Inkwartiering.
OPjZEE.
Ons Oorlogsdagboek.
Binnenland.
DE SOIjDATElNrcouitAlsrT van woensaag 10 Maart lgia
In de Noordelijke Vogezen.
Er wordt in den regel maar
weinig aandacht gewijd aan
den oorlog in de Vogezen,
toch is die daarom niet van
belang ontbloot. Aan do oost
grens van Frankrijk, in den
Elzas, wordt nog steeds hard
nekkig gevochten, al verandert
do toestand er weinig of' niets.
Frankrijk, zoowel als Duitsck-
land, hebben daar hun reeks
vestingen, waar niet makkelijk
doorheen te komen is en die
aan beide zijden de legers
tegenhouden.
Intusschen, in het gebied
der Vogezen daar gaat het
soms heet toe. Wij hebben or
nu en dan van verteld. Het
s er een bergstreek en op de toppen en de hoogvlakten ligt de sneeuw. Men vindt er
vel© bosschen, vooral van naaldhout en spannende gevechten spelen zich daar af. Van
dit strijdterrein, de Noordelijke Vogezen, geven we hier een kaartje, waarop onze lezers
menigen bekenden naam zullen vindon.
erkent echter dat deze toerustingen van geen
beteekenis zijn. Bovendien zou er gebrek
zijn aan krijgsbehoeften. De bevolking ont
vangt slechts een onvoldoend ration brood.
Talrijke Grieksclie families verlieten reeds
de stad. Sinds Dinsdag zijn meer dan vijf
tig Duitsche officieren op weg van Turkije
naar Berlijn Boekarest gepasseerd.
GRIEKENLAND.
Griekenland en de oorlog.
Te 'Athene heeft Woensdag een Kroonraad
plaats gehad, -waartoe ook de vroegere pre
miers warén uitgenoodigd. Iü een na af
loop uitgegeven officieus© mededeeling wordt
gezegd, dat in den Kroenraad de binnen-
landsche toesband besproken is en dat de
zitting tot Vrijdag 5 Maart was verdaagd,
omdat men den chef van den gemeralen
staf „technische inlichtingen wilde vra
gen, welke noodig zijn om zich een oordeel
over den toestand te vormen.5'
Vrijdag heeft er opnieuw een zitting
plaats gehad en ten gevolge daarvan heeft
de minister-president Venizelos met heb ge
il eele ministerie ontslag genomen. Naar "de
minister beweerde, omdat de inzichten des
konings niet strookten met-de zijne. Veni
zelos wilde zich aan de zijde scharen der
geallieerden, koning Konstantijn, een
schoonbroer van den Duit-schen keizer, zag
er tegen op, dezen den oorlog te verklaren.
Venizelos is echter zeer populair in Grieken
land en men vreest, dat zijn partij toch in
't slot de overwinning zal behalen, en de
koning hem moet terug roepen aan het
hoofd der regeering.
De koning droeg aan Alexander Zaimis
de vorming van een Kabinet op. Zaimis
yroeg vier-en-twintig uur bedenktijd.
ROEMENIE.
De houding yan Roemenië.
Een Amsterdammer kreeg een brief
van een Roemeensohen vriend, die hem
schrijft: „Ik moet nu onder de wapens ko
men, om Oostenrijk binnen te vallen".
Van heb onder de wapens komen 33 reeds
meermalen mededeeling gedaan. Eu het
Russische blad „Rjetsj" ontvangt van
zijn correspondent te Boekarest belangrijke
mededeelingen over militaire toebereidselen
in Roemenië, die den laatsten tijd zeer zijn
toegenomen. De Roemeenscke regeering
heeft volgens dezen correspondent, zonder
tot een formeele mobilisatie van het leger
over te gaan, de strijdkrachten aan de grens
der zuidelijke Karpathen belangrijk ver
sterkt. Hij verneemt „uit gezaghebbende
bron" dat er een aanzienlijke troepenmacht
is samengetrokken aan de verdedigingslinie
der Serebh. Een groot deel van het le, 2e,
3e en 4e legerkorps, die te Krayowa, Boe
karest, Galatz en Jassy staan, is op voet
van oorlog gebracht. De sterkte van deze
troepen bedraagt ongeveer 5 of 6 divisies,
die hoofdzakelijk op den linkeroever van de
Sereth zijn samengetrokken. Bovendien
heeft het ministerie van oorlog reeds aan
alle dienstplichtigen tot den leeftijd van 45
jaar en de recruten der lichtingen 1916 en
317 doen aanzeggen dat zij zich gëreed moe
ten houden om zich bij hun militaire com
mando's te melden. De landweer van 1909
'15 is tegen 14 Maart opgeroepen. Op deze
wijze zou het Roemeensohe leger op een
sterkte van 650.000 tot 800.000 man wor
den gebracht.
