rro. na. vnjuag zi mei iyiö Orgaan voor Leger en Vloot. Oorlogsnieuws. Onder redactie van D. MANASSEN. Gezondheidsleer, De afgehouwen hand. De toestand in den reuzenstrijd. BEBRS. DOBBELMAHH. Zespfabrikantsn. Oplaag 45,000 exemplaren. SOLDATENCOURANT ADRES DER REDACTIE EN ADMINISTRATIE PALESTRIN A ST RAAT 10, AMSTERDAM, TELEFOON Z.4968. DIT BLAD VERSCHIJNT DRIEMAAL PER "WEEK. LOSSE NUMMERS VOOR MILITAIREN 1 CENT, VOOR NIET-MILITAI- REN 3 CENT, ABONNEMENT 1.50 PER DRIE MAANDEN. Voor Advertentie» wende men rich tet het Alg. Advertentie-Bureau ROUMA Co, Heerengracht 226 Amsterdam, tot de Drakkery „Jacob van Campen" N. Z. Voorburgwal 234-240 (Keizerrijk 9) Amsterdam of tot onze Administratie, Polcetrinastrant 10, Amsterdam. Prys der AdvertentiCn per regel 80 cent. Bjj abonnement reductie staan van do jonge parasiet en het oogenblik, waarop deze weer volwassen geworden, op haar beurt in jonge vormen uiteenvalt, 48 uur. i Men heeft dan dus om den anderen dag een koortsaanval: anderdaagsche koorts. Bij andere soorten van malaria duurt diezelfde ontwikke ling 72 uur, do koortsaanval treedt daarbij dus op nadat men twee dagen vrij geweest is: derdedaagsche koorts. Wordt iemand, met malaria-parasieten ln zijn bloed, gestoken door een bepaald soort mug, dan heeft in de maagwand van die mug een bijzondere ontwikkeling van de daarin ge komen parasieten plaats. Deze ontwikkeling duurt 's zomers ongeveer 14 dagen en eindigt met do aanwezigheid van kleine parasieten in do speekselklier van die mug. Wordt nu een gezond mensch door een dergelijke mug gestoken dan worden di9 kleine parasieten in het bloed gebracht en eenige dagen later treedt de eerste koortsaanval op. Hieruit volgt dus, dat de verbreiding van malaria geschiedt door de malaria-mug en dat voor een doeltreffende bestrijding der ziekte een vernietiging van die muggen een eerste vereischte is. Een oogenblik van groote spanning wordt door deze mannen, Engelsche sol daten, doorleefd. TJit een schuilhoek zien zij, in den mistigen nacht, eenige donkere gestalten nader sluipen 't geweer in den aanslag wachten ze die af, want het is de vraag, zijn het vrienden, eigen volk, of vijanden, die een aanval wagen De mist is op het slagveld dikwijls een leelijk beletsel en 't heeft dezen winter lang en dikwijls gemist. De vrije beweging der troepen wordt daardoor wel verhinderd. De figuren, die hier in den mist naderen, zijn niet te onderscheiden, en zoolang de Engelschen niet weten, wie het zijn, kunnen zij natuurlijk niet schieten. MEDEDEELING. Losse exemplaren van ,,Dc Soldatencourant", ter aanvulling van verzamelingen, worden door ons dadelijk na aanvrage toegezonden. BIJ de aanvraag moot voor elk verlangd exemplaar 1 oent aan postzegels worden ingesloten. De exemplaren met den geheelen Esperanto* cursus verzenden wij na ontvangst van 15 cent postwissel of postzegels. De GEHEELE tot nu toe verschenen oplaag der „Soldatencourant" verzenden wij na ont vangst van ƒ1.— postwissel of postzegels. door J. P. BIJL, officier van qezondheld. XLI. Muggen en malaria. I. Tot de onaange naamheden, die de zomer met zich brengt, zal iedereen, die op een mooien avond na een warmen dag buiten zit, de gewoonlijk op die uren meest hinderlijke muggenplaag rekenen. Het voortdurende gegons en de zeer jeukende steken, die zij veroorzaken, bederven dan dik wijls een zomeravond. Ook 's nachts kunnen zij zeer lastig zijn, benemen den slaap en zijn daardoor oorzaak, dat men de voor een veld- soldaat zoo noodige rust niet kan gemeten. Het grootste gevaar, dat do muggen opleveren bestaat evenwel daarin, dat zij in staat zijn sommige ziekten over te brengen. Zeer merk waardig is daarbij, dat niet alle muggen daar toe in staat zijn en dat een bepaalde ziekte slechts door een bepaalde mug wordt overge bracht. Zoo wordt b v. de gele koorts, een zeer