Inkwartiering. OPjZEE. Ons Oorlogsdagboek. Binnenland. DE SOIjDATElNrcouitAlsrT van woensaag 10 Maart lgia In de Noordelijke Vogezen. Er wordt in den regel maar weinig aandacht gewijd aan den oorlog in de Vogezen, toch is die daarom niet van belang ontbloot. Aan do oost grens van Frankrijk, in den Elzas, wordt nog steeds hard nekkig gevochten, al verandert do toestand er weinig of' niets. Frankrijk, zoowel als Duitsck- land, hebben daar hun reeks vestingen, waar niet makkelijk doorheen te komen is en die aan beide zijden de legers tegenhouden. Intusschen, in het gebied der Vogezen daar gaat het soms heet toe. Wij hebben or nu en dan van verteld. Het s er een bergstreek en op de toppen en de hoogvlakten ligt de sneeuw. Men vindt er vel© bosschen, vooral van naaldhout en spannende gevechten spelen zich daar af. Van dit strijdterrein, de Noordelijke Vogezen, geven we hier een kaartje, waarop onze lezers menigen bekenden naam zullen vindon. erkent echter dat deze toerustingen van geen beteekenis zijn. Bovendien zou er gebrek zijn aan krijgsbehoeften. De bevolking ont vangt slechts een onvoldoend ration brood. Talrijke Grieksclie families verlieten reeds de stad. Sinds Dinsdag zijn meer dan vijf tig Duitsche officieren op weg van Turkije naar Berlijn Boekarest gepasseerd. GRIEKENLAND. Griekenland en de oorlog. Te 'Athene heeft Woensdag een Kroonraad plaats gehad, -waartoe ook de vroegere pre miers warén uitgenoodigd. Iü een na af loop uitgegeven officieus© mededeeling wordt gezegd, dat in den Kroenraad de binnen- landsche toesband besproken is en dat de zitting tot Vrijdag 5 Maart was verdaagd, omdat men den chef van den gemeralen staf „technische inlichtingen wilde vra gen, welke noodig zijn om zich een oordeel over den toestand te vormen.5' Vrijdag heeft er opnieuw een zitting plaats gehad en ten gevolge daarvan heeft de minister-president Venizelos met heb ge il eele ministerie ontslag genomen. Naar "de minister beweerde, omdat de inzichten des konings niet strookten met-de zijne. Veni zelos wilde zich aan de zijde scharen der geallieerden, koning Konstantijn, een schoonbroer van den Duit-schen keizer, zag er tegen op, dezen den oorlog te verklaren. Venizelos is echter zeer populair in Grieken land en men vreest, dat zijn partij toch in 't slot de overwinning zal behalen, en de koning hem moet terug roepen aan het hoofd der regeering. De koning droeg aan Alexander Zaimis de vorming van een Kabinet op. Zaimis yroeg vier-en-twintig uur bedenktijd. ROEMENIE. De houding yan Roemenië. Een Amsterdammer kreeg een brief van een Roemeensohen vriend, die hem schrijft: „Ik moet nu onder de wapens ko men, om Oostenrijk binnen te vallen". Van heb onder de wapens komen 33 reeds meermalen mededeeling gedaan. Eu het Russische blad „Rjetsj" ontvangt van zijn correspondent te Boekarest belangrijke mededeelingen over militaire toebereidselen in Roemenië, die den laatsten tijd zeer zijn toegenomen. De Roemeenscke regeering heeft volgens dezen correspondent, zonder tot een formeele mobilisatie van het leger over te gaan, de strijdkrachten aan de grens der zuidelijke Karpathen belangrijk ver sterkt. Hij verneemt „uit gezaghebbende bron" dat er een aanzienlijke troepenmacht is samengetrokken aan de verdedigingslinie der Serebh. Een groot deel van het le, 2e, 3e en 4e legerkorps, die te Krayowa, Boe karest, Galatz en Jassy staan, is op voet van oorlog gebracht. De sterkte van deze troepen bedraagt ongeveer 5 of 6 divisies, die hoofdzakelijk op den linkeroever van de Sereth zijn samengetrokken. Bovendien heeft het ministerie van oorlog reeds aan alle dienstplichtigen tot den leeftijd van 45 jaar en de recruten der lichtingen 1916 en 317 doen aanzeggen dat zij zich gëreed moe ten houden om zich bij hun militaire com mando's te melden. De landweer van 1909 '15 is tegen 14 Maart opgeroepen. Op deze wijze zou het Roemeensohe leger op een sterkte van 650.000 tot 800.000 man wor den gebracht. De Roemeensohe regeering spant alle krachten in om voor het leger ten minste voor een jaar proviand en verplegingsmid- Mil. M. Bode schrijft ons uit Fijnaart: Ik stapte in Rozendaal in den trein om mij naar Rotterdam te