no. TI7:
Zondag 16 Mei 1915
Orgaan voor Leger en Vloot.
Oorlogsnieuws.
Onder redactie van D. MANASSEN.
O"fjTaSg 457ö0o exemplaren.
SOLDATENCOURANT
ADRES DER REDACTIE EX ADMINISTRATIE PALESTRENASTRAAT 10,
AMSTERDAM, TELEFOON Z.4968. DIT BLAD VERSCHIJNT DRIEMAAL PER
WEEK. LOSSE NUMMERS VOOR MILITAIREN 1 CENT, VOOR NEET-MILITAI
REN 3 CENT, ABONNEMENT 1.50 PER DRIE MAANDEN.
Voor Advertent:5n wende- men zich tot het Alg. Advertentie-Bureau ROUMA
Heercngrarht 226 Amsterdam, tot de Drukkerij .Jacob van Campen" N. Z. Voorbu
234-240 (Keizerrijk 9) Amsterdam of tot or.ze Administratie, Palestrlnastriu
Amsterdam. Prjjs der AdvertentiCn per regel 30 cent. Bjj abonnement red
Aan de
Dardanelles.
N1EDEDEEUNG.
Losse exemplaren van „De Soldatencourant",
ter aanvulling van verzamelingen, worden door
ons dadelijk na aanvrage toegezonden. BIJ de
aanyraag moet voor elk verlangd exemplaar
1 oent aan postzegels v/orden ingesloten.
De exemplaren met den geheelen Esperanto-
cursus verzenden wij na ontvangst van 15 cent
postwissel of postzegels.
De GEHEELE tot nu to9 verschenen oplaag
der „Soldatoncourant" verzenden wij na ont
vangst van ƒ1.postwissel or pestzegels.
De Nederiandsche Veldpost
noon A. P. BENJAMINSE,
Directeur Hoofdexpeditie Veldpost,
Daar de brievenbestellers zich moeten be
ijveren om de namen en adressen van alle per
sonen, die in hunne wijk wonen, zich in het
ge teugen te prenten, leeren de facteurs-brie
venbestellers uit gewoonte zeer spoedig de
namen en do indeeling van de tot hun onder
deel behoorende militairen kennen en kunnen
zij in korten tijd zeggen of een militair tot hun
ressort behoort of niet. Vooral om hun in de
eerste dagen hierin behulpzaam te zijn, zijn
de nominatieve opgaven noodig. Evenals in
een stad een adresboek ter raadpleging voor
handen is, en op een dorp de alphabetische
opgave der ingezetenen ten gemeentehuize, zoo
moet bij iedere Compagnie en ieder Bataljon
een 'alphabetische nominatieve opgave aan
wezig zijn van allo tot het onderdeel behoo
rende militairen. Daar de facteur deze opgave
dagelijks noodig heeft, moet ze in diens han
den zijn.
Wannepr Iemand in een stad aankomt, moet
hij, om zeker te zijn dat hij zijne correspon
dentie ontvangt, zich onmiddellijk naar het
postkantoor begeven, om opgave van zijn adres
te doen. Doet hij dit niet, dan is de voor hem
aangekomen correspondentie onbestelbaar. Al
vorens tot terugzending over te gaan, wordt
dan door het Postkantoor inlichting gevraagd
aan het gemeentehuis.
In den regel kan door de gemeente inlich
ting gegeven worden, wanneer de bedoelde
persoon zich gemeld heeft om zijn verhuis-
biljet in te leveren. Heeft hij dit niet gedaan,
dan is ook in dat geval de correspondentie
onbestelbaar.
Bij de militaire administratie en de factenrs
gaat het op ongeveer dezelfde wijze. "Wanneer
iemand ra aankomst bij een Compagnie zijn
indeeling opgeeft aan den Compagniesfacteur
en aan den Bataljonsfacteur, dan kan hij zeker
zijn, dat hij zijn correspondentie zal ontvangen.
Doet hij dit niet, dan zal de Bataljonsfacteur
inlichtingen moeten inwinnen bij de Com
pagniesfacteurs. Deze kunnen niet direct con-
stateoren of op 250 man iemand is bijge
Weiger nooit een hulp.
JI. (Slot.)
Zij keek mij zonderling en verschrikt aan,
maar eensklaps schudde zij den last, die
haar de borst drukte, af, en bewust van
mijn aanwezigheid pakto zij mijn arm, alsof
zij bij mij bescherming zocht.