ernstige ziekte, die in sommige deelen van Amerika voorkomt, door een mug overge bracht. Een andere ziekte, de malaria, wordt weer door een andore mug overgebracht. Aan gezien deze ziekte ook in ons land veel voor komt, zal het misschien goed zijn om in de Soldatencourant het een en ander over muggen en malaria te zeggen. Malaria, ook genaamd moeraskoorts, ander daagsche koorts, derdedaagsche koorts, is een Ik w#s reeds veertien dagen in Konstanti- nopel en moet tot mijn schande bekennen, dat ik, in weerwil der schoonheden van den Bospo rus, der rdoskeeün en paleizen, allengs begon mij te vervelen, toen ik op zekeren dag m een nauwe kleine, vuile straat een houten liuis zag, dat zeer mijn aandacht trok. Niet, dat het me opviel door zijn bouwtrant, •Ceen, er was niets bijzonders aan, maar boven de deur bevond zich een plaat van zwart mar mer, en daaruit stak een hand, die vroeger blijkbaar verguld was geweest. Deze hand boezemde me belang in, en edn gids en tolk, die me vergezelde, ried mijn nieuwsgierigheid. Deze marmeren plaat met de hand her innert aan een oude geschiedenis, zei hij. Wilt u ze liooren? Ja, heel graag. Eenige minuten later zaten we in een koffie huis, waar men ons te kleine kopjes koffie en te veel koeken voorzette, en mijn metgezel be gon te vertellen. Voor ongeveer vijftig jaren zag het kleine huis, dat u gezien hebt, er nog veel ellendiger uit dan nu. En dikwijls genoeg zeiden voorbij gangers tot elkaar, hoe liet mogelijk was, dat in dit huisje een geloovige woonde, Joden en andere ongeloovigen zouden er nauwelijks moe tevreden zijn geweest. En toch leefde men er in, ja men leed er ook in. In de eone kamer van dit hnisje wierp een man zich heen en weer op zijn legerstede, hij was ziek en leed hevige pijnen. Nu en can steunde en klaagde hij, en dan werd hij ge troost door; een knaapje jan ongeveer tien ziekte die over een groot deel van de wereld verspreid is, maarom redenen, die later duidelijk zullen worden, vooral voorkomt in laag gelegen landstreken, in ons land dus voor namelijk in polderland, in Zeeland, Holland, Friesland. De troepen die in hoog gelegen plaatsen in Gelderland of Brabant gelegerd zijn, zullen er dus niet veel mee te maken hebben. Wel daarentegen loopen de man schappen, dia in polderstreken gelegerd zijn, b.v. da troepen op de forten van de water linie of de stellingen, de kans om eens een malaria-aanval te krijgen. De ziekte heeft eon zeer eigenaardig ver loop. Men krijgt een koude rilling, wordt daarna warm met soms zeer hooge koorts en begint eenige uren later hevig te zweeten, waarbij de koorts weer verdwijnt. Dergelijke aanvallen kunnen zich iederen dag herhalen, maar gewoonlijk blijft men er één of twee dagen vrij van. Gedurende zoo'n aanval is men zwaar ziek en wanneer de aanvallen zich geregeld herhalen, wordt men slap en uitge put. In Indië heeft men nog een bijzonder kwaadaardig soort malaria, waarbij de aan vallen niet na een paar uur verdwijnen, maar dagenlang kunnen aanhouden en waaraan tal rijke menschen sterven. Van hoeveel beteekeuis de ziekte in tijd van oorlog zijn kan, moge blijken uit de geschiede nis van de landing der Engelsche troepen op Walcheren. In den tijd van Napoleon is n.l. een Engelsch leger in ons land gevallen en op Walcheren geland. Binnen korten tijd was het evenwel tot werkloosheid gedoemd, aangezien het grootste deel der manschappen met hooge koortsen, z.g.n. Zeeuwscke koortsen, in de hospitalen lag. Zooals iedereen weet, bezitten wij tegen woordig een uitstekend geneesmiddel tegen malaria in den vorm van kinine. De ziekte wordt veroorzaakt door een microscopisch klein levend wezen. Deze z-.g.n, malaria-parasiet dringt in de roode bloed lichaampjes, waarin het dan gloeien gaat, om ten slotte zich te deelen in eenige kleine para sieten, die dan op hun beurt weer in andere