Hi
Sill
Binnenland.
OP ZEE.
Legerzaken.
Correspondentie.
Q DE SOED ATENCOUR A ]VT van Vrijöag: Januari 1915
De Duitschers komen! Die uitroep is gehoord in een Fransehe loopgraaf en zie
daar waarom al deze mannen op hun hoede zijn. De geweren zijn in aanslag en zoodra
zich maar een enkele man vertoont yan den vijand, kan men er zekér van zijn, dat hij
zijn deel ontvangt. Men krijgt hier weer een ander idee van een loopgraaf dan op som
mige kiekjes; hier zien we een breeden aarden wal, nog niet eens van halve-mans-
hoogte en waarachter de soldaten moeten zitten of liggen, willen ze veilig zijn voor
de vijandelijke kogels.
voortdurend bediend, en zijn telkens van
stelling veranderd.
De avond valt. Het duel duurt voort, de
projectielen fluiten door de lucht; overal
slaan de vlammen uit, de ruïnes der dorpen
branden. Het wordt bitter koud. En alge
meen wordt om versterkingen geroepen.
Maar het water in de Aisne stijgt steeds,
Btijgt steeds. Eerst moet een brug hersteld
Worden. De genie zal den gehoelen nacht
,werken. Morgen zullen er op den rechter -
over versche troepen aankomen met voor
raden munitie en ook levensmiddelen. Van
avond moeten de soldaatjes zich tevreden
stellen met een stuk beschuit eu wat koud
yleesch.
De artillerie-commandant vraagt om
nieuwe munitie morgen. De creneeskuu-
dige dienst wil zijn gewonden naar achte
ren evacueeren morgen. De pontonniers
werken in het ijskoude water. Het blijkt
onmogelijk bij Venizel een brug te slaan. De
Aisne is geen rivier meer, bet is een meer.
Bij Missy is de toestand gunstiger; hier is
bet water niet zoo breed, maar de stroom
beviger. kien zal bet beproeven. De red
ding van bet leger bangt er van af. Op den
rechteroever werkt de infanterie, die den
goheelen dag gevochten beeft, den geh.ee-
leu nacht door met houweel en schop om
loopgraven te maken.
Het daglicht breekt aan. De brug bij
Missy is hersteld. Tien soldaten Lebben be
vroren voeten gekregen, tien andere zijn
verdronken. De versterkingen kunnen op
marcheren. De munitiètreinen rijden op.
Maar dit duurt niet lang. Om -twintig mi
nuten over acht klinkt een luid gekraak
een algemeen sauve qui peut het volgen
de oogenblik is de overgang weer verbro
ken. Twee compagnieën zijn er over hoen
getrokken; honderd granaten zijn overge
bracht. Er waren er 2000 noodig
De geneeskundige dienst brengt een ge
deelte van de gewonden over naar de boer
derij van St. Paul.
Hier strooit de vijand zijn granaten. De
dorpen kunnen niet meer bezet blijven en
moeten ontruimd. Onze linkervleugel
deboucheert uit Crouy en doet voor den
elfden keer een aanval op hoogte 132.
Zege wij bijten ons vast op de helling,
wij vernietigen den vijand in een bajonet-
aanval en slaan er met de kolf op de
munitie moet gespaard worden: ieder man
heeft nog maar 50 patronen tot zijn be
schikking.
Ons centrum rukt uit op Bucy, Mantel,
St. Marguerite. VoorwaartsMaar de over
macht is te groot, Von Kluck is te sterk;
stap voor stap moeten we achteruit naar
onze ruïnes. De rechtervleugel houdt vast.
Steeds vermeerdert het aantal vijandenzij
komen aan per trein, te voet, per auto, van
Laon, Vervins, Mézières. Tegen drie uur
komen troepen van het 7e leger in zicht;
Von Hëeringen komt Von Kluck onder
steunen.
Honderd maal vallen wij aan en honderd
maal moeten we terug. We komen geen me
ter vooruit.. Maar we verliezen ook geen
duimbreed gronds.
Bevel van den generalen stafStand
houden.
Opnieuw zijn twee bruggen weggeslagen.
En daar op den linkeroever staan onze ver
sterkingen opeengehoopt en moeten wach
ten, wachten. De zware artillerie onder
steunt ons manhaftig.
De tweede nacht breekt aan. Niets meer
te eten; geen patronen meer, geen grana
ten. En onder dekking van d. duisternis
wordt de terugtocht aanvaard over een
brug, die weer bij Missy is geslagen. liet
fort Condé dekt de operatie, die in goede
orde wordt uitgevoerd.
Het ondermijnen van loopgraven.