begeven, toen ik tot mijn niet geringe verrassing naast een ouden dienst- makker kwam te zitten, waarmee ik in '08 gelijk gediend had. Nadat elk van ons voldoen de belangstelling had getoond aangaande den gezondheidstoestand, en ik u tot uw gerust stelling kan melden, dat die wederzijds in den besten staat verkeerde, kwamen van zelf als ondorwerp de tegenwoordige tijdsomstan digheden ter sprake en in het bijzonder, welke indrukken wij voor onszelve hadden ontvangen en welke ondervindingen wij hadden opgedaan. Dat de.zijne lang niet het onpleizierigsfc waren, zal u blijken uit het volgende verhaal, dat hij mij vertelde. Ik ben, zoo begon mijn vriend dan, een van de gelukkigste menschcn op aarde en dat dank ik voor een groot deel aan de mobilisatie, want zonder die zou bet zeker mei rag heel anders zijn geloopen. Toen de mobilisatie in ons vaderland werd gelast, ging ik nu juist niet opgewekt naar mijn garni zoensplaats en deze stemming verbeterde lang niet, toen ik enkele dagen daarna in een schuur, achter een boerderij, langs een eenza men dijk, ingekwartierd werd met 60 andere wapenbroeders. Des avonds lagen we te ge nieten van een flink portie koude en buiten dien nog van de zeer aangename geuren, die een varkenshok, een onderdeel van onze schuur, en zijn inwoners verspreidden. Doch dit zou zoo niet blijven. Na eenige dagen met laatstgenoemde dieren tevreden onder een dak te hebben gewoond en geslapen, vertrokken we naar een klein dorpje in den omtrek en werden daar ingekwartierd. Wat al gissingen werden gemaakt op weg naar dat dorpje over de vraag, waar we zonden worden ingekwar tierd. Do meesten, of liever allen, zagen zich gaarne ingekwartierd daar, waar een lieve dochter in huis was, en allen droegen ook de vaste overtuiging in hun hart genoeg aantrek kelijkheid to bezitten, om zoo'n lieve dochter smoorlijk verliefd op hen te doen worden, om na wederzijdsch goedvinden een huwelijk aan te gaan. In het dorp kregen we onze inkwar- tieringsbriefjes en daardoor kwam ik te weten dat ik bij den predikant van het dorpje was ingekwartierd. Ik begaf me dan, daar heet) en delen in voorraad te hebben. De belang rijkst© strategische punten in het noordwes- ten en oosten des lands worden zwaar ver sterkt en ruimschoots voorzien van oorlogs- materieel, dat in groote hoeveelheden in de fabrieken des lands wordt aangemaakt. In bevoegde leringen verzekert men, dat „Roemenië zijn onzijdigheid wel zal moeten prijsgeven en dan in gebieden met Roemeen sohe bevolking, die tot andere staten belmo ren, krachtig zal optreden ter bescherming dier bevolking". Deze verklaring is tamelijk dubbelzinnig, omdat zij zoowel tegen Oostenrijk-Hongarije als tegon Rusland gericht kan zijn en Roe menië zich, naar gelang van den toestand op het oorlogsterrein, of aan de eene öf aan de andere zijde kan scharen. Aan de „Daily News" wordt nog gemeld, dat de Roemeensche regeering een krediet van 96 millioen gulden voor het leger heeft aangevraagd. Generaals die dit jaar zouden worden gepensiomieerd, blijven in dienst en de lichting van 1916 is thans reeds opge roepen» ZUBD-AFRIKA. De rebellie, Generaal Smuts heeft in den Volksraad mededeelingen gedaan over de rebellie. De minister was van meening, dat de rebellie een smaad was voor het Hollandsche volk van Zuid-Afrika en daarom wa-s men bij de bestrijding uitgegaan van de opvatting dat het nu ook de plicht van dit volk was om dien smaad uit te wisschen. Daarom was bij de onderdrukking van den opstand zoo min mogelijk gebruik gemaakt van de dien sten van de Engelsche bevolking. Smuts huldigde in zijn rede nog generaal Botha. Een der voornaamste oorzaken van de rebellie was z. i. de lastercampagne, die in de laatste jaren stelselmatig tegen Botha was gevoerd. Botha was dan ook vaak ge neigd geweest af te treden, maar hij was op zijn post gebleven om de dreigende ge varen af to wenden. Generaal Botha had een ware Herculestaak op zijn schouders genomen, en hij zou volhouden tot zijn taak vervuld was. Opmerkelijk was de mededeeling van d'en minister, dat een factor, die vooral had bij gedragen tot de redding des lands, was ge weest de besliste weigering der regeering