No. IP. Vrijdag 16 April 1915 Orgaan voor Leger en Vloot. Op „zaai 25". Oorlogsnieuws. Onder redactie van D. MANASSEN. Gezondheidsleer, Dobbelman's Oplaag 45,000 exemplaren. DE SOLDATENCOURANT ADRES DER REDACTIE EN' ADMINISTRATIE T'AT.ESTEI NA STRAAT 10. AMSTERDAM. TELEFOON 4968. DIT BLAD VERSCHIJNT DRIEMAAL PER AVEEK. LasSE NUMMERS VOOR MII.I I'AIREN 1 CENT. VOOR NIET-MILITAI RE?! 3 CENT, ABONNEMENT f 1.50 PER DRIE MAANDEN. Dat de actie aan de Dardanellen door de geallieerden hard wordt voortgezet, hunnen we niet zeggen. Er schijnt een rustpoos ingetreden te zijn. Maar dat zij geheel is opgeheven, gelooven we evenmin; er dringen nu en dan weer Engelsche mijn- opruimers in de zeeëngte door, tot zelfs dicht in de nabijheid der forten iu het Nauw der Dardanellen, Ook meldden eenige tele grammen, dat oen paar oorlogsschepen weer de forten aan den ingang hebben beschoten, 't Schijnt echter, dat men niet tot een nieuwen "beslisten aanval zal overgaan, voor er tevens troepen aan land zijn gezet. Dat het forceeren der Dardanellen, den toegang tot Konstantinopel, niet gemakkelijk is, blijkt uit bovenstaand zeer duidelijke kaart, die wij voor de „Soldaten Courant" hebben laten maken en die ons de gehèele situatie beter voor oogen stelt. MEDEDEELSMGËN. Tengevolge van overplaatsingen, detacheo- ringen en andere militaire oorzaken zijn som migs troepenafdeelingcn van „Do Soldaten- courant" verstoken. Wij doen een vriendelijk beroep op da gewaardeerde medewerking van Heoren Sergeanten-Majoor cf var. hen, die er voor zorgen willen, om voer dis troeperafdee- llngen =en pakket Soldatencourantcn bij ons aan te vragen. Na opgave van het verelschto aantal cn dui delijk adres volgt regelmatige toezending. ESPÈRANTO-CÖR5US. Na toezending van 15 cent per postwissel of in postzogels zenden wij aan militairen franco de exemplaren van ,,De Soldatencourant" met den vol ledigen Esperantocursus van Profesoro Blok toe. door J. P. BUL, officier van qezondheid. XXXIX. Ongedierte VI. In liet kort zullen wij thans nog een paar andere, zeer uiteenlocpende soorten ouuedierte behandelen. Vooral in vroeger t.iden of in wei nig beschaafde landen spelen die soorten een belangrijke rpl. maar ook onder de tegenwoor dige omstandigheden kunnen zc van beteekenis .worden. Zoo was b.r. de sehurftmijt in vroeger eeuwen maar al te vaak een werkelijke plaag voor een leger, ja zelfs Napoleon schijnt er jarenlang door geleden te hebben. Tijdens den zevenjarigen oorlog was de uitbreiding zoo grt-oi, dab halve regimenten er doOr in do hospitalen lagen. De mijt is ongeveer 0.3 m.M. lang en oraal van vorm, de kleur is grijs-wit. Zo leeft niet op de huid, maar erin en graaft daarvoor a?er fijne gan getjes, die solas 2 cM. lang kunnen zijn, een beetje geslingerd verloopen en met hot bloot»} oog te zien zijn. De gangen worden gegraven op die plaatsen, waar de huid het dunst is, dus tU3Schen de vingers, bij de elleboogplooi, ok sel enz. Wanneer men met een naald een dergelijke gang opi-nt ziet men met een vergrootglas aan het einde daarvan de vrouwelijke mijt zitten. Daar legt zij haar eieren. De daaruit zich ont wikkelende nieuwe mijten zijn 3 weken, nadat Door J. EVERTS. 