No. 66. Zondag 17 Januari 1915 Orgaan voor Leger en Vloot. Oorlogsnieuws. Onder redactie van D. MANASSEN. ■BH Oplaay 50,000 exemplaren. SOLDATENCOURANT ADRES DER REDACTIE PALESTRIN A STRAAT 10, AMSTERDAM. TELE- I FOON Z. -1968. DIT BLAD ZAL DRIEMAAL PER WEEK VERSCHIJNEN- i LOSSE NUMMERS VOOR MILITAIREN 1 CENT, VOOR NEET-MILITAIREN 3 CENT, ABONNEMENT 1.50 PER DRIE MAANDEN. I Voor Advertenti-ïn wende men zich tot onze Administratie Drukkerij .Jacob van C&mpen* N. Z. Voorburgwal 234-240 (Keizerrijk 9) Amsterdam, Tel. .Noord 1775, oftotde advertentie bureaux. Prijs der Advertentï5n per regel 25 cent. Van de ontzaglijke kanonnen der Duitschers is meer dan een3 gesproken: de uitwerking der 42 cM. mortieren moet allerverschrikkelijkst zijn. We zien er hiervan iets op onze plaat. Een afdeeling Engelsche_troepen was voor 't eerst in 't vuur en maakte dadelijk kennis met een projectiel uit een reuzenkanon. Het was bij Yperen, de granaat-, viel midden onder een troep artilleristen: negen daarvan werden in stukken gescheurd; beschrijft een der overlevenden, en er werd een gat in den grond geslagen zoo groot, dat men er een paard en wagen in kon plaatsen. Aardbevingen in Italië. 'h Is ongeveer zes jaren geleden, dat Messed na, de bekende stad op Sicilië, door een ontzaglijke aardbeving zoo goed als ver weest werd. Een aardbeving in Italië is mot zoo iets vreemds als in vele andere lan den, te onzent bijv-, maar soms wordt dit klassieke land toch geteisterd op een .wijze, daT de geheel e wereld er door getroffen Wordt. Ook nu is Italië weer bezocht door een catastrofe, die aan duizenden en duizen den het leven heeft gekost. Ditmaal is het niot Sicilië, dat geteisterd werd, noch het. vulkanisch zuidelijk doe! ,van Italië, maar meer het midden van het groote schiereiland. Krachtig is bijv. ook de aardbeving gevoeld in de hoofdstad, maar Al" veroorzaakte zij er groote schade, per soonlijke slachtoffers vallen niet. te be treuren. Wel in vele andere plaatsen, zooals we reed3 zeiden, bij duizenden. Romeinsche bladen schatten het aantal menschen, dat omgekomen is op meer dan 10.000, tal van plaatsen zijn met den grond gelijk gemaakt, en enorm is de stoffelijke schade. De aard schokken hadden hoofdzakelijk plaats in de provincie Rome, maar daar dan ook over een grooteoppervlakte 'Doch vooral is Avezzano geteisterd, een stad, ongeveer 60 K.M. ten oosten van Rome, op de westelijke helling der Abruz- De Nieuwe Boschwachter. Naar hel Hoogduit&ch Lodewijk Oostendorp,4e comp.2e bot.15e reg. De houtvester Ras zat in den „Rooden Haan" achter een pint bier, met het geweer tusschen de knieën, peinzend naar dan grond turende, want de stroopers maakten het al te bont. Om do waarheid te zeggen, was de jacht in ,,het Bergsche" al te verlokkend. In do koninklijke wouden hoorde men het geschreeuw van t'wist-zoekende herten; reëcn waren er bij de vleet, en hazen... men viel er over, zoo- als de roodo Brenner beweerde, en do roodo Brenner kon het weten, want hij stond wijd en zijd bekend als de wilddief van professie. Dt> roodo Brenner stond overigens geenszins in slechten reuk. maar het stroopen kon hij niet laten, dat wist jan en alleman en vooral die bcechwachter Ras. die hem meer dan eens gesnapt en achter slot en grendel gebracht had. Voor don houtvester had roode Brenner machtig veel respect, en wijl deze nu juist de felagkana?r binnenkwam en des houtvesters ampn hem.als een ouden vijand knorrend be groette, kroop bij ongemerkt in den donker sten hoek en bestelde een glas klare. „Wel Ras, wat