om te voldoen aan den sedert jaren gestelden eisoh, voornamelijk door de Vrijstaters ge steld, dat aan de burgerbevolking wapens zouden worden verstrekt. In den tijd der republieken beschikten de Boeren alleen over hun eigen geweren en munitie. De Engelschen vorderden deze wa pens op, ten einde do bevolking weerloos te maken, toen echter het zelfbestuur werd in gevoerd en een Afrikaander regeering de leiding van zaken in handen kreeg, meen den de Boeren, dat nu tot de praetijk uii den republilceinschen tijd zou worden terugge keerd en hun, als symbool van hun vrijheid, ook weer de wapens zouden worden uitge leverd. De Afrikaan ders echter, die de re geering in handen hadden, weigerden dezen wensch in te willigen. Botha en Smuts ver trouwden blijkbaar hun rasgenooten. niet voldoende en van hun standpunt, naar nu is gebleken, terecht. Voor de uitvoering van de taak, die zij zich gesteld hadden, was het gewenscht dat de Boeren niet gewapend waren. De rebellen beschikten dan ook niet over de noodige krijgsvoorraden en de onvol doend voorbereide opstand moest wel mis lukken. Merkwaardige cijfers werden d:or Smuts verstrekt. Hij doelde mede, dat van de regeeringshoofden, de loyalisten, zooals hij zeide, 131 man waren gedood en 272 ge maakte kennis met de familie. Dit gebeurde In <le gang, alwaar do predikant en zijn vrouw, benieuwd wie de nieuwe huisgenoot zou zijn, mij stonden op te wachten. Ik had den predikant, op het oog een opperbeste man en zijn vrouw, op het oog een opperbeste vrouw, de hand gegeven en mij voorgesteld en was nauwelijks tot de overtuiging gekomen, dat ik een uitstekend kosthuis had gevonden, of daar kwam een engel de gang inzwevon, die, zoo ik hoorde, erg nieuwsgierig was, welken landsverdediger ze voor een tijd zouden huis vesten en gaf me de hand. Daarna kon ik uit het volgende dat er verhandeld werd, opmaken, dat het de dochter was van den dominee, mits gaders zijn vrouw en ook, dat zo naar den naam van Nelly luisterde. Ik verkeerde na het zien dan van Nelly in een wonderlijke stemming. Driemaal moest men mij uitnoodigen maar te volgen, en toen ik even weg was gewocst om mij van mijn vrachtje te ontdoen, (elk militair onder de rang van adjudant-onderofficier wel, wat ik met dat vrachtje bedoel) toen ik dan even was weggeweest om dat vrachtje in mijn kamertje te bergen, kwam ik aan tafel zitten met een model-gepakton ransel nog op den rug zonder daar ook den minsten last van te onder vinden. De brave lieden dachten zeker dat dit zoo hoorde, want don geheelen avond hebben zo mij zoo laten zitten. Intusschen was het avond gewordende lamp werd aangestoken, de datnes begonnen een handwerkje en pa onder hield zich intusschen met mij. Ik trachtte den ouden heer zoo veel als in mijn vermogen was to antwoorden cn het gesprek bezig te hou den. daar mijn aandacht bovendien nog ver deeld werd, door de bekoring, die uitging van Nelly. Met haar blond kopje een weinig gebo gen over haar werk, was ze bij machte om een elk verliefd te maken. En verliefd was ik dan ook. Nu is dit wel een prettige ontdekking, maar het spreekwoord zegt; ,,De liefde kan niet van een kant komen'5 en ik kon aan haar niets bemerken dat «enigszins op zoo iets geleek tegenover mij. Do avond was voorhij gegaan zonder dat ik 't bemerkte en ik had misschien 1111 nog zoo gezeten, als men do opmerking niet had gemaakt, dat het tien uur was en dat men op dien tijd gewoon was naar bed to gaan en ik zag mij genoodzaakt op to staan. wond. Van de rebellen werden ongeveer 600 gedood en gewond. Van den datum voor do amnestie gesteld gaven zich 2054 robellen over, na de amnestie 1831, terwijl in bet veld 5792 rebellen worden govat. Deze cijfers toonen dat do rebellie zeer wijd vertakt was en leggen een duidelijk getuigenis af van de ontevredenheid in broede leringen over de tegenwoordige Afri- kaander regeeri 11 g. De regeering, aldus ging Smtits voort, was voornemens de rebellen, die voor de amnestie zich overgaven, alleen te straffen, door ben voor een tijdvak van vijf jaren uit te sluiten van bet reebt de wapenen te dragen of openbare ambten te bekleeden. Maar de regeering was niet voornemens be zwaren te