Q DE SOLiDATEKrCOUrtAN'T van Woensdag 13 Sanu&ri 2.1 S, Een windmolen, maar die nu niet dient om graan tot meel te vermalen. Heeft hij nuttiger diénst te doen Dat is er naar. Hij dient thans als observatie- en verkenningspost van een vooruitgeschoven Fransche post op het Westerfront. De molen is daarvoor natuurlijk uitstekend geschikt, en de Fransche militairen maken, zooals men ziet, van da roeden gebruik als van ladders. Deze sterke steenen molen zou het waarschijnlijk ook lang uithouden tegen een patrouilleerenden vijand. helpt mede, om anderen den mond te snoe ren of hun het juiste oordeel over den étap pe-dienst bij te brengen. Het is moeilijker, dagelijks IS,000 broe den in een étappen-bakkerij te Hethel te "bakken, te verdeden, op te laden, te trans porteeren en naar de regimenten van een leger te vervoeren, dan 's morgens een be legd broodje te eten, en daarbij op de krant te schelden, omdat er niet minstens 100,000 Russen gevangen zijn genomen. En daar- moet ook de molens niet vergeten, die moe ten draaien en die dank zij het werk van de pioniers in het gansche vijandelijke land •weer draaien. Men denke een3 aan het ver- yoer van water en steenkolen, aan het aan voeren van koren en meel, aan de onein dige reeks wagens en paarden die de trein ter beschikking moet hebben, om deze reus achtige broodvoorradcn naar do voorste li- niets en naar het laatste spoorweg-comman do te "brengen. De soldaat leeft echter niet alleen van ■brood. Al kapt hij de brandstof eenvoudig uit de bosschen, om de veldkeukens te sto ken, toch wil hij ook nog vleesch hebben, koffie moet gekookt worden, vruchten en aardappelen, rijst en gort moeten gekookt worden, om den honger te stillen. De étap pen-slagerij levert het vleesch; in kudden gaat het gerequireerde vee naar de slacht bank, en de huiden gaan naar Duitschland, om daar weer voor het leger bewerkt te wor den. In duizenden en duizenden zakken liggen de peulvruchten opgestapeld, de eene pro viand-trein volgt op den anderen en wacht er op, om leeg naar het vaderland terug te keeren. om misschien met munitie of „lebes- gahen" weer te verschijnen. Op groote hoo- pen liggen de bussen met geconserveerde levensmiddelen, in reusachtige stapels de vaten benzine en petroleum, om de vlieg- machine's en auto's in beweging te houden en om de soldaten licht te geven gedurende de lange avonden. Men moet de honderden wagens der eindelooze munitie-kolonnes ge zien. hebben, die op de stations leege hulzen afgeven, nieuwe granaten en kartetsen ont vangen, om ze naar de Saksische, Wurttem- -bergsch© of Pruisische regimenten te ver voeren. Men moet de lange treinen groote roode-kruis auto's gezien hebben, waarin balen verband-goed, manden met medicijn- flesscheu uit het étappen-depot, dat steeds maar niet leeg wordt, verdwijnen. Dan ziet men. de groote organisatorische prestatie van den étappen-dienst-. Wagens met laza ret-bedden, met matrassen, kussens en on dergoed trekken voorbij en volgen de last- auto's met gedeelten van barakken. En voor het avond wordt is op het open veld bij een Fransche provincie-stad. een nieuw lazaret ontstaan met gordijnen voor de ramen, aar dig ingericht, verwarmd, met helder witte bedden en met verplegers en verpleegsters, die met de doktoren wedijveren, om pijn en ellende te verzachten, om troost en genezing te brengen. In de étappen-stad maken de étappen- schoemnakors de schoenen van de soldaten, repareeren de étappen-zadelmakers de za dels en het tuig. Met honderden Fransche vrouwen en meisjes werken de étappen-kleer makers aan de scheuren in de uniformen door prikkeldraad en doornen, door bajonet steken of door shrapnell's