No. A3.
Vrijdag 7 Mei 1915
Orgaan voor Leger en Vloot.
Oorlogsnieuws.
Oplaag 45,000 exemplaren.
Onder redactie van D. MANASSEN.
AHen Voorwaarts!
Ter wille van Juanita.
SOLDATENCOURANT
ADRES DER REDACTIE EN ADMINISTRATIE PALUSTRIN ASTRAAT 10.
AMSTERDAM. TELEFOON Z.4968. DIT BLAD VERSCHIJNT DRIEMAAL TER
WEEK. LOSSE NUMMERS VOOR MILITAIREN 1 CENT, VOOR NIET-MILIT A l-
REN 3 CENT, ABONNEMENT 1.50 PER DRIE MAANDEN.
Voor Advertenti"n wende men rich tot het Alp. Advertentie-Bnrean ROTTM A A-. f
Heeren pracht 226 Amsterdam, tot de Drekkery „Jacob Tan Cam pen* N. Z. Voorburgwal
234-240 (Keizerryk 9) Amsterdam of tot onze Administrate, Pa|e«trinaatraat 10,
Amsterdam. Prya der AdvertenUr-n per repel 30 cent. By abonnement r»- inctie
Een wel typisch gezicht geeft deze teekening van het oorlogsveld. Wij
worden verplaatst naar het westelijk front en wel in de nabijheid van Buquoy;
Duitsche troepen doen een aanval op Fransche loopgraven. De Fransche soldaten
laten zich niet zien, we bemerken alleen op eenigen afstand de prikkeldraad ver
sterkingen, die hun loopgraven afsluiten. De Duitsche artillerie helpt mee en boyen
de Fransche loopgraven zien wij de granaten uiteenspatten.
In het maandblad .Ons Leger'' wekt do 2e
luitenant jhr. Graafland oils olk op om niet
..in te dommelen". We willen dat maar al te
gaarne, want de wereldoorlog wordt eentonig
en liegint voor ons ongevaarlijker to lijken.
..Men las cn herlas' schrijft jhr. Graal land,
,,den opmarsch gedurende de eerste oorlogsda
gen en na betrekkclijk-kortcn tijd begon de
loopgraven-periode, welke... thans nog duurt.
Honderden vielen in het ge\ echt met- een on-
zicktbaren vijand, honderden werden bij een
storm aanval aan do bajonetten geregen, hon
derden worstelden zich dood, gespannen op
prikkeldraadversperringen, gespietst in
wolfókuiVui,' uit elkaar gescheurd door
grondmijnen of handgranaten. Melk ceuo li
chaamskracht, welk een bovenmenschelijke bc-
heersching wordt gevergd van den modernen
strijder! Dagelijks hoort men er staaltjes of...
sagen" van. En men w ordt eraan „gew oon",
men begint in te dommelen! Dag aan dag,
maand aan maand, bervkent men met eeno
cvrrisehe kalmte dó tYaoKteS "Bïr" temson ttnr
tëgi-nstatideis; men maakt liet oeconomische
•n financieel bankroet van het oudst lesehaaf-
do werelddeel mede en bromt, omdat... vleesch
on brood zco in prijs stijgen. Hoe algemeener
on hardnekkiger do oorlogsbrand oplaait, des
te minder wordt ons universeel begrip ervan
combinaties van lucht-, land- en zeegevechten
verdringen - elkaar, do hellebrand der artille
rie-duels en de door hen gedicteerde verlies-
lijsten maken na dit oorlogs-kalf,jaar een in
druk op vélen als be rek enden zij den koers
van een groot-Europeesche effecten-specula
tie met trust en schommelingen. Het ideëele
maakte reeds lang plaats voor hot materieele:
ons begrip kan de ..hoegrootheid" van 't oor
logsfeit en het complex der gevolgen, hetwelk
wij moeten meemaken, niet meer in zijn geheel
doorgronden. Velen worden onverschillig, dom
melen in. En indien niet nu en dan een quaes-
tic of kleine wrijving op 't politieke tapijt
kwam. dan zou menig Nederlander, ..die er
kalmpjes een pijp bij opsteekt", nooit toege
ven. dar. er wel eens kapers op onze kusten
konden komen!
Wee, die kwijnende belangstelling voor
den wereldbrand, welks vlammen langs onzo
grenspalen en onze kustlijnen lekkon!
Wee, die betweters en beunhazen, zichzelf
en anderen diets-makend, dat 't nu toch ge
noeg is met 'dat „saaie ge mobiliseer 1"
Judom melen 1 Indommelen
En indien dan eens plots 't alarm zou schal
iën, sluizen en watermolens onze lage landen
zouden moeten inundceron en achter een gor
del van water en ijzer het oorlogscomniando
„vuur" door het luchtruim zou klinken?