De Roemeensohe regeering spant alle
krachten in om voor het leger ten minste
voor een jaar proviand en verplegingsmid-
Mil. M. Bode schrijft ons uit Fijnaart:
Ik stapte in Rozendaal in den trein om mij
naar Rotterdam te begeven, toen ik tot mijn
niet geringe verrassing naast een ouden dienst-
makker kwam te zitten, waarmee ik in '08
gelijk gediend had. Nadat elk van ons voldoen
de belangstelling had getoond aangaande den
gezondheidstoestand, en ik u tot uw gerust
stelling kan melden, dat die wederzijds in den
besten staat verkeerde, kwamen van zelf
als ondorwerp de tegenwoordige tijdsomstan
digheden ter sprake en in het bijzonder, welke
indrukken wij voor onszelve hadden ontvangen
en welke ondervindingen wij hadden opgedaan.
Dat de.zijne lang niet het onpleizierigsfc waren,
zal u blijken uit het volgende verhaal, dat hij
mij vertelde. Ik ben, zoo begon mijn vriend
dan, een van de gelukkigste menschcn op
aarde en dat dank ik voor een groot deel aan
de mobilisatie, want zonder die zou bet zeker
mei rag heel anders zijn geloopen. Toen de
mobilisatie in ons vaderland werd gelast, ging
ik nu juist niet opgewekt naar mijn garni
zoensplaats en deze stemming verbeterde lang
niet, toen ik enkele dagen daarna in een
schuur, achter een boerderij, langs een eenza
men dijk, ingekwartierd werd met 60 andere
wapenbroeders. Des avonds lagen we te ge
nieten van een flink portie koude en buiten
dien nog van de zeer aangename geuren, die
een varkenshok, een onderdeel van onze
schuur, en zijn inwoners verspreidden. Doch dit
zou zoo niet blijven. Na eenige dagen met
laatstgenoemde dieren tevreden onder een dak
te hebben gewoond en geslapen, vertrokken
we naar een klein dorpje in den omtrek en
werden daar ingekwartierd. Wat al gissingen
werden gemaakt op weg naar dat dorpje over
de vraag, waar we zonden worden ingekwar
tierd. Do meesten, of liever allen, zagen zich
gaarne ingekwartierd daar, waar een lieve
dochter in huis was, en allen droegen ook de
vaste overtuiging in hun hart genoeg aantrek
kelijkheid to bezitten, om zoo'n lieve dochter
smoorlijk verliefd op hen te doen worden, om
na wederzijdsch goedvinden een huwelijk aan
te gaan. In het dorp kregen we onze inkwar-
tieringsbriefjes en daardoor kwam ik te weten
dat ik bij den predikant van het dorpje was
ingekwartierd. Ik begaf me dan, daar heet) en
delen in voorraad te hebben. De belang
rijkst© strategische punten in het noordwes-
ten en oosten des lands worden zwaar ver
sterkt en ruimschoots voorzien van oorlogs-
materieel, dat in groote hoeveelheden in de
fabrieken des lands wordt aangemaakt.
In bevoegde leringen verzekert men, dat
„Roemenië zijn onzijdigheid wel zal moeten
prijsgeven en dan in gebieden met Roemeen
sohe bevolking, die tot andere staten belmo
ren, krachtig zal optreden ter bescherming
dier bevolking".
Deze verklaring is tamelijk dubbelzinnig,
omdat zij zoowel tegen Oostenrijk-Hongarije
als tegon Rusland gericht kan zijn en Roe
menië zich, naar gelang van den toestand
op het oorlogsterrein, of aan de eene öf aan
de andere zijde kan scharen.
Aan de „Daily News" wordt nog gemeld,
dat de Roemeensche regeering een krediet
van 96 millioen gulden voor het leger heeft
aangevraagd. Generaals die dit jaar zouden
worden gepensiomieerd, blijven in dienst en
de lichting van 1916 is thans reeds opge
roepen»
ZUBD-AFRIKA.
De rebellie,
Generaal Smuts heeft in den Volksraad
mededeelingen gedaan over de rebellie. De
minister was van meening, dat de rebellie
een smaad was voor het Hollandsche volk
van Zuid-Afrika en daarom wa-s men bij de
bestrijding uitgegaan van de opvatting dat
het nu ook de plicht van dit volk was om
dien smaad uit te wisschen. Daarom was
bij de onderdrukking van den opstand zoo
min mogelijk gebruik gemaakt van de dien
sten van de Engelsche bevolking.
Smuts huldigde in zijn rede nog generaal
Botha. Een der voornaamste oorzaken van
de rebellie was z. i. de lastercampagne, die
in de laatste jaren stelselmatig tegen Botha
was gevoerd. Botha was dan ook vaak ge
neigd geweest af te treden, maar hij was
op zijn post gebleven om de dreigende ge
varen af to wenden. Generaal Botha had
een ware Herculestaak op zijn schouders
genomen, en hij zou volhouden tot zijn taak
vervuld was.
Opmerkelijk was de mededeeling van d'en
minister, dat een factor, die vooral had bij
gedragen tot de redding des lands, was ge
weest de besliste weigering der regeering om
te voldoen aan den sedert jaren gestelden
eisoh, voornamelijk door de Vrijstaters ge
steld, dat aan de burgerbevolking wapens
zouden worden verstrekt.