3 Plots zag zij ©en lange', magere hand langzaam tusschen do gordijnen van krib zeven te voorschijn komen en tastend be wegen. Even weifelde zij, denkend aan zinsbegoochelingwas 't werkelijkheid, of zag zij 't voor zich gebeuren, omdat zij 't zich zoo dikwijls had voorgesteld? Doch: Zuster, zuster" klonk 't zacht, smeckeud bijna. Toen was alle twij fel verdwenen, ook aan het pijulijko van een ontmoeting dacht zij niet meer. Een gemengd gevoel van plicht en meelijden beheerschte haar geheel. Het volgend oogenblik stond zij naast de krib. Zij schrok, toen ze hem zag, voor het eeïst weer na ai dien tijd, Roerloos lag hij naar boven te staren, de groote oogen donker-glceiend in bet ongewoon- bleeke 1). Over geiiorpcu uit „Literatuur, gekozen uit het werk van hedendaagsc.he schrijvers door dr. J. B. Sehepors". Zoowel do uitgever, do heer C, A, J. van Dishoeck to Bussnm, als do schrijver, do hoer J. Everts, hebben ons teu zeerste verplicht met de toestemming dezo mooio novelle in do „Soldatencourant" over to nemen. Het verhaal komt voor in don zeer belangwckkenden bundel „Catastrofen" van J. Evorts, versdienen bij bovengenoemden «tgever. de eieren gelegd zijn, in staat zelf gangen te graven. De schruftmjt veroorzaakt jonken, dat vooral zeer hevig w ordt wanneer de patiënten gaan slapen en het bed warm wordt. Hierdoor ontstaan natuurlijk weer slapeloosheid, krab- l»m, verwondingen, zweeren. De ziekte wordt vooral overgebracht, door innige aanraking, in de eerste plaats dus door geslachtelijke gemeenschap, maar verder ook door slapen in een besmet bed, gebruik van besmette dekens of kleeren enz. Te velde is het gevaar voor verbreiding der besmetting dus niet zoo l-.eel-gering en ecp spoedig zich ziek melden zal dus ook bij schurft noodig Tegenwoordig los taan verschillende behan delingsmethoden, u aardoor men in korten tijd genezen wordt. Een enkelen keer slechts ziet men dat na eenigen tijd een tweede behande ling noodig is; gewoonlijk is de ziekte na één kuur genezen. Natuurlijk moet ook hierbij ge zorgd worden voor ontsmetting van dekens en beddegced. Zoo mogelijk zal dit geschieden door stoomontsmetting in een oven, zijnde de zekerste en althans in vredestijd do rarest ge bruikelijke manier. Formaldekydedampen, die tegenwoordig vrij algemeen gebruikt worden als ontsmettings middel na afloop van een of andere besmette lijke ziekte zijn voor luizen evenals voor de meeste insecten weinig schadelijk. De sehurft mijt wordt er evenwel door gedood, zoodat onder het nemen van de noodige voorzorgen de daarmede besmette kleederCn gezuiverd kun nen worden. De dampen dringen evenwel niet diep door, waardoor b.r. l)eddegoed op die manier niet ontsmet kan worden. Een geheel ander soort ongedierte, dat ook in ons land wel voorkomt, al is liet niet in die mate als in somige groote steden of als in min der li-schaafde laiden waar de zindelijkheid en reinheid, zoo niet alles dan toch veel te wen- echen overlaat, zijn de wantsen. Do wants is bijna een halven c.M. lang en ongeveer 3 m.M. breed; de kleur is bruinrood. Ze verspreiden een eigenaardigen geur, waar door kenners soms zeer spoedig hun aanwezig heid in t?en vertrék bespeuren. Overdag houden z© zich gewoonlijk 6clniU achter behangsels, in reten en kleine opening gen. Zo kruipen dan b.v. in koffers en worden zoodoende van do eene plaats naaT de andere overgebracht. Volgens een Engelsch tijdschrift hebb>n de Belgische vluchtelingen zoodoende met hun goederen zeer veel van dat ongedier te naar Engeland overgebracht. 's Nachts kruipen zc uit hun schuilplaat-s to voorschijn en weten dan wel altijd een ma ner te vindi-n om te bomen in oen lied, waar in iemand slaapt. Tracht men zich b.v. te be en mager© gezicht, de zacht-krul lende zwarte haren hoog van zijn terugwijkend voorhoofd weggestreken. Zijn knevel was zwaarder geworden, en hij had zijn baard laten groeien, 't Duurde even, eer zij weer tot zich zelve kwam. Wat is er?" vroeg zij toen zacht, en 't kostte een uiterste inspanning haar stem gewoon te doen klinken. „Cee.f me wat te drinken, zuster, 'k Heb zoo'n dorst". „Hier is je melk" nam ze het glas van zijn nachttafeltje. „Nee geen melk" wendde hij als een nukkig kind zijn gezicht af. „Wat dan?" „Water". „Water?!... Maar je mag geon water hebben". „Een beetje, 'een heel