En indien dan na een Spaanschen en Napo-
Uit het Engelsch
nooa
HENRY SETON MERRIMAN.
Een van de weinige Engelsch en, die
Spanje door en door kennen, is Cartoner
van liet ministerie van Buifcenlandsche
Zaken. Twintig jaar geleden ging hij er
voor het eerst heen, cn sinds dien tijd is
hij zoo dikwijls de Pyreneeën overgestoken,
om- eenigen tijd in die zuidelijke streken
door te brengen, dat hij er bijna even goed
thuis is als in zijn eigen vaderland. Als zich
aan het ministerie van Buitenlandsche
Zaken een quaestie voordoet omtrent Span
je, of iets wat daarmee te maken heeft,
dan wordt er dadelijk een beambte naar
Cartoner gezonden, dio dan, tien tegen
.één, in zijn kamer bezig wordt gevonden
met liet lezen van de ,,E1 Impercial".
'tls altijd gemakkelijk even aan de bel
te kunnen trekken, om iemand te ontbie
den, die liet onderscheid weet tusschen
Andalusië en Catalonië, en die, zonder een
oogeublik te aarzelen, weet te zeggen waar
Cuba ligt en aan welke mogendheid het
l>ehcort. welke dingen niet altijd zoo vol
komen duidelijk zijn aan een ministerie, die
zich tot. nog toe met vraagstukken van ge-
Teel anderen aard bezighield.
Van dit feit, dat de liooge autoriteiten
niemendal weten van dingen waarvan hij
volkomen op de hoogte is, maakt Jartoner
natuurlijk wel eens misbruik. Zoo céns in
't half jaar zegt hij, dat een bezoek aan
Spanje niet ongew.enscht zou zijn, en hij
geeft ecnige technische wijsheid ten bes
te, op de politiek van hot schiereiland be-
frefekiog hobbgndo. En een. .dag of wat
leontischen door ons een nieuwen vrijheidsoor
log zou moeben gestreden worden Zou deze
niefc des to flinker on des to fanatieker opge
zet en voleindigd worden, omdat het to verde
digen erfdeel thans ouder en rijker is en de
Landvorstin als belooning Harer men&chlie-
vendheid ooi log en ondank zou oogsten?
Of tw ijfelt gij eraan, gij. die nog behaaglijk
en weldoorvoed uw thee slurpt en uw sigaar
afbijt in ons nog zoo wreedzaam en vrij land,
twijfelt gij eraan, dat het leger, hetwelk
ook uw e verwanten en uwe ielangen moet ver
dedigen in eer, modernen Xederlandscben onaf-
hankelijkheidskrijg, minder stijfkoppig eu min
der geestdriftig zou strijden dan voorheen on
der Stadhouder Willem II of onder ,,le célèbre
Prince d'Orange?"
Maar half-mgedommelden, gij zoudfc wroe
ging en ontgoocheling ondervinden, wanneer
gij dan op une stations zooals half Februari
j.l. uit de 6poorwegwagons jonge militai
ren 'zoudt zien, die u toewenken met de stomp
van een ar.ro, of wanneer gij uit de diepte van
zoon lazarctu?u-trein blinde soldaten zoudt
liooren vioolspolen om hunne arme makkers op
-te monteren. Die i 'inden en verminkten zijn
dan geen bnitcnkmdscbo krijgers, maar lands
lieden, wellicht uwe kennissen, uwe vrienden,
uwen naastbestaandenDan zult gij willen be
hulpzaam zijn als zij terugkeeren van het front,
maar waarom helpt gij nu niet, nu zij staan
aan het front en wachten! Wachten, totdat
't front vuurlinie wordt!
0, moge die tijd voor ons verre blijven, die
tijd van vuur en volkerenhaat, wolke schier ge
heel een bloeiend mannengeslacht tot invalide
maakt of demoraliseert.
Maar indien li ij eens komen mooht?
Zult gij dan kunnen zeggen, dat ge hebt me
degewerkt om den moed en het moreel van
liet leger te helpen verhoogon en veredelen?
Zult gij er dan het uwe toe hebben bijgedra
gen, om onze militairen te dcon uitroepen:
..geheel ons volk staat achter ons, wij strij
den voor lien?"
Tot hen. die nog nimmer een stuiver of een
sigaar hebben gegevon aan den 6oldaat van
1214 en 191> deze vraag..Voorziet de orga
nisatie ,,Ons Leger" van uwe gaven in geld of
in natura. Bronnen moet zij bezitten oni even
tueel verfrïsschingen te kunnen putten voor de
soldaten eener Nedrlandsehe vuurlinieMeer
werkers moeten er komen om in oorlogstijd het
tegenwoordige keurcorps te versterken".