„Ach, Emil, ik heb zoo vreeselijk ge
droomd. Ik zag onzen Frits midden in het
water, hij worstelde met de golven en riep
om hulp, wij stonden beiden aan den oever,
ik wilde naar hem toesnellen, maar mijn
beenen waren als verlamd. Toen bezwoer ik
je, dat jij hem zoudt redden, maar je aar
zelde en aarzelde, en de golven wei-den al
woester en woester, en opeens was Frits'
hoofd verdwenen. Teen gaf ik een schreeuw
enwerd wakker. Goddank, dat het maar
een droom wasl"
Zij beefde over haar geheele lichaam en
vlijde zich tegen mij aan, terwijl zij mij
zachtjea de hand drukte, alsóf zij zich
schaamde over hare zwakheid eu om ^rge-
ving zocht voor de stoornis. Ik streelde'haar
geruststellend over het hoofd.
„Nu, beproef maar weer in te slapen,
li*vel Droomen zijn bedrog. Wij zijn bei
Een zeer typisch k^kje
op het strijdtooneel aan
de Dardanellen, dat ons
meer zegt van de moei
lijkheden, die daar door
de gealliöerden te over
winnen zijn, dan lange
beschrijvingen. We zien
hoe moeilijk het terrein
er is voor de aanvallers,
maar ook welke gunstige
omstandi gheden het biedt
voor de verdedigers, de
Tnrken, die het kennen
en die van elk hoelrje
elke rotsholte gebruik
weten te maken. Voor
den verkenningsdienst
is dit terrein van on
schatbare waarde. We
zien hier .een Turksche
sluippatronille, die de
posities van den vijand
bespiedt en de troepen-
afdeeling later rapport
brengt.
komen. Zij moeten dus inlichtingen in gaan
winnen bij de administrateurs der Compag
nieën.
Een en ander vordert in den regel eenige
dagen, terwijl het bovendien voorkomt, dat
minder plichtbewuste facteurs dergelijke stuk
ken onbestelbaar verklaren, omdat de admi
nistrateurs in den regel met werk overstelpt
zijn en wel dringerder zaken hebben te be
handelen dan het opgeven van de namen der
nieuw aangekomenen, waarmee allicht veel
tijd gemoeid is.
De gemeente-administratiën geven den tijd,
besteed aan de inlichtingen voor de inwoners,
ook niat gratis, zoodat door do posterijen soms
meer voor inlichtingen betaald moet worden,
dan op de stukken Voor frankeoring is ee-
beeht.
Daar het publiek dooi- do Posterijen' feitelijk'
verwend is, waardoor stukken met zeer onvol
ledige of foutieve adressen toch terecht komen
en de geadresseerden zich dan niet eens de
moeite geven om aan hun correspondenten hun
veranderd adres op te geven, daar zij ver
onderstellen, dat hun adres op het postkantoor
bekend is, onbewust van de enorme hoeveel
heid tijd, die besteed is om het adres te weten
te komen, veronderstelt men, dat de Veld
postkantoren, facteurs en administrateurs
zich eveneens moeite zullen getroosten. Deze
veronderstelling is juist, zoolang de troepen
gedurende eenigen tijd zich op dezelfde plaats
bevinden, waardoor meer tijd aan dergelijke
stukken besteed kan worden. Bij herhaalde
verplaatsingen is echter voor de behandeling
van deze stukken geen tijd, zoodat ze als onbe
stelbaar worden teruggezonden.
Daar velen nog geen begrip van de onvol
doende adresseering hebben, volgt hier een
voorbeeld uit het burgerleven.
Een ambtenaar wordt van Breda gezonden
naar Noord-Beveland, om toezicht te houden
op den meeldauw in de verschillende op dat
eiland gelden plaatsen. Het is onbekend in
welke plaats hij zich op dat eiland zal vestigen.
Na zijn vertrek komen brieven voor hem,
terwijl hem ook nog stukken moeten worden
toegezonden.
Daar men in Breda geen nader adres weet,
en de geadresseerde niets van zich laat hooren,
wordt op het adres vermeld:
W. WIJK,
Controleur op den Meeldauw,
NOORD-BEVELAND.
Nu zijn op Noord-Beveland gevestigd de
hulppostkantoren Kortgene, Colijnsplaat,
IVissekerke, Kamperland en Kats.
Om dit stuk dus terecht te brengen, moet
het achtereenvolgens naar al deze kantoren
gezonden worden, terwijl de brievengaarders
ten gemeentehuize moeten gaan informeeren,
indien de geadresseerde zijn adres niet ten
hulppostkantore heeft opgegeven.