schort er aan? Je rijkfc of het zeven weken in een stuk regenen moest," zei lachend de steeds opgeruimde hospes, te genover den boschbeambte schrijlings op een stoel plaats nemende. Hindert je de pijn boomspinner of steekt jo de beukenworm?" ,,G<«n van beide, maar de drommel hale bet stroopersgespuis." De vuist van den eer lijben boschwachter kwam zoo onzacht op de tafel terecht, dat de glazen in de hoogte spron gen. .Zampa likte zijn meester de hand, alsof hij hem tot bodaren wilde brengen, en de roode Br«aoer lei zijn smnrig stompje aarden pijp zen. Vandaar komen vreeselijke, aangrij pende berichten over de ramp, die hoe lan ger hoe ernstiger lijkt te zijn geweest. Eerst zouden er maar een duizend rijm overgeble ven van de bevolking, die volkomen onge deerd zijn, een later bericht sprak zelfs van maar 80 overlevenden. "Wij nemen bier het volgende over van een telegram uit RomeEen gemeentebeambte van Avezzano, die een der weinige overlevenden uit de geteisterde stad, vertelt, dat hij op straat was, toen de schok kwam. Alles viel in stukken, terwijl een geweldige stofwolk uit de ruines opsteeg. De beambte ijlde naar huis en redde zi jn tante en haar dienst bode, en begaf zich toen naar het Torlonia- plein, waar de weinige overlevenden zich verzamelden. De ,,Messagero" zegt, dat onder de doo- den zich bevinden de onderprefect met zijn gezin, de geheele staf van de prefectuur, de burgemeester, de raadslieden, 95 a 100 sol daten (het garnizoen), alle karabiniers, vier van de zeven douanebeambten, 8 a 9 poli tiebeambten, vele geneesheeren en notabe len, onder wie de vroegere afgevaardigde Cerri. De fabrieken zijn verwoest, evenals het vermaarde kasteel der Colonnas. De en kele honderden overlevenden kampeeren om vuren op het voornaamste plein der stad. Zij schijnen voor het oogenblikhun zinnen verloren te hebben en zijn niet in staat hulp te bieden aan de slachtoffers. op do tafel, en loerde tersluiks naar den boschwachter. ..Is er op uw jachtgebied iets voorgevallen?'' „God zij dank, in mijn district niet, maar daar boven aan de Sieg heeft bloed gestroomd." „Bloed?" ..Helaas! En een man is verminkt!"' Rondom de eikenhouten tafels heer sell te doodschc stilte, de spelers legden de kaarten neer, en 't was voor den eersten keer van zijn leven dat den rooden Brenner in de herberg de pijp uitging. „Van nacht is het gebourd bij manescLija. Boven bij de Sieg kwam de bosch waohtor; en opeens knalt oen schot, en nog een. Maar op hetzelfde oogenblik is de boschwachter ach ter een witten wilg, onderzoekt, zijn geweer, en wijl hij geen kogel bij de hand heeft, neemt hij hagel, maar van den dikst on. En dadelijk knalt het in do struiken, en op de open plaats komt een kerel met twee hazen, die hij niet geschoten, maar uit de strikken gehaald heeft, -■i wie denkt ge dat liet was?" „Nu ja, wie?" „Krombeek uit Bil, die mij altoos de hei steelt!" „Waarlijk?" „Waarachtig! Hij komt dwars over een open plek, en het is heldere maneschijn. Hij keert den boschwachter half den rug toe, deze houdt zich achter den wilg, ligt bedaard aan, houdt hem scherp in liet oog. om niet te missen, daarna roept hij„balt!" En wat denkt ge, dat er gebeurd is? Do kerel keert, zich om, brengt bliksemsnel het geweer aan den schou der en .schiet op den houtvester. De gansche lading komt ter hoogte van het hoofd in den boom terecht, dat de splinters er afvliegen." „En de boschwachter?" „Deze niet mis, geeft vuur cn schiet hem beide ladingen in de beenen. De wilddief valt, de houtvester springt op hem toe, en liad hij den schurk liet geweer niet uit de hand ge rukt, ctyn zou liij beter getroffen hebben dan nocb zelfs om een woord te spreken. Zij brachten den nacht onder den blooten he mel in bittere koude door. Men hoort nog steeds uit de ruïnes hartroerende kreten om hulp. Maar ook uit vele andere plaateen komen berichten van geweldige teisteringen. De verschillende telegrammen melden daarom trent nog best volgendeDe schok werd o-a. gevoeld te Liontolanico, waar het tele graafkantoor OT.