LONDEN. De „Morning Post" verneemt
uit Parijs: Onlangs maakten de communi
qués melding van een geslaagde ondermij
ning van Fransehe loopgraven bij Reims.
De kapitein, die in die loopgraven bevel
voerde, geeft nu een beschrijving van het
geen hij toen ondervond. Ik was bezig oen
diensttelegram te schrijven, toen ik plotse
ling den indruk kreeg of er een aardbeving
plaats had. Ik werd met geweld voorover
geworpen en bedekt met modder. Mijn
kaars was gedoofd. Met moeite mijn hut
verlatend, vond ik veertig bedolvenen, maar
de soldaten ter rechter- en linkerzijde van
de plaate waar de ontploffing had plaats
gehad, waren niet van hun plaats geweken,
hoewel bun kameraden onder aardmarsa's
werden bedolven. Toen volgde een geweldig
geschutvuur en een oogenblik later, toen
dit geëindigd was, verschenen tweehonderd
Dnitechers, in de meening, dat geen
Franschman moer in Jeven was. Maar ver
rast door een hevig vuur, moesten zij ©en
smadeiijken terugtocht aanvaarden, hun doo-
den en gewonden achterlatende. Aan
Fransehe zijde waren tachtig dooden en ge
wonden. De door de ontploffing gemaakte
krater had oen middellijn van veertig meter
en was vijftien meter diep.
Fmnscïie verdedigtngsmaatregelen.
De correspondent van de „Berlingske Ti-
dende" begint een brief uit Frankrijk met
do volgende vaelbcteekencnde woorden:
„Opgave van tijd en plaats en van nog vele
andere dingen zal men in de schildering, die
ik hier laat volgen, moeten ontberen. Des
niettemin geeft zo een getrouw beeld van de
werkelijkheid. Woorden, die gedurende deze
korte episode gevallen zijn, moet ik ver
zwijgen. Zware en angstige gedachten, die zich
don eenigen Deen, dio dit meemaakte, op
drongen, mogen niet onder woorden wórden
gebracht, zelfs hier niet, waar ik voor mijn
landslieden schrijf. Ik weet maar al te goed,
ik heb ook nog andere lezers."
Overigens geeft de correspondent de vol
gende schildering van do uitgebreide Fransehe
verdedigingsmaatregelen, dio hij op een auto
tocht door het land aantrof.
„Op de volden aan beide zijden van den weg
geeft het prikkeldraad een eigenaardig uiter
lijk aan de stoppelvelden.
Men ziet do landstadjes niet eerder, voor
dat men in hun straten is. Waarachtig, al is
het ook steeds mijn illusie geweest, op het
land te wonen, in een huisje met een tuintje
en oen hoenderhok hier zou ik toch liover
feen grond koopen, in ieder geval uic-t in
eze tijden. Het aanplanten van prikkeldraad
is hier in deze streken een specialiteit gewor
den, dat voor mij echter elko aantrekkings
kracht mist. En of do kuilen, die do soldaten
graven, wel moeten dienen voor het bewaren
van tuin- en veldvruchten? Onder het land
bouwgereedschap, dat ik op al mijn reizen door
de wereld heb gezien, heb ik nog nooit aan
gepunte palen aangetroffen, zooals ik ze hier
bij honderden zie gebruiken. Hoe onvolkomen
ook mijn landbouwkundige kennis moge zijn,
ik weet, toch heel goed wat een eg is en waar-i
voor zij gewoonlijk gebruikt wordt; maar in
de landstadjes hier ziet men alle eggon bij
elkaar op do wegen, waar ze rechtop staan,
met de spitso punten naar het Noordoosten
gericht (de richting, waarin wij rijden). De
automobielen moeten zich nu eens links, dan
weer rechts tusschen ze doorwerken. Ja, jal
In deze streek wordt een merkwaardige soort
van landbouw beoefend.
Ook do huizen zijn Anders dan overal elders.
Hun vensters, dio op het Noorden en Oosten
uitzien, zijn met metalen platen bekleed, of
zo zijn dichtgemetseld of wel achter zand
zakken verborgen. Ma^r daarvoor is er dan
ook hier eu daar i,n den muur een steen uitge
beiteld, altijd weer op dezelfde hoogte en op
gelijken afstand van elkaar. Die zoo gevormde
openingen doen het meest donken aan de
schietgaten van een oude vesting zeer ver
klaarbaar, want dat zijn zo ook. Gelijk alle
werk van menschenhand, heeft ook het krijgs
wezen zijn kringloop. In den tijd van do enel-
vurendo en verdragende artillerie komen ook
weer oude voorlaadmortiercn uit den tijd van
Louis Philippe in gebruik bij het beschieten
van vijandelijke loopgraven, waarbij de afstand
soms niet meer dan 50 meter bedraagt.