In den tijd der republieken beschikten de
Boeren alleen over hun eigen geweren en
munitie. De Engelschen vorderden deze wa
pens op, ten einde do bevolking weerloos te
maken, toen echter het zelfbestuur werd in
gevoerd en een Afrikaander regeering de
leiding van zaken in handen kreeg, meen
den de Boeren, dat nu tot de praetijk uii den
republilceinschen tijd zou worden terugge
keerd en hun, als symbool van hun vrijheid,
ook weer de wapens zouden worden uitge
leverd. De Afrikaan ders echter, die de re
geering in handen hadden, weigerden dezen
wensch in te willigen. Botha en Smuts ver
trouwden blijkbaar hun rasgenooten. niet
voldoende en van hun standpunt, naar
nu is gebleken, terecht. Voor de uitvoering
van de taak, die zij zich gesteld hadden, was
het gewenscht dat de Boeren niet gewapend
waren. De rebellen beschikten dan ook niet
over de noodige krijgsvoorraden en de onvol
doend voorbereide opstand moest wel mis
lukken. Merkwaardige cijfers werden d:or
Smuts verstrekt. Hij doelde mede, dat van
de regeeringshoofden, de loyalisten, zooals
hij zeide, 131 man waren gedood en 272 ge
maakte kennis met de familie. Dit gebeurde
In <le gang, alwaar do predikant en zijn
vrouw, benieuwd wie de nieuwe huisgenoot
zou zijn, mij stonden op te wachten. Ik had
den predikant, op het oog een opperbeste man
en zijn vrouw, op het oog een opperbeste
vrouw, de hand gegeven en mij voorgesteld en
was nauwelijks tot de overtuiging gekomen,
dat ik een uitstekend kosthuis had gevonden,
of daar kwam een engel de gang inzwevon,
die, zoo ik hoorde, erg nieuwsgierig was, welken
landsverdediger ze voor een tijd zouden huis
vesten en gaf me de hand. Daarna kon ik uit
het volgende dat er verhandeld werd, opmaken,
dat het de dochter was van den dominee, mits
gaders zijn vrouw en ook, dat zo naar den
naam van Nelly luisterde.
Ik verkeerde na het zien dan van Nelly in
een wonderlijke stemming. Driemaal moest
men mij uitnoodigen maar te volgen, en toen
ik even weg was gewocst om mij van mijn
vrachtje te ontdoen, (elk militair onder de
rang van adjudant-onderofficier wel, wat
ik met dat vrachtje bedoel) toen ik dan even
was weggeweest om dat vrachtje in mijn
kamertje te bergen, kwam ik aan tafel zitten
met een model-gepakton ransel nog op den rug
zonder daar ook den minsten last van te onder
vinden.
De brave lieden dachten zeker dat dit zoo
hoorde, want don geheelen avond hebben zo
mij zoo laten zitten. Intusschen was het avond
gewordende lamp werd aangestoken, de
datnes begonnen een handwerkje en pa onder
hield zich intusschen met mij. Ik trachtte den
ouden heer zoo veel als in mijn vermogen was
to antwoorden cn het gesprek bezig te hou
den. daar mijn aandacht bovendien nog ver
deeld werd, door de bekoring, die uitging van
Nelly. Met haar blond kopje een weinig gebo
gen over haar werk, was ze bij machte om een
elk verliefd te maken. En verliefd was ik dan
ook.
Nu is dit wel een prettige ontdekking, maar
het spreekwoord zegt; ,,De liefde kan niet van
een kant komen'5 en ik kon aan haar niets
bemerken dat «enigszins op zoo iets geleek
tegenover mij. Do avond was voorhij gegaan
zonder dat ik 't bemerkte en ik had misschien
1111 nog zoo gezeten, als men do opmerking
niet had gemaakt, dat het tien uur was en
dat men op dien tijd gewoon was naar bed to
gaan en ik zag mij genoodzaakt op to staan.
wond. Van de rebellen werden ongeveer
600 gedood en gewond. Van den datum voor
do amnestie gesteld gaven zich 2054 robellen
over, na de amnestie 1831, terwijl in bet
veld 5792 rebellen worden govat.
Deze cijfers toonen dat do rebellie zeer
wijd vertakt was en leggen een duidelijk
getuigenis af van de ontevredenheid in
broede leringen over de tegenwoordige Afri-
kaander regeeri 11 g.
De regeering, aldus ging Smtits voort,
was voornemens de rebellen, die voor de
amnestie zich overgaven, alleen te straffen,
door ben voor een tijdvak van vijf jaren
uit te sluiten van bet reebt de wapenen te
dragen of openbare ambten te bekleeden.
Maar de regeering was niet voornemens be
zwaren te maken, indien bet denkbeeld werd
opgeworpen om ten aanzien van deze rebel
len ,jde lei soboon te vegen".