roode bloedlichaampjes dringen en daarin dezelfde ontwikkeling dan doormaken. Op het oogenblik, dat de oude parasiet in vele jonge parasieten uiteenvalt, begint een nieuwe koude rilling. Bij sommige soorten malaria^parasie- ten is de tijd, die verloopt tusschen het ont- jaren, dat do beide handen van den zieke met de zijne vasthield. Moed, lieve vader! zei hij. Moedl Moed Hoe zal ik nog moed hebben Het wordt niet beter, integendeel erger,, en jij lijdt er ook onder. Mehemet, ik heb geen pen ning meer in huis Misschien hebben wij over een paar uren geld, zei het kind. En het boog zich over den man, kuste hem en nam daarop een mandje van den muur. Wat ben je van plan? Waar wil je heen? vroeg de vader. Ik zal onzen buurman, den bakker, ver zoeken mij eenige broodjes op krediet te geven, dan verkoop ik die op de Promenade Kcaohat- Khana en verdien er iets mee. Ga, mijn kind, zei Mehemet-Ali, en Allah bescherm© jel Het kind was nauwelijks twee uren wegge weest, toen het terugkeerde met roode oogen maar lachenden mond. Men kon zien, dat het geschreid had, doch dat was zeker van blijd schap geweest, want het kleine gezicht bloosde en straalde van geluk. Vader, riep hij hijgend, onze ellende is ge ëindigd Wat is er gebeurd? vroeg de vader en richtte zich met moeite op. En de kleine vertelde, dat hij met zijn mand je op de Promanade had gestaan bij een boom en zijn broodjes had verkocht. Plotseling was een soldaat naar hem toegekomen en had twee broodjes uit zijn mand genomen en was er mee heengegaan zonder te betalen. En toen de knaap hem nageijld was om hem daaraan to herinneren, had hij geweigerd het geld te geven. Toen was er een groote, statige man geko men, die den soldaat had beetgepakt en hem overgelevrd aai^de politie^ Hij had daarop, j Het blijft nog steeds van het allergrootste belang, wat Italië zal doen. En nog altijd valt dit niet te vertellen: het land weifelt nog steeds, 't Is waar, de schaal slaat steeds, meer over naar den oorlog, doch het is vooral het volk, het is de groote massa, die zich in dezen zin uit. In regeeringskringen zwijgt men. Zwijgen is goud, zegt het spreekwoord. In dit geval kon dit wel eens bewaarheid worden, als men toegeeft, dat grondgebied ook de waarde heeft van goud. Want de Italiaansche regee ring kan van haar weifelen en zwijgen pleizier beleven. Oostenrijk-Hongarije toont zich steeds meer geneigd tot toegeven. Dit is open lijk erkend, in de Hongaarsche Kamer en in den Duitschen Rijksdag. Oostenrijk biedt wer kelijk aan, een deel van zijn grondgebied aan Italië af te staan. En 't zijn geen geringe concessies, 't is een stuk van Tirol, waar trouwens hoofdzakelijk Italianen wonen, dat aan den bondgenoot zal komen. Doch dit is lang niet alles. We weten het uit de verklaringen van den Duit schen Rijkskanselier in den Rijksdag, dat Oostenrijk nog veel meer toezeggingen doet, indien Italië maar neutraal wil blijven. Hnlp in den grooten strijd vraagt Oostenrijk niet van den bondgenoot, alleen dat deze de wape nen niet zal opvatten. Daarvoor heeft de regeering te Weenen heel wat over, zooals blijkt uit de telegrammen in dit blad en de Italianen krijgen de genoegdoening, die zij jaren tevergeefs hebben gezocht. Zelfs om Albanië zal Oostenrijk zich niet meer bekom meren en Italië de vrije hand laten aan die zijde der Adnatische Zee. Maar de Italiaansche regeering hult zich nog steeds in een geheimzinnig zwijgen. De partij der neutraliteit moge haar pleit hebben verloren, de oorlogspartij heeft haar zaak nog niet geheel gewonnen. De Kamer schijnt uit spraak te zullen doen. De openbaarmakingen in den Duitschen Rijksdag zullen op het warm bloedige Italiaansche volk, dat spoedig in opwinding komt, zooals een stroov uur snel op laait, maar ook gauw weer kalmeert, mis schien indruk maken en^ dit zal van andere gedachte worden, als