Iedereen zal nu begrijpen, dat zeer veel tijd
noodig zal zijn voor bedoeld stuk terecht is c-n
dat al de daaraan bestede moeite niet noodig
was geweest, indien do geadresseerde direct
na aankomst in zijn nieune standplaats zijn
adres aan het postkantoor Breda, aan zijn
correspondenten en dengeen. die hem uitge
zonden had, had medegedeeld.
den moe en hébben rust) noodigik heb
nog tot middernacht patiënten bezocht."
„Arme man, en nu heb ik je nog in je
slaap gestoord, wees maar niet boos!"
Ik kuste haar en zij legde zich weer te
slapen. Spoedig daarop sliepen wij beiden
in. Eerst te acht uur des morgens opende
ik, geheel en al opgefrischt, de oogen. Mijn
vrouw had reeds het bed verlaten en zorg
de voor het ontbijt.
Nadat ik mij aangekleed, en gewasschen
had, gebruikte ik haastig mijn ontbijt, en
spoedde mij toen op weg naar mijn patiën
ten. Toen ik door de Gasthuisstraat kwam,
zag ik een collega de zieken inrichting ver
laten.
„Wél, collega," zeide ik verwonderd,
„wat deedt gij daar?" want hij was niet
aan de inrichting verbonden.
„Ik moest den dood constateeren van
iemand, die vannacht vermoord is," kreeg
ik ten. antwoord, „omdat de dokter hier
zelf ziek is."
„Wie is er dan vermoord?" vroeg ik
verwonderd.
„Een jongmensch, wiens naam. men nog
riiet kent. De geschiedenis is vlak vóór uw
woning gebeurd, het verwondert mij, dat
gij nog niets daarvan gehoord hebt."
Een plotselinge schrik verlamde al mijn
leden. Alipaaktige .God 1 Had ik vannacht j
De toestand in den reuzenstrijd.
Er zijn thans eenige belangrijke berichten,
die echter niet van het oorlogsterrein komen,
zij getuigen van een steeds grooter opwinding
onder de volkeren en voorspellen ons woelige^
tijden. In de eerste plaats moet hier de aai
dacht worden gevestigd op Italië: het minist.
rie-Salandra heeft zijn ontslag genomen. Dat
heeft in do tegenwoordige omstandigheden een
groote beteekenis. Salandra en zijn kabinet
vertegenwoordigden de partij, die don vrede,
de handhaving der neutraliteit voorstond tot
nogtoe, maar die toch allengs door woordvoor-'
dors in en buiten de Kanier gedrongen werd:
tot inteventie, tot de vraag althans oi 't oorlog
of vrede zou zijn. Maar tegenover zich vond
hij den vroegeren minister-president Giolitti,
die tegen een tusschenkomst van Italië in de
zen strijd was en die in de laatste dancn ook'
herhaaldelijk met den Koning sprak. Salandra
heeft thans gedaan als Venizelos in Grieken-'
land, zijn ontslag genomc-n, ornaat hij zijne
meening bij den Koning en in het Parlement
niet kon doorzetten. :t Is de vraag, wat nu
de souverein zal doen. Handhaaft hij uit alle
macht Salandra, dan kunnen we er misschien
weldra op rekenen, dat Italië meedoet in den
oorlog, laat hij hem gaan, zooals Koning Kon-
stantijn van Griekenland Yenizelos deed, dan
beteekent dit een, althans voorloopige, hand
having der neutraliteit. Italië maakt op dit
oogenblik een zware crisis door.
Van belang is ook de opwinding, die or in
Engeland heerscht tegen de Duitsekers. In
verschillende Engelsche steden hebben betog-,
gingen plaats tegen dezen, die den vorm van
woeste aanvallen aannemen en die in Zuid-
Afrika een nog wilder karakter dragon. Hui
zen van Duitscher3 worden bestormd, hun goe
deren vernield, verbrand, en in den regel
staat de politie daartegen machteloos. Hier en
daar verlangt het volk, dat de regeering allo
Duitsahers zal interneeren en het schijnt, dat
zij daartoe nu zal moeten overgaan, ten min
ste wat de mannen betreft. Ook voor de eigen
veiligheid van dezen zal dat heter zijn, het'is
toch te vreezen, dat de woede van het Engel
sche volk nog zal stijgen.