-aar lieeft geleden. Huizen werden vernield in Cineto, Romano, Dalue- tria, Zsjarolo en Finggi. In liet laatste plaatsje stortte de klokketoren in elkaar. Ook te Torre Cajetani schijnen slachtoffers gevallen te zijn. Te Fersntino en Subiaco werden huizen verwoest- Te Maranca Gaslia stortte het station, eenige huizen en de toren in elkaar. Ook hier moeten menschen zijn gedood. Te Fra ti none werden huizen beschadigd. In Filet- tino werden verschillende gebouwen ver nield, de kerk werd beschadigd, twee per- soDen werden gewond. Vooral Torricella en Rabina hadden het zwaar te verantwoor den; hier viel één doode. Ook te Auticalï en Corrado werd schade aangericht; hier moet één doode zijn. Te Ti vol i werd volgens de geruchten een man gedood. Te Morlupo richt. De Paus bevond zich op het oogen blik van de ramp in de bibliotheek, hij knielde neder, bad eenigo oogonblikken en gaf toen order om na te gaan wat er ge beurd was on inlichtingen in te winnen o\er de aangerichte schade. Aan do basiliek van St. Pieter rijn hon derd ruiten van de koepel gebroken, er is overigens geen andere schade aangericht. Alleen gingen eonige oude scheuren weer open. Een blok van de buitenste colonnade van St. Pieter is verschoven. Naar de schatting op Donderdag zijn 12,000 personen gedood, 20,000 gewond. Men vermoedt -echter, dat het er veel meer zijn. Vrijdag heeft ook de Paus het door de aardbeving beschadigde ziekenhuis Santa Marta te Rome bezoekt. Dit is iets s bijzonders; want- het wordt bijna als een i principe beschouwd, dat de Heilige Vader het Vaticaa-n niet verlaat. Een droom, die werkelijkheid kan worden. Een verlofsofficier zendt regelen de volgende JJLCM1 güMUUU. .-iut I U J 'I-* 3 I - Velletri zijn enkele huizen beschadigd, anderen stortten in. j De avond in huis een Zondag zonder zon'schijn, '1 de postbracht mij goen brief. Te Perugia werd een langdurige, hevige j lk was al hen, gedachten vloden schok gevoeld en verwekte een paniek onder Naar 't werk, huis, de bevolking. Er vielen echter geen slacht- offers. Te Canura werden drie ODeeuvolsen- ,.e droomen g naar *c zoetste vrouwtjelief. offers. Te Capura werden drie opeenvolgen- I gingen -moe ra al dat poinnjn, 1 Greep ik de pen, en schreef den droom terneer, de sterke schokken gevoeld, welke tot groote I q dM.'„(.h Tenterk.i,JM armst onder de inwoners aanleiding gaven w.j smeeken, bidden u daarom o Heer. in Castellamare di Italia werden twee schok- j ken waargenomen, ook hier geen dcoden of i Een Droom, gewonden. Te Pasjara duurde de beving Zwaait af, zwaait af', do vrede is gesloten, twintig seconden, doch richtte geen schade De trein staat klaar, nu als de wind naar huis, aan. $ot op 'fc gehakt, verorbert je beschuiten, Volgens latere berichten werden heftige °P. ë°°lt af t te lang gedragen knus. schokken gevoeld te Aguila, Chicti en Cas- j 17i - r, J'ftrteekt op t rapier, een bloem op onzen hoed. tellamare aan de Adnatische Zee, waar i Veemt afschc.,d van olkaar fcw^ieogenooten lichte beschadigingen liet gevolg waren. Te Vooruit, naar buis, o zaal ge