het leest van al die con cessies geopenbaard in den Duitschen Rijks- dag. Italië staat op den voorgrond in den poli- tiekeu toestand dezer dagen. Zelfs wat Amerika zal doen, wijkt daarvoor voorloopig terug. Te Washington hebben nog steeds be raadslagingen plaats en de Duitsche en Oosten- njksche gezanten doen hun best om den vrede te handhaven met de Unie, maar veel wijzer wordt men dienaangaande niet. Evenmin als omtrent den toestand in Portugal, 't Gaat daar woelig en zonderling toe. Een senator pleegde een moordaanslag op den nieuwen minister-president en werd zelf gedood, men spreekt van steeds nieuwe onlusten, van twis ten der republikeinen onderling, van stoke rijen der monarchisten, maar Wat er eigen lijk gebeurt, is niet erg duidelijk. We vertellen ditmaal maar weinig van de oorlógsterreinen. Het nieuws vandaar heeft, zoo op 't oog, iets eentonigs. !t Is altijd weer 't zelfde. Thans zijn de geallieerden blijkbaar op 't Westerfront ietwat fortuinlijk geweest, bij Yperen, op verschillende punten in Noord- Frankrijk zouden zij successen hebben be haald, die inderdaad dien naam verdienen, maar, 't is de oude waarheid, den toe stand niet wijzigen. Aan 't Oosterfront is 't niet anders. De berichten vandaar zijn nog nadat de knaap hem van zijn ellende had ver teld, vier goudstukken in het mandje gelegd en hem bevolen den volgenden ochtend in het paleis van den sultan te komen. Daar zou hij iets meer vernemen In het paleis van den sultan P riep de vader verschrikt. Dat is zonderling! Den volgenden morgen ging het kind naar het paleis. Men voerde hem door een reeks vertrekken en eenige minuten later stond hij in een ronde kamer, welke zeer kostbaar ge meubeld was, tegenover zijn redder van giste ren, die op zijden kussen rustte. Het kind liep op hem toe, greep zijn hand en drukte er in een opwelling van dankbaar heid een kus op. In hetzelfde oogenbliw wilden twee groote zwarte gewapende mannen zich op hem werpen, maar op een teeken van hun meester weken zij terug. De knaap stond tegenover den sultan. De heerscher der geloovigen liet het kind naast zich plaats nemen en babbelde er mee. Hij was zoo verrukt over de antwoorden en vragen van den kleinen jongen, dat hij beloofde voor hem te zorgen. En de sultan Tergat den kleinen Mehemet werkelijk niet. Eenige dagen later werd hij geplaatst op de voornaamste school van Konstantinopel en door zijn verstand en zijn ijver was hij weldra een der beste leerlingen. Van tijd tot tijd liet de sultan hem bij zich roepen, en hij had pleizier in de vorderingen van den knaap. De jongen had echter in zijn geluk zijn va der niet vergeten. Hij beminde dezen grenze loos, met bijna overdreven liefde, zooals alleen een Muzelman zijn vader kan beminnen. Zelfs als die een misdaad had begaan, zou hij hem nog evenzeer bemind en vereerd hebben. En de Jsnaap .was een map geworden en tegenstrijdiger, maar er valt uit op te maken, dat de krijg er in 't zelfde stadium blijft en dat met name in Westelijk Rusland, in de sticek van Schawlï de Duitschoi}» niet meer 't zelfde geluk hebben als voor eenige dagen. En van do Dardanellen geen nieuwsop zee is mets gebeurd, wat van bijzonder belang ge noemd kan .worden. OUITSCHLAND. Perscommentaren over de Amerlkaansche nota. BERLIJN. De „Voss. Zeitung" srhrijft over de Amerikaansche nota betreffende de „Lusitania" Wanneer Amerika weet gedaan te krij gen, dat Engelsche handelsschepen niet meor onder vreemde vlag varen en dat Engeland zijn handelsschepen niet meer be wapent; wanneer het verder doorzet, dat contrabande op Engelsche Bchepen niet meer met Amerikaansche lichamen beschermd wordt, dan zal het Duitschland aan zijn zijde vinden in het streven om den duik- booten-oorlog op humane wijze te voeren. Warneer het niet erin slaagt op die wijze Op Engeland in te werken, dan zal zelfs Amerika