maken, indien bet denkbeeld werd opgeworpen om ten aanzien van deze rebel len ,jde lei soboon te vegen". Voor ben, die zich overgaven na de am nestie of 11a dien tijd gevangen werden ge nomen, was de regeering voornemens den bovenbedoelden termijn van uitsluiting op tien jaren te stellen, terwijl zij die zich in de gevangenis bevonden, daarin zullen blij ven tot na afloop van den oorlog in Duitsch Zuidwest-Afrika Dit alles Reeft echter slechts betrekking op de volgelingen. De leiders en de mannen van invloed onder de rebellen zullen voor bijzondere rechtbanken terecht staan. Volgens een bericht van „Central News" deelde Smuts nog mede, dat in Licbtenburg een Duitsober was gearresteerd, die onder den naam van Russell daar zicb schuldig .maakte aan opruiing. Deze man was voor oen krijgsraad gebracht en als spion dood- De „Thordis". Men weet dat de stoomboot „Thordis" beweert, dat zij op 27 Februari een Duit- schen onderzeeër heeft vernield en dat de admiraliteit blijkbaar wel geneigd is deze bewering als juist te aanvaarden. De „Thor dis" zou dus het eerste handelsschip zijn, dat een Duitschen onderzeeër in den grond boorde en zou dus aanspraak hebben op de door de „Syren and shipping" ui' -Lofde premie aan het eerste Britsche koopvaardij schip, dat een vijandelijken onderzeeër ïn den grond boorde. Zooals wij indertijd mee deelden, is deze door het scheepvaartblad uitgeloofde premie nog door bijdragen van reeders en anderen verhoogd, zoodat de be manning van de „Thordis5 aanspraak kan maken op een bedrag van 1160 p. st. Duitsohe onderzeeër beschoten. PARIJS. Een schip van de flottilje van het tweede Fransche lichte eskader heeft gisteren in het Kanaal een Duit-schen onder zeeër van het type U. 2 beschoten. De onderzeeër, die getroffen werd door drie granaten, dook en verdween zonder een spoor achter te laten. De „La Touraine" itn brand. Volgens een draadloos bericht, Zondag te Rotterdam aangekomen, bevond het stoom schip „Rotterdam", van New-York naar Rot terdam, zich 6 dezer 5s middags 12 ur. op onge veer ÖÓ0 mijl van Scilly. Heb rapporteerde Zaterdagmorgen 8 u. 16 m. het in brand staande stoomschip ,,La Touraine" te hebben ontmoet, hetwelk de „Rotterdam", op verzoek van den kapitein van de „La Touraine", tot Falmouth zou begeleiden. („La Touraine'5 is een stoomschip van circa 9000 ton van de „Cie. Générale Trans- atlantique55 te Havre, en werd to St. Nazaire gebouwd in 1890, voor de vaart tusschen Havre en New-York. Op dit oogenblik is do „Touraine op de thuisreis.) Hst verlies der Duitsche onderzeeërs. Naar aanleiding van het bericht, dat de' „IJ. 8" in het Kanaal vernield is, en' de bemanning gevangen genomen is, terwijl ook meegedeeld wordt, dat de marine-auto riteiten to Plymouth van meening zijn, dat een andere boot door de Thordis" ver nield is, herinnert de maritieme medewer ker van de „Times" aan de verliezen, die de Duitsche onderzeeboot-flottilles reeds geleden hebben. „Tot dusver waren slechts twee Duifcsdhe oxiderzeebooten door onze schepen ver nield", zoo schrijft hij. „Op 10 Augustus werd d.e „U. 15" geramd door den kruiser „Birmingham" en 23 November werd de „U. 18" geramd, terwijl de be-manning door den torpedojager Garry5 5 gered werd. Beide booten zonken. Op 24 October werd meegedeeld, dat de torpedojager „Badger" een andere boot geramd had. Men meende, dat zij zonk, maar de Duïtschers hebben dit tegengesproken en zeiden, dat het vaar tuig goed en wel thuis was gekomen. Er is geen twijfel, of de mindere activi teit der onderzeeërs in de laatste dagen vindt haar oorzaak gedeeltelijk in een ver anderde taktiek, welke gevolgd wordt. Zoo lang de onderzeeërs niet aangevallen wer den, konden zij eenige langzame en kleine vaartuigen doen zinken, maar teen men of fensief tegen hen optrad, moesten zij hoofd zakelijk voor hun eigen veiligheid zorgen. De „U. 8" is een der eerste Duitsche on derzeeërs, in Kiel in 1910 gebouwd. De eerste vijf booten waren alleen voor proef nemingen gebouwd. De ,,U. 8" verschilt weinig van do andere U-booten tot „U 20", wat grootte aangaat. Ondergedompeld is do waterverplaatsing ongeveer 300 ton. De snelheid is 13 knoop boven en 8 onder