In de eeuw der cement- en ijzerbetonforten
heeft toch ook do stadsvesting uit den roof-
riddertijd, zooals men die nog algemeen in
Albanië aantreft, wederom haar waarde
teruggekregen, en waar het haar aan dekking
voor de ter verdediging opgestelde artillerie
ontbreekt, daar moet deze maar gemaakt
worden.
Onze auto's snorden ook voorbij een kerk
hofmuur; ook deze was met schietglouven en
openingen voor machinegeweren ter verdedi
ging ingericht; het terrein daarvoor is met
mijnen, wolfskuilen en andere verborgen of
ook wel zichtbare hindernissen ter verdediging
voorbereid.
Rusland.
Op het Oostelijk oorlogsterrein.
De Russische legatie te 's-Gravenhage
ontving de volgende berichten omtrent de
krijgsverrichtingen der Russische legers:
Op den linkeroever van de Weichsel heb
ben wij, in den nacht van den 17n Januari,
bij Gurnin de loopgraaf hernomen welke des
vorigen avond door de Duitschers was ge
nomen en de vroegere inrichting er van
hersteld. Twee aanvallen, den volgenden
dag door door de Duitschers in die plaats
ondernomen, hadden oven weinig succes als
die, welke zij leverden op het front van
Wesuwka-Gullen. Zij werden afgeslagen
door het vuur der Russen, dat eveneens,
in de streek van Piotrkow, een geblindeerde
automobiel der Duitschers wrnielde.
Hernieuwde pogingen des vijands om
Tarnow te bombardeoren met zijn zwaar
geschut werden door het vuur van ons ge
schut verijdeld.
Van het overige deel van het front valt
geen enkele verandering te melden.
WEENEN. (Officieel). In Polen en Weefc-
Galicie heeft een artillerie-gevecht plaats
gehadj in de Kaxpathem viel niets voor^
Uit ©enige plaateen komen opnieuw be
richten omtrent zwaron sneeuwval.
Bij Jakobeni in het zuiden van de Boe
kowina werd' een aanval der Russen afge
slagen. De vijand leed daarbij zware ver
liezen
BERLIJN. Officieel meldt de Duitsche
generale staf:
In Oost-Pruisen niets nieuws.
Bij Radzonow, Biezum en Sierpc werden
de Russen onder zware verliezen terugge
slagen. Eenige honderden Russische ge.-
vangenen vielen in onze handen.
Ten Westen van de Weichsel en ten Oos
ten van de Pilitza bleef de toestand onver
anderd.
Een Russische nederlaag in de Karpathen-.
BERLIJN. De te Krakau verschijnende
„Maprzod" meldt uit de Karpathen, dab
het eerste Poolsche legioensregiment, onder
bevel van den overste Zsosenkowiski, den
onder aanvoering vau Engelsohe officieren,
warmeor ik denk aan de 30,00. vrouwen en
kinderen die vermoord zijn, zie ik niet in
waarom ik Engelands eer zou ophouden en
daag ik eenige mannnen uit met de vinger
op mij te wijzen en te zeggen: je hebt oen
fout gemaakt.
Ik weet dat de Regesring mij beschouwt
als een rebel, en teleurgesteld is over mij.
Ook ik ben teleurgesteld over de Regeering,
die ik daar heb gesteld en waarvoor ik mijn
bloed heb opgeofferd. Er wordt gesproken
van gelijke rechten. Ga maar naar de ge
vangenis en krijg een gewone quitantie voor
een pijp, en zie of er ecu enke] woord IIol-
landsch op is. Waar komen die gelijke
rechten dan in?"
Comdfc. Fourie wil hier dit bewijsstuk aan
zijn verdediger tea: hand stellen, maar deze
zegt, dat hij dit niet mag aanvaarden, tnaar
dat 't aan 't Hof moet worden gegeven.
Rustig keerde Fourie zich om, eu overhan-
Russen een zware nederlaag heeft "toege^Higde dit aan -een der klerken. D'an vervolgt
bracht. In een aantal aanvallen werd
geheel Russisch regiment vernietigd; drie
duizend Russen vielen op het 'slagveld, 11
officieren en 600 man werden gevangen
genomen, terwijl 3 machinegeweren en veel
krijgsmateriaal .buit gemaakt werd. De op
perbevelhebber van het legercorps, aarts
hertog Jozef Ferdinand, heeft met de hoogr
ste waardeering over dit wapenfeit gespro
ken en vele leden van het legioen voor on
derscheidingen voorgedragen.
Het Russische offensief tegen Hongarije.