Voorwaarts dus, maunen en vrouwen, wordt
zelf en maakt soldaten-vrienden; helpt verza
melen, verpakken en veivónden, steunt en
staalt.
Indien Koningin en Vaderland onzen oorlogs
plicht zouden vragen, wee den vijand!
Indien het volk en l»»t leger dan niet inner
lijk geheel en 3l één zijn, wee ons land!
Jhr. J. GRAAFLAND.
later zet hij koers naar het land van zon
neschijn en slaap, met vrat hij zijn „Spaan-
6che uitrusting" noemt in een koffer.
Die uitrusting bestaat uit eeu in Spanje
aangeschaft, goedkoop fantaisie-costunm,
dat, naar Cartoner beweert, hem er voor
vrijwaart buitenslands dadelijk als een
Engelackman te worden herkend.
't Was bij gelegenheid van een cier
expedities, dab Cartoner zich op zekeren
dag in Toledo bevond, 't Was avond, en
liij zat met verschillende andere bezoekers
in den tuin van het café „de Nieuwe
Poort". De maan was aan het opkomen,
boven bet lago land aan d-3 overzijde van
de Taag-, achter de poort waaraan het
café zijn r.aam ontleent, en die, hceweï ze
volgens het opschrift in de vijfde eeuw
werd gebouwd, aog stecus ,,dc Nieuwe
Poort" wordt geheeten.
Cartoner zat aan een der la feitjes aan
den buitenkant, waar de dichte, volle
struiken van de hydrangea's in den vorm
van vierkante prieeltjes jogen deu stads
muur zijn geleid. Hij zat in gedachten ver
diept zijn koffie te drinken, toen opeens
een man tusschen zijn beenen doorkroop,
en zich als een zieke hond verschool tus
schen Cartoner's stoel en de hydrangea-
boomen. De schuilplaats was goed, aange
nomen dat hij, die op Cartoner's stoel zat,
den vluchteling behulpzaam wilde wezen.
„Zijn Excellentie zal een armen stumperd
toch niet verraden?" fluisterde een ge
jaagde stem bij Cartoner's elleboog, terwijl
de Engelschman, met een „saug-froid",
dab hij zich gvootendecls ten zuiden van
de Pyreneeën had eigen gemaakt, bleef
zitten, naar den horizon starende.
,,'tHangt er van af wat do arme stum
perd heeft uitgevoerd"..
Er volgde een sliJt.e, waarin waarheids
gevoel en listigheid met elkaar eeu zwaren
strijd schenen te voeren»
De toestand in den reuzenstrijd.
Dó Duitschers hebben nu ook een over
winning behaald in Galicië. Dat zou bin
nen een paar weken het derde voordeel zijn,
dat zij bekampten. Eerst in België bij Ype.
ren, waar zij ongetwijfeld ietwat vooruit zijn
geschoven, een telegram, van generaal
French spreekt van terreinverlics, waar
door do linie der Engelschen meest worden
gewijzigd^ dan in Rusland, waar zij zijn
doorgedrongen tot betrekkelijk dichtbij
Libau, dus ver ten noorden van het gewone
strijdterrein in Polen, en nu eindelijk
in de Karpathen. De telegrammen, die we
daarover ontvingen, van Duitschen oor
sprong, waren zeer optimistisch gesteld, zij
spraken van een doorbraken van het Russi
sche leger, van een dit terugdrukken vooral
naar 't Oosten, van een overwinning van
belang. Duidelijk zijn de berichten nog
niet, en uitvoerig evenmin. Dat aan het
Russische leger een fermen stoot is toege
bracht, schijnt zeker, maar in hoeverre dit
van b?lang zal zijn op de verdere krijgsver
richtingen, is nog niet op te maken.
Het is wel zekër. dat de Russen liet nu
zwaar te verantwoorden krijgen, geslagen
in Galicië, ernstig bedreigd in Westelijk
Rusland, zullen zij, lijkt het, de handen
vol werk hebben. Toch 1 omt juist nu weer
het bericht, dat zij in den Kaukasus een
zege hebben behaald op de Turken. Of die
echter nu weer zoo belangrijk is, als de Rus
sen willen deen gelooven, is de vraag. In
elk geval zullen de gebeurtenissen op het
Oostelijk terrein den Russen voorioopig
verhinderen krachtig op te treden in den
Bosporus en van den Oostkant naar de
Turksche hoofdstad op te rukken, zooals de
geallieerden trachten van de Westzijde,
langs de Dardanellen.