veroorzaakt. De étappen-smid maakt de gebroken raderen en dissels weer heel en ten slotte zijn daar onze pioniers en spoorweg-compagnieën, die voor de electriciteits- en water-levering zor gen, vernielde bruggen over de Aisne weer herstellen, kringsporen bouwen, vliegvelden glad maken of garages voor de ontelbare auto's bouwen. En het zou ondankbaar zijn, aldus besluit de schrijver van het artikel, wanneer wij jiiet aan de veldpost dachten. Wie wel eens de honderden postzakken gezien heeft, wel ke uit het gebied van een leger naar Rethel te zamen komen, wie de stapels pakjes ge zien heeft, zooab op de Kerstmis, toen een regiment 9000 pakjes ontving, terwijl een compagnie 2000 brieven en „liebesgaben" kree^, of toen een onderofficier op één dag J37 brieven voor zich alleen kreeg, die zai rijn schrijflust wat beperken. En hij houdt niet zijn mond, als er over misstanden in ..de veldpost gesproken wordt,, maar Mi ver dedigt de veldpost, want zij heeft omnen- scheiijk veel te doen en doet dat, ook al is zij „maar van de étappe''.. Engeland. Ontginning door krijgsgevangenen. Het bestuur van het Eng. district Gifhom heeft het voorbeeld gevolgd van het dist-riet Fallingbostel, en besloten de krijgsgevange nen voor ontginning van veengronden te ge bruiken. Het distiictsbestuur heeft te dien einde bij Hestermoor een terrein van 1260 morgen aangekocht, dat op het oogenblik nog volkomen onontgonnen is. Het bestaat uit 300 morgen lichten zandgrond en 960 morgen veen. De waarnemende bevelhebber van het 10e legerkorps heeft op verzoek 500 gevangenen beschikbaar gesteld voor heb ontginningswerk., Frankrij k. Op het WesteSijk ooriogsterrem. PARIJS. In Champagne van Reims tot /Argonne heeft onze artillerie met groot succes de Duitscho loopgraven beschoten. De stellingen, die wij te Perthes hebben veroverd, zijn door ons ingericht. Een tegenaanval der Duïtschers ten wes ten van Perthes is afgeslagen. Aan de grens van de hoeve Beau Séjour hebben wij eeu dubbel succes behaald: wij hebbea terrein gewonnen aan de westzijde en een verschansing gen-omen aan de noord zijde. Onze artillerie heeft een aanval afgesla gen bij het bosch van Apremont en even eens aanvallen in de Vogezen, Waltwillcr en Thann, PARIJS. (Communiqué). In den afge- loopen nacht werden twee tegenaanvallen der Duitechers, één ten noorden van Per thes en één ten noorden van Beau Séjour afgeslagen. In Argonne mislukten twee kleine vijan delijke aanvallen, één te Fountaine-Madame en één te St. Hubert. BERLIJN. (Officieel bericht uit het Groote Hoofdkwartier.) Het slechte weder duurde ook Zaterdag nog voort. De Leie is op eenige punten tot een breedte van 800 M. buiten hare oevers ge treden. Pogingen van den vijand om ons uit on ze stellingen in de duinen bij Nienwpoort te verdringen mislukten. Ten noordwesten van Soissons hervat ten de Franschen hunne aanvallenzij werden gisteren, met groote verliezen aan hun zijde, teruggeslagen. Meer dan 100 ge vangenen vielen in onze handen. Heden is het gevecht in die streek opnieuw begon nen. Ten westen en ten oosten van Perthes (ten noordoosten van het kamp van Cha lons) deden de Franschen opnieuw hevige aanvallen. Zij werden echter afgeslagen en leden zware verliezen. Wij maakten 150 man krijgsgevangen. In .Argonne wonnen wij opnieuw terrein. Hier en in de streek van Apremont (ten noorden van Toul) duren de gevechten voort. In den nacht van 8 dezer poogden de Franschen nogmaals het dorp Buvnhaupt te veroverenhun poging mislukte echter totaal. Onze troepen hamen nog 230 Fran schen gevangen en maakten een machine geweer buit, zoodat bij Burnhaupt in het geheel 420 manschappen en twee officieren krijgsgevangen