zich bij den duikbootenoorlog moe ten neerleggen. Het moet ervoor zorgen, dat zijn staatsburgers zich evenmin in het oorlogsgebied ter zee begeven als het hun in de gedachte komt zich bij Atrecht, Rijs- sel, of Przemyisl in de vuurlinie te wagen. Dat Duitschland den duikbootenoorlog zou opgeven, is niet aan te nemen. Het „Berl. Tageblatt" bevat een artikel van den oud-kapitein ter zee Persins, waarin deze o.a. schrijft: Wanneer, niettegenstaande de waarschu wing tegen het bevaren van de door den Duitschen marinestaf tot oorlogsgebied ver klaarde w en niettegenstaande de waar schuwing tegen een gebruikmaking van de „Lusitania". welke rechtstreeks in strijd is met onze militaire belangen, toen Ameri kaansche burgera hnn leven aan de „Lusi tania" toevertrouwen, dan valt de verant woordelijkheid op hen en op hun re^eering. Kan do regeering ervoor instaan, dat zich geen geschut en munitie aan boord heeft be vonden en verder, dat de „Lusitania" bij het opduiken van de onderzeeboot deze niet heeft trachten te rammen? In geval van een ontkennend antwoord, waaraan niet te twijfelen valt, zal men bij kalm nadenken moeten inzien, dat aan de Amerikaansche regeering elk recht om te protesteeren tegen de torpedeering van de „Lusitania" ont breekt-. De Duitsche regeering zal, naar wij ver wachten, de kracht bezitten geen Bchrede terug te gaanzij kan, daarbij verzekerd zijn van de instemming van het geheele volk. Wij hopen, dat het gebeurde met de „Lusitania" ten gevolge zal hebben, dat geen neutralen zich meer toevertrouwen aan Engelsche schepen en daarmee ook geen goederen meer verzenden. Stormaanval. Wilhelm Hegeier, die als vrijwilliger dienst doet bij het Roode Kruis in het Westen, schrijft in de „Berliner Zeitung am Hittag" Boem, boem, dondert het buiten. Ik schrik uit mijn slaap op. Geschutvuur? Een kwartier zoeker, die tegen de huisdeur bonst? Wat gaat het mij aan? Ik wil mij omdraaien, als ik mijn naam hoor roepen. Er uit naar het geopende venster. „Kameraad, om vijf uur aan het station in marschtenue". Dit wil zeggen, voor mij, met verbandtasch, tentbaan, deken en kookketel. Om vijf uur ben ik aan het station met negen kameraden en den chef van onzen troep. Wij moeten naar de hoofdverbandplaats bij W. om daar gewonden te halen. Eindelijk dus zal het komen tot den zoo lang geboopten stormaanval. Twee auto's voor gewonden halen ons af. En wij gaan op weg. Na een poos komen ons soldaten tegemoet die ons met ironische groeten ontvangen. Het blijkt dat de stormaanval afgelast is. En teleurgesteld gaan wij terng. Nog driemaal worden wij op deze manier ge alarmeerd. De laatste maal keeren wij 's mid dags doodmoe terug wij hebben ons geoefend in het transporteeren van gewonden, als om halfzes een nieuw bevel komtonmiddellijk aantreden in marschtenue. Weer kruipen wij in de auto's. De straten dreunen van de stappen der soldaten. Wij voelen, dat 't nu ernst zal worden. De hoofdverbandplaats is in een school. Nog staan op het zwarte bord zinnen geschreven onder de bescherming van den almachtigen beheerscher der geloovigen was hij steeds hoo- ger geklommen. Hij behoorde tot de geleerde en wijze mannen en kreeg spoedig grooten naam. Hij was de tweede secretaris van den sultan geworden en men vertelde van nieuwe onderscheidingen, die hem wachtten. Daar sprak men er ineens in het paleis ran, dat men een samenzwering tegen het leven van den sultan op het spoor was gekomen. Men wilde dezen dooden en zijn oom op den troon verheffen. Gelukkig was het complot bijtijds ontdekt en de samenzweerders zaten in de ge- gevangenis. Toen Mehemet dit bericht vernam, kreeg hij ineens een voorgevoel van een ongeluk. Den volgenden morgen wist hij waarom. Toen hij de lijst der samenzweerders las, zag hij onder de namen van hen, die zijn, weldoener naar het leven stonden, dien van zijn