De strijd daar is ook voor ons nog steeds
niet helder. Als we de Turksche berichten
zouden gelooven, komt er van de Fransch
Engelsche expeditie niets terecht. Zeker
is het, en ook op te maken uit de Engcl
sche berichten, dat zij met groote moei
lijkheden heeft te kampen, maar zij schijnt
allengs toch te vorderen. Het terrein is
trouwens zeer ongunstig en het Turksche
leger biedt krachtigen tegenstand. Volgens
een telegram uit Londen hebben de troept 7
der geallieerden wel een overwinning be
haald en Z9lfs 2000 Turken krijgsgevangen
gemaakt, maar dergelijke zegepralen schij
nen in dezen oorlog, waar alles andere uit
komt dan men denkt, van weinig beteeke-
nis. Het Turksche leger, aangevoerd door
Duitsche officieren, zal waarschijnlijk een
wanhopigen tegenstand bieden en aan beide
zijden der Dardanellen levert het terrein
zoovele moeilijkheden op dat de aanvallers
slechts langzaam vooruit zullen komen, en
wie weet of de geallieerden ooit in de haven
van lvonstantincpel hun vlaggen van de
oorlogsschepen zullen laten wapperen.
Het einde van den krijg blijft door, of
ondanks dit alles, even ver. Zelfs overwin
ningen van belang hebben over 't geheel
geen invloed er op. Hoe vaak zijn de Rus
sen al niet verslagen en zij keeren toch tel
kens terug. Ook het voortdringen op een
enkel punt, van de Duitschers, de voordec-
Jen der geallieerden elders, maken den toe
stand niet anderg. De beschieting van
Duinkerken, het ont iteekenend gevecht in
de Noordzee, het torpedeeren van handels
schepen, -'fc blijft alles zonder uitwer
king van belang. De oorlog duurt voort,
zonder dat men maar eenigszins kan gissen
aan wie de eindelijkc zege zal zijn. De
krijgvoerende volken schijnen allengs hun
uiterste krachten in te spannen om tot een
beslissing te komen maar totnogtoe is niet
„Zijn Excellentie woont missclien niet
in Toledo?"
„Zelfs niet in Spanje", antwoordde
Cartoner.
„Ze hebben me van Algodor af nage
zeten, zij te paard en ik door het bosch.
Zoo meteen zullen ze de brug wel over
komen. Als ik hier zoo maar verscholen
kan blijven totdat ze de stad zijn inge
reden, dan kan ik den anderen kant uit
gaan en wegkomen naar Barcelona".
Cartoner leunde voorover op het kleine
metalen tafeltje, zijn kin in de palm van
zijn hand. „Je moet r.iet te hard praten"
zei hij, vooral als de muziek niet
speelt".
Want het café „de Nieuwe Poort" kon
ook nog op de aantrekkelijkheid bogen van
wat do eigenaar een „concert" noemde,
't Bestond uit een guitaar en een bel-
kleurigo viool welk laatste instrument
bespeeld werd door een zwervenden deug
niet, die nu en dan bewees dat hij een
goed musicus geweest was of had kunnen
worden.
„Heeft Zijn Excellentie koffie gehad?",
vroeg de man achter den stoel.
„Ja".
„Is cr misschien suiker over gebleven?
ik heb sinds vanmorgen niets gegeten".
Cartoner wierp de twee blokjes suiker
over zijn schouder, en een knabbelend ge
luid volgde.
„Zijn Excellentie zal me niet verraden.
Ik kan van hier waar de zit precies met
mijn mes Excellentie's lever raken".
„Dat weet ik. Wat heb je uitgevoerd?"
„Ik heb Enunann-jelo Dembaza doodge
stoken. Dat is het ecnigo".
„Zoo? En waarom heb je Senor Dembazai
doodgestoken
„Ik dcocl 't ter wille van Juanita".
Een aonderliugo glimlach vloog over
L Carton_cr'e_geachtHij was^op. zijn manier
te zeggen, of die ooit, en wanneer dan, zal
vallen.
BELGIË.
De Canadeezen en de gevechten bij Yperen.
De Times" bevat een verhaal van het
groote gevecht bij Yperen op 22 April,
waaruit blijkt hoe de „amateur-soldaten
van Canada", zooals de in dienst zijnde
Canadeesche volontairs genoemd zijn, een
werkzaam aandeel daaraan hadden.