Voor ben, die zich overgaven na de am
nestie of 11a dien tijd gevangen werden ge
nomen, was de regeering voornemens den
bovenbedoelden termijn van uitsluiting op
tien jaren te stellen, terwijl zij die zich in
de gevangenis bevonden, daarin zullen blij
ven tot na afloop van den oorlog in Duitsch
Zuidwest-Afrika
Dit alles Reeft echter slechts betrekking
op de volgelingen. De leiders en de mannen
van invloed onder de rebellen zullen voor
bijzondere rechtbanken terecht staan.
Volgens een bericht van „Central News"
deelde Smuts nog mede, dat in Licbtenburg
een Duitsober was gearresteerd, die onder
den naam van Russell daar zicb schuldig
.maakte aan opruiing. Deze man was voor
oen krijgsraad gebracht en als spion dood-
De „Thordis".
Men weet dat de stoomboot „Thordis"
beweert, dat zij op 27 Februari een Duit-
schen onderzeeër heeft vernield en dat de
admiraliteit blijkbaar wel geneigd is deze
bewering als juist te aanvaarden. De „Thor
dis" zou dus het eerste handelsschip zijn,
dat een Duitschen onderzeeër in den grond
boorde en zou dus aanspraak hebben op de
door de „Syren and shipping" ui' -Lofde
premie aan het eerste Britsche koopvaardij
schip, dat een vijandelijken onderzeeër ïn
den grond boorde. Zooals wij indertijd mee
deelden, is deze door het scheepvaartblad
uitgeloofde premie nog door bijdragen van
reeders en anderen verhoogd, zoodat de be
manning van de „Thordis5 aanspraak kan
maken op een bedrag van 1160 p. st.
Duitsohe onderzeeër beschoten.
PARIJS. Een schip van de flottilje van
het tweede Fransche lichte eskader heeft
gisteren in het Kanaal een Duit-schen onder
zeeër van het type U. 2 beschoten.
De onderzeeër, die getroffen werd door
drie granaten, dook en verdween zonder een
spoor achter te laten.
De „La Touraine" itn brand.
Volgens een draadloos bericht, Zondag te
Rotterdam aangekomen, bevond het stoom
schip „Rotterdam", van New-York naar Rot
terdam, zich 6 dezer 5s middags 12 ur. op onge
veer ÖÓ0 mijl van Scilly. Heb rapporteerde
Zaterdagmorgen 8 u. 16 m. het in brand
staande stoomschip ,,La Touraine" te hebben
ontmoet, hetwelk de „Rotterdam", op verzoek
van den kapitein van de „La Touraine", tot
Falmouth zou begeleiden.
(„La Touraine'5 is een stoomschip van
circa 9000 ton van de „Cie. Générale Trans-
atlantique55 te Havre, en werd to St. Nazaire
gebouwd in 1890, voor de vaart tusschen
Havre en New-York. Op dit oogenblik is do
„Touraine op de thuisreis.)
Hst verlies der Duitsche onderzeeërs.
Naar aanleiding van het bericht, dat de'
„IJ. 8" in het Kanaal vernield is, en' de
bemanning gevangen genomen is, terwijl
ook meegedeeld wordt, dat de marine-auto
riteiten to Plymouth van meening zijn, dat
een andere boot door de Thordis" ver
nield is, herinnert de maritieme medewer
ker van de „Times" aan de verliezen, die
de Duitsche onderzeeboot-flottilles reeds
geleden hebben.
„Tot dusver waren slechts twee Duifcsdhe
oxiderzeebooten door onze schepen ver
nield", zoo schrijft hij. „Op 10 Augustus
werd d.e „U. 15" geramd door den kruiser
„Birmingham" en 23 November werd de
„U. 18" geramd, terwijl de be-manning
door den torpedojager Garry5 5 gered werd.
Beide booten zonken. Op 24 October werd
meegedeeld, dat de torpedojager „Badger"
een andere boot geramd had. Men meende,
dat zij zonk, maar de Duïtschers hebben
dit tegengesproken en zeiden, dat het vaar
tuig goed en wel thuis was gekomen.
Er is geen twijfel, of de mindere activi
teit der onderzeeërs in de laatste dagen
vindt haar oorzaak gedeeltelijk in een ver
anderde taktiek, welke gevolgd wordt. Zoo
lang de onderzeeërs niet aangevallen wer
den, konden zij eenige langzame en kleine
vaartuigen doen zinken, maar teen men of
fensief tegen hen optrad, moesten zij hoofd
zakelijk voor hun eigen veiligheid zorgen.
De „U. 8" is een der eerste Duitsche on
derzeeërs, in Kiel in 1910 gebouwd. De
eerste vijf booten waren alleen voor proef
nemingen gebouwd. De ,,U. 8" verschilt
weinig van do andere U-booten tot „U 20",
wat grootte aangaat. Ondergedompeld is
do waterverplaatsing ongeveer 300 ton. De
snelheid is 13 knoop boven en 8 onder
water. Men gelooft dat de boot -drio tor-
pedolanceorbuizen heeft; de bemanning telt
pl.m. 30 man.