klein beetje" vleemde hij. „Ik kan niet slapen, als ik zoo'n dorst heb". Zij verwijderde zich even naar het bij vertrekje, dat als keuken ingericht was, er. kwam weldra terug met een glas half vol water. „Hier" zei ze. „Maar langzaam drinken, 't Is eigenlijk niks goed voor je". Zij stond too te zien terwijl hij dronk. Goddank! hij had haar niet herkend, hetzij door haar vreemd kostuum, hetzij dat de koorts alle heugonis in hem ver doofd had, waarbij nog kwam, dat hij ha ar hier natuurlijk allerminst verwaohtte. Hoe had zij eigenlijk kunnen deuken, dat 't anders zou gaan: 't leek haar al zoo ge schermen door de pooten van het bed in kom metjes met petroleum te plaatsen dan blijkt spoedig dat dit middel niets helpt. Do wantsen kruipen naar <!o zoldering en laten zich van daar in het bed vallen. Gewoonlijk oijten ze do niet bedekte deelen var. liet lichaam, het gezicht en do handen. De beet verzaakt jeuken, daardoor weer krab- wonden, ontstekingen, enz. Veelal zwelt de plaats waar gebeten is op. Ook de beet v deze insecten "an ziekte overbrengen. Zoo b.v. bekend het geval van iemand, die dit niet gelooven wilde en een wants eerst liet bijten op zijn aan typhus lijdend kind en daarna op zichzelf. Dc man kreeg twee weken later tj pbus. De strijd tegen wantsen is vrij moeilijk. Zoo als wij zagen houden ze zich schuil in allerlei openingen, achter behangsels, enz., zoodat een grondige reiniging noodig is. Allo re ten en gaten moeten begoten worden met ben zine of petroleum, hetgeen evenveel groot brandgevaar oplevert. Sommige gebruiken een mengsel van groene-zeep-oplossing met loog en terpentijn. Hierdoor wordt evenveel verf aangetast. Ook door kokend water kun nen de insecten gedood worden. De plinten, de meubelen, de sleutelgaten kunnen de wantsen herbergen en moe ten dus eveneens met het doodende middel worden bevochtigd. In sommige gevallen zal men beter deen een vertrek uit te zwavelen. Door zwaveldampen toch wordt dat ongedier te gedood. De toestand in den reuzenstrijd. De Amerikaaneche pers gaat voort het woord vrede" te doen weerkinken, en men krijgt over 't geheel het denkbeeld, dat de stemming voor den vrede er is. Dit is geen wonder, nu sedert S a 9 maanden een oorlog met onverminderde woede voort duurt. waarin honderdduizenden jonge mannen hun leven hebben gelaten, waarin milliarden gelds verloren zijn gegaan, die al do legers der oorlogvoerenden hebben uitgeput, zoodat zij reeds tot de jongste mannen en de meer bedaagden hun toe vlucht moeten nemen, om den striid te kunnen volhouden, en waarin eindelijk geen der partijen kan zeggen, niettegenstaande woon weer nu. Alleen, 't was heerlijk hem zoo ongemerkt goed te doen. In een paar teugen had hij het glas geledigd. „Hèc!" zuohtte hij, verlicht. „Maar nu moet je mij ook een plezier doen, en gauw gaan slapen" zei ze op den moederlijken toon, die de zusters meestal tegen de patiënten plegen aan te nemen, en zij schikte nog wat aan zijn dekens, ze instoppend aan het voeten einde. Opeens zag hij haar strak recht in het gezicht. „Lce.utje" lispelde hij, haar her kennend. Zij ontstelde even. „Ken je me nog0" vroeg zij met een zwak lachje, en zij wist niet waarom. ..Eerst niet. Ik twijfelde. Maar nu zie ik 't goed" zei hij. „Geef mij een hand Zij reikte hem de hare, nog steeds glim lachend Een wijle bleven ze zoo, sprake loos. Hij had de oogen gesloten. „Wil je me nu toch neg goed doen, Leentje,na alles?" vroeg hij moeilijk. „Ja zeker" zei ze eenvoudig. „Waar om niet? Je bent immers ziekEn tocli Zij bleef staken, maar toen hij haar vragend aankeek, vervolgde ze en 't scheen of zij zoo moeilijk sprak nu „Ik wilde zeggen... dat-'ik... dat ik niets tegen jo heb". „Vin'je me dan gem ellendeling? Ben ik alle