LONDEN. De Times" verneemt uit
Petersburg, dat de troepen me.t spoed naar
Transsylvanië oprukken. Er worden be
langrijke sucessen gemeld uit Kimpolung
en Jacobeny in de Boekowina. In Russische
militaire kringen beschouwt men de bezet
ting van den Kirlibaba-pas (tusschen de
Boekowina en Transsylvanië) als een zaak
van groot belang, daar zoo de eenige goede'
weg wordt verkregen overTranssylvanië naar
Hongarije. Door dien pas te bezetten zijn
de Russen in staat den spoorweg naar Mar
in arosSziget te vermeesteren.
Volgens de laatste berichten hebben de
Russen een groot deel van de provincie
Piock (noordwest Polen) gezuiverd van
vijanden en naderen zij de Duitsche grens.
De vijand zendt in allerijl troepen daarheen.
De Duitschers zenden een Saksisch corps
naar de Servische grens en zenden troepen
ter ondersteuning van het Oostenrijkschè
leger in de Karpathen, terwijl nu de op-
marsch der Russen naar Transsylvanië ook
er toe zal leiden, dat de uitzending van
Duitsche troepen naar Hongarije zal worden
verlangd.
Oostenrijk.
Hongaarsche Landstorm opgeroepen.
BOEDAPEST. Tegen 21 Januari worden
door den burgemeester der hoofdstad de
mmilitair opgeleide landstormplichtige
manschappen der lichtingen 1875, 1876,
1877, 1878, 18794 1880, 1881 en der jon
gere lichtingen voor den dienst bij den
landstorm opgeroepen.
Turkije.
Ontevredenheid in Konstantinopcl.
LONDEN. De „.Morning Post" ver
neemt uit Athene, dat volgens berichten,
uit Kcnstantinopel groote ontevredenheid
heerscht tegen-het optreden door de Jong-
Turken, voornamelijk van Enver-pasja. die
krachtig toeneemt sedert de rampen in den
Kaukasus. Een wijdvertakte samenzwering
is ontdekt, die geleid werd door een bloed
verwant van prins Saba-Eddindeze ont
snapte aan de arrestatie, maar vele ande
ren werden gevangen genomen.
Engelsche inval in Palestina verwacht.
LONDEN. De „Daily News" verneemt
nog uit Kairo, dat men in Turksche kringen
vreest voor een Britschen inval in Pales
tina; op de heuvels rondom Nazareth wor
den versterkte stellingen aangelegd, en het
grootste deel der Duitsche kolonie uit Haifa
vluchtte naar Bethlehem.
Zuid-Afrika.
De bezetting van Sivakopmwnd.
KAAPSTAD. De speciale berichtgever
van Reuter te Swakopmund (Duitech Zuid-
West Afrika) seint bijzonderheden over de
bezettingl dier stad op 14 Jan. Voordat tob
de bezetting kon worden overgegaan, wer
den landmijnen door den vijand ontstoken,
om het voortrukken der Britsche troepen
tegen te gaan. Daarbij werden twee man
Een deel der vijandelijke strijdma-cht
werd bij de nadering onzer troepen op den
terugtocht gezien. De gebouwen in de stad
waren in goeden t-oestand, maar de centrale
voor eleëtrisoh licht, de pieren, de tele
graafkabels en de instrumenten waren ver
nield en alle levensmiddelen uit de stad
weggevoerd.
Het proces van commandant Fourie.
De rebellie in Zuid-Afrika is zoo goed als
geëindigd met het verloopen der beweging
de leiders er van zijn gevangen genomen als
generaal De Wet, of gestorven, zooals gene
raal Beijers. Ook eenige mindere chefs zijn
gearresteerd, daaronder commandant Fourie
en zijn broeder Johannes Fourie, luitenant.
Deze werden reeds in December gevangen
genomen, stonden terecht wegens rebellie en
werden veroordeeld, de oudste tot den dood,
de jongste insgelijks, maar diens straf werd
later gewijzigd in Vijf jaren dwangarbeid.
Commandant Fourie onderging de straf den
20 December, des morgens.
Deze zaak, en voo.ral het vonnis, heeft
heel wat beroering verwekt in Zuid-Afrika
en de bladen daar staan er vol van. Men
vindt over 't geheel, dat de krijgsraad,
grootendeols bestaande uit Engelsche offi
cieren, al te straf tegenover den bekenden
Zuid-Afrikaanschen officier, een man, aan
wien de Boeren-republieken veel verplicht
zijn.
Commandant Fourie hield zelf zijn eigen
verdedigingsrode. Wij nemen daaruit 't vol
gende over ontleend aan de „Volksstem".