vader. Spoedig daarna werd hij bij den sultan ge roepen. Ik zie het aan je, zei deze, dat je er reeds van weet. Aan onze betrekking verandert dat niets, en de genegenheid, dje ik voor je koester, wordt er niet minder door. Maar ik ken je liefde voor je vader, en om ons weder- keerig voor opwinding te sparen, zeg ik je, dat je geen genade voor hem moet vragen. Ik heb gezworen, dat de gerechtigheid haar loop zal hebben, en zelf3 tegenover jou zal ik onverbiddelijk zijn. De jonge man verliet met gebogen hoofd de kamer van den sultan. Hij wist, dat aan dit besluit niets te veranderen was en met de wan hoop in het hart verwijderde hij zich. Mehemet-Ali had zich werkelijk laten ver leiden om aan de samenzwering tegen den sul tan deel te nemen. Hij had kunnen vergeten, dat het de weldoener van zijn zoon was, wïen hq naar het leven stond. Hoe dit zij, hji Ve rnet wit krijt. Maar waar eens de banken ston den, ligt nu versch stroo. Een kleine kamer ernaast is ingericht tot operatiekamer. In de verte, naar Yperen, knettert het ge weervuur, Witte lichtkogels gaan omhoog. Een donkerroode vuurgloed van kanonnen vlamt als waaiers aan den horizon op. En lang daarna komt het holle gedonder. Wij wachten, trach ten op het stroo te 6lapen. Men roept ons tot nieuw werk. Beneden lig gen reeds de eerste gewonden. De artsen heb ben hen reeds onderzocht. Gevangen Turco's. Niet één Duitscher. De uniformen zijn open gescheurd, de eindelooze roode buikband is los gemaakt, de jas is over de beenen geworpen. Zij draaien onrustig heen en weer en staren ona onbewegelijk aan met hun groote, zwarte oogen. Wij geven hun te drinken. Hun dank is een vreemd gebrabbel. De eerste auto's komen. Zij brengen zwaar gewonde landgenooten. Ik help bij het tran- porteeren. Om te weten, hoe ik hen moet op tillen, moet ik vragen, waar zij gewond zijn. De eerste heeft een schot in de long. Een tweede vraag, die mij op de lippen brandt, spreek ik niet uit. Maar zij schijnen te zien, wat ik wil zeggen: „Het gaat voorwaarts. Wij laten hen niet meer tot staan komen. Steeds voorwaarts." Urenlang dnnrt het dragen van de gewon den. Onafgebroken gaat het van de 6chool naar de 6poorrail3. De lichtgewonden komen aan. Eerst een paar, dan in dichte drommen. Mijn oog ziet hinkende gedaanten, geleund op kromme stok ken, gescheurde uniformen, vuile broeken en laarzen, bleeke, dikwijls bloedige gezichten, verbonden handen, stukgeschoten armen in noodverbanden. Maar mijn geestelijke blik ziet iets anders, iets, dat mij deze gruwelijke uiter lijkheden doet vergeten. Ben ik reeds zoo afge stompt, dat mij deze jammer niets meer doet? Een der gewonden lost mij het raadsel op. Hij komt moeilijk nader, het gewonde been na zich sleepend als een dooden last. Een kameraad loopt naar hem toe, neemt hem op den rug. De gewonde wenkt mij en zegt in het gemoede lijke dialect van den Rijnlander: „Dat was een stuk werk. Maar wij hebben het goed gedaan". Dat is het, wat hen allen vervult en de pijn der wonden doet .vergetenhet bewustzijn overwonnen te hebben. ENGELAND. Meer recrute— LONDEN. Lord Kitchener verklaarde in het Hoogerhuis, dat hij nog 300,000 recru- ten noodig had om nieuwe legere te kun nen vormen. FRANKRIJK. Van het Westelijk Oorlogaterreln. LONDEN. Onze bijzondere berichtgever in het Engelsche hoofdkwartier meldtHet voornaamste onderwerp van gesprek op het geheele Engelsche front is de vooruitgang in de streek van Feetubert, die Dinsdag nog aanhield. L3 Quinpuerie ten noord oosten van Festubert is thans in onze han den en in de gevechten tot hedenochtend werden ongeveer 500 man krijgsgevangen gemaakt. Dit aantal, dat in den loop van den dag nog vermeerderd is, kan eenig denkbeeld geven van de verliezen aan doo den en gewonden, die de Duitschers gele den moeten hebben. Dinsdagochtend werd in het hoofdkwartier bericht