krachtsinspanning, een overwinning te hebben behaald. Dat men nu ten 6lott© meent, dat het genoeg is, en dat de tijd voor den vrede komt. is werkelijk begrijpe lijk, van dc-ze gedachte maken do Ameri- kaansche bladen zich de tolk. Verheugend is dit zeker, maar niet voldoende. Van niet- officieele zijde, moge Duitschland of een andere mogendheid zijn verlangen naar vrede uitdrukken, daarmee komen we er niet. Er moeten eerst werkelijke 6tappen gedaan worden van de zijde der eene of andere regeering. Het brengt ons zelfs biet verder, wanneer een Fransch minister verklaart, dat hij zicli er op het oogenblik nog niet over zal uitlaten, of de mogend heden der geallieerden een gezamenüjkon of - een afzonderlijken vrede zullen mogen sluiten. Men weet, dat zij in het begin van den oorlog zich onderling daartoe ver bonden. Neen, het verlangen naar den vrede is er, maar deze zelf nog niet. De Fransche minister-president Viviani verklaarde Dins dag nog in een rede, dat de geallieerden den oorlog tot het einde zullen voortzetten zij waren zeker van de overwinning en als de ei6chen. die zij stelden, werden o.a. ge noemd: ontruiming van België, teruggave der veroverde provinciën, verplettering van het Pruisisch militarisme. Indien de ver bondenen zich daaraan houden, is het nog lang niet uit: de Duitschers staan nog bijna overal in het vijandelijk land, in België, in Frankrijk, in Polen. En overal daar hou den zij den strijd vol, weten zij de steeds heftiger aanvallen der tegenpartij af te slaan, wijken zij hier en daar misschien een weinig terug, om daarna met nog grooter taaiheid stand te houden. De Parijsche „.Matin" heeft uitgerekend, dat er thans in Eureupa over een front van 2668 K.M. wordt gestreden, welnu, over die reus achtige linie heeft Duitschland tot nog toe geen teekenen van verzwakking gegeven en ook de Oostenrijkers houden thans in de Karpathen hardnekkiger stand dan zij vroeger wel <n Galicië deden. De laatste Russische berichten mogen gewagen van enkele successen, het doel der Russen is nog niet bereikt: met groote volharding houden de Oostenrijkers en Duitschers hen nog altijd tegen in do bekende passen en van een doordringen in de Hongaarsche laag vlakte is nog geen sprake. Elders in het Oosten, in Polen en Galicië, gaat het tame lijk rustig toe. naar het schijnt, waar onder men evenwel moet verstaan, dat er .toch eiken dag wordt gevochten, alleen in de Bukawina moet een hevige strijd tus- schen Russen en Oostenrijkers opnieuw zijn ontbrand. In het westen gaat het niet anders. Een Fransch communiqué noemt zelfs den dag van Dinsdag ru6t.ig over het geheel© front, de veroverde stellingen werden versterkt en vliegers deden verkenningen uit de lucht. De oorlog ter jee gaat zijn gewonen gang. Aan den ingang der Dardanellen wordt nog gestreden, maar nergens is blijkbaar iel6 bijzonders voorgevallen, dat kans geeft op een nieuwe groote gebeur tenis. Een oorlog dus nog steeds van hetzelfde karakter: een oorlog van uitputting van weerskanten. Misschien is voor ons, die er' buiten staan als voor de mogendheden, die er aan deelnemen, dit zoo het beste, ziet men op die wijze met eiken dag beter in, dat de kriig nutteloozer wordt, en komt men het spoedigst tot de overtuiging, dat het voor allen gewenschb is den grooten strijd te staken. Moge men dat spoedig alom begrijpen BELGIË. Een iuchtrald op Antwerpen. Uit Antwerpen wordt aan het Belg. Inf. Bureau gemeld Sinds den tweeden aanval van vliegers op Antwerpen, is de wacht verscherpt. Die be stendige observatieposten zijn in de stad ge vestigd en ook op bet gemeentehuis van Ho boken. Daar de eerste aanval door een buit gemaakte Taube geschiedde, heeft de Duitsehe militaire overheid haro voorzorgen tegen een dergelijke verrassing genomenDe Duitsehe vliegers, die regelmatig van het Wilrijksche plein opstijgen, geven nu signalen, door vuur pijlen van verschillende kleur. Voor Advertentii-n wende men zirh lot i t Alg. Advertentie-Bureau ROUMAALV Heerengraohl 22ti Amsterdam, tot de Dr;i'.:'...