Van Duitsche zijde is intusschen medege
deeld, dat weliswaar een poging is beproefd
om den Duitschen onderzeeër te rammen,
maar dat het schip behouden in do haven
De beschieting der Dardanelles
KONSTANTINOPEL. Het Hoofdkwar
tier bericht„Zondagavond laat trachtte
een vijandelijke vloot onder versterkt
vuur op ©enige punten van dè kust
buiten het vuur van onze artillerie bij
de stellingen van Sadel Bahr en Kum Kali
met slospen soldaten aan land t© zetten.
In het begin lieten wij den vijand' be
gaan, maar daarna beantwoordden wij het
vuur. Zestig soldaten, die bij Sadel Bahr
aa,n wal wilden gaan, vluchtten weder naar
de sloepen en gingen terug met achterla
ting van 20 dooden en gewonden.
Vierhonderd: vijandelijke soldaten, die bij
Kum Kali aan land waren gezet, werden
verdreven en verloren ongeveer 80 man.
aan dooden. Aan onze zijde in beide ge
vechten zes_dooden en 25 gewonden.
Na den tegenslag van Vrijdag ging de
vijandelijke vloot in verschillende gedeel
ten uiteen en bombardeerde de open, on
verdedigde havens Dilrili, Sarmsa-k en Aiva-
lik aan de Egeïsclie Zee.
Twee vliegers, die over de Golf van Sa
ros vlogen, vieleD in zeeook het toestel ge-
spreekt den wensch uit, dat de Fransch-
Engelsche onderneming moge mislukken.
Do intocht der Russen in Konstantinopel
en de opening der Dardanellen voor de Rus
sische vloot, aldus de „Concordia"zou be-
teekenen, dat Rusland meester wordt in
den Balkan en dat er tegelijkertijd een
nieuwe zware concurrentie komt voor Italië
in de Middellandse1;: Zee.
LONDEN. Een mededeeling van de Ad
miraliteit bevat de volgende nadere bijzon
derheden omtrent de jongste operatics in
de Dardanellen: Woensdag kon de actie
eerst in den namiddag beginnen ofschoon
het weder ook toen nog ongunstig was. De
„Irresistible", ..Albion", „Prince George"
en Triumph" hervatten den aanval op het
fort Dardanos en de verdekt opgestelde lta-
nonnenin de nabijheid. Deze waren minder
actief dan te voren en werden thans door
de schepen met meer zekerheid onder vuur
genomen.
Bij een verkenning door een hydroplane
werden verschillende kampen en twee vaste
batterijen ontdekt.
LONDEN. In een communiqué wordt
medegedeeld, dab de Britsche troepen, die
aan wal gezet zijn om de vernieling van de
forten aan den ingang der Dardanellen te
voltooien, 19 man aan dooden, 25 aan ge
wonden en drie aan vermisten hebben ver
loren
Vrijdag zijn drie Engelsche slagschepen
een aanval begonnen op de forten P .elieh-
Medjidieh, Hamidieh en Namazieh, die
deel uitmaken van de verdedigingswerken
van de engte.
Het kruitmagazijn van Hamidieh is in
de lucht gevlogen, de twee andere forten zijn
beschadigd.
Een ander Britsch eskader, aangekomen
te Smyrna, is begonnen met het bombar
dement van de versterkingswerken van het
fort Yeni Kale en heeft deze reeds zwaar
beschadigder hebben twee. ontploffingen,
vermoedelijk van kruitmagazijnen, plaats
De beschieting op korten afstand is thans
begonnen
PARLJS. De Queen Elizabeth'5 en de
andere slagschepen in de Dardanellen "heb-
Ik wenscihte den goeden monscken een rerkwak-
kenden slaap en ging. Overal zag ik het blonde
kopje va-n Nelly voor me, in de gang, die naai
de trap voerde, op de trap, die naar mijn
kamer voerde, op iriijn kamer in welke richting
ik uitzag, in mijn bed met mijn hoofd boven
de dekens, met mijn hoofd onder de dekens, als
ik lag op mijn rechterzij of op mijn linkerzij,
altijd had ik de lieve verschijning voor oogen.
Ik lag te denken hoe het haar te zeggen wat
ik van haar dacht, cn wat ik graag zou hebben.
Het was mijn vaste voornemen niets onbe
proefd te laten, dat me in haar achting kon
doen stijgen. Vurig hoopte ik dat ze den vol
genden dag in dë rivier de Mark mocht vallen
en ik haar nog net bijtijds met gevaar voor
eigen leven kon redden, of dat de vijand over
de grens mocht komen, het huis omsingelen
en ik haar nis een leeuw mocht verdedigen,
terwijl zij mij voortdurend van nieuwe ammu-
nitio voorzag. Dergelijke gevaarlijke avontu
ren had ik gaarne villen beleven om ma zoo
doende harer waardig te maken.