water. Men gelooft dat de boot -drio tor- pedolanceorbuizen heeft; de bemanning telt pl.m. 30 man. Van Duitsche zijde is intusschen medege deeld, dat weliswaar een poging is beproefd om den Duitschen onderzeeër te rammen, maar dat het schip behouden in do haven De beschieting der Dardanelles KONSTANTINOPEL. Het Hoofdkwar tier bericht„Zondagavond laat trachtte een vijandelijke vloot onder versterkt vuur op ©enige punten van dè kust buiten het vuur van onze artillerie bij de stellingen van Sadel Bahr en Kum Kali met slospen soldaten aan land t© zetten. In het begin lieten wij den vijand' be gaan, maar daarna beantwoordden wij het vuur. Zestig soldaten, die bij Sadel Bahr aa,n wal wilden gaan, vluchtten weder naar de sloepen en gingen terug met achterla ting van 20 dooden en gewonden. Vierhonderd: vijandelijke soldaten, die bij Kum Kali aan land waren gezet, werden verdreven en verloren ongeveer 80 man. aan dooden. Aan onze zijde in beide ge vechten zes_dooden en 25 gewonden. Na den tegenslag van Vrijdag ging de vijandelijke vloot in verschillende gedeel ten uiteen en bombardeerde de open, on verdedigde havens Dilrili, Sarmsa-k en Aiva- lik aan de Egeïsclie Zee. Twee vliegers, die over de Golf van Sa ros vlogen, vieleD in zeeook het toestel ge- spreekt den wensch uit, dat de Fransch- Engelsche onderneming moge mislukken. Do intocht der Russen in Konstantinopel en de opening der Dardanellen voor de Rus sische vloot, aldus de „Concordia"zou be- teekenen, dat Rusland meester wordt in den Balkan en dat er tegelijkertijd een nieuwe zware concurrentie komt voor Italië in de Middellandse1;: Zee. LONDEN. Een mededeeling van de Ad miraliteit bevat de volgende nadere bijzon derheden omtrent de jongste operatics in de Dardanellen: Woensdag kon de actie eerst in den namiddag beginnen ofschoon het weder ook toen nog ongunstig was. De „Irresistible", ..Albion", „Prince George" en Triumph" hervatten den aanval op het fort Dardanos en de verdekt opgestelde lta- nonnenin de nabijheid. Deze waren minder actief dan te voren en werden thans door de schepen met meer zekerheid onder vuur genomen. Bij een verkenning door een hydroplane werden verschillende kampen en twee vaste batterijen ontdekt. LONDEN. In een communiqué wordt medegedeeld, dab de Britsche troepen, die aan wal gezet zijn om de vernieling van de forten aan den ingang der Dardanellen te voltooien, 19 man aan dooden, 25 aan ge wonden en drie aan vermisten hebben ver loren Vrijdag zijn drie Engelsche slagschepen een aanval begonnen op de forten P .elieh- Medjidieh, Hamidieh en Namazieh, die deel uitmaken van de verdedigingswerken van de engte. Het kruitmagazijn van Hamidieh is in de lucht gevlogen, de twee andere forten zijn beschadigd. Een ander Britsch eskader, aangekomen te Smyrna, is begonnen met het bombar dement van de versterkingswerken van het fort Yeni Kale en heeft deze reeds zwaar beschadigder hebben twee. ontploffingen, vermoedelijk van kruitmagazijnen, plaats De beschieting op korten afstand is thans begonnen PARLJS. De Queen Elizabeth'5 en de andere slagschepen in de Dardanellen "heb- Ik wenscihte den goeden monscken een rerkwak- kenden slaap en ging. Overal zag ik het blonde kopje va-n Nelly voor me, in de gang, die naai de trap voerde, op de trap, die naar mijn kamer voerde, op iriijn kamer in welke richting ik uitzag, in mijn bed met mijn hoofd boven de dekens, met mijn hoofd onder de dekens, als ik lag op mijn rechterzij of op mijn linkerzij, altijd had ik de lieve verschijning voor oogen. Ik lag te denken hoe het haar te zeggen wat ik van haar dacht, cn wat ik graag zou hebben. Het was mijn vaste voornemen niets onbe proefd te laten, dat me in haar achting kon doen stijgen. Vurig hoopte ik dat ze den vol genden dag in dë rivier de Mark mocht vallen en ik haar nog net bijtijds met gevaar voor eigen leven kon redden, of dat de vijand over de grens mocht komen, het huis omsingelen en ik haar nis een leeuw mocht verdedigen, terwijl zij mij voortdurend van nieuwe ammu- nitio voorzag. Dergelijke gevaarlijke avontu ren had ik gaarne villen beleven om ma zoo doende harer waardig te maken. Zoo lag ik'te peinzen; ik geloof dat ik nog