Mant inderdaad, de Dnifechors hebben wjl
van hun meedoogenloozen aanval op de „Lu-
sitania", de andere schepen der Cunardlijn,
o. a. het zusterschip der „Lusitania", de „Ifau-
retania", zullen niet uitzeilen op do vastge
stelde dagen. Ook blijven de Duitschers in
wrikbaar bij hun voornemen op deze wijze do
actie ter zee voort te zetten. De nota der Ver-
eenigde Staten aan Duifcschland was vrij kalm
gesteld en liet aan de Duitsche regeering
gelegenheid tot een uitvlucht door hot opjy-J
reu der veronderstelling, dat de commandanten
der onderzeeërs de instructies verkeeid had
den begrepen. Maar, volgens de New-Yorkscho
„World", vaagt het Duitsche antwoord, hoe
hoffelijk ook gesteld, deze veronderstelling
weg: de tegenwoordige wijze van oorlogvoeren
ter zee zal niet worden opgegeven, Duitsch-
land zal voortgaan met schepen der oorlogvoe
renden in den grond te horen en Amerikanen,
die daarmee reizen, zullen gevaar loooen, ge
dood te worden. Van den anderen kut wordt
zelfs bericht, dat thans geen waarschuwend©
advertenties meer zullen worden geplaatst.
Welken indruk deze onverzoenlijke houding van
Duitschland op het Amerikaanscho volk en
de regeering zal maken, moet nog wor ïen af
gewacht. Maar de gemoederen zullen er waar
schijnlijk nog meer door worden opgezweept.
Do strijd in 't Oosten en 't Westen duur»/
onverminderd voort. Er valt betrekkelijk wei
nig nieuws van te vertellen, niet meer ten
minste dan wat do telegrammen geven. Van
weerskanten schrijft men zich zelf successen
toe, en dat is best mogelijk, maar dan op ver
schillende punten. Tegenslagen vermeldt liefst
niemand. De indruk, dien men echter alge
meen krijgt, is, dat de gevechten nog steeds
zeer hevig zijn, doch dat er in de laatste da
gen geen beslissende voordeelen werden be
haald. Aan de Dardanellen ook nog steeds geen
verandering: een Engelsch slagschip van ruim
13,000 ton, de „Goliath", is door een Turksche
torpedoboot in den grond geboord, ongeveer
500 man der equipage zijn verdronken. Daar
entegen drong een Engelsche onderzeeboot de
Zee van Marmora binnen maakte dus de
reis door de Dardanellen en bracht er een
Turksch transportschip en twee Turksche ta-
nonneerbooten tot zinken.
ENGELAND.
De anti-Duitsche beweging in Engeland
Uit telegrammen is reeds gebleken, dat
op enkele plaatsen in Engeland de volks
woede over de vernietiging van de „Lusi
tania" zicli heeft geuit in aanvallen op de
winkels van Duitsch-Engelschen, Duitschers
in Engeland genaturaliseerd, en, naar uit
de Engelsche bladen blijkt, veelal zelfs al
lang in Engeland gevestigd. Onder de
hulp verleend, dan was het misschien niet
tot het uiterste gekomen! En als om mijn
gedachten te bevestigen, zeide mijn collega
verder
„Een kwetsuur van den bovenarm-slag
ader door een steek; het jonge mensch is
doodgebloed; hij was reeds stervend, toen
men hem binnenbracht."
Ik verloor den grond onder mijne voeten,
een nevel kwam mij voor de oogen en mijn
ooren suisden. Ik maakte een onwillekeu
rige beweging in de richting van het zie
kenhuis, en mijn collega vroeg, mij vast
houdend
„Waar wilt gij heen? Heeft men u ook
laten roepen?"
Met geweld hield ik mij kalm en ant
woordde zoo onverschillig mogelijk
„Ik wil het lijk eens zien ik ben juist
bezig met een verhandeling over de eerste
hulp bij ongelukken."
„Haal u iu deze tijden toch niet te veel
cp den hals, collega, gij schijnt mij erg
aangedaan toe
Ik lachte gedwongen.