Het is do geschiedenis hoe eenige divisies
dappere soldaten togen een groote overmacht
wisten stand to houden, niettegenstaande zij
zclven reeds een opening in hun linie hadden,
do artillerie van hunne vijanden overweldigend
was en cr gevochten moest worden gedurende
den dag, den daarop volgenden nacht, en we
derom dien volgenden dag en nacht. Hun offi
cieren violen den een na den ander maar in
plaats van ontmoedigd te zijn, vielen de over-
blijvenden niet steeds grooter clan aan.
Deze gevechten van helden uit Canada von
den plaats over een front van circa 5000 meter,
dat zich uitstrekte ten noordwesten van Yperen,
ongeveer hij den spoorweg Y'perenRoulers
naar den I'oelcapelle straatweg. De Canadee
sche strijdmacht bestond uit drie afdeelingeu.
Een daarvan begon den strijd aan het genoem
de front; de tweede stond aan den rechter,
flank en de derde bleef in reserve. Het weder
was warm en zonnig. Den vorigen namiddag
waren do Fransehen, daartoe gedw ongen door de
reeds meermalen besproken beschieting met
bommen, gevuld met gassen, een eind terug
geweken, vooral ook omdat de wind die gassen
naar hen toe gedreven had. Het daarbij prijsge
geven terrein was vrij aanzienlijk. ï>e Cana
deezen zagen dat met leede oogen aan, daar
een groote bres in de tot nog toe aaneengeslo
ten frontlinie daardoor was ontstaan en hun
achterhoede leelijk in gevaar was gekomen.
Besloten werd dat de voorste Duitsche loop
graven, toen zeer ver verwijderd van die welke
oorspronkelijk door do Franschen waren bezet,
moesten aangevallen worden. Dit geschiedde
door de Ontario-afdeelingen van generaal Mer
cer. Tot zelfs de jongste soldaat in de gelede
ren wist, toen die aanval begon, waarom 't ging
en hoe dit een gevecht op leven of dood moest
worden. Het scheen of niemand er levend zou
afkomen daar reeds direct een overstelpende
regen van granaten tusschen de eerst aanval
lende Canadeezen neerviel. Man na man viel.
Steeds dichter werden echter ook weer de open
plaatsen aangevuld.
Het 4e Canadeesche bataljon kwam geduren
de één oogenblik onder zulk een overstelpend
vuur dat de kogels eri projectielen allen om
hulden met een donkeren dichten damp. Een
oogenblik zag men dit bataljon aarzelen, stil
staan alsof het zich door een veretikhenden
rook moest slaan. Doch dat duurde maar een
minuut. De aanvoerder in dit bataljon, luite
nant-kolonel Burchill, die volgens ond-Engel-
sc'ne gewoonte, een dun rietje als wandelslok
droeg, wuifde daarmee boelbloedig en aanmoedi
gend zijn manschappen tegen. Dit merkwaardig
staaltje van kalmte cn moed onder het doodelijk
vuur, electriceerdo de mannen. Burchill viel,
maar met wilde kreten sprongen do Canadee
zen weer voorwaarts, woedend over het verlies
van dien geliefden jongen officier, die door allen
op de handen werd gedragen.
Met een onweerstaanbaren stormloop werd de
eerste loopgraaf genomen en de laatste Duït-
scher daarin met de bajonet doorstoken.
Deze bewonderenswaardige actie voorkwam de
nadeelen die onvermijdelijk zouden voortge
sproten zijn uit de veroorzaakte gaping in het
front der geallieerden. De tweede afdeeling
Canadeezen, onder generaal Turner, die den
rechterflank vormde volgens bet plan, kreeg
het te kwaad door een Duitschen aanval, ook
al weer gepaard met gasverspreiding doch be
hoefde daardoor niet te wijken hetgeen thans
te danken was aan een gunstigen wind.
Alleen is daarbij op te merken, volgens het
,.Times"-rapport, dat geconstateerd is dat de
gezichten der in die gasdampen gevallen sol
daten geheel blauw werden.
Dezelfde tweede afdeeling liep herhaaldelijk
gevaar door do Duitsche overmacht omsingeld te
worden en verloor ook velen der aanvoerders.
Vrijdag den 23sten April, den tweeden ge
vechtsdag kreeg de linkerflank der Canadeezen
eenige versterking door Engelsche troepen,
maar de vijandelijke artillerie scheen óók, ho9
krachtig zij reeds was, versterkt te worden,
want haar aanvallen werden dien dag letterlijk
overstelpend.
In het nabijgelegen boschje van St. Jnlien
moest dekking gezocht worden maar ook dit
werd teen zóó door artillerievuur bestookt, dat
do Canadeezen ook daaraan niets meer hadden,
t na voet moest de 3© Brigade terugtrekken,
een philosoof en hij wist dat zulke dingen
soms onvermijdelijk zijn.