graag had gewild, dat het huis in brand zou vliegen, om mij bij zoo'n gelegenheid met een redding verdienstelijk te maken, toén de slaap mij voor een oogenblik het heden deed vergeten. Ik kan mij zelf nog niet vergeven dat ik toen in dén nacht geheel niet van haar gedroomd heb. Des anderen daags stond ik nog even ver liefd op als ik den vorigen dag naar bed was gegaan. Wat ik op dezen dag en cd daarop vol gende dagen ook deed om me bij haar méér te doen zijn als een i ngok war tierden soldaat, had op Nelly niet den minsten invloed. B.v, ik knapte een oude fiets van haar op, zoodat hij woer op een nieuwe geleek, Ik haalde een uur ver in waarlijk noodweer en vervaarlijk veel regen een pakje, dat ze ergens had laten liggen, zonder paraplu natuur lijk, want het is een soldaat verboden, en nog tal zulke ridderlijke daden, maar niets kon helpen. Nu moet je (met je is de schrijver bedoeld) nu moet je niet denken dat we met elkaar niet konden opschieten, integendeel, al was ik haar broer geweest, kon het niet beter zijn gegaan. Zij zette knoopen vast aan mijn goed, welke er dreigden af te vallen en ik op mijn beurt liieln haar weer als zij hulp noodig had. Ik vertelde haar uit mijn diensttijdj zij zong voor jne of j Turkije is ook in den oorlog gemengd, en het doet er duchtig aan mee, dat kan men niet ontkennen. Hard en dapper hebben de Turken gestreden in den Kaukasus tegen de Russen, toch zijn ze ten slotte teruggedreven. Maar het Turk- sebe rijk is, ten minste m Azië, nog heel uitgestrekt en telkens staan er nieuwe strijders op. We zien hier vrijwilligers, die te Konstantinopel zijn aangenomen en er zich ter beschikking der regeering hebben ge,steld. Zij worden onderzocht en zullen dan ingedeeld worden. Zoo zijn er duizenden' en duizenden, die zich voor den strijd, tegen Rusland vooral, aangeven. raakte te water en verdween in de diepte. Van de andere oorlogstooneelen ya.lt niets belangrijks te vermelden." BERLIJN. Uit Konstantinopel wordt aan het „Berl. Tagebl." bericht: Een groot Fransch oorlogsschip, dat deel heeft ge nomen aan de beschieting der Dardanellen, is bij Dedeagatsj gestrand. Alle pogingen om heb vlot te krijgen zijn mislukt. BERLIJN. Aén het „Berl. Tagebl." wordt uit Rome 'geseindHet eenige blad te Rome, dat heb aandurft de Dardanellenquaestie ter sprake te brengen, is de „Concordia55, en zij begeleidde mij op do piano, als ik viool speelde en nog tal van die dingen, waaruit gc de goede verhouding tusschen ons zoudt kunnen opma ken, maar hot toppunt van geluk waren onze fietstochtjes. Op een dezer tochtjes was het, dat ik mijn stoute schoenen aantrok en verklaarde haar in den gebruikelijken vorm mijn liefde. Daar had je het lieve leven gaande. Onder moer zei zo, dat ik me schamen moest het vertrouwen van haar ouders zoo te schenden en dat pa nooit zou toestaan, dat zij met een telegrafist zou trouwen en al vond pa dat goed, dan zou zij zelf er niet over denken en als ik nu goede vrienden met haar wilde blijven, moest ik nimmer meer met zulke praatjes aankomen, en meer van die bemoedigende gezegden. Ik was zooals iedereen zou wezen, rampzalig ongelukkig. Zoo leefde ik nog ecnïgo dïigen. zonder dat er eenige verandering was voorge vallen, toen do compagnie, waarbij ik behoor de, werd aangezegd, dat we over enkele dagen liet dorpje zouden verlaten. Ik vertelde liet 's avonds terwijl we onzen avondmaaltijd nut tigden, wel benieuwd of dat bericht ook een zichtbare uitwerking op Nelly zou bobben, en ik maakte rao inwendig kwaad, dat ze niet zoo wit werd als een doék, dan even zenuwach tig lachje en dan achtereenvolgens flauw viel. Niets van dat al. Toch bemerkte ik dat ze dien avond en den volgenden dag liever en aardiger tegen 1110 deed als zo voorhoen geweest was. Verwacht had ik, dat ze voel stiller zou zijn geworden nu mijn vertrek zoo nabij was, maar toch kon ik liet met mijn eigen niet overeen brengen, of ik dan toch mijn doel had bereikt. Doch ik wilde uit trots niet voor de tweede maal hour handje vragen en ook voor do tweede maal een blauwtje loopen, hoewel ik het af scheid met een zwaar hoofd tegemoet zag. Dit scheen zo to merken en zij begon liet volgende