Ze
konden er best komen, zoo, zonder kinderen.
Enfin, haar besluit was genomen. Heden nog
zou zo vertrekken, per spoor tot AGiseingen, en
mot do boot naar Engeland. Dadr had ze
familie, o.a. nog een verre neef, dio veel met
haar op had en wie zo graag mocht lijden. Zij
was nog een mooi© vrouw, dio nog heel goed
bemind kon worden en die neef had altijd ©en
oogje op haar gehad. Zelfs zeide hij onlangs
nog: „Als je genoeg van je man hebt, kom
dan maar bij mij. Ik zal je vertroetelen ©n lief
hebben".
\\;-z, was dat? Hoorde zo haar man niet ko
men? Ja, dat. was hij. Hij kwam binnen, bet
zich vrij moedeloos in een stoel vallen en zeide:
Hei is treurig. Emma, maar ik heb heden weer
geen nieuwe films. Het schip, dat. ze aan
boord had, heeft averij gekregen en blijft min
stens nog een paar dagen weg. Ik weet geen
raad. Zijn vrouw antwoordde niet, maar dacht:
,\\"at ben je toch vervelend, om altijd bij mij
je nood te klagen".
Z ging heen en kwam enkele oogenblikken
later terug, gereed om uit to gaan. ,,G© je
uit lieve?" „Ja, ik moet noodig even naar..."
Het laatste verstond hij niet. Hij ging weer
naar beneden, om ales te regelen voor de voor
stelling. Hij zou dan maar weer een paar
oude films laten afdraaien.
Het aArdige zaaltje begon rich van liever
lede t© vullen.
Mevrouw Hawkes besluit was genomen. Zij
ging heen, en kwam niet meer terug, dat
stond bij haar vast. Er wachtte haar echter
nog een verrassing.
Om op straat te komen, moest zij door den
hoofdingang van het gebouw. De portier, die'
haar kende, hield haar tegen. „Programma,
mevrouw?" vroeg schertsend„Laat maar.
ik heb nu geen tijd". „Och kom mevrouw,
neemt u er toch eentje, dan komtu zeker te
rug-" Dat schokte haar. „AVat dacht die man?
Och kom, onzin, hij wist niets". AVerktuige-
lijk nam zij het blaadje papier aan en bergde
het in haar tascbjo. „Dacht je dat ik anders
niet zou terugkomen?" vraagde zij den por
tier. „O, Mevrouw, natuurlijk komt u terug,
maar nu nog veel gauwer, dan zender pro
gramma".
Zij ging verder. Die woorden bleven haar
echter voortdurend hij„Dan komt u zeker
terug". Kom, zij moest zich haasten, wilde
zij den trein hebben, waarmede zij de boot
halen kon.
Gelukkig, daar was het station reeds. Ze
nuwachtig zocht zij haro 'beurs, nam een
kaartje en ging het perron op, waar de trein
reeds klaar stond. Alles trilde in haar. Zij was
goddank alleen in de coupé, Onwillekeurig
greep zij in haar taschje en haalde het haar
door den portier aangeboden programma er
uit. Dat gaf tenminste afleiding. Zij las zon
der te weten wat.
Hé, wat was dat? AA'at stond daar? Zij be-
gen met racer aandacht het programma te le
zen. 't AA'as alsof zij haar eigen geschiedenis
las. 't AA'as een beschrijving van een der films.
Een vrouw, die haar echtgenoot verliet voor
een ander, en ten slotte door dien ander we
der verlaten en verstoot en wordt, en diep on
gelukkig naar haar echtgenoot terugkeert.
Zoo gaat het veelal. Zij denkt na. A\rat moet
zij doen, zij kan nog terug. Zou dan toch die
portier gelijk hebben-
Is het niet haar plicht, haar man in alles
bij to staan, in plaats van, nu de zaken min
der goed gaan, hem lafhartig te verlaten en
een ander...?
Bahzij moest er niet aan denken, 't Is
schandelijk, zooals zij handelt.
De vaart van den trein begint te verminde
ren, ten slotte staat hij stil. Groote bedrijvig
heid heerscht aan het station; zij weet niet
eens welk.