„Hij was een schurk en had één meisje
al ongelukkig gemaakt", vervolgde de
stem tusschen het gebladerte. De viool
gaf weer een somber, hartstochtelijk lied
ten beste, en hardop praten kon nu geen
kwaad meer. „Maar ze beteekende niet zoo
heel veel 't was een sigareumaakster
en tabak't zij om te werken, 't zij voor
pleizier, doet een vrouw altijd kwaad.
Maar Juanita is heel anders. Zij is strijk
ster en kan allerlei prachtig werk doen. "t
Is een goed meisje, Senor zoo goed als
Zijn Excellentie's moeder - en mooi.
Heilige Maria! Zijn Excellentie moest haar
oogen eens zien i Misschien weet hij wel
wat voor oogen sommige Spaansche vrou
wen lebben. Je leest er van alles in, cn
j3 ziet er toch ook iets in dat je niet be
grijpt".
„Ja", antwoordde Cartoner weer, „dat
weet ik".
„Hij liep Juanita altijd na, en ómdat ze
niets van liem wilde weten, zei hij allerlei
leclijke dingen van haar, die volstrekt niet
waar zijn. En zulke praatjes doen een meis
je altijd kwaad, of ze waar zijn of niet
vooral als de vrouwen beginnen mee te
babbelen. Is 't niet zoo?"
„Jawel".
„Ze sprak mij er over. en we kwamen
tot de slotsom dat er niete anders opzat
dat Emmannuelo Dembaza te dooden.
Ze kuste me, Excellentie, en eiken keer als
ze dat deed, zou ik een man kunnen dood
steken als zo 't me vroeg".
„Zoo".
„Ja, Excellentie".
„En ais jo gepakt wordt, en naar de
gevangenis wordt gezonden voor, laten we
neggen, twintig jaar?" vroeg Cartoner.
„Dan zal Juanita zich verdtinkendaar
heeft se een eed pp gedaan'-*
waarbij elke nieter grond eenige dozijnen man-
vjiappen kostte. Inmiddels kwam, door deze
noodgedwongen retraite, de tweede afdeeling,
die zich onder tusschen in circa 2-500 meter loop
graven had vastgezet, in een gebeelo andere
positie.
Generaal Curry, de bevelhebber, zag de crisis
j aankomen en voerde een buitengewoon snelle
I flankbeweging uit doch wist zich tegelijkertijd
te handhaven in do veroverde loopgraven en
bleef zelfs daarin niet alleen nog dien dag doch
ook Zaterdag en Zondag. En Zondag zouden
hi en zijn dapperen nog daarin hekben stand-
gehouden, wanneer die Joopgraven toen. nog
hadden bestaan! ze waren echter totaal ver
woest, opgeblazen, gelijk gemaakt door do vij-
a nd e I ij ke projectielen.
Generaal AÏderson die liet commando had over
de derde afdeeling in reserve, profiteerendo
van de flankbeweging van generaal Curry, liet
zijn troepen de opening in de aanvalslinio. ont
slaan door het terugtrekken op St. Jnlien, of
eigenlijk achter Si. Jnlien, vullen en dit ge-
h redde met ware doodsverachting.
En toen, het was Maandagochtend geworden,
gingen de drie brigades Canadeezen, aaneenge
sloten nogmaals voorwaarts, tot een derde ge
dund. maar na drie volle dagen en nachten
vechten nog even onversaagd en zij slaagden er
in de frontlinie bij Yperen t© herstellen en re
houden totdat er voldoende verscke Engelsche
en Fransche troepen waren, aangekomen.
OUITSCHLAND.
Duitsche vhegtuigen In actie.
BERLUN. Onze vliegtuigen ontwik
kelden in Vlaanderen in den laatsten
tijd groote activiteit. Zij deden tal
rijke aanvallen op de maritieme strijdkrach
ten en handelsschepen van den vijand en
hadden daarbij herhaaldelijk suooes. Zoo
werd op 26 April in het Westdiep een
Britsch linieschip van de „Formidable"-
klasse met bommen beworpen en door een
treffer beschadigd. Op denaelfden dag wer
den eenige Engelsche voorpost-vaartuigen
met goed gevolg'aangevallen.
ENGELAND.
Engelsche verliezen.
De „Times", wijst erop, dat de aan het ein
de van de vorige weck gepubliceerde verlii
lijst meer dan 2000 namen bevat, waaronder
die van meer dan 200 officieren. Aan de Dar
danellen werden aan de Royal Naval Division
een officier gedood en zeven gewond. De land
troepen verloren 52 gesneuvelden (of aan won
den overledenen), 129 gewonden en 14 Tennis
ten. Van de gedoode officieren bebooren 27,
van de gewonde ruim 70 tot de Territorial
Force.