-ry .Jacob van Campen" N. Z. Voorburgwi 234-2-10 (Keizerriil; Amsterdam of tot onze Administratie, PaJestrinastraat 1' Amsterdam, l'r js eter Advertcntién per regel 30 cent. By abonnement reducti' geen ellendeling, Leentje?... Ik heb je toch gemeen behandeld?" Zij knikte aldoor zacht van neen, haar hand nog steeds in de zijne. Doch de herinnering van heb ondergane verdriet werd haar te machtig; een dikke prop welde op in haar keel, zenuwachtig knipte zij met de oogen. „Maar ga nu slapen" zei ze. „Je bent heel ziek't is niet goed voor je zooveel t-a praten". Zij wilde heengaan. „Even, blijf nog even" smeekte hij, haar hand vaster klemmend. „Ik wist niet, dat je hier was, Leentje, anders had ik 't nooit goed gevonden, dat ze me liter brachten.... Wat dacht je nu we] van me, Leentje V' „Ik dacht wel, dat je 't niet wist. En 't is nu goed zoodan kan ik goed op je passen". „Wil je dat dan heuseh nog, Leentje?" Ze knikte zwijgend: ja, dé oogen vol tranen. „Goeie... goeie meid" steunde hij, geheel verteederd. „Ik ben een ellende ling geweest. O, als je wist, hoe ik op me zelf gescholden heb. Ik had je altijd nog willen., maar ik zag je nooit... op straat niet, nergens. Ik wist niet, waar ie was. En ik kou je ook niet schrijven, ik meest 't je zeggen, Leentje". „Maar wat dan? Er was immers .niets meer te zeggen tusschen ons?" „Jawel, jawel... Ik had willen vragen. Maar ik dachtze zal me heel gemeen vinden... eu dat er toch niets van kemeu J Het tweede bezoek van vliegers aan Ant werpen, was evenals de aanval op Hoboken, een verrassing- Op I April, 's morgens om 6 uur, daalde een tweedekker uit do wolken, dio twee bommen op het hof van Moretus te Ho boken had geworpen, voordat iemand hem be merkt had. Waarschijnlijk had do vlieger hot op het „Relnischer Hof' gemunt, dat slechts op twintig meter van het hof van Moretus verwijderd is, en waar vele Duitsehe officieren logeeren. BIJ Dixmulden en Drlegraohten. Van Dixmuiden klonk hedenmiddag weer luid kanongebulder, zoo werd uit Aardenburg aan de „Telegr." bericht van 12 April. Bij de Drio Grachten wordt voort gestredenTe Rous- solaero en Dixmuiden zijn opnieuw gewonden aa ngekomen Een Engelsch aviateur, komende van zee, ia Zondag tegen den middag naar Brugge gevlo- ge, waar de vliegmachine heftig werd bc-scho- ton. Hij moet bommen hebben geworpen op de spoorlijn. De Duitscbera hebben met kabelbal lons en oen watervliegtuig den' omtrek van Zeebrugge verkend, waar het echter rustig bleef. In Noord-Vlaanderen heeft de Duitsehe Overheid bij oproepiDg bekend gemaakt, dat op alle burgers, die met of zonder pas, zich langs het kanaal Brugge-Sluis begeveD, ge schoten zal worden. De Paus over België. PARIJS. Uit Rome wordt gemeld, dat de Paus monseigneur Deflorge, president van het instituut van philosophie te Leu, ven, in gehoor ontving. De Paus verklaarde dat hij God smeekte, niet alleen België te redden, maar het ook in vroegeren bloei te herstellen, schooner en grooter dan ooit. DUITSCHLAND. Vliegers gevallen. M NCHEN. Bij Rosenheim is van 1Ö0 M. Hoogte een monoplane gevallen, waarin een eerste luitenant en. een onderofficier ge zeten waren. Het toestel werd verpletterd. De benzinevoorraad vatte vuur. De lijken waren onherkenbaar verbrand. Vergeldingsmaatregel. BERLIJN. De door de Engelsche regeer ing genomen maatregel tot be straffing van de bemanningen der Duitsehe onderzeeërs, die bij de trouwe ver vulling hunner plichten in handen der Engelschen zijn gevallen, door