werden gemaakt. Do Franschen hebben blijkbaar ook hier zware verliezen geleden. Een groote menig te dooden en gewonden ligt voor het front en in de aangrenzende bosschen. In den Boven-Elzas hebben slechte wei nig beteekenende gevechten plaats gehad. Omstreeks middernacht sloegen onze troe pen bij Nieder-Aspach een aanva-l der Fran schen af. De zoon van Viviani gesneuveld. PARIJS. Minister-president Viviani heeft de officieele mededceling ont vangen, dat aïi1* jongste zoon, die diende bij de infanterie, op 22 Aug. bij Cussigny (Meurbhe et Moselle) bij een aan val op -de Duitsche loopgraven is gesneu veld. De dood van Bruno Garibaldi. In een brief van een der Garibaldiaan- sche soldaten in de „Corriere della Sera" wordt een beschrijving gegeven yan het sneuvelen van Bruuo Garibaldi. Garibaldi, zich hoog oprichtende, gaf het sein tot den aanval: Voorwaarts, jongens, wij zijn zonen van Italië voor waarts voor Frankrijk!'" En onder het schetteren van de trompetten, die den ■stormaanval bliezen en den kreet: „Leve Garibaldi", ging het met gevelde bajonet op de Duitschers in, terwijl Peppino Gari baldi met zijn rijzweep de richting aan wees. Toen Constant en Bruno Garibaldi, die bij het bataljon in reserve waren, tot den aanval hoorden blazen, begaven ze zich in den looppas naar voren. Zij snelden over een open terrenstrook en waren reeds de laatste Fransche loopgraven voorbij, toen Bruno Garjbaldi, aan het hoofd van zijn sectie, in den arm werd gewond. Snel legt hij een noodverband aan, grijpt het ge weer en eenige patronen van een gewonde en snelt weer voorwaarts. Nog treffen hem twee kogels in de linkerzij, zoodat hij onder een boom ter aarde stort. Soldaten, die hem willen wegdragen, gelast hij hem te laten waar hij is, en zelf aan te vallen. Nn het gevecht bracht de jongste broer, Ezio, aan Peppino en Ricciotti Garibaldi de tijding van den dood van Bruno. Men beproefde den volgenden morgen de plaats, waar de gesneuvelde lag, te naderen, maar dit bleek door het vijandelijk vuur onmogelijk. Toen werd besloten onder be scherming van de duisternis, zich al gra vende een weg te hanen. Dit gelukte, en hoewel de Duitschers op het laatste oogen blik toch onraad schenen te bespeuren en vuur gaven, wisten een officier en een sergeant het lijk weg te voeren. Bij de plechtige teraardebestelling van het lijk van den 26-jarigen Bruno Gari baldi, sprak de Fransche generaal Gourand, zich richtende tot kolonel Ricciotti Gari baldi: „Kolonel, waarom zijt gij en ui uw brpers en uw tweeduizend vrijwilligers hier? Omdat gij de afstammelingen zijt van den held van den Italiaanschen ©naf- hankelijkheidskrijg, die in 1870 zijn degen ter beschikking van het aangevallen Frank rijk stelde; omdat gij de zoon zijt van ge neraal Ricciotti Garibaldi, die 44 jaar ge leden bij Dijon een. Duitsch vaandel ver overde. Deze dapperen hebt gij nagevolgd, volgens de edele traditie van uw familie. Hoewel in leed gedompeld, zullen uw ouders toch fier zijn op den schoonen dood van Bruno, die nieuwen luister aan uw roem- vollen naam heeft toegevoegd. Bruno Garibaldi, Trompetta, Roberto en gij allen, Italiaansche en Fransche solda ten, die thans rusten op het veld van eer, gij zult niet worden vergeten. Wij zullen u wreken." De lichting 1916 m Frankrijk. In geheel Frankrijk hebben de keurings raden hun werk begonnen. De keuring van de lichting 1916 moet uiterlijk 27 Fe bruari zijn afgeloopen, zoodat de dienst plichtigen zoo noodig 20 Maart kunnen worden ingelijfd. De leden van de kau- ringsraden hebben zeer strenge voorschrif ten ontvangen. De bedoeling is, uitslui tend degenen voor den dienst aan te wijzen, die in staat