Toen er een tijd geleden sprake was van
oorlog in Duitsch Zuidwest, was ik een van
die personen, die er niet over geraasd heb
ben, doch er toch tegen waren, want ik kon
niet inzien waarom onze Regeering een oor
log zou verklaren tegen Duitschland dat ons
nqait eenig kwaad had gedaan. Ik kon niet
inzien waarom onze jonge Afrikaners zou
den vechten om de eer van Engeland op te
houdenwanneer wij nagaan van de Slach-
tersnek-moord, van de moord aan de Bloed
rivier in Natal en de moord op onze men-
^schen te Pietretief gepleegd door kaffers
hij rustig
„10 October laatstleden was ik naar 'n
concert iri 't Opera-gebouw gecaan, gege
ven ter nagedachtenis aan onze geachte pre
sident Kruger op zijn verjaardag. In plaats
van muziek te hooren en aanspraken over
het leven van president Kruger, heb ik daar
vuile scheldwoorden gehoord, en terwijl
door 'n dominee 'n openingsgebed werd ge
daan, is „Rule Brittannia" met stokken
door onze keelen afgestooteu en werden de
dames met rotte eieren op het platform ge
gooid. Als dit Britsche gelijkheid is, dan
wil ik daar niet onder leven, dan is 't mij 'n
grooter eer hier te staan als gevangene dan
als 'n officier in het Engelsche leger".
-Commandant Fourie richt zich thans
'hooger op en zegt met nadruk: „Wat ik
heb gedaan, deed ik met open oogen en uit
eigen vrije overtuiging. Ik ben zelfs van
daag nog overtuigd dab God dit onrecht niet
zal gedoogen, en ik ben vandaa nog over
tuigd ervan, dat er nog menschen genoeg
in 't veld zijn om Zuid-Afrika te redden".
Dan wendt Fourie zich om, naar zijn
•broer, die naast hem in 'n stoel zit en op
hem wijzend zegt hij
„Wat mijn broer betreft, mijn invloed
heeft hem bewogen te doen wat hij heeft
gedaan, onder mijn orders en instructies, en
ik zou 't Hof willen vragen in aanmerking
•te nemen dab hij jong is. Hij is mijn jongste
broer en hij geloofde in mij. Als er van
daag van die Afrikaners in het Hof zijn die
hun hart moesten uitspreken als ik dit van-
seerde en op het punt was de vlag te
hijschen, van een fort een kanonschot op
het schip werd gelost. De kogel ging door
tusschen de commandobrug en den fokke-
mast en viel boen in het water.
De kapitein gaf de Zweedsche overheid
kennis van het voorval en verlangde, dab de
minister van buitenlandsche zakon bij de
Engelsche regeering een vertoog zou indie
nen, daar de beschieting van vreedzame
handelsschepen in strijd is met het volken
recht.
Ontploffing van een mijn.
Men seint uit Breskens
Een ooggetuige deelt het volgende mede
omtrent oan vroeeelijk ongeluk, dat Maan
dagmiddag op de Schelde plaats had.
Ongeveer half één was de mijnenlegger
„Triton" van de Kon. Ned. Marine uit
gevaren om een mijn versperring te lichten.
Door den laatsten storm waren oenige mij
nen losgeraakt. Ter hoogte van het gehucht
Nieuwe Sluis, ongeveer één uur loopens
westwaarts van Breskeiis, stootte de „Tri
ton" op een der losgeraakte mijnen, waarop
een ontzettende ontploffing volgde en de
barlcas onmiddellijk zonk.
Aan boord bevonden zich 1 officier en 4
minderen, die allen door den slag wegge
slingerd werden. Inmiddels was uit Vlissin-
gen telefonisch om hulp verzocht en in min
der dan geen tijd verscheen een torpedoboot
j op de plaats van de ramp. De lijken wer-
don met deze boot naar Vlissingen overge
bracht. Op do torpedoboot werd de vlag
halfstok geheschen. In Vlissingen stonden
vele menschen, die van het ongeluk gehoord
hadden, te wachten op de komst van de
boot. Er heerschte groote consternatie.
De namen van de verongelukten zijn: de
luitenant ter zee 2de klasse J. M. Ludetn
uit Amsterdam, de korporaal-torpedist B.
J. de Jager, stamboeknummer 3184, de
zoemilicien-matroos L. Reemans, sbb.no.
546, de zeemilicien-machinedrijver J. M.
Grijspaardt, stb.no. 975, en de zeemilicien
A. L. van den Elshout, sbb.no. 765.
In staat van beleg verklaard.