FRANKRIJK.
Van het Westelijk Oorlogsterrein.
BERLIJN. Rapport van het groote
hoofdkwartier:
In Vlaanderen zetten wij onze aan
vallen van het noorden en oosten met groot
succes voort. Dinsdag vielen Zeven-
kothe, Zonnebeke, Westhoek, de polygoon
tusschen Veld en het Nonnebosch, allen
plaateen, waarom sinds vele maanden hef-
tig gestreden is, in onze handen. De terug
trekkende vijand bevindt zich onder flank-
vuur van onze batterijen noordelijk en
oostelijk van Yperen.
In de Argonnen trachtten de Franschen
ten noorden van Four-de-Paris tevergeefs
de door ons op 1 Mei veroverde loopgraven
terug te nemen.
Tusschen Maas en Moezel werd Maandag
de artilleriestrijd voortgezet.
PARIJS. Ten noorden van Yperen zijn
drie Duitsche aanvallen op het Britsche
front in den nacht van 2 Mei, den nacht
van 3 Mei en den avond van 3 Mei afge
slagen.
In de Argonnen wonnen bij Bagatelle de
Franschen terrein.
In den nacht van Zondag op Maandag
„En als ik je niet verraad? Als je kunt
ontsnappen?"
„Dan volgt ze me naar Argentinië, en,
Madre de Dias, dan trouwen we."
Op dat oogenblik naderde de kellner,
met, Spaansch gebruik, een sigaret in den
mond, en vroeg of de bezoeker een tweeden
kop koffie wenscbie. Cartoner knikte
„met veel suiker", zei hij.
„Heb-je geld?" vroeg Cartoner, toen ze
weer alleen waren.
„Neen, Senor".
.'t, Is gekheid in deze wereld een mis
dadiger te worden als je niet. rijk l>ent.
Iemand die arm is, moet zich altijd be
hoorlijk gedragen. Dat is de eerste regel
van 't spelletje".
„Ik ben zoo arm als een straathond",
zei de stem, op zorgcloozen toon.
„En je zou geen leening willen aanne
men, zooals gentlemen dat onder elkaar
dikwijls doen?"
„Neen", volgde er, en de Spaansche
trots deed zich hcoren in den toon waarop
het gezegd werd. „Dat zou ik niet kun
nen".
Cartoner dacht eenige oogenblikken na.
„In het land waar ik vandaan kom" zei
hij eindelijk, „hebben we veel eerbied voor
reliquien en dergelijke dingen. Als de
eene man den anderen doodschiet, zien
we graag het geweer waar dat mee gedaan
is; en we betalen soms zestig centimes
om 't te mogen bekijken. Er zijn men-
sdben die een behoorlijk daggeld verdienen
door het tentoonstellen van zoo ieis. En
als ze het geweer niet kunnen krijgen,
leggen zo een ander er voor in de plaats,
dab komt op 't zelfde neer. Kijk nu eens,
je mes dat mes, dab de Senorita met
een kus zoo gemakkelijk in beweging brengt
't zou in mijn land eenige waarde heb
ben. .Veronderstel eens dat ik het koekt,
late» we ypor yijr honderd
is een Dnitache aanval in bet Le Prétre
bosch door de Franschen afgeslagen.
Oe beschieting van Duinkerken.
De correspondent van de „Times" in
Noord-Frankrijk Beint van 1 Mei aan zijn
blad:
Duinkerken werd den vorigen avond we
der gebombardeerd. Een dozijn groote pro
jectielen vielen in de stad en do voorsteden.
Vele gebouwen werden beschadigd en tal
van burgers gedood en gewond.
De meerderheid van de inwoners verliet
reeds de stad, maar velen blijven nog thuis
en geven er de voorkeur aan toevlucht te
zoeken in hun kelders en andere schuilplaat
sen als de beschieting wordt hervat. En dat
ze zal worden hervat mag wel worden ge
vreesd.
Het is nu vastgesteld, dat de projectielen
van twee richtingen kwamen en de meenin»
is geuit, dat de vijand machtigo houwitsers
heeft geplaatst op een punt in do nabijheid
van Dixmuyden. Dat ze daar zijn geplaat-st
met het doel om Duinkerken te vernielen
is buiten kijf, en als ze niet tot zwijgen wor
den gebracht zal Duinkerken blootgesteld
blijven aan een vuur op grooten afstand, dat
voorioopig niet krachtdadig kan worden be
antwoord.