Zoo lag ik'te peinzen; ik geloof dat ik nog
graag had gewild, dat het huis in brand zou
vliegen, om mij bij zoo'n gelegenheid met een
redding verdienstelijk te maken, toén de
slaap mij voor een oogenblik het heden deed
vergeten. Ik kan mij zelf nog niet vergeven
dat ik toen in dén nacht geheel niet van haar
gedroomd heb.
Des anderen daags stond ik nog even ver
liefd op als ik den vorigen dag naar bed was
gegaan. Wat ik op dezen dag en cd daarop vol
gende dagen ook deed om me bij haar méér
te doen zijn als een i ngok war tierden soldaat,
had op Nelly niet den minsten invloed. B.v,
ik knapte een oude fiets van haar op, zoodat
hij woer op een nieuwe geleek, Ik haalde een
uur ver in waarlijk noodweer en vervaarlijk
veel regen een pakje, dat ze ergens
had laten liggen, zonder paraplu natuur
lijk, want het is een soldaat verboden,
en nog tal zulke ridderlijke daden,
maar niets kon helpen. Nu moet je
(met je is de schrijver bedoeld) nu moet je
niet denken dat we met elkaar niet konden
opschieten, integendeel, al was ik haar broer
geweest, kon het niet beter zijn gegaan. Zij
zette knoopen vast aan mijn goed, welke er
dreigden af te vallen en ik op mijn beurt liieln
haar weer als zij hulp noodig had. Ik vertelde
haar uit mijn diensttijdj zij zong voor jne of j
Turkije is ook in den oorlog gemengd, en het doet er duchtig aan mee, dat
kan men niet ontkennen. Hard en dapper hebben de Turken gestreden in den
Kaukasus tegen de Russen, toch zijn ze ten slotte teruggedreven. Maar het Turk-
sebe rijk is, ten minste m Azië, nog heel uitgestrekt en telkens staan er nieuwe
strijders op. We zien hier vrijwilligers, die te Konstantinopel zijn aangenomen en
er zich ter beschikking der regeering hebben ge,steld. Zij worden onderzocht en
zullen dan ingedeeld worden. Zoo zijn er duizenden' en duizenden, die zich voor den
strijd, tegen Rusland vooral, aangeven.
raakte te water en verdween in de diepte.
Van de andere oorlogstooneelen ya.lt
niets belangrijks te vermelden."
BERLIJN. Uit Konstantinopel wordt
aan het „Berl. Tagebl." bericht: Een groot
Fransch oorlogsschip, dat deel heeft ge
nomen aan de beschieting der Dardanellen,
is bij Dedeagatsj gestrand. Alle pogingen
om heb vlot te krijgen zijn mislukt.
BERLIJN. Aén het „Berl. Tagebl."
wordt uit Rome 'geseindHet eenige
blad te Rome, dat heb aandurft
de Dardanellenquaestie ter sprake te
brengen, is de „Concordia55, en zij
begeleidde mij op do piano, als ik viool speelde
en nog tal van die dingen, waaruit gc de goede
verhouding tusschen ons zoudt kunnen opma
ken, maar hot toppunt van geluk waren onze
fietstochtjes.
Op een dezer tochtjes was het, dat ik mijn
stoute schoenen aantrok en verklaarde haar in
den gebruikelijken vorm mijn liefde. Daar had
je het lieve leven gaande. Onder moer zei zo, dat
ik me schamen moest het vertrouwen van
haar ouders zoo te schenden en dat pa nooit
zou toestaan, dat zij met een telegrafist zou
trouwen en al vond pa dat goed, dan zou zij
zelf er niet over denken en als ik nu goede
vrienden met haar wilde blijven, moest ik
nimmer meer met zulke praatjes aankomen,
en meer van die bemoedigende gezegden.
Ik was zooals iedereen zou wezen, rampzalig
ongelukkig. Zoo leefde ik nog ecnïgo dïigen.
zonder dat er eenige verandering was voorge
vallen, toen do compagnie, waarbij ik behoor
de, werd aangezegd, dat we over enkele dagen
liet dorpje zouden verlaten. Ik vertelde liet
's avonds terwijl we onzen avondmaaltijd nut
tigden, wel benieuwd of dat bericht ook een
zichtbare uitwerking op Nelly zou bobben, en
ik maakte rao inwendig kwaad, dat ze niet
zoo wit werd als een doék, dan even zenuwach
tig lachje en dan achtereenvolgens flauw viel.
Niets van dat al. Toch bemerkte ik dat ze dien
avond en den volgenden dag liever en aardiger
tegen 1110 deed als zo voorhoen geweest was.
Verwacht had ik, dat ze voel stiller zou zijn
geworden nu mijn vertrek zoo nabij was, maar
toch kon ik liet met mijn eigen niet overeen
brengen, of ik dan toch mijn doel had bereikt.
Doch ik wilde uit trots niet voor de tweede
maal hour handje vragen en ook voor do tweede
maal een blauwtje loopen, hoewel ik het af
scheid met een zwaar hoofd tegemoet zag. Dit
scheen zo to merken en zij begon liet volgende
gesprek
„Rudolf, het zal heel stil zijn als je weg
hebt, wat zal ik je gezelschap missen."