vrede zoet. Subiaco, Caprarola en Cosa werden verschil lende huizen beschadigd; ook de kerk had ©enigszins te lijden. Ernstige schade is aangericht te Desora, waar de telegrafische gemeenschap is ver stoord. Uit Sulmoua wordt gemeld, dat het dak van de kerk te San Domenico is ingestort; vijf soldaten werden gekwetst. t,Geeft acht, geeft acht" ('Appèl, - geen doel, nog eenmaal aange treden; ;een een mankeert er j Tuigt 'fc rosiriant, st-edkt eens nog de trompet- petton, I Stijgt in, naar huis. ons land ontsprong den dans. Uit Napels wordt geseind, dat volgens Sjok, sjok, met vaart van dertig kilometer, pater Alfani, den bekende seismoloog,0 de j. Ga3t- 'b huis t06> ™°uw> kind, 't bruïd'ken O dierbaar leaid, aardschok, te ccrdcrleu naar d> -cs.i gen van de toestellen, het vreeselijkst heeft gewoed in een gebied meteen straal van ruim honderd mijlen, waarvan het centrum waar schijnlijk ligt in de provincie Potenza. Aan gezien de verbinding met Potenza is verbro ken, vreest men, dat daar eenernstige lamp heeft plaats gehad. Vreeselijke gevolgen van de aardbeving worden verder gemeld uit Adezzano, CJelano, Coslamsle en Circhio. Te Bussi zijn zes doo- den en vele gewonden. Te Ca6tel Vecchio een doode, versohillerde gewonden. Te San Cilioe, een voorstad van Ocre, vier dooden.. verschillende gekwetsten. Te Paggio en verschillende andere plaatsen zijn talrijke dooden. Troepen zijn gezonden naar de getroffen provincies. Te Sora zijn talrijke huizen in gestort-, bijna alle andere zijn onbewoon baar. De koning bracht in zijn auto een bezoek aan. Frosmore en. Avezzano, ofschoon men hem had afgeraden naar deze bijzonder ge teisterde strekoi te gaan, waar de aard schokken nog voortduren. Omtrent de schade in de hoofdstad Rome aangericht, wordt het volgonde geseind De boog van do oude Porta del Popoio is gescheurd, oen der kleine torens van het miiisterie vau financiën is ingestort, een der standbeelden van den gevel van San Gio- lianni in Laterano is neergevallen, en de koepel is beschadigd. Het standbeeld van Colonua Autoaia op de Piazza Oolonna schijnt verschoven te zijn. Ook op het Vati- kaan heeft de schok eenige schade aange- wachfc, kost'lijk land der vaad'ren, One bloed bleef ons. de zoete vrede laoht. „Stijgt uit, stijgt uit", het voorschrift over treden, Gooit, werpt, rolt, stoot, vliegt, va.lt er uit, (Ziet den majoor, rijn troep is hij vergeten) Kust, zoent, vrouw, kind, de nooit vergoten bruid. De stad berlagd, het volk begroet zijn zonen, 't Fabrieksvolk vrij, en alio scholen leeg. Geen rangen meer, slechts Holla mi sche sol- daten, slechts kind van 't land, dat vrijheid weder- kreeg. En nu aan 't werk, do vechtjas uitgetrokken, Het werkpak aan; de zeeën zijn weer vrij. Export herleeft, rookt schoorsteen dor fabrie- brieken. Werkt zwoegt, zaait, poot-, opdat de vrucht gedij. Het land is arm, en uitgeput de bronnen Helpt 'fc arme volk, geeft geld, verhoort, hun bêe Maakt Holland groot, als 't was voor d'oor logstijden Zelfs grooter nog... o, vrfo! Te velde, December 1914. D. den eersten keer. Hij vloekte als een ketter, maar het baatte hem niets. Hij ligt te Bon in de kliniek, en zooveel is zeker, dat beide beenen moeten afgezet worden." Nauwelijks heeft de houtvester dit verteld, of een hand drukt hem onaangenaam zwaar op den schouder; achter hem staat de roode Brenner, hij is bleek als een lijk en staart hem aan met glazen oogen. „Heer houtvester, is dat waar? Beide.... beide beenen?"' Nu staat de boschwachter langzaam op en kijkt den rooden Brenner zoo scherp en door