Bij Kon. besluit van 19 dezer zijn met
ingang van dien datum de volgende ge
meenten in staat van beleg verklaard:
In de provincie Groningen: Groningen,
in de provincie FrieslandGaasterland,
In den oorlog moet men zich natuurlijk behelpen en men moet gebruik maken
van gelegenheden, die anders voor een ander doel bestemd zijn. Zoo is het dikwijls
moeilijk om de gewonden onderdak te brengen. Hierboven zien we ze liggen in een
kerk. De plaat is ontleend aan de werkelijkheid, zooals die zich voordoet op het
Westelijk oorlogsterrein. Daar worden heel dikwijls Godshuizen tot hospitalen inge
richt.
daag moet en zij zijn geen Godloochenaars,
kunnen zi j veen andere woorden gebruiken,
dan ik vandaag uitspreek. Ik kan niet valsch
wezen. Ik heb 't nooit kunnen wezen in mijn
leven, en God zal mij bewaren, dat ik het
ooit word. Mijn daden hebben altijd mijn
hart gewezen.
„Ilc ben niet van plan het Hof om genade
te vragen. Genade van mijn God, die mij
geleid heeft, was genoegmaar ik vraag de
manschappen, die onder mij hebben ge
diend, genadig te behandelen. Mijn invloed
was sterk over hen".
De rede maakte een diepen indruk, maar
de veroordeeling volgde niettemin, en zoo
als we zeiden, Zondagmorgen 20 December
had de executie plaats. Commandant Fourie
onderging gelaten en heel kalm den dood.
Hij verzocht alleen, dat rnen hem niet in
het gezicht zou schieten, hij had een groot
Afrikaner hart, daar was plaats genoeg.
Voor de terechtstelling sprak hij lang met
den geestelijke, ds. Neethling, en deze be
geleidde hem ook op zijn laatsten tocht.
Op de plaats aangekomen, ging Fourie op
een stoel zitten en bond zich zelf den blind
doek voor de oogen. Hij zong met vaste
stem „Als wij de doodsvallei betreen, Laat
ons elk aardse vriend alleen".
Bij de laatste woorden vielen de schoten
en Fourie was niet meer.
Verdrag beveiliging menschenlevens
op zee.
Blijkens medodeoling van Hr. Ms. gezant
te Londen is do Nederlandsche akte van be
krachtiging van h»t op 20 Januari 1914 te
Londen geteokeud verdrag voor de beveiliging
van menschenlevens op zee op het Foreign Of
fice neergelegd.
Het tijdstip van de inwerkingtreding van
het verdrag zal later worden beleend gemaakt.
(„St.-Ct.")
Een Italiaansch schip vergaan.
WEENEN. De Italiaansche stoom
boot „Varese", thuisbehoorend te Ge
nua, is op de vaart van Sfax naar
Venetië bij Pola op 18 Januari 's middags
bij nevelig slecht weer rechtstreeks in het
mijnenveld gevaren. Het schip stiet op een
mijn en is gezonken. Van de bemanning
werd slechts één man gered. Een lijk is ge
vonden.
Stoomschip beschoten,
BERLIJN. Het Zweedsche stoom
schip „Halfdan", dat Maandag uit
Engeland te Norrkoeping aankwam,
meldt dat heb, toen het bij de bin-
n/muajri Ér x~:iza' iool de havenforten pas
Hemelumer Oldephaert en Noordwolde,
Lemsterland, Sloten en Stavoren
in de provincie Gelderland: Ealgoy, Beu-
ningen, Doornspijk, El burg, Ermelo, Har
derwijk, Oldebroek, Ovorasselb en Wijchen;
in de provincie Utrecht: Amersfoort,
Leusden, Soest eu Zeist;
in de provincie Noord-Holland: Urk;
in de provincie Zuidholland: Bodegraven
in de provincie Noordbrabanb: Beers,
Beugen en Rijkevoort, Boxmeer, Cuyk en
St. Agatha, Echaren, Gassel, Grave, Haps,
Linden, Maashees en Overloon, Oef feit,
Oploo, St. Anthonis en Ledeackor, Sam-
beek, Velp en Vierlingsbeek.
(„St. Ct.")
De afkondiging van den staat van beleg
in verschillende gemeenten, welke de
Staatscourant van hedenavond bekend
maakt, is geschied omdat in die gemeen
ten de internecringsdepots gevestigd zijn, en
het thans mogelijk zal zijn de gewenschte
maatregelen van orde beter te kunnen
handhaven.
De afkondiging van den staat van beleg
in enkele Noordbrabantsehe gemeenten,
zooals de gemeente Maashees en Overlaan,
is geschied om den smokkelhandel te kun
nen tegengaan.
Militaire Huisvlijt-wedsfrijden.
uitgeschreven door de afdeeling Brielle van
den Volksbond tegen drankmisbruik.
Van de vervaardigde voorwerpen zalop
den 12on13en en 14en Februari a.s. te
Brielle ©ene tentoonstelling worden gehou
den. Nader zal iu dit blad bij advertentie
worden bericht, waar en wanneer die voor
werpen kunnen worden ingeleverd.