„Dat gaat voorbijAdieu, collega, tot
weerziens
Twee minuten later stond ik in het
lijkenhuis der zickenirrichtingIk had den
oppasser weggestuurd en bevond mij alleen
met den doode. Hij lag, slechte gekleed in
slachtoffers van de relletjes, die Zaterdag
1 te Liverpool plaats hadden, waren zelfs
enkele winkeliers, wier zonen in hest Brit-
6che leger dienen en thans in Vlaanderen
strijden. Deze lieden, aan wier Britsche ge-
voelens dus zeker niet kon worden getwij-
feld, werden dus' slachtoffer van hun Duit-
schen naam. Zeker is het. te betreuren, dat
zulke relletjes tegen volkomen onschuldige
lieden voorkomen, maar al zijn dergelijke
uitingen van volkswoede ook niet te ver
ontschuldigen, te verklaren is het misschien,
dat onoatwikkelden op deze wijze aan hun
verontwaardiging lucht geven. Echter ook
in de meer ontwikkelde kringen vindt de
haat tegen alles wat Duitsch is uiting op
een wijze, die er ieker niet toe zal bijdragen
om do volkswoede te bedaren. Zoo werd
'dezer dagen voor de Norwich Country
Court- een klacht behandeld van een drank
firma, „Elermann Brothers", tegen een
arbeider, die van deze firma whisky had
gekocht, maar niet had betaald. De chef
van deze firma Elermann is een genaturali-
I seerd Duitscher en de rechter sprak nu bij
de behandeling van deze zaak die we
zelf al3 van minder belang kunnen laten
rusten openlijk uit, dat naar zijne mee
ring naturalisatie niets beteekende. Als.
zoo zei de hij, het bloed Duitsch was en van
Hunschen oorsprong, zou de Hunsche smet
r.iet door het w.oord „genaturaliseerd" wor
den uitgewischt.
Als rechters zoo zich uitlaten, is het niet
te verwonderen, dat het volk op ruwere
.wijze van zijn haat ook tegen de genatura
liseerde Duitschers doet blijken. Zooals we
zeiden, ook in meer ontwikkelde kringen
dan die van het eigenlijke volk, dat met
stokken en steenen argumenteert-, vindt do
geweldige verontwaardiging over het in den
grond borei van de ..Lusitania" uiting.
Zoo is die verontwaardiging bijv. uitermate
groot onder de leden van de Baltic Shipping
and Mercantile Exchange te Londen. Er
zijn nog ongeveer een honderdtal genatura
liseerde Britten van origine uit de thans
vijandige landen die van deze beurs ge
bruik maken. En de echt-Britsche leden
van de beurs willen nu dat deze lieden
meest gewezen Duitschers. hoewel er ook
gewezen Oostenrijkers en Turken toe be-
hooren voorloopig van de beurs verwij
derd zullen worden gehouden. In een druk-
l bezochte vergadering werd besloten aan
het bsursbestuur te vragen alle leden der
.beurs, herkomstig uit de vijandelijke lan
den, als lid te schorsen of uit te bannen.
Het bestuur besloot daarop den toegang
tot de beurs voorloopig te ontzeggen aan
alle deze genaturaliseerden van vijandige
afkomst, behalve aan hen die ouder zijn
dan 60 jaren of wier zonen in het Britsche
leger dienen. Maar tai van beursleden zijn
hiermede nog niet tevreden en dringen op
nog krachtiger aotie aan en willen ook de
bedienden van deze genaturaliseerden uit
gesloten hebben en onder deze zelfs geen
enkele uitzondering toelaten.
Ook op andere beurzen begint een gelijke
beweging. Zoo is den leden van de metaal-
beurs, die van Duitsche afkomst zijn, reed3
de raad gegeven, tijdens den oorlog de
beurs niet meer te bezoeken, en een soort
gelijke raad is gegeven aan de leden der
effectenbeurs, die van Duitsche of Oosten-
rij ksche geboorte zijn (een honderdvijftig-
Onder de aldus getroffenen zijn velen die
reeas lange jaren in Engeland gevestigd zijn
en wier zonen in het leger dienen. Geen
wonder dat een van dezen uitriep wat goed
genoeg is voor koning George moest ook
goed genoeg zijn voor de beurs
In Liverpool, waarvan de meeste leden
der bemanning van de Lusitania" afkom
stig zijn, is de woede onder het volk al bij
zonder groot en hier heeft de politie nu be
sloten om in het belang van hun eigen vei
ligheid alle niet genaturaliseerde Duitschers
en Oostenrijkers te interneeren, terwijl veie
genaturaliseerden den raad hebben ont
vangen de stad te verlaten.
LONDEN. De stemming tegen de Duit
schers neemt overal in kracht toe. In den af-
geloopen nacht zijn in verschillende distric
ten van Oost-Londen door het gepeupel aan
vallen gedaan op Duitsche winkels, waar
van vele beschadigd werden en enkele vrij
wel geheel vernield. De politie herstelde,
dikwijls slechts met groote moeite, de orde.