dringend aan, alsof hij tot hem alleen sprak. Brennerbeide beenen! Dt> man wordteen kreupele, uit de kliniek komt hij in het tucht huis en" de zware, diepbewogen stem van den houtvester klonk Z3clit als met onderdrukt smartgevoel „hij heeft vrouw en kinderen evenals ik en als jij. Brenner!" De roode Brenner liet zich langzaam op een nabijstaanden stoel neder en keek ernstig voor zich. Nu was Krombeek een ellendig kreupele en morgea zoo was de afspraak morgen zouden zij samen strikken gaan zetten. De houtvester echter ging opgewonden voort: „Ja, zoo gaat het! De lui verluilakken de helft van hunnen tijd, de jenever wordt hun afgod, den weg naar do kerk verloeren zij, zij weten ten laatst© van God noch zijn gebod, en zijn daarbij eindelijk nog trotech op hunne slinksche wegen en maniereu. Is een wilddief niet evengoed een dief als een 3ndere? Maar het gebod dat zegt: „Gij zult niet stelen" heeft hij verleerd, en zoo de boschwachter hem be trapt, dan vergeet hij ook dat er een gebod bestaat-: „Gij zult niet doodslaan"! Dan schiet hij maar raak, net alsof do houtvester geen menscb, maar een hond was. Dat zeg ik, aan ieder die het hooren wil Brenner! wie mij in het bosch aantreft, vergete niet, dat ik voortaan niet alleen hagel, maar ook een kogel in den loop heb! Mij is hei leven eren De toestand in den reuzenstrijd. Er is in de laatste dagen zeer liardnek- dig gevochten in Noord-Frankrijk. Duit-sche zoowel Fransche berichten maken er melding lief als ieder ander. Ziet ge, B renner, dat is zwaar kaliber."' Hij legde de patroon in het bijzijn van den wilddief in het geweer, betaalde zijn gelag, floot zijn hond en verliet, het gezelschap groetend, de gelagkamer. H. De roode Brenner ging twee nachten achter oen niet naar het bosch; hij droomde thuis van strikken, die hij had gespannen, van een groo- ten reebok, die in den strop hing, en van den man, die zijn strikken vernielde. Bij dag liep hij overal rond, in.'t bosch durfde hij zich niet wagen, want daar lokien hem de strikken te sterk, en aan deze strikken zat do luizige wiud- liond, de houtvester Ras, zooals hij hem nijdig noemde. Op den koper beschouwd was de Roode Brenner beter dan waarvoor hij doorging. Tot dusver had hij er nooit aan gedacht, zijn ge weer op don boschwachter aan te leggen, als deze hem betrapte. Hij kende dc roodwangige kinderen van den boschwachter, die vaak heel vertrouwelijk met hem praatten: hij kende cn achtte ook de brave vrouw van den houtvester, en wanneer hij, zooals gansch natuurlijk was. den man zelf niet kon lijden, op. hem schie ten kon hij toch niet. Wel, de bóschwachter had hom al vaak gesnapt, de straffen werden steeds zwaarder, maar toch, op hom schieten neen!... Maar nimmer zou hij zich meer laten betrappon, het- mocht ^aan hoe het wou. Maar hoe dat aangelegd? Gansch heimelijk, gelijk een dief in den nacht, was bij hom de gedach te opgekomen, liet stroopen geheel en al te latenmaar toornig had liii ze op zij gezet. Lang zou hij het zoo niet volhouden, dat wist do roodo Brenner, hij moest naar het bosch, hij zou en hij moest!.... Was Mulders Jan er maar niet «eweest. over wien hij rich ergerde! Mulders Jan deed ook aan het stroopen, en schoot hem onder de dui ven. 