Zij stapt uit en koopt oen kaartje om de
reis huiswaarts te maken. Een half uur moet
zij wachten, eer de trein daar is. die haar terug
zal voeren. Maar terugbeeren w il zij nu. Haar
oogen zijn opengegaan. Zij hoeft nog tijd om
na te denken. Thans ziet zij in, hoe verkeerd
zij heeft gehandeld. Als men haar langdurige
afwezigheid maar niet heeft bemerkt!
Haar echtgenoot is toch een beste, goede
man, die alles deed wat hij kon om haar ge
lukkig te maken. En dat hij haar zijn nood
klaagt, wel, heeft hij dan geen recht om ook
zijn leed met haar te deelen AA'as zij niet zijn
vrouw? Het was haar plicht toch, hem in al
les bij te staan. Zr had zich nimmer bezui
nigd, was gewend altijd gewoon haar gang te
gaan. Zij maakt© zichzelf allerlei verwijten.
Godank, daar was d© trein.
Blijmoedig stapte zij er in, in het bewust
zijn haar plicht te doen.
In haar woonplaats gekomen, liet zij* zich
met een rijtuig thuis brengen. De voorstel
ling liep juist ten einde. De laatste tonen der
muziek drongen tot haar door. Zij ging in
huis en begaf zicli naar haar kamer. Haar man
was no» niet teruggekeerd. Niemand had haar
afwezigheid bemerkt. Zij gevoelde zich ge
strekt in het bewustzijn, haar man te kun
nen fteunen en hem in ales behulpzaam te
kunnen zijn en een donker© blos steeg haar
naar 't hoofd bij do gedachte aan hetgeen zij
op weg was geweest to doen. AA'aar door was
zij zoo plotseling veranderd en aan haar plicht
herinnerd
O ja! liet programma. Nu kwamon de woor
den van <!en portier haar weer in do gedaoh-
ten„Neemt u toeh ©en jirogramma, dan
komt u zeker terug". Hij ha<l toch do waar-
d gesproken. Zij was terugg- keerd, en voor
:d. En ondanks de moeite en zorgvollo
tijden had z:j een gevoel van con heoriylce en
gelukvoll© toekomst, in het vooruitzicht samen
met haar man, dien zij nog steeds liefhad, olie
zwarigheden uit den weg to ruimen en met
hom to overwinnen over allo moeiclijkhcden.
A'oornl was zij dankbaar getemd jegens den
portier, dio haar, zondc-r ook maar het ge
ringst© ervan t© vermoeden, als 't war© aan
haar man had teruggegeven.
35 K.M. wandeltocht.
Men schrijft ons uit Den Haag:
Onder belangstelling van velen, waaronder
wij opmerkten generaal-majoor KIcinhenB, kolo
nel Linkers, inspecteur dc-r mariniers, mr. dr.
Moes, secretaris van het comité tot ontspan
ning van ge-mobiliseerden, en don heer Bal-
foort, inspecteur van de lichamelijke opvoe
ding in do 1st© inspectie, 6telden to 10 min.
vóór 10 de deelnemers zich op, om vijf minuten
later Iloutrust onder gepijp en bij êlaande
trommels to verlaten. Buiten stond ©en zeer
talrijk publiek den stoet op te wachten en niet
zoodra hadden do deelnemers zich ook maar
vertoond, of er viel t© constateeron, dat bij
do Hagenaars, die nooit mariniers in marsch-
orde to zien krijgen, do Amsterdamsche jon
gens favoriet waren.
Een aller©ardigsten indruk maakt© dit ver
trek! Voorafgegaan door wegwijzende padvin
ders met Oranje-vaantjes en com it©-loden -
armband, in do nationale kleuren, opendo een
60 man van do mariniers uit Amsterdam, on
der bevel van den luitenant ter zoo baron J.
C. E. van Lyntien den stoet. Daarop volgden
29 man jagers uit 's-Gravenzande, onder com
mando van sergeant Berlott, verder 25 man
van do pontonniers uit Dordrecht, aangevoerd
door jhr. K. J. van den Brandeler en wijders
25 man grenadiers (sohool Zaanstraat) gecom
mandeerd door sergeant Postma. Op een vijf
tigtal meters afstand (de burgemeester had er
het karakter van optocht aan willen ontnomen)
komen dan ©en vijftigtal burgers; daarna een
groep Rotterdamsche heeren, die zich vrijwil
lig in den wapenhandel oefenen en voor hun
corps den naam van „de jagera van den Dam"
hebben aangenomen, onder aanvoering van den
hc-er J. Brugman en ten slotte een 25-tal
Haagsche johge verkenners van luitenant
Ariehof onder leiding van den hc-er Oltmans.