Het Bestuur van voormelde
afdeeling.
Bivakmutsen voor soldaten.
Men verzoekt ons het volgende mede te dee-
len
Het hoofdcomitó van Nederlandsche vrouwen
voor het breien van bivakmutsen voor solda
ten heeft sedert begin December tot heden,
ruim 56G00 stuks bivakmutsen beschikbaar ge
steld voor de troepen aan kusten, grenzen en
bruggen, of in forten.
Op Ï0 December ontving het van de Ko
ningin de opdracht, te voorzien in de toen nog
beslaande dringende behoefte aan bedoelde
mutsen; waarbij H. M., voor de aanschaffing
van grondstoffen, cene bijdrage schonk van
500. Enkele dagen geleden kon het hoofd
comitó aan H. M, berichten dat aan de op
dracht was voldaan en dat het, met den. kraoh-
tigen steun van H. M., or in geslaagd was
ruim 10.800 bivakmutsen te verkrijgen en te
verstrekken. Dit aantal was reeds eenige hon
derdtallen grooter dan het destijds als dringend
noodig opgegeven© van 10.000 stuks.
Het hoofdcomitó zet thans zijne werkzaam
heden nog voort tot 1 Februari, ten einde zoo
veel mogelijk to voorzien in de nog overgeble
ven zeer ruime verdere behoefte aan bivakmut
sen. IlSezeer do voorhanden bivakmutsen zeker
in Februari, en wellicht ook in Maart, aan de
gebruikers nog uitnemende diensten zullen
bewijzen, is het winterseizoen toch to ver ver
stroken, om dan nog veel uitkomsten te mogen
verwachten van verdere pogingen om mutsen
te doen breien.
Met het einde van Januari zal het hoofd
comité dus zijno taak, in algemeenen zin, sta
ken. Maar niettemin blijven de dames, leden
van dat comité, volkomen bereid ook daarna
nog bivakmutsen, welke haar mochten worden
toegezonden, in ontvangst te nemen en te ver
strekken. En het vertrouwt in elk geval vóór
Februari nog een flinke hoeveelheid van deze
door de militairen algemeen zoo bijzonder ge
waardeerde verwarmdingsartikelen te zullen
verkrijgen, ter uitreiking aan troepen die er
nog !l meest behoefte aan hobben.
De Nederlandsche vrouwen en meisjes dio
aan het hoofdcomité zoo flink en op zoo ruim©
schaal hulp on medewerking hebben verleend,
mogen met groote voldoening terugzien op
haar gemeonschappelijken arbeid, waardoor do
militairen, die 's lands .neutraliteit hebben te
beschermen, naar vermogen konden worden
gevrijwaard tegen nadeelige gevolgen van hun
dienstverrichtingen in het koude en natte
jaargetijde.
Begrafenis kapitein Hackstroh.
Maandagmiddag had te Nijmegen de plech
tige teraardebestelling plaats van don te Mid
delburg ten gevolg© van oen auto-ongeluk om
het leven gekomen kapitein A. Haclcstroh, van
het 16e rog. inf. Do directeur van de Hoogoro
Krijgsschool, luitenant-kolonel Van der Hoog,
herdacht den overledene in gevoelvolle woor
den, wijzend© op do ontroering die de tijding
van het ongeluk door hot goheelo land ge
bracht had. Ook werd een afscheidsgroet ge
bracht namens den commandant van het veld
leger, do officieren van den Staf en der Krijgs
school en door d© compagnie waarover de over
ledene liet bevel heeft gevoerd. Do broeder
van den overledene, luitenant Hackstroh, dank
te voor de betoonde belangstelling.
Landstorm-afdeelingen.
In Utrecht is sedert kort een nieuwe Land-
storma-fdeeling opgericht naast de reeds be
staande; zij ontvangt dus het cijfer II. Als
commandant is opgetreden kapitein J. J. van
Noorle Jansen, en do toegetreden vrijwilligers
zijn hoofdzakelijk leden van het Utrechtscho
Studentencorps, zoodat aan deze afdeeling do
naam is geschonken van L. S.-afdeeling „Utr.
Stud. Corps"men hoopt het getal toegetre-
denen binnen kort op een honderdtal vrijwilli
gers te kunnen brengen, aangezien de Senaat
de aanmeldingen krachtig steun* De afdee
ling bestaat uit wielrijders, doch beschikt bo
vendien over een viertal motor-rijwielen en een
automen tracht de afdeeling van een ma
chine-geweer te oorzien.