'fc Was niete dan broodnijd die liem plaagde. De drommel mocht Hannes halen, van en zij komen overeen in dit opzicht, dat Duitschland in de bnnrt van Soissons, aan de Aisne, een voordeel heeft behaald. Hoe groot dit voordeel is, wordt natuurlijk van beide kanten verschillend beschouwd, maar ook uit Fransche bron wordt niet ontkend, dat de troepen van Joffre ietwat hebben moeten terugwijken en dat een aan tal krijgsgevangenen in handen der Duit schers zijn gevallen, De Franschcn wijten de schuld daarvan aan het hooge water en de regens, waardoor een aantal bmggen zijn vernield. De Duitschers zeggen, dat zij 4700 Fransche krijgers gevangen hebben genomen; volgens de berichten uit Parijs waren dat meest gewonde soldaten. Ook zouden de Duitschers niet veel nut kannen trekken van het behaalde voordeel, wegens den hinderpaal, dien de Aisne vormt, en door de maatregelen, die ;t Fransche legerbestuur heeft genomen, zoo zegt een te Parijs uitgegeven communiqué. Dat de Duitschers bij de hoogte van Crouy, zooals de juiste aanduiding luidt, eenigszins vooruitgeschoven zijn, is blijkbaar niet te loochenen, maar dat dit van eenigen inyloed zal zijn op den verderen loop van den oorlog, is niet te denken. Het bewijst wel, dat de grootste krachtinspanning der beide tegenstanders in de laatste dagen het front in Noord-Frankrijk gold. Daar. wordt blijk baar van weerskanten groote druk uitge oefend, daar is hevig, gevochten. Ook nog na het gevecht bij Crouy werd er slag ge leverd: de Franschen handhaafden zich daar toen in hun posities, doch moesten bij Yregny terugtrekken, daar hun troepen ernstig werden bedreigd. In België staat de strijd echter evenmin stil, al gaat het er niet zoo hevig toe, als de laatste weken van 'fc vorige jaar. Donderdag bijv. heer3chte er een dichte mist bij Nieuwpoort, maar desniettemin had er een zwaro kanonnade plaats. Een munitie depot der Duitschers in een hoeve bij Stuy venskerke werd door de Belgen verwoest Van het Oosterfront komen in de laatste dagen zoo goed als geen berichten. Een officieel communiqué uit Weenen spreekt van een rustig verloop in West-Galicië Russisch Polen, van onbeduidende schermutselingen in de Karpathen cn Buko- wina. De Russen zouden thans, volgens sommige berichten, een aanval op Zeven bergen (ten Oosten van Hongarije) in den zin hebben. In den Kaukasus wordt in de laatste dagen weer gevochten, bij KaraUrgan werd sedert vijf dagen door Russen en Tnrken slag geleverd. Ook Perzië is thans in den strijd betrokken; de Turken at-aan aan de zijde der Perzen om de Russen nit dit land te verdrijven: zij hebben nu Tebris en Selmas bezet en drijven de Russen terug in Asser- beidschan. Onder de berichten in dit blad zal men n groote plaats toegewezen zien aan vreeselijke aardbevingen, welke in Italië heb ben plaats gehad, welke weliswaar recht streeks met den oorlog niets te maken heb ben, maar die toch even de aandacht daarvan afwenden. De ramp herinnert- aan die van voor zes jaren, toen Messina op Sicilië werd verwoest. Volgens één bericht zouden er meer dan 25000 menschen bij omgekomen zijn en tal van plaatsen zijn geheel verwoest, met den aardbodem als gelijk gemaakt. België. In Noor Uw ést-België Een onzer correspondenten seinfc ons nit Sluis: In de richting der kusfc worden da gelijks ontploffingen gehoord. Veien den ken, dat er mijnen aan de kusfc spoelen en aldaar ontploffen. Difc is zeker wel wat over dreven, daar slechte enkele mijnen bij toe val ontploffen. Te Zeebrugge, waarover reeds zooveel werd geschreven, is, zooals een ieder weet, een heel mijnenveld in het vaarwater geankerd, onder elkander alsook met de kust verbonden. Zoo wordt een on- doorvaarbaar net gevormd om het binnen komen van de haven te verhinderen. Van een plaats aan de kust kan men, als het noodig is, enkele dezer mijnen doen ont dien rakkerAl de hazenDe beste reebokken 