Op de vleeschmarkt te Southfield en de
fruitmarkt in Covent garden werdén geen
een hemd, op een houten tafelzijn gezicht
waa bedekt door een witten doek. Ik
stroopte de mouwen van het hemd op, maar
kon de wond niet zien, daar men cp het
laatste oogenblik nog beproefd-had den
slagader to onderbinden, en het verband
aan het lijk had laten zitten. Een vernie
tigend gevoel van berouw deed mij het hart
ineenkrimpen.
Was ik dan niet de wezenlijke moorde
naar van den ongelukkige? Had ik den
doorstoken slagader te rechtertijd onder
bonden, dan was dit bloeiende menschen-
leven hoogstwaarschijnlijk behouden geble
ven. Met sidderende hand trok ik den wit
ten. dcek van het aangezicht van den doode
ende haren rezen mij te berge; ik
stiet een wild, wanhopig, krankzinnig ge
lach uitik zag in het gelaat van mijn
zoon Frits!
Een krampachtig snikken welde uit mijn
borst op; ik wierp mij op het verstijfde lijk
van den beminden jongen, drukte hem
tegen mij aan, riep hem met smeekende
slem hij de liefste namen en overstroomde
hem met mijn tranen maar, helaas, te
vergeefs! Mijn Frits bleef koud en stom en
in den ernstigen trek om zijn mond scheen
een aanklacht te liggen tegen zijn vader.
Nu rukte ik het verband van zijn arm;
ik moest mij met eigen oogen over tuigen
Duitschers meer toegelaten. In de Londen-
sche clubs gaan lijsten ter onderteekening
rond met het verzoek aan de besturen om
de leden, die genaturaliseerde Duitschers
zijn, buiten te sluiten.
Woepsdagavond is een deputatie uit de
Gitv, door een reusachtige menigte begeleid,
naar het parlementsgebouw gegaan. Zij had
een onderhoud met den solicitor-general en
verlangde de interneering van alle Duit
schers en Oostenrijkers, genaturaliseerd of
niet, gedurende den verderen duur van den
oorlog voor hun eigen veiligheid.
LONDEN. Niettegenstaande den hevigen
regen waren duizenden City-mannen Don
derdagmiddag bijeengekomen op den Tower-
hill, om de motie te steunen, waarbij van de
regeering verlangd wordt, dat alle buiten
landers uit vijandelijke landen geïnterneerd
zouden worden.
Do sprekers verklaarden, dat het- volk,
nu de Duitschers den strijd niet eerlijk voe
ren, dé zaak zelf ter hand zal nemen, tot
de regeering tusschen beide treedt.
In de motie wordt er tegen geprotes
teerd, dat de familieleden van Duitschers,
die verminken en vergiftigen en vrouwen en
kinderen vermoorden, in Engeland vrij
zouden blijven.
LONDEN. De betoogingen tegen de
Duitschers zijn Donderdagavond in het East
End hervat. Een menigte van 300 mannen
envrouwen trok door Barking Street, roe
pende Weg met de Duitschers. Winkels
werden geplunderd, meubelen vernield.
Twintig personen werden gearresteerd.
Ook werden Woensdagavond anti-Duitsche
betoogingen, gehouden in South End. Dui
zenden burgers vernielden de winkels van
Duitschers.
Er zijn troepen gerequireerd om de eigen
dommen van Duitschers te beschermen.
LONDEN. In het Lagerhuis deelde
eerste minister Asquith mede, dat nog
40,000 vreemdelingen, waaronder 24,000
mannen, uit vijandelijke ianden in
Engeland in vrijheid zijn. De regee
ring .stelde voor alle volwassen manlijke per
sonen, zoowel voor hun eigen veiligheid als
die van het rijk te interneeren, of zoo zij
den dienstplichtigen leeftijd hebben over
schreden, naar hun vaderland terug te
zenden.
Vrouwen en kinderen zouden, wanneer de
omstandigheden ditwenscbelijk maken,
naar haar land terug worden gezonden,
maar er zouden heel wat gevallen voor
komen, dat gerechtigheid en menschlievend-
heid eischen, dat haar verlof werd gegeven
om te blijven.
Er zou derhalve een speciale commissie
ingesteld worden om de aanvragen tot vrij
stelling te onderzoeken.