gesprek „Rudolf, het zal heel stil zijn als je weg hebt, wat zal ik je gezelschap missen." Ik zeg: „Ja Nell, het valt mo ook zwaar te moeten scheiden van raonsolion waar ik een tijd zoo prettig bij in huis ben geweest." „Rudolf", hervatte zij, „ik nou dat je niet weg behoefde en aldoor maar hier was." Ik zeg: „Dus Nell, jo geeft dus wel om me." Zij zegt met een kleurtje op heur lief ge zichtje; „Ja, vent". Ik grijp in verrukking haar hand en zeg:. ben Zaterdag de beschieting van beide zijden van de zeestraat hervat. Eon bericht van de Engelsehe admiraliteit, geeft volgens den correspondent der „Tel.", do volgende nadere bijzonderheden over de laat ste operaties m de Dardanellen. Woensdag was geen actie mogelijk tot op den namiddag, toen, ofschoon het weder nog steeds ongunstig was, do „Irresistible", de „Albion", de Prince George" én de „Triumph" den aan val hervatten togen heb fort Dardanus en de verdekt opgestelde kanonnen in do omgeving. Deze hadden minder uitwerking dan tevoren en werden met meer zekerheid door de schepen onder vuur genomen. „Meen je het heusch, wil je do mijno wor den Zij zegt; „Ja, vooy eeuwig!" We wandelen nog wat iu don tuin en nemen afscheid van elkaar, want den volgenden mor gen vroeg moet ik weg, En den verderen gang van zaken behoef ik je niet te vertellen, maar ik zeg tot nu; „Leve de Mobilisatie". M. B. (Van 1 tot 8 Maart.) 1 MaartBevestiging der berichten omtrent een Duitsche nederlaag aan den Weichsel, waar de Duitschers uit Mlawa en uit de richting van den Naref door de Russen terug gedrongen worden mét verliezen van 11.000 man gevangenen en verlies van veel oorlogs-voorraad. De Engelsche. en Fransche regeeringen kondigen verscherpte bepalingen af voor de economische isoleering van Duitschland, volgens welke alle moederen van daar afkomstig of voor dat land bestemd, aangehouden zullen wor den. Voortzetting van den aanval op de Dardanellen-forten door een Engelsch-Fransch eskader. 2 Aan onze kust spoelen - eder tal van mijnen aan een ontploft bij Westkapelle, de zee-wering be schadigend, en een te Kaatshoek op Nieuw-Beveland, vijf burgers doodende. 3 Aan het oostelijke front zetten de Duitschers het bombardement voort van Ossowetz. In Oost-Galicië bezetten de Russen Krasna, na de Lomnitza overschreden te hebben, welke door de Oostenrijkers verdedigd lueu watervliegtuig ontdekte verschillende kampen en twee vaste batterijen. Donderdag was het weder mooi. Een hevig bombardement in do Straat werd onderhouden. Troepen landden bij Kum Kal© en Seddil Bahr, om voort to gaan met het zuiveren van hot terrein aan den ingang van de Straac. Zij ont dekten en vernielden vier Nordenfeldt's. Men bemerkte, dat de vijand de dorpen bezet hield; schermutselingen volgden op heide oevers. Ook Donderdag heeft do „Sapphire" verder op aan de kust een batterij veldkanonnen, ten Noorden van Dikiü, aan de Golf van Adramyti, tot zwijgen gebracht, Do „Prince George" beschoot de verdedi- gingswerken van Besika. Onze verliezen bedroegen Donderdag 19 ge- donden, -3 vermisten en 25 gewonden. Vrijdag begon de Queen Elizabeth" den aanval, met indirect vuur op do verdedigings werken aan do engte. Deze aanval werd onder, steund door houwitsers van de .Inflexible" en de ..Prince George". De gebombardeerde forten zijn als volgt be wapend: Do forten Ramlieh en Medjidieh zijn bewa pend met twee 2S c.M., vier 23 c.M. en vijf 7-i c.M. kanonnen. Het fort Hamidieh heeft twee 35$ c.M.-, Nama-ziek én 28 c.M.-, één 26 c.M.-, 12 24 c.M. en drie 15 c.M. kanonnen. Do .Queen Elizabeth" vuurde 29 maal. Het bevredigend resultaat van het vuur van de „.Inflexible", en do „Prince George" werd in de straat der Dardanellen geconstateerd door de „Irressistible", de „Canopus", de „Cornwal- lis" en de „Albioli". Ofschoon deze schepen beschoten werden, door verdekt opgestelde kanonnen, werden zij' niet getroffen. De „Saphire" vuurde opnieuw op dé troe- pen in de streek van de Golf van Adramyti en vernielde het militaire station van Tuzburne. Twee dagen in den storm op een brandende tankboot. De Noorsche tankboot „La Habra", die 11 Januari uit Talara in Peru vertrok, is door het Panama-kanaal, na een vrëe^elijke