A'an dez© groepen waren alleen de mariniers
bewapend (geweer, patroontasschen en linnen
zak). Do jong© ver&enners hadden een klein
tweewielig trekwagentje meegenomen.
Door honderden begeleid en door duizenden
aangestaard, ging de aardige opgewekt© «toet
langs Stadhoudersplein, Zorgvliet, langs het
Vredespaleis via Javastraat en Koninginne
gracht naar de Boorlaan, waar de opstelling
verbroken mocht worden. Do eerste, dio hier
van profiteerde, was de groep jagers van ser
geant Berlott, die er een zoo vervaarlijk tempo
in gingen zetten als gold het een snelheids
wedstrijd over 5 K.M. Zij spurtten naar voren,
maar jhr. van den Brandeler wenschte het er
niet bij to laten. Met zijn pontonniers zett©
hij de jagers subiet achterna en nu ontspon
zich een kilometerlange strijd, die moordend
mocht heeten. Jhr. v. d. Brandeler hield ech
ter fox-terrier-achtig vast en toen 10 K.M.
afgelegd waren, had zijn groep bij d© 'jagers
nog geen contact verloren. Het merkwaardig©
wa3 evenwol, dat, terwijl dez© groepen met
een tempo van 9£ K.M. per uur elkander be
streden, een omstreeks 17-jarig jongmensch,
H. v. d. Meer geheeten. er m z'n eentjo langs
wandelde en met 'n 500 M. de leiding nam,
welke niemand hem meer heeft weten afhandig
te maken. De grenadiers ©n burgers, dio zich
door den jonge-verkenner voorbij geloopen
zagen, legden het bedaarder aan. Zo zongen
en floten en vonden 6 K.M. per uur hard
genoeg. De model bepakte mariniers hielden er
het militaire tempo in en daarachter, als hek
kensluiters, kwamen in bedaarden pas
jagers van van Dam, die zich niet alleen ver
standige tippelaars toonden, maar ook aardig
gezonde kerels, dio er den lach en do grap
inhielden en die als er een lieftallig wezentje
passeerde het commando hoofd links hoorden
klinkon en dan stram en correct het aardige
verschijnseltje voorbij gingen. Het behoeft geen
betoog, dat do stoet bij het groot© verschil in
tempo snel uit elkaar viel en toen wij bij don
Deyl onze observatie namen, constasteerden
we dan ook een verschil tusschen de eersten
en do laatsten van kilometers I
Aan de Haagscho Schouw, waar een offi
cieel© cor^róle was, arriveerde Van der Meer
reeds to Iz uur 40 (dus na 2 uur 45 min.), voor
welk feit hem een extra-medaille werd toege
kend, terwijl do jager Kuster uit Loosduinen
5 min. later als eerste militair teekend© cn
zich eveneens een medaille zag toegewezen. On
danks de hier in de duinstreek gloeiende hitte
liepen de groepen zonder rust en onverflauwd
door, en toen zij eenmaal Katwijk door op den
langen rechten weg naar AA'assenaar een zee-
windjo opvingen, werd het tempo zelfs nog
iets verhoogd. Het liet zich dan ook aanzien,
dat ver voor den vastgest©lden tijd het H.A'.AL-
terrein, het eindpunt, zou worden bereikt.
En reeds vóór drieën kwam de eerste het veld
opstappen. Lang vóór het uur van aankomst
hadden honderden belangstellenden zich daar
verzameld, om van de aankomst getuige to
zijn, o. m. do opperbevelhebber van land- en
zeemacht, generaal Snijders.
Hot is even voor drie uur als de eerst© deel
nemer aankomt. De 17-jarige H. r. d. Meer
passeert in uitstekende conditio en luide toe
gejuicht om 2.56 de efcdstreep. De eerste mili
tair die aankomt is de milicien Kuster, die
eveneens absoluut onvermoeid om 306 zich
aan do controle vervoegt. De verschillondo i:a
dezen komende deelnemers worcUn eveneens
luid toegejuicht welke toejuichingen den
vorm van een ware ovatie aannemen_als de
militaire groepen in den,paradepas-.voorbii:do.'