geacht worden de zware ver moeienissen van het leven te velde te door staan. Met het oog op den jeugdigen, leeftijd van de ingeschrevenen voor de lichting 1916 moet scherpe selectie worden toege past op den grondslag van de keurings- eischen voor vrijwilligers. Bet verhaal van den ooggetuige. LONDEN. Aan het verhaal van den oog getuige bij het Fransche leger worden nog de volgende bijzonderheden ontleend: Op 20 December trokken wij Steinbach binnen, na een gevecht om iedere straat en ieder huis. In den avond hadden wij het halve dorp in bezit. Op 31 December en 1 Januari werd de vijand naar het oostelijk deel van het dotp gedreven. Hij verloor toen drie rijen huizen; in ieder huis vonden wij dooden. Onze artillerie, die de infanterie steunde, bracht den vijand hevige verliezen toe, en dit stelde ons in staat onze gewon nen posities to handhaven. Onze jagers stormden vooruit, door de vlammen der brandende huizen en door het vuur der Duitsche machinegeweren. Op 3 Januari namen wij de kerk en het kerkhof. Westelijk van Cernay (Sennheim) groe ven de troepen loopgraven op den heuvel 425. In den nacht van 3 Januari deden de Duitschers, woedend over ons voortdurend vooruitrukken, twee wanhopige tegenaan vallen. Zij namen de hoogte 425 en dreven ons terug tot onze oorspronkelijke loop graven. Zij herwonnen ook het kerkhof en de kerk van Steinbach. Zonder het aanbreken van den dag af te wachten. hernieuwden onze troepen den aanval, en voordat de morgen daagde, waren wij weder in het bezit van Steinbach en van de hoogte 425, waarvan wij den vij and hadden verdreven. Des avonds waren wij in het bezit van het geheele dorp en be gonnen wij don opmarsch in noord-ooste lijke en zuidwestelijke richting. Wij won nen ook grond aan den weg van Thann naar Cernay. De Duitsche nederlaag was volkomen. Het gedrag onzer troepen op die dagen was heldhaftig. Sedert 26 December hadden wij geen Zep pelin gezien, terwijl de stations Chateau- Salions, Remilly, Arnaville, Thiaucourt en Heuvicourt bij verschillende gelegenheden gebombardeerd werden. Ec-n Duitsche aeroplane, die in de rich ting van Parijs vloog, werd tegengehouden en teruggedreven. In den nacht van Kerstdag werden twee Fransche aviateurs, wier machine defect was, door een Duitscher gevangen geno men. De brief van hen, die door do Duit schers te Duinkerken werd neergeworpen, zegt ,,De nacht was zeer helder en ondanks den sterken wind gingen de aviateurs om 7 uur in den avond op. Zij passeerden de vijandelijke linies op een hoogte van 16,000 meters. Toen zij een met volle lichten rij dende auto zagen, wierpen, zij bommen daarop. Bij de eerste bom werden alle lich ten gebluscht. Bij het terugkeeren van bun tocht wérden de aviateuns vervolgd door zoeklichten, en werden ook bommen op hen afgeschoten, doch de aviateurs bleven op groote hoogte en ontkwamen. „Ter hoogte van 2400 meter kreeg de machine een defect, wij poogden terug te gaan, maar de machine weigerde te werken. Wij konden Yperen zien liggen, maar ons toestel bleef vallen. Met woe-de in bet hart waren we verplicht te landen. Bij onze neer daling bleven de kanonnen Op ons vuren en de aeroplane schommelde op de luchtgolven door de barstende granaten veroorzaakt. Ook de infanterie vuurde op ons, maar we kwamen veilig op den grond. Onmiddellijk poogden we ons toestel te verbranden, maar we slaagden hierin niet, omdat de Duitsche soldaten naderden en dreigden op ons te schieten. Bovendien wilde de benzin© niet branden. Ten slotte vuurde mijn metgezel een geweerschot af op het reservoir, en een regen van kogels daalde nu in onze richting neer. Ilc slaagde er eindelijk in de benzine met mijn laatsten 'lucifer aan te steken. Ik begrijp nog niet hoe we ontkwamen, want van dichtbij werd op ons geschoten."