reis, ernstig beschadigd voor Londen aangekomen. Het schip had namelijk onderweg gedurende twee dagen midscheeps brand gehad in twee tanks, ten gevolge van een ontploffing, welke door kortsluiting in het pomp-ruim veroorzaakt werd. Do bemanning was van elkaar gescheiden, eenige mannen stonden op het voor-, enkele op het achterschip en zij hadden geen communica tie met elkaar, terwijl een verschrikkelijke storm het schip op de huizenhoogs golven op-en- neer deed slingeren. Zes leden van de equipage zullen in eën boot omgekomen zijn, terwijl de rest der bemanning 26 in getal gered werd. In den avond van 2 Februari, aldus lezen wij in de „Daily Chronicle", worstelde het schip met een heftigen storm, toen een ontploffing ontstond. Vlammen schoten tot een groote hoogte op, en bereikten de toppen der masten. Groote golven sloegen over het schip en de benzine-tanlcs liepen in de zee leeg, waardoor daar ook al brand ontstond. „Wij dachten," dat wij verloren waren en onze doodsstrijd duurde twee dagen, zoo vertelde de gezagvoerder. De brand bleef woeden en som mige ijzeren stukken waren roodgloeiend. De hitte was onverdragelijk." Na de eerste ontploffing had een tweede plaats. Alle reddingbooten, op een na, waren verbrand. Zes man gingen in deze hoot en ran hen hoorde men niets meer, „De brand was veroorzaakt door den storm en het was merkwaardig, dat wij ten slotte ook door den storm gered werden. Als de storm niet lang geduurd had en wij geen water in de tanks hadden gekregen, zouden ook de .-.nöere tanks in brand zijn geraakt. Doordat de tanks lang zamerhand met water gevuld weifelen, werd de brand gebluscht," zoo zeide de ge^agvterder. Van de 11.000 tons benzine bracht de kapitein er nog 8000 in Londen. Na den storm bleek, dat de kaarten, kompas sen en sextanten vernield warén. Ook moest opnieuw stoom opgemaakt worden, terwijl het voedsel grootendecls op was. Het schip dreef eerst hulpeloos midden in den Atlantischen Oceaan, geleid door zon, maan en sterren. Wij gingen westelijk, zoo vertelde de gezagvoerder nog, en dachten in Portugal te recht te komen, doch kwamen hij do Azoren Betreden van Militaire Terreinen om Naarden. Do Burgemeester van Bussum maakt bekend, dat van Zondag 7 Maart a.s. af, de bevoegd heid om zich op de militaire terreinen, gelegen in de hieronder te vermeldon strook, ta be vinden, zal moeten blijken uit het bezit van een door hém af te geven legiraitatie-bewijs, dat door den Commandant der Groep Naarden an do Nieuwe Hollandscho 'Waterlinie zal moe ten zijn geviseord. De bedoelde strook grond wordt ten Oosten begrensd door den straatweg NaardenLaren, ten Zuiden door eene lijn zich uitstrekkende 300 meter vóór de aangebouwde schansen, ten Westen door don Hollandsehen spoorweg en ten Noorden door eene lijn, loopende vóór langs de batterijen 3 en 4 naar den koepel cp den Laar- derstraatweg. Deze grenzen zullen door borden worden aan- werd; aantal gevangenen 6000 man, vier kanonnen, 7 mitrailleu ses en oorlogs-voorraden buit ge maakt door de Russen. Verschillende Duitsche Bondssta ten krimpen de dagelijksche rant soenen per hoofd in van 225 tot 200 gram. D© Duitsche onderzeeër „U 8" tot zinken gebracht bij Dover door Engelsche torpedojagers. In Oost-Galicië besluiten de Russen den veldslag om Stanislau door het bezetten van deze stad. Het Duilsche Zeppelin-luchtschip „L 8" bij bet neerkomen bij Tkienen in de boomen beschadigd. Aanslag van ©en Fransclien vlieger op de kruitfabriek van Rottweïl, welke gedeeltelijk wordt beschadigd. Volgons een Duitsch bericht uit Konstantinopel is een der Fransche oorlogsschepen na de be schieting der Dardanellen bij Dedeagatsj gestrand. De Grieksche minister-president Venizelos treedt af, wegens mee- ningsverschil met den Koning Alexander Zaimis krijgt de op dracht een nieuw kabiuet te vor men. Een afzonderlijk Engelsch- Fransch eskader bombardeert sedert gisteren de forten van Smyrna. Noch aan het westelijk, noch aan het oostelijk gevechtsfront en evenmin aan de Dardanellen val len over en weer militaire succes sen van belang te vermelden.

Krantenbank Zeeland

De Soldatencourant. Orgaan voor Leger en Vloot | 1915 | | pagina 2