Van practisohe dienstverrichting vernamen
wij uit den laatsten tijd van de Haagsc'ne
Landstorm-afdeeling I, die met een veertigtal
wielrijders te Breda gedetacheerd werd, en
daar gedurende haar verblijf bij de vierde di
visie in December zeer goed voldaan schijnt to
hebben. De Haarlemsche afdeelingen, zoowel
I als II, maken geregeld veld-oefeningen met
den troep; in de vorige weken kwamen nog al
eens oefeningen in de buurt der Spaarnestad
voor, mot do om de stelling Amsterdam lig
gende forten als aanvals-doel.
De Delftsche Studenten Landstorm-afdee
ling bovindt_ zich nog steeds in het zuiden des
lands, waar'dankbaar gebruik wordt gemaakt
van haar technische diensten, voor den marco-
nigrafischen dienst; deze afdeeling bestaat
eveneens hoofdzakelijk uit wielrijders.
Onze Gooiscbe afdeelingen leggen zich in den
laatsten tijd, behalve patrouille- en velddien
sten, hoofdzakelijk op scherpschieten toe, daar
toe sedert December in staat gesteld door een
wat aanmoedigender houding van het Departe
ment van Oorlog. Do afdeeling Hilversum I
(voetvolk) zal waarschijnlijk binnenkort, even
als de meeste andere Gooischo afdeelingen in
uniform worden gestoken. Een gecombineerde
nacht-oefening onder de kapiteins Van den
Borg (Hilversum) en Dudok van Heel (Naar-
c.en) staat binnenkort op het programma.
De nieuwe aanmeldingen gaan langzaam.
Toch kan niet ontkend worden, dat do be
staande Landstorm-afdeelingen geleidelijk in
getalsterkte toenemen, ook dat en van tijd tot
tijd nieuwe afdeelingen gevormd kunnen wor
den.
Uit de Staatscourant.
Bij K. B. is met ing. van 1 Febr. aan den
kapitein J. Roijers, van het 15e reg. inf.,
eervol ontslag uit den mil. dienst verleend en
is het bedrag van het pensioen vastgesteld op
2083 'sjaars.
Bij K. B. is, gerekend van 29 Dec. 1914,
bestemd voor den dienst bij een interneerings-
depot, de gep. luit.-kol. dor mariniers D. °G.
Vreeden berg.
Inlijving lichting 1915.
Op 16 en 17 Februari a.s. zullen worden in
gelijfd de dienstplichtigen der lichting van
lo. die toegewezen zijn aan het tweede
bataljon van elk der regimenten grenadiers,
jagers en infanterie, met uitzondering van
hen die in het bezit zijn van het bewijs, be
doeld in art. 70, eerste ïid, der Militiewet
2o. die toegewezen zijn aan hot wapen der
infanterie en van wie, óp grond van het door
hen genoten onderwijs, kan worden verwacht,
dat zij do geschiktheid bezitten om in oplei
ding te worden genomen voor don rang van
officier
3o. die toegewezen zijn aan het eerste batal
jon van elk der onder lo. genoemde regimen-
ten en in het bezit zijn van het daarin bedoeld
bewijs.
De inlijving van de dienstplichtigen die, toe
gewezen aan het tweede bataljon van elk dor
regimenten grenadiers, jagers en infanterie,
in ihot bezit zijn van het onder lo. bedoeld
bewijs, zal, behoudens nadere bevelen, geschie
den op 16 on 17 April a.s.
Alleen om zeer gewichtige redenon
waaronder in dit geval ook studiebelangen kun
nen Worden gerekend kan aan deze in te
lijven dienstplichtigen uitstel van eerste-oefe
ning worden verleend, indien zij daartoe als
nog ten spoedigste zelf hun verlangen bij (on-
gczegeld) verzoekschrift aan den Minister van
Oorlog te kennen geven, met overlegging van
een deugdelijk bewijsstuk, omtrent het werke
lijk bestaan van de reden der aanvrage. De
dienstplichtigen zullen echter rekening moe
ten honden met de mogelijkheid, dat het uit
stel wordt ingetrokken, zoodra de omstandig
heden' daartoe aanleiding mochten geven.
(St. Ct.)
v. L. Alphen. Moet langö den militair hierar-
chiekcn weg aan den Minister van Oorlog wor
den aangevraagd. Red.
Ondergeteekcndo zoekt do adressen van zijn
twee broers bij het leger te velde bij het wa
pen der Infanterie- do eene broer heeft vroe
ger gediend bij het 10e Reg. Inf. Zijn non,m is
Marinus Veltscholtende andoro bij het 7e
Reg, Inf. De naam van. de tweede is Theodoor
Voldsoholten. Hij hoopt spoedig iets te hooren.
Milicien H. VELTSCHOLTEN,
le Reg. Vest.-Arfc., 2© Oomp.