De beschieting van Duinkerken door ar
tillerie op grooten afstand heeft niet meer
militaire beteekenis dan het werpen van
bommen op de 6tad uit Zeppelins of vlieg
tuigen. Zij kan echter bij de neutralen een
verkeerden indruk wekken en val scha hoop
wekken bij het Duitsche volk. Het officieel©
Duitsche communique van Vrijdag, mel
dend, dat „de vesting Duinkerken door onze
artillerie is beschoten" kon den indruk wek
ken alsof de Duitschers langs de kust zoo
groote vorderingen hadden gemaakt dat ze
in staat waren Duinkerken te bofnbardec-
ren, zooals ze dat Atrecht of Yperen deden.
Maar de waarheid is dat de jongste verwoede
gevechten in Vlaanderen hun kansen om
Calais en de kust te bereiken volstrekt niet
hebben verbeterd. Zij hebben tusschen Dix
muyden en de zee sedert maaDden geen
auimbreed gewonnen.
Scherven van de projectielen, die Don
derdag in de stad ontploften, zijn verameld
en nauwkeurig onderzocht ten einde het ka
liber vast te stellen van de stukken waaruit
zij afgevuurd zijn. De algemeene opvatting
schijnt wel deze te zijn, dat dit houwitsers
zijn van 38 c.M. Enkele van de granaten
dragen den naam van Krupp; andere den
naam van de Oostenrïjksche skada-fabrie-
ken. Sommigen zijn van mecning dat' de
granaten afgeschoten zijn uit de machtige
houwitsers van Oostenrijksch maaksel, die
de forten van Luik, Antwerpen, Maubeuge
en Namen vernielden. Deze groote houwit
sers kunnen een zwaar projectiel meer dan
20 mijlen ver schieten, doch zij moeten om
den vollen schootsafstand te krijgen op een
stevige bedding worden geplaatst, waaraan
zij stevig zijn vastgeklonken.
De groote granaten ontploffen met vree-
selijke en verwoestende uitwerking. De slag
gelijkt op die van een ontploffing in een
kruitfabriek en een geweldige kolom zwarte
rook, aarde en puin worden omhoog gewor
pen. Donderdag en gisteren werden wijde
diepe gaten geslagen in de wegen waar zij
neerkwamen: vele groote gebouwen midden
in de stad werden zwaar beschadigd en
kleine huizen in de buitenwijken werden
totaal verwoest.
Het is bezwaarlijk om een gedetailleerd
verslag van de beschieting te verkrijgen. De
vluchtelingen die hier (de correspondent
duidt de plaats niet aan van waar hij seint)
zijn aangekomen, kunnen weinig vertellen,
omdat ze zoo weinig hebben gezien. Gedu
rende de beschieting waren ze in hun kelders
verborgen; toen het gevaar geweken was na
men zp de vlucht. Het eenige slachtoffer van
den eersten granaat was een jong meisje, die
toen juist op straat was. Een granaatsplin
ter sloeg haar het hoofd af. Een andere gra-
pesetas".
En Cartoner's stem was een en al on
schuld en oprechtheid.
Een stilte volgde. En eindelijk kwam het
mes met het heft omhoog door de bladeren
van de hydrangea's te voorschijn. Spaan
sche trots is altijd bereid één oog te
sluiten.
„Maar js moet zweren dat wat je me
verteld hebt waar is, en dat Juanita je
volgen zal naar Argentinië. Op het woord
van een eerlijk man
„Op het woord van een eerlijk man",
herhaalde de stem. en een zwarte hand, tic
hand van een smid, verscheen door het ge
bladerte om Cartoner's hand te zoeken T
„Ze draaien de lichten uit" zei Car
toner, toen de koop was gesloten. Maar
ik zal wachten totdat ik je hier zonder ge
vaar kan achterlaten. Je vrienden de
„guardia civile" schijnen niet te komen".
„.Pardon, Senor, ik geloof dat ik zo
hoor'
E11 het gehoor van den vluchteling had
hem niet bedrogen, want een oogenblik
later liep een forsch gebouwde man, wiens
lange, zwaaiende jas wit zag van het stof,
met wantrouwenden blik tusschen de tafel
tjes door, el1 n bezoeker aankijkende. Hü
groette Cartoner, die beter gekleed waa dan
de overige gasten van het café, en ging
door. 't Was een vreeselijk oogenblik.
„De goede God zal 't stellig niet ver
geten wat Z:in Excellentie vanavond voor
me heeft gedaan zei de stem, met iets
wonderlijk gevoeligs in den toon.
,,'t Is mogelijk", zei Cartoner. terwijl
hij een sigaret opstak voordat hij heen
ging. „.Maar ik zon ook wel vijf jaar
kunnen krijgen, in een Spaansche ge
vangenis'-*