- Rusland. Op het Qosfeiijk oorlogsterrein. PETERSBURG. De Groote Generale Staf bericht: Op den linkeroever van de Weichsel werden slechts eenige op zich zelf staande gevechten tegen de Duitschers ge leverd. In den nacht van 8 op 9 Januari en de i daarop volgenden dag deden de Duitschers vier «achtereenvolgende aanvallen op het i gedeelte van onze linie benoorden het dorp j Soukha. Al deze aanvallen werden afge- u slagen. Bij de hoeve Daloyaska viel een kleine Russische afdeeling plotseling de Duitschers aan, die onze linie poogden te naderen door middel van sappen. Wij be stookten hen met handgranaten, wierpen hen terug en vernielden hunne loopgraven, In de buurt van de hoeve Mogely gelukte het ons een gedeelte der Duitsche loopgra ven te nemen en ons daar te versterken. Aan het Oostenrijksche front kwam geen belangrijke wijziging. Onze aanvallen wer den met succes bekroond. De Oostenrijkers trokken zich overal terug uit de aangevallen districten. Ook hebben wij krijgsgevangenen ge maakt. 'W KEN-EN. De algemeene toestand is niet veranderd. Ten zuiden van de Weichsel beschoten de Russen onze stellingen gisteren zonder eenig succes. Zij richtten hun vuur voornamelijk PETROGRAD. De Generale Staf van het Kaukasus-leger bericht: De Tur ken zijn, naar het schijnt, om den pijnlijken toestand van 'liet 10 leger corps, welles overschot zich met spoed terug trekt uit Sarykamysj, te bemantelen, ovei-- gegaan tot een krachtigen aanval in de om streken van Karaourgan. Aan de andere fronten is niets veranderd. PETERSBURG. De Beurscour ant" verneemt uit Tiflis, dat aldaar Iskhan pasja, bevelhebber van het negen-de Turksche legerkorps, vier divisiegeneraals en andere krijgsgevangen gemaakte officieren zijn aan gekomen In een interview schreef Iskhan pasja de nederlaag hoofdzakelijk toe aan den invloed van de slechte weersgesteldheid, waaronder het eerste gedeelte van het legerkorps met den staf Sarykamiesj bereikte. Slechts zes duizend Russen met artillerie hielden de pas bezet. De Turken, die beschikten over twaalf mitrailleurs en twaalf stukken berg- geschut, deden zes nachtelijke aanvallen, te vergeefs beproevende door te breken. De meeste kanonniers werden gedood en de ka nonnen onbruikbaar gemaakt. Iskhan pasja gaf zich over, toen hij nog slechts over 300 inan beschikte. Onder de gevangenen bevinden zich verschillende offi cieren. De Turken vertellen, dat men hun bij hot verlaten van Erzeroem had meegedoel-dj dat Batoem en Koetais in handen van de Tur ken waren en dat de geheele Kaukasus in opstand was. Een ander telegram zegt, dat de Turken Erzeroem verlieten, voorzien van een uit- nemenden trein, zware artillerie, houwit sers en mortieren, doclj. dat al dit geschut onderweg bleef steken. Het lichte geschut werd op kameelen vervoerd. De Russische artillerie had geweldig huis gehouden onder den vijand. Servië. Servië aan d,e Adriatische Zee. PARIJS. De correspondent van de Temps" te Milaan verneemt uit goed in gelichte bron, dat een overeenkomst is aan gegaan tusschen Italië en Servië, waarbij aan Servië een uitgang wordt verzekerd aan de Adriatische Zee. Italië. Italië en Oostenrijk. LONDEN. Uit Milaan wordt gemeld, dat Oostenrijk een nota aan Italië zond, Ook de buitenlandsche legers, die in 't gevecht zijn, hebben hun Soldaten- couranten, die in 't buitenland meestal don naam legercourauten dragen. Voorzoover dat kan, ontvangen zij hun dagblad geregeld, maar natuurlijk kan dat niet altijd. Tegenwoordig gaat dat op het Westerfront, waar de troepen vastliggen, nog al, maar op het Oostelijk