ontvangen, dat een Zeppelin, ko mende van Gent, boven de Yser in de na bijheid van Nieuwpoort was gezien. Vijf En gelsche aeroplanes stegen onmiddellijk op en achtervolgden het luchtschip, met het gevolg, dat de Zeppelin, de onmogelijkheid inziend om den strijd aan te binden met vijf zoo geduchte tegenstanders, zich genood zaakt zag m6t den grootst mogelijken spoed terug te keeren. Het luchtschip werd ech ter aan het uiteinde getroffen, maar kon toch, vermoedelijk ten gevolge van het mis tige weer, ontsnappen, ofschoon het eenigs- zins onzeker vloog daar het stuur bescha digd was. PARIJS. De Duitschers, bedreigd met oen totale insluiting door de welgeslaagde Fransche aanvallen, hebben in den nacht van 16 op 17 dezer alle stel lingen ontruimd, die zij nog ten westeH van het Yserkanaal bezet liielden. Zij lieten ongeveer 2000 dooden op het terrein en een groot aantal geweren. De Franschen behielden al hun winst op den oostelijken oever en versterkten de stel hoorde tot de samenzweerders en hij werd ver oordeeld. De linkerhand zou hem worden af gehouwen. Reeds den volgenden dag zou het vonnis worden voltrokken. Den dag, waarop het vonnis werd geveld, verzocht Mehemet den sultan om een gehoor. Heer, zei hij, ik verzoek om een gunst... De sultan fronste het voorhoofd. Ik vraag niet om genade voor mijn vader, haastte de jonge man zich te zeggen, neen... Wilt u me enkele «ogenblikken in genade aan- hooren, en ik ben zeker, dat u mij mijn ver zoek niet zult afslaan. Ik heb alles aan u te danken, heer, ervolgde Mehemet, na even gezwegen te hebben. U hebt me gemaakt tot wat ik ben, u hebt me getroost en mij met wel daden overladen, en ik heb tot nog toe niet mijn dankbaarheid kennen betuigen. Samen zweerders hebben u naar het leven gestaan en daartoe behoort mijn vader. Het vonnis luidt, dat hem de linkerhand zal worden afgehouwen. Ik smeek, mij het vonnis te laten voltrekken! Wat?,riep de sultan ontzet. Jij wilt zelf je vaders beul worden? Ja! En waar is je liefde voor je vader? Zij is gestorven. De sultan aarzelde lang, toen zei hij plotse ling, terwijl hij zijn beschermeling scherp aan zag- Goed, ik geef het bevel daartoe, maar ik verlang van je, dat je me zelf de hand van je vader brengt. En toen Mehemet zich had verwijderd, mom pelde hij Nu ziet men hoe de eerzucht een zoon kan vervoeren Den volgenden dag liet Mehemet rich aan dienen bij den sultan, hij was doodsbleek en scheen zich slechts met moeite staande .te houden. lingen onlangs door hen genomen. Gedu rende den nacht beproefden de DuitecherB een tegenaanval die bijzonder hevig was, doch die na een bombardement en het wer pen met bommen w d afgeslagen. Ten noorden van La Baseee werden de Engelschen zeer herig aangevallen en dit en tie tegenaanvallen duurden tot den vol genden <iag. Wij namen eenige Duitsche loopgraven en brachten den vijand zeer groote verliezen toe. Een groep van 700 Duitschers geraakte tusschen het vuur van de Engelsche machinegeweren en hun eigen artillerie en werden door kruisvuur allen gedood. De Engelsche troepen maak ten duizend gevangenen ca twee machine geweren buit. Ten Noorden van .-iirae hing den geheelen dag een dikke nevel, die aan weerskanten eenige belangrijke actie ver hinderde. De worsteling wordt bter niet tegenstaande dat, zeer levendig voortgezet. Op den weg Aix-Noulette naar Souchez hielden de Franschen door hun vuur twee andere tegenaanvallen der Duitschers tegen. Door een nachtelijk gevecht maak ten de Franschen zich meester van een groep huizen bij de begraafplaats van Ablain. De artüleriestrijd duurt dag en nacht voort aan het front ten noorden van Arras. De Duitschers maken vooral veel werk van het bombardeeren van Arras. Te Villem- bois bij Berry au Bao vielen de Duitschers tob tweemaal toe aan maar werden direct tegengehouden. Den 17en 's morgens vroeg vervolgden