't was om er razend van te worden. Hij, Bren ner, sloop droefgeestig om het bosch, en Han nes zat in het neb en had goed pijpen snijden. Maar Hannes wist nog niet dat Pias een kogel op het geweer had, dat Krombeek beide bee nen werden afgezet, beide beide beenen! Eindelijk ging ring de roode Brenner weer naar de herberg de „R-oode Haan", en waar achtig daar zat hij weer de houtvester Ras, en de ongelukshond Zampa, knorde weer tegen liem, a-ls altijd. Gaarne had hij hem een flin- ken trap gegeven, dat mormel. Op liet oogen blik zat de boschwachter zoo gezelling in de gelaglcamer; hoe veilig had hij nu naar het bosch kunnen gaan, als hij dat had geweten! De roode Brenner geloofde zijn oogen niet: de houtvester gaf hem een toeken naast hem te komen zitten. Eenigszins verlegen voldeed hij aan zijn wenk. „Zet je! Hola, hospes, breng Brenner een borrel, een grootcn." Brenner wist niet wat hem overkwam. De htoutvester trakteerde hem? Daar moest zeker iets achter steken! ..Wel, Brenner, hoe staat het leven? Ik heb u lang niet meer in het bosch gezienhoe gaat hefc u?" „Slecht." In één wip was de borrel in de keelholte ver dwenen Brenner voelde zich echter niete op zijn gemak in gezelschap van Ras. ..Toe vrouw, schenk Brenner nog een borrel in; een groóten!" Brenner wist niet wat hem overkwam't was hem net alsof hij behekst- was. Hij zei niets en spuwde welktuigelijk eenige lceeren op den vloer. ..Kom, steek een sigaar op!" Brenner beet de spits er ai en spuwde liet puntje ver weg en de houtvester bood hem een lucifer aan. Nu kreeg hij het al te benauwd. Hij kon het in de met tabaksrook gevulde gelagkamer ploffen, als een vijandelijk schip rich in do buurt bevindt. Van tijd tot tijd worden ter controle van de goede inrichting dezer mij nen, verschillend© ervan tot ontploffing gebracht, dat is ook nu bet geval. Meer dan vijftig mijnen, voor Zeebrugge gelegd, wer den zoo fêdert eenigo dagen opgeblazen en aanstonds door nieuwe vervangen. De noordelijke kust is duchtig versterkt, hetgeen reeds meermalen is vermeld. Van Zeebrugge tot aan hefc Zwin is do gchpele eerst© rij duinen met loopgraven bedekt. Zelfs de huizen van Knock© tot aan Zoute zijn in even zooveel kleine fortjes veran derd; talrijke mitrailleurs en kanonnen worden in de huizen en in de duinen ge plaatst. Difc geschut bestaat meest uit ves- tinggeschut, met den datum 1877 op bet affuit, doch op enkele strategische punten zijn eenige zwaardere stukken van 15 c.M. en 36 c.M. opgesteld. Zelfs werd de ge heele Hazegras-polder met den St. Paul- dijk, zeedijk en internationalen dijk in staat van verdediging gebracht, om oeno ontsche ping langs bet Zwin en do Hondenplaafc te beletten. De bezettingstroepen van hefc zeegebied staan allen onder hefc bevel van den heer Vo» Arnim, lid van het Pruisische Hee- rtfnhuis. Zijn moeder, Engelscho van ge boorte, vertoeft te Londen en zijn zwager ia officier in het Engeische leger. Onmogelijk is de getalsterkte van de troepen, die deze posities verdedigen, op te geven. Hefc aantal wordt op ongeveer 10,000 geschat, infcusschen heeft een voort durend verkeer van troepen van en naar het front plaats. Hot groote hotel to Knocke en de naastgelegen villa's zijn allen in kazernes veranderd. Een geheel escadron doodBlcophnzarenonder het bevel van Oberleutenant Bieling. plaatselijk com mandant van Knock©, is aldaar ingekwar tierd. Onlangs werd een dame, vronw van een Engolschen officier, met hare tachtigjarige moeder, aldaar verblijvend, gevangen ge nomen. In een brief, door haar geschreven