Ik zeg: „Ja Nell, het valt mo ook zwaar te
moeten scheiden van raonsolion waar ik een tijd
zoo prettig bij in huis ben geweest."
„Rudolf", hervatte zij, „ik nou dat je niet
weg behoefde en aldoor maar hier was."
Ik zeg: „Dus Nell, jo geeft dus wel om me."
Zij zegt met een kleurtje op heur lief ge
zichtje; „Ja, vent".
Ik grijp in verrukking haar hand en zeg:.
ben Zaterdag de beschieting van beide
zijden van de zeestraat hervat.
Eon bericht van de Engelsehe admiraliteit,
geeft volgens den correspondent der „Tel.",
do volgende nadere bijzonderheden over de laat
ste operaties m de Dardanellen.
Woensdag was geen actie mogelijk tot op den
namiddag, toen, ofschoon het weder nog steeds
ongunstig was, do „Irresistible", de „Albion",
de Prince George" én de „Triumph" den aan
val hervatten togen heb fort Dardanus en de
verdekt opgestelde kanonnen in do omgeving.
Deze hadden minder uitwerking dan tevoren
en werden met meer zekerheid door de schepen
onder vuur genomen.
„Meen je het heusch, wil je do mijno wor
den
Zij zegt; „Ja, vooy eeuwig!"
We wandelen nog wat iu don tuin en nemen
afscheid van elkaar, want den volgenden mor
gen vroeg moet ik weg, En den verderen gang
van zaken behoef ik je niet te vertellen, maar
ik zeg tot nu; „Leve de Mobilisatie".
M. B.
(Van 1 tot 8 Maart.)
1 MaartBevestiging der berichten omtrent
een Duitsche nederlaag aan den
Weichsel, waar de Duitschers uit
Mlawa en uit de richting van
den Naref door de Russen terug
gedrongen worden mét verliezen
van 11.000 man gevangenen en
verlies van veel oorlogs-voorraad.
De Engelsche. en Fransche
regeeringen kondigen verscherpte
bepalingen af voor de economische
isoleering van Duitschland,
volgens welke alle moederen van
daar afkomstig of voor dat land
bestemd, aangehouden zullen wor
den.
Voortzetting van den aanval
op de Dardanellen-forten door een
Engelsch-Fransch eskader.
2 Aan onze kust spoelen - eder tal
van mijnen aan een ontploft bij
Westkapelle, de zee-wering be
schadigend, en een te Kaatshoek
op Nieuw-Beveland, vijf burgers
doodende.
3 Aan het oostelijke front zetten de
Duitschers het bombardement
voort van Ossowetz.
In Oost-Galicië bezetten de
Russen Krasna, na de Lomnitza
overschreden te hebben, welke
door de Oostenrijkers verdedigd
lueu watervliegtuig ontdekte verschillende
kampen en twee vaste batterijen.
Donderdag was het weder mooi. Een hevig
bombardement in do Straat werd onderhouden.
Troepen landden bij Kum Kal© en Seddil Bahr,
om voort to gaan met het zuiveren van hot
terrein aan den ingang van de Straac. Zij ont
dekten en vernielden vier Nordenfeldt's. Men
bemerkte, dat de vijand de dorpen bezet hield;
schermutselingen volgden op heide oevers.
Ook Donderdag heeft do „Sapphire" verder
op aan de kust een batterij veldkanonnen, ten
Noorden van Dikiü, aan de Golf van Adramyti,
tot zwijgen gebracht,
Do „Prince George" beschoot de verdedi-
gingswerken van Besika.
Onze verliezen bedroegen Donderdag 19 ge-
donden, -3 vermisten en 25 gewonden.
Vrijdag begon de Queen Elizabeth" den
aanval, met indirect vuur op do verdedigings
werken aan do engte. Deze aanval werd onder,
steund door houwitsers van de .Inflexible" en
de ..Prince George".
De gebombardeerde forten zijn als volgt be
wapend:
Do forten Ramlieh en Medjidieh zijn bewa
pend met twee 2S c.M., vier 23 c.M. en vijf
7-i c.M. kanonnen. Het fort Hamidieh heeft
twee 35$ c.M.-, Nama-ziek én 28 c.M.-, één 26
c.M.-, 12 24 c.M. en drie 15 c.M. kanonnen.
Do .Queen Elizabeth" vuurde 29 maal. Het
bevredigend resultaat van het vuur van de
„.Inflexible", en do „Prince George" werd in
de straat der Dardanellen geconstateerd door
de „Irressistible", de „Canopus", de „Cornwal-
lis" en de „Albioli".
Ofschoon deze schepen beschoten werden, door
verdekt opgestelde kanonnen, werden zij' niet
getroffen.
De „Saphire" vuurde opnieuw op dé troe-
pen in de streek van de Golf van Adramyti en
vernielde het militaire station van Tuzburne.
Twee dagen in den storm op een
brandende tankboot.