„Er bestond geen plan de genaturaliseerde
buitenlanders, ten getale van ongeveer 8000,
te interneerenvoor bijzondere gevallen
echter zouden speciale maatregelen genomen
worden en de regeering moest," zoo ver
klaarde de minister, „de bevoegdheid heb
ben om hen in geval van noodzakelijkheid
of gevaar te intemeeren."
Bonar Law, de leider der Unionisten, be
tuigde zijn instemming met deze voorstellen.
Het was duidelijk, zoo zeide hij, dat een
verontwaardiging zich had meester gemaakt
van het land, die wel eens de perken te
buiten zou kunnen gaan.
Er was niemand, die wenschte dat de
buitenlanders onrechtvaardig zouden wor
den behandeld, het land meet echter weten,
dat de quaestie door de regeering ter hand
is genomen.
Het leger vraagt represailles.
De „Times" bevat een schrijven van den
correspondent in Noord-Frankrijk, waarin
gezegd wordt, dat de gevoelens van
het leger tegenover den vijand, of de hou
ding der soldaten jegens gewonde en gevan
gen genomen Duitsche soldaten niets is afge
weken van den standaard van Britsche rid
derlijkheid, wijl het leger tot r,og toe steeds
geloofde, dat de verhalen over Duitsche bar-
baarschheden overdreven waren, en dat
tegenover den vijand toegevendheid moést
worden betracht.
Doch sedert het gebruik van vergiftigde
gassen in Noord-Frankrijk is een gevoel van
diepe verontwaardiging opgekomen onder de
troepen, en vooral uit de troepen zelve komt
nu de wensch naar dadelijke en krachtige
maatregelen tegen deze misbruiken. Een
dier maatregelen noemt de correspondent
de onmiddellijke uitzending naar Duitseh-
van den aard zijner wonde. Wat ik zag was
ver sck lik kei ijk, want het was het met bloed
geschreven bewijs mijner schuld. De buig-
spier van den bovenarm -was aan de
lichaamszijde tot- op het been doorgesneden
met een scherp voorwerp, en uit den even
eens doorgesneden bovenarm-slagader had
hij in korten tijd moeten doodblceden.
Vergeef mij, dat, ik u niet de hellepijn kan
schetsen, die mij dien dag verteerde. Als
een gebroken man verliet ik het ziekenhuis.
Ik was niet in staat nog een patiënt te be
zoeken en naar huis, naar mijn vrouw te-
rugkceren, durfde ik evenmin. Ik deinsde
cr voor terug mijn vrouw te bekennen, dat
ik mijn eigen zoon had laten omkomen.
Toen de ongelukkige het later toch ver
nam uit mijn eigen mond, want ik moest
mijn gemoed ontlasten door een vrijwillige
biecht vendel zij in melancholie, en na
twee jaren van hartbrekend lijden heb ik
cok haar verloren en naast onzen zoon in
liet graf gelegd
Een diepe stilte heerschte in den kring
der aanwezigen.
Ten slotte verbrak de rechter van instruc
tie het stilzwijgen.
„Gij kondt niet vermoeden dat hij, die
uw hulp noodig had, uw eigen zoon was.
Maar hoe kwam hij voor uw deur?"
„Voor zaken op reis zijnde/' antwoord
land van alle in Engeland verblijvende Duit
schers, die niet geschikt zijn om de wapens
te dragen. Waarom zou men in Engeland
Du iter hers toestaan vrij rond te loopen, ter
wijl hunne Jandgonooten het water en do
lucht verpesten en tegenover Engelsche sol
daten de gruwelijkste wreedheden toepassen 1
Zoo schrijft de correspondent van do
„Times".
Zeppelins boven Southend.
Zooals reeds werd medegedeeld, werd
Southend-on-Sea Maandag bezocht door een
Zeppelin, die ongeveer 100 bommen liet
vallen over een oppervlakte van ongeveer
vijf vierkante mijl, waardoor een vrouw
gedood en een schade werd aangericht van
ongeveer 20.000 Een vrijwillig politie
agent deed aan den correspondent van de
„Times" het volgende verhaal omtrent het
gebeurde: „Ik was met andere agenten op
weg naar Cobtrcb-comcr, toen wij het
snorren van den schroef van een
luchtschip hoorden. Wij keken op en
zagen iu de richting van Leith vrij
hoog een luchtschip van de zeezijde af aan
komen. Het was 16 minuten voor drieën. Op
een gegeven oogenblik draaide het schip
weder en bleef toen gedurende enkele minu
ten zwevend. Toen zette het de macmnes
weder aan en tegelijkertijd viel een Wr,,
juist midden op den weg, waarin zij een
groot gat sloeg zonder echter uiteen te
spatten. Toen werd een ander projectiel,
een brandbom, op een huis geworpen, dat
in brand geraakte. Ik snelde daarop naar
het bureau om alarm te maken.