de Franschen den aanval op 't bosch van AUly en namen eenige Duitsche verdedigingswer ken, alsmede arie machinegeweren en 250 gevangenen, waaronder vele officieren. Een aantal gevangenen die niet gewond waren vielen Zondag in handen der Franschen bij het gevecht van Ville sur Courbe ten Oosten van hoogte 350 en ook nog 50 gewonden. Bij den zoom van het Priesterwoud waar twee bataljons Duitschers driemaal trachtten uit hun loopgraven te komen werden dezen door het vuur der Franschen tegengehonden. BERLIJN. Officieel. Uit het groote hoofdkwartier wordt gemeld: Ten noorden van Yperen aan het Kanaal bij Steenstraete heerschte Maandag rust. Aan den oostelijken Kanaaloever ten zuidoosten van Boesinghe ontwikkelden zich op eenige plaateen ge vechten die voortduren. Zuidelijk van Neuve Cbapell© beproef den de Engelschen gisteren en neden wederom te vergeefs meer terrein te winnen. ATIe aanvallen werden met sterke verliezen voor den vijand afgeslagen. Hernieuwde Fransche /«nvaEen op de Lorettehoozte bij Ablain* en westelijk van Sonchez mislukten. In onze handen bleven 170 gevangenen. Bij Ailly kwam een artil lerie-aanval tot stilstand. De Fransche voorhoede bij het Bois le Prêtre werd uit een gedreven door ons flank-vuur Da strijd tuasohen Yperen or Armentlèrea. PARIJS. De strijd, die van 9 tot 15 Mei voortduurde rondom St. Vaast, had een buitengewoon verbitterd karakter. Onze troepen vielen met prachtig élan en hard nekkigheid aan en behaalden tactische resultaten van groote beteekeuis. Zij von den tegenover zich een zeer dapperen tegenstander, en een buitengewoon krach tig versterkte stelling zij behaalden echter de overwinning. Het dorp Neuville-St. Vaast een groep stevige huizen, welk© zeer gemakke lijk te verdedigen waren was bij het be gin van den 6trijd van onze linies geschei den door vier linies loopgraven en het dorp La Targette. Ten zuiden en ten zuidoosten MEN LETTE bij het koopen van onze KARNEMELKZEEP vooral op ons gedeponeerd Fabrieksmerk „HET ANKER" en weigere onvoorwaar delijk alle andere soorten. Een geregeld gebruik dezer Zeep maakt de handen blank als 6neenw, het gelaat zacht als fluweel. ALOM VERKRIJGBAAR. NUMEGEN. Nu? vroeg de sultan. Het is gebeurd, heer! En zwijgend hield hij den raltan de nog bloedende hand toe. Ellendeling! riep de beheerscher der ge loovigen en zijn stem blonk dreigend. Jij dacht mijn welwillendheid voor je te vergrooten, door je zoo onderdanig te toonen. Je hebt een mis daad begaan, die ten hemel schreit. Maar luister: al mijn genegenheid voor je is in ver achting verkeerdik zal je in de gevangenis laten werpen. Komt hier! riep hij de wach ten. Bindt dezen man de handen en werpt hem in den kerker met de zeven torens. Mehemet had geen woord tot zijn verdedi ging gesproken, maar twee groote tranen rol den over zijn bleeke wangen. Toen de soldaten hem naderen om hem te boeien, greep de eene hem bij den linkerarm, die onder het opperkleed verborgen was. Een uitroep van verbazing volgdeaan dezen arm, die met een door bloed gedrenkt linnen was verbonden, ontbrak de hand. Op dit gezicht werd de sultan bleek, hij be greep alles Mehemet had zijn vader de smart willen be sparen en zelf het offer gebracht. De hand, die hij den sultan liet zien, was zijn eigen af gehouwen hand. Terug! zei hij tot de soldaten. Toen na derde hij zijn beschermeling en zeide Ik heb je miskend, Mehemet, je verkeerd beoordeeld. Je moet daarvoor schadeloos ge steld worden. Ik benoem u tot mijn eerstén secretaris. Je vader schenk ik genade en ik wensch, dat men als bewijs van je kinderlijke liefde aan het huis van je vader een marmeren plaat aanbrengt met een vergulde hand Dat is dé historie van het huis met de afgehouwen hand. zei de tolk. die u gezien kebV

Krantenbank Zeeland

De Soldatencourant. Orgaan voor Leger en Vloot | 1915 | | pagina 1