De Noorsche tankboot „La Habra", die
11 Januari uit Talara in Peru vertrok, is door
het Panama-kanaal, na een vrëe^elijke reis,
ernstig beschadigd voor Londen aangekomen.
Het schip had namelijk onderweg gedurende
twee dagen midscheeps brand gehad in twee
tanks, ten gevolge van een ontploffing, welke
door kortsluiting in het pomp-ruim veroorzaakt
werd.
Do bemanning was van elkaar gescheiden,
eenige mannen stonden op het voor-, enkele op
het achterschip en zij hadden geen communica
tie met elkaar, terwijl een verschrikkelijke
storm het schip op de huizenhoogs golven op-en-
neer deed slingeren. Zes leden van de equipage
zullen in eën boot omgekomen zijn, terwijl de
rest der bemanning 26 in getal gered
werd.
In den avond van 2 Februari, aldus lezen wij
in de „Daily Chronicle", worstelde het schip
met een heftigen storm, toen een ontploffing
ontstond. Vlammen schoten tot een groote
hoogte op, en bereikten de toppen der masten.
Groote golven sloegen over het schip en de
benzine-tanlcs liepen in de zee leeg, waardoor
daar ook al brand ontstond.
„Wij dachten," dat wij verloren waren en onze
doodsstrijd duurde twee dagen, zoo vertelde de
gezagvoerder. De brand bleef woeden en som
mige ijzeren stukken waren roodgloeiend. De
hitte was onverdragelijk."
Na de eerste ontploffing had een tweede
plaats. Alle reddingbooten, op een na, waren
verbrand. Zes man gingen in deze hoot en
ran hen hoorde men niets meer,
„De brand was veroorzaakt door den storm
en het was merkwaardig, dat wij ten slotte ook
door den storm gered werden. Als de storm niet
lang geduurd had en wij geen water in de tanks
hadden gekregen, zouden ook de .-.nöere tanks
in brand zijn geraakt. Doordat de tanks lang
zamerhand met water gevuld weifelen, werd de
brand gebluscht," zoo zeide de ge^agvterder.
Van de 11.000 tons benzine bracht de kapitein
er nog 8000 in Londen.
Na den storm bleek, dat de kaarten, kompas
sen en sextanten vernield warén. Ook moest
opnieuw stoom opgemaakt worden, terwijl het
voedsel grootendecls op was.
Het schip dreef eerst hulpeloos midden in den
Atlantischen Oceaan, geleid door zon, maan en
sterren. Wij gingen westelijk, zoo vertelde de
gezagvoerder nog, en dachten in Portugal te
recht te komen, doch kwamen hij do Azoren
Betreden van Militaire Terreinen
om Naarden.
Do Burgemeester van Bussum maakt bekend,
dat van Zondag 7 Maart a.s. af, de bevoegd
heid om zich op de militaire terreinen, gelegen
in de hieronder te vermeldon strook, ta be
vinden, zal moeten blijken uit het bezit van
een door hém af te geven legiraitatie-bewijs,
dat door den Commandant der Groep Naarden
an do Nieuwe Hollandscho 'Waterlinie zal moe
ten zijn geviseord.
De bedoelde strook grond wordt ten Oosten
begrensd door den straatweg NaardenLaren,
ten Zuiden door eene lijn zich uitstrekkende
300 meter vóór de aangebouwde schansen, ten
Westen door don Hollandsehen spoorweg en ten
Noorden door eene lijn, loopende vóór langs de
batterijen 3 en 4 naar den koepel cp den Laar-
derstraatweg.
Deze grenzen zullen door borden worden aan-
werd; aantal gevangenen 6000
man, vier kanonnen, 7 mitrailleu
ses en oorlogs-voorraden buit ge
maakt door de Russen.
Verschillende Duitsche Bondssta
ten krimpen de dagelijksche rant
soenen per hoofd in van 225 tot
200 gram.
D© Duitsche onderzeeër „U
8" tot zinken gebracht bij Dover
door Engelsche torpedojagers.
In Oost-Galicië besluiten de
Russen den veldslag om Stanislau
door het bezetten van deze stad.
Het Duilsche Zeppelin-luchtschip
„L 8" bij bet neerkomen bij
Tkienen in de boomen beschadigd.
Aanslag van ©en Fransclien
vlieger op de kruitfabriek van
Rottweïl, welke gedeeltelijk wordt
beschadigd.
Volgons een Duitsch bericht
uit Konstantinopel is een der
Fransche oorlogsschepen na de be
schieting der Dardanellen bij
Dedeagatsj gestrand.
De Grieksche minister-president
Venizelos treedt af, wegens mee-
ningsverschil met den Koning
Alexander Zaimis krijgt de op
dracht een nieuw kabiuet te vor
men.
Een afzonderlijk Engelsch-
Fransch eskader bombardeert
sedert gisteren de forten van
Smyrna.
Noch aan het westelijk, noch aan
het oostelijk gevechtsfront en
evenmin aan de Dardanellen val
len over en weer militaire succes
sen van belang te vermelden.