hun een eer volle krijgsgevangenschap te onthouden en hen te huisvesten in de marine-gevangenis sen, heeft de Duitsehe regeering aanleiding gegeven tob tegenmaatregelen. Voor ieder krijgsgevangen lid van de bemanning van een onderzeeër, zal n.l. zoo lang de slechte behandeling duurt, op een Engelsch offi cier, zonder aanzien des pereoons, dezelfde behandeling worden toegepast. In verband daarmede zijn op 12 April 39 Engelsche officieren uit de kampen van krijgsgevan gen officieren overgebracht naar de militaire huizen van arrest. De strijd bij Memel. MEMEL. Officieel is vastgesteld, dat bij den inval der Ruseeti in het Memeldistrict, hot landgoed Althof geheel, de gemeenten Langullen en Nimmersatt bijna geheel ver woest zijn. Enkele gebouwen zijn geheel verbrand op vier landgoederen zijn groote branden gesticht. In 23 gemeenten zijn in liet ge heel 267 gebouwen verbrand 458 personen, waaronder 189 vrouwen en honderd kinde ren, zijn meegenomen. Gewond zijn 43 per sonen. gedood 63. In 14 gevallen is ge weldpleging tegen vrouwen geconstateerd. Verder zijn honderden paarden en hoorn vee meegenomen, benevens veel levensmid delen. De beschadigde Zeppelin. Zooals men weet is op 4 Maart een Zep pelin verongelukt, die bij Tirlemont moest landen. Van een betrouwbaren ooggetui ge, die pas uit België naar Frankrijk is teruggekeerd, vernam ik over dit voorval het volgende. De Zeppelin was van Calais vervolgd door Engelsche en Fransche vlier gers. De inzittenden en het luchtschin zelf hadden in die mate geleden, dat de landing onvermijdelijk was. Bij het landen bleek dat de bemanning alle zware voorwerpen overboord had geworpen, zelfs de waarne „Toen ik je... toen ik je .fgeschreven had, voelde ik pas goed, wat je voor me geweest was, dat ik niet buiten je kon... Ik weet eigenlijk niet, waarom ik zoo tegen je geweest ben. Ik weet 't nog niet... Ik vras geïrriteerd toen... Maar ik hield al tijd nog van je, zooveel, zooveel... Allee had ik willen doen, om 't weer goed: te maken..." Ze verleerde van meelij. Al het leed, haar aangedaan, had ze hem vergeven. Kalmeerend legde zij haar hand op zijn klam voorhoofd, hem tegen-glimlachend net een blik vol warme teederheid, En 't was, als weerstond zij nauw' het ver langen zich neer te buigen en hem te om- „Ga nu slapen" zei ze. „We praten daarover later nog welals je weer beter ben". „Ja" zei hij gedwee, moe de oogen sluitend. Hij liet zich door haar toedekken. „Dank je" zei hij zacht innig, toen ze gedaan had, blindelings haar hand zoekend. Doch zij was al vertrokken, een kort „Wel te ruste" fluisterend. Zij zat weer aan de lange tafel voor haar boek. Maar tot lezen kon ze ook nu niet komen. Ze was te zeer ontroerd. De ge dachten stormden in haar hoofd, en ver vulden haar men een aanhoudenden jubel, zoodat zij z'n ernstige ziekte bijna ver gat-,.. Henri! Henri! Ja, ze bad hem lief mingswerktuigen, en de mitrailleurs. Men had lichtbommen laten vallen om den weg te verkennen. Behalve elf dooden, waren er twe© zwaar gewonden, wien de kogels der Engolschen door de gewatteerdo onderves ten waren heengegaan. Voor ze te Tbienen waren gedaald, hadden ze anderhalf uur ge zocht. Over rien spoorweg komende wierpen ze ten slotte 't laatste zware voorwerp over boord. Op 6 Maart werden do over blijfselen op 17 wagens geladen, die mee gingen met een trein, die ook twee wagons Fransche krijgsgevangenen vervoerde. Alles werd te zamem naar Duitschland gevoerd. De Zeppelin was 149 meter lang, bij een hoogte van 30 meter. II ij had cn beman ning van 46 koppen. De Duit "here waren over die verlies zeer ontdaan. FRANKRIJK. Van het Westelijk Ooriogsterrcin. PARIJS. Van de zoe trU do Arine is niets belangrijks tc melden, be halve enkele artillerieduels. Ten