en op een koerier gevonden, had ze al de Duifcsche stellingen opgeteekend. Zij tracht te aldus haren man in te lichten. Te Brugge werd de zestigjarige heer J., een welbekend artist, en zijn zoontje van 14 jaar op grond'van een laffe aanklacht, in zijn huis gevangen genomen'; beiden rijn naar Duitecbland gezonden. Duitschland. Bajonetgever.ht. In het „Berliner Tageblatt" geeft gene raal von JetzBch eenige wenken aan de jonge soldaten, die thans te velde trekken, roet het oog op hefc bajonetgevecht. Om een handig bajonetvechter te worden, zoo zegt hij, hoorfc bij den besten aanlog van den soldaat toch nog steeds een grondige oplei ding. Het bajonetechermen is tot nog toe iu onze sportkringen niet beoefend. Op het oor logsveld in den strijd van man tegen man, speelt het echter een beslissende ro!. Nu komt hefc daarbij zooals bij iederen strijd op leTen en dood vooral aan op den vasten wil. om den tegenstander buiten gevecht te stellen. Tegen een, nog zoo ontheoretischen, maar krachtigen stoot helpt vaak zelfs de fraaiste parade niet." Voor de jonge soldaten vertelt hij nog de volgende ervaring: Als commandant van do beaottingsbrigade China, had hij gelegenheid nauwkeurig waar te nemen, wat er op hefc Rnssisch-Japansche oorlogstooneel gebeurde, vooral, omdat de Japaneezen voortdurend officieren en minde ren van hun bezefctingscorps in China uitwis selden, tegen genezende gewonden van het oorlogsierrein. Het viel nu den generaal op, dat bij allo bajonetgevechten *oor Port-Arthur het geta! der door bajonetsteken en kolfslagen gewonde Japaneezen, ongeëvenredigd veel grooter wa3 dan dat der Russen. Toen hij, tegenover een hooggeplaatst Japanseh officier daarover zijn verwondering uitsprak, temeer nog, daar mSr. bij de Japaneezen met hun beroemde Jioejit- soe-opleiding anders zou verwachten, ant woordde dezo glimlachend: Neen. onze man nen zijn betere bajonetechermors dan de Rus sen, maar ze zijn ook verstandiger dan deze. Waarom zullen ze met kolf en bajonet vech ten, als ze scherpe patronen hebben? Een schier niet uithouden. Hij blies eenige dikke rookwolken voor zich uit, en wierp den twee den borrel door hefc keelgat. „Zoo, gaat het slecht?"' „Zeer slecht!" „Waar zit 'fc hem?" „Waar hij zit? Tusschen de hooge eiken houdt hij zich od. de slungel,'' „Wie?" „Mulders Hannes. Als ik boschwachter was. kreeg ik hem nog hedenavond te pakken. Al les kan ik verdragen, maar dat de schoonste hazen zoo maar strijken gaan, kijk, dat hin dert mij." „Zoo" „Hoor eens hier. Ras, als ik in uw plaate •as, de drommel zou de wilddieven halen. Ik zou den een voor den ander wel beet krjjgen, maar Mulders Hannes is de ergste „Denkt gij?" „Dat denk ik niet. dat weet ik; ik kon dien tem slaan, zoo hindert hij mij." „Het doet me pleizier. Brenner, dat gij een hekel aan den wilddief hebtcn gij begrijpt dus, dat ik geen enkelen door de vingers zie. Als ik op het boech moet passen, dan is het min plicht ze te vatten, waar ik ze krijgen kan!" „Dat is niet meer dan uw plicht." „Ik zie, gij zïjt nog zoo dom niet, aks ge wel lijkt. Ik hoop, dat wij elkaar nooit meer in het bosch treffen Dit zeggende stond de houtvester op, betaal de al het genronkene, en liet, na een kort „Goeden Nacht!" den rooden Brenner, die gansch verbluft scheen, den tijd om over allc3 na te denken. Eindelijk schoof deze zijn sme rige pet iu den nek, en zei op profeiischen toon tot den waard „Hospes, dat heeft wat te beteekenen!" f8lot tolgl. j

Krantenbank Zeeland

De Soldatencourant. Orgaan voor Leger en Vloot | 1915 | | pagina 1