Het getoeter op de horens wekte de
inwoners, die doar de ontploffingen Dog
niet wakkeg waren geworden, uit hun slaap.
Zij ijlden meer of minder volledig gekleed
de straat op. De agenten werden onmiddel
lijk over de verschillende straten verdeeld
en soldaten sloten zich bij hen aan om
eveneens hulp te bieden.
De eerste bommen werden geworpen toen
het juist begon te dagen. Er was geen
straatlantaarn meer aan en de blusscners
vlogen in de grauwe ochtendscheme
ring van de eene ontploffing naar do andere.
Intusschen daalden er hoe langer hoe meer
bommen neder, tot er ongeveer honderd op
het stadje waren néergeworpen.
In den tuin van een der huizen Bioeg
een bom een gat in de aarde, drie voet diep
en 15 voet in omtrek. Het hek werd met
zooveel kracht weggeslagen, dat de stukken
over de daken der nabijgelegen 1 uizen vlo
gen. Dóór den schok viel het plafond naar
beneden in een der kamers, waar een zekere
Hanney met zijn vrouw en zijn kind sliepen.
Zij werden bedolven onder de stukken kalk.
maar deze veroorzaakten geen ander letsel
dan eenige schrammen in het gelaat van
den man.
Eén huis, dat door een bom getroffen
werd, brandde totaal uit, aan andere werd
minder schade toegebracht.
De bevolking van Southend, zoo bericht
de „Times", was minder onder den indruk
van het bezoek van den vlieger dan indertijd
die van Bury en Ipswich.
Een Zeppelin boven New Castle.
LONDEN. Naar het heet zou er Woens
dagavond een Zeppelin zijn waargenomen
heven de monding van de Tyne bij New
Castle.
Engelsche verliezen.
Blijkens de Engelsche verlieslijsten van 7
Mei zijn 21 officieren gesneuveld, 54 ge
wond, 10 door gas vergiftigd en 7 vermist-.
Bovendien worden d.d. 25 April 397 man
schappen als gesneuveld, gewond of vermist
opgegeven.
De Admiraliteit deelt mede. dat bij ds
Dardanellen 9 officieren zijn gesneuveld en
29 gewond.
Voorts geeft de „Times" de namen van
12 gesneuvelde officieren, die nog niet op
de officieele lijsten vermeld 6taan.
□e Orde van den Kouseband.
LONDEN. De volgende namen zijn go
schrapt van de lijst der Orde van den Kou:e-
band: De Keizer van Oostenrijk, de Duit
sche Keizer, de Koning van Wurteinberg, de
Groothertog van Hessen, prins Heinrich
van Pruisen, de hertog van Saksen-Koburg-
Gotha en de hertog van Cumberland.
Een reddingsbrigade.
Een zekere Blythe, die indertijd deel heeft
uitgemaakt van de reddingsbrigade bij de
ontploffing in de Senghenyll-mijn en later
de de dokter, „had hij een uitstapje naar
hier gemaaat, om mij met mijn verjaardag
te verrassen. Op weg van het station naar
huis, was hij door een roekelooze bende
nachtbrakers aangevallen. Ik kon zooiets
inderdaad niet vermoeden, maar ik had niet
mogen vergeten, dat wij ten allen tijde zelfs
het laatste overblijfsel onzer krachten ver
schuldigd zijn aan hen, die onze hulp noo
dig hebbenl"
Hij zeide dit met een heesche, bijna
klanklooze stem; zijn gelaat zag er nu
spookachtig oud en vervallen uit.
Toen hij opstond om naar huis te gaan,
kwam de kellner binnen en fluisterde hem
iets in het oor.
Toen richtte de oude heer zich kaarsrecht
op en zeide op energieken toon, als ware hij
plotseling een kwarteeuw jonger geworden
„Ik kom dadelijk; zeg den bode, dat ik
het noodige tegelijkertijd uit de apotheek
zal meebrengen."
Toen boog hij voor on3 en verliet met
vlugge schreden de kamer. Hij was namelijk
aan een nieuw ziekbed geroepen en zou ock
nu weer geen behoorlijke nachtrust ge
nieten.