oosten van Berry-au-Bac maakten de Franschen zich van een Duitsehe loopgraaf meester. In de Argonnen wordt de mijnenoorlog voortgezet en werpt men van de eene loop graaf naar de andere elkaar met bommen en handgranaten. Tusschen Maas en Moe zel naderden de Franschen op verschillende punten tot de draadversperringen van den vijand. Bij Eparges deden de Duitschers in den nacht van 11 op 12 April na hevig geschut- en geweervuur te 4 uur 30 een tegenaanval zij werden afgeslagen. In het bosch van Ailly en in do streek van Flirey hadden artilleriegevechten plaats, zonder ingrijpen der i. ."an ter ie. In het Bois le Prétre werd op II dezer tegen 5 uur een Duitsehe aanvalspogicg af geslagen. In den loop van 32 April verdreven de Franschen de Duitschers uit een deel van oen loopgraaf, waarin ze zich tot neg toe hadden gehandhaafd. In den nacht van II op 12 April tegen 1 uur 30 wierp een Duitsch luchtschip op Nancy zeven bommen, van welke er een dichtbij het burgerlijk ziekenhuis terecht kwam en een andere bij een school. Op twee plaatsen werd een begin van brand spoedig onderdrukt. BERLIJN. Uit het groote Duitsehe hoofdkwartier wordt gemeld De Franscben beweren dat ze vijftien bommen hebben geworpen op de mari tieme inrichtingen te Zeebrugge. In werkelijkheid echter kwamen negen bom men neer in de omgeving van Ostendo en twee bij Brugge zonder schade aan te richten. Wij wierpen ter vergelding Dinsdag nacht tal van bommen in de door de En gelschen bezette plaatsen Poperinghe, Hasc- broeck en Cassel. Bij Berry-au-bac. drongen de Franschen 's nachts een van onze loopgraven binnen. Zij werden echter onmiddellijk weder ver dreven. Een vijandelijke aanval van vliegers in de streek ten oosten van Reims mislukte. Ten noordoosten van Suippes werden tegen ons weder granaten met bedwelmen de ga^en gebruikt. Tusschen Maas en Moezel zetten de Franschen hun aanvallen op enkele plaat sen met groote heftigheid voort, echter zonder resultaat. Drie aanvallen in den morgen ondernomen bij Maizeray, ten oos ten van Verdun, mislukten in ons vuur. onder zware verliezen. Des middags en des avonds bij Marcheville ten zuidwesten van Maizeray ondernomen aanvallen, waarbij Karnemelkzeep met het Anker. In 't gebruik de voordeeligste Toiletzeep. Alom verkrijgbaar. Men lette echter vooral op het gedeponeerd Fabrieksmerk „HEI ANKER". nog, lief, lief!... O, dat het leven opeens zoo veranderen kon. Ze had 't te voren niet kunnen gelooven. 't Was ruimer ge worden om haar heen, en alle bewegingen schenen haar lichter te vallen. Ze voelde haar lichaam krachtig en flink, en de toe komst lag voor haar in verre verschieten vol leven en licht, waarnaar zij verlangde, verlangde als nog nooit... Dat 't terecht' kon komen, dat 't zoo nog worden zou... o neen, dat had ze niet kunuen ver wachten. Al meer en meer voelde zij die levens- weel de in zich zwellen, en al machtiger werd in haar een verlangen naar de fris- sche, gezonde natuur en naar het kleurige leven, dat gistte daarbuiten, en waarvan zij hier op de derde verdieping niets be merkte, dan enkele verdwaalde klanken die binnendrongen door het geopende ven ster... O, te leven! te leven en lief te hebben, was dat niet het hoogste goed En wanneer zij dan even tot de wer kelijkheid terugkeerde om zich heen zag de kale muren, levenloos, geel-wit iu het saaie gaslicht, met de rijen kribben en de strakke memmen der bedgordijnen, en overal de bekende instrumenten, die allen het schrikbeeld van een of andere te- bestrijden ziekte in zich schenen te dra gen... dan begreep zij niet, hoe zij 't nog zoolang had uitgehouden in dezo muffe sfeer. Wordt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

De Soldatencourant. Orgaan voor Leger en Vloot | 1915 | | pagina 1