terrein is natuurlijk van een geregelde bezorging geen sprake. We zien hier Fransche soldaten aan het front verdiept in de lectuur van hun blad, dat zoo pas door de veldpost is aangebracht. op de door ons bezette hoogte ten noordoos ten van ZahLiczyn. Ten noorden van de Weichsel hadden hier en daar hevige artillerie-gevechten plaats. Een poging van den vijand om met een weinig talrijke troepenmacht over de Nida te trekken mislukte. In de Karpaten is het rustig. Twee verkemiingsdetachementen van den vijand, die zich in de Boekowina te dicht T>ij onzo voorpostenlinio waagden, werden door geschut- en macbinegoweervuur uiteen- BOE-DAPEST. De correspondent van de „Az. Est", Franz Molnar, meldt uit het hoofdkwartier Men merkt hier op, dat steeds meer Rus sische soldaten, door eigen mitrailleurs ge wond, of wel met gebonden handen en voe ten worden aangevoerd. Vooral is dit het geval voor Przemysl, waar tijdens de eerste belegering vele duizenden bij do stormaan vallen gedood werden. Gevangen Russen zeggen, dat de vreeselijkste 'verhalen in om loop zijn o^er do werking van de 30,5 c.M.- mortieren en -de mijnen. Algemeen is men ervan overtuigd, dat wie gecommandeerd wordt voor een stormaanval, een zekeren dood te gemoet gaat. Daarom hebben ge heele troepen gehoorzaamheid geweigerd, met hot gevolg, dat zij naar Lemberg zijn overgebracht. BERLIJN. Het weder is uog niet ver beterd- Weinig beteokenende aanvallen der Russen ten zuiden van de Mlawa werden afgeslagen. Turkije- Rusland en Turkije. LONDEN. Uit Petersburg wordt aan de „Times" gemeld, dat de militaire mede werker van de „Roeeskoje Slowo" ver klaart: De nederlaag van de Turken in de Kaukakus is nog belangrijker dan de over winning bij Sedan in 1870. De Russen ston den tegenover een overmachtige troepen macht xn streng winterweder, op een hoog te van 8000 voet. De Turken boden elf da gen lang met heldhaftige hardnekkhrimir weerstand* om te prote6fceeren tegen de occupatie van Valona door Italië. Italië heeft daaroj in f li nice, krachtige bewoordingen geantwoord. De uitwisseling van krijgsgevangenen. ROME. Er zijn onderhandelingen be gonnen over de benoeming door de oorlog voerenden van gedelegeerden, die met den Heiligen Stoel de détails van de uitwisse ling van krijgsgevangenen zullen bespreken. Albanië. De toestand. LONDEN. Aan de Giornale d'Italia wordt uit Bari bericht: Het oproer breidt zich uit over geheel Midden- Albanië van an Giovianni di Medua tot Voiussa. To San Giovanni hebben de Mohamedanen ondanks den wapenstilstand de vijandelijkheden hervat en beletten zij over de Bojana den overtocht van goederen, bostemd voor Montenegro. Do Italiaansche regeering hoeft, om den toestand te leeren kennen, het schip „Piëmonto" na-ar San Giovanni gezonden. Zuid-Af rika. De Afrikaners en de rebellen. Nog altijd blijken de Eugelschen, zelfs zij die in Zuid-Afrilca gevestigd zijn, een slecht inzicht te hebben in het karaktei* der Afrikaners. Dat toont een stukje van „Afrikaner" in de „Volkstem" uit Grey- lingstad, waarin deze zegt Met ontzetting las ik gister in do koeranten de dood van Gcnl. Bevers. Sommige korrespon- denten van engolso koeranten spreken ervan dat zijn dood zoveel „satisfaction" gaf, vooral aan de loyal Dutch". Ik ben 'n hartelilce on dersteuner van de Regering en gelieel-on-al tegen de rebellie gekant, maar ik kan niet zeg gen dab ik enige sat-isfaktio gevoel over zo'n vcrschrikkelik uiteinde. Bij zulk 'n gebeurtenis denkt men dikwels aan 't „vroeger". Ja, wat was de overledene niet vroeger? Mot enkele uitzonderingen na, was er geen van do leids lieden van .ons volk die zoveel rcspelct, zoveel trots, zoveel vertrouwen inboezemde als Genl. Ueyers. Indien bij nu gestorven was als 'n die naar der Regering zouden sommigen <Iio nu in do engelse koeranten schrijven, 't verleden van de Geul. opgehemeld hebben, zodat 't moei lik zou geweest zijn te donken dat ze uog lof- tuigingen zouden over hebben voor de volgende voornamo'-' die kwam te sterven. Nu is 't slechts (bij sommigen tenminste): „mali prin- cipii malus finis". Bijna geen verdiensten wor den erkend in het vroegere, leven van do dode. Ik verkeer veel met Engelsen; ik heb vele •Tienden onder hen en ik ben 'n tegenstander van alles dat rasse-haat verwekt, doch 't doen mij pijn. wanneer men do Afrikaners voorstelt als blijdschap gevoelende over 't uiteinde van Gcnl. Beyers. Kan ilc blijdschap gevoelen wan neer, op zulk een vreeseliko wjjze, de man te sterven komt, die eenmaal de trots van ons volk was, doch om 'n overdreven ideaal zichzelf en 'n deel van z'n volk in 't ongeluk gedom peld heeft?.... Dat toont ook een uitlating in een brief van een kapitein der „South African Rifles" gepubliceerd in d© „Times" en waarin het lieétal onze mannen Melden zich kranig, Britten zoowel als Hollanders waarlijk niemand was stoutmoediger dan de jonge Boeren; zij haakten naar den strijd en waren zeer teleurgesteld als ©en rebel zich overgaf voordat ze hadden kuunen schieten". Die jonge Boeren, zoo begeer Ig om op hun landgenooten, vaak bloedverwan ten te schieten, zullen wel in de verbeelding van den Engelscben officier bestaan. Uit de artikelen in de Zuid-Afribaansche bla den. zooals de Volkstem", die volkomen op de hand der regeering zijn, blijkt toch ook dat men de saamhoorigheid met de re bellen daarom toch niet vergpet —zooals ook blijkt uit het schrijven van onzen corres pondent in het Ochtendblad. Het volgen de stnlcjo uit de „Volkstem" geeft daarvan ook een juister denkbeeld Toen, na 't mislukken van de Ja meson-inval, Cecil Rhodes te Londen als 'n soort van be schuldigde voor de onderzoeks-kommissie van 't Lagerhuis verscheen, woonde de toenmalige Prins van Wales later Koning Erluard een der zittingen bij en ging uit z'n pad door ten overstaan van alle aanwezigen aan Rhodes <1(P hand te reiken en diensvolgens 't prestige van de aangeklaagde te verzekeren. Dit insi- dent valt ons te binnen, nu we in sommige bladen aanmerkingen lezen op de klein© oplet tendheden, waarmee do officieren, die Genl. de Wet na z'n gevangen-neming begeleidden, de rebelle-hoofdman hadden omringd. We geloven niet dat de personen, die tans in de pers aan dringen op behandeling van Genl. de Wet als ware bij 'n minderwaardige lcriminelo misdadi ger, van nature biezondcr hardvochtig zijn; we kunnen zelfs die pressie tot gestrengheid goed genoeg verklaren uit drijfveren van gekrenkt rechts-gevoel, dat zo menig onzer bevangen houdt. Toch - waarschuwen we 't publiek om 't geval met Genl. De Wet -met omzichtigheid te manipulerenen ivo hebben op prijs gestela dat, met 'n enkele uitzondering, onzo engelse kollega's op zo dedikate wijze de in-hechtenis- neming van de rebellie-hoofdman hebben be handeld. Genl. de Wet was 'n nationale held; en dat hij tans, tengevolge van ziekelik fana tisme, te Johbg. in 't foi-t zit opgesloten, is voor duizenden in den lande 'n pijnlike en be schamende gebeurtenis. Laat dan ook nieman-j aanstoot nemen san do tederheid, waarmee z'n oude wapenbroeders en z'n vroegero bewon deraars de gevangen Genl. do Wet wensen om ringd te zien. De zwavo arm der justitie drukt alreeds zwaar genoeg op 't grijze hoofd van de Vrijstater. Waarom hem de nauw zichtbare nuances van respokt to misgunnen, waarmee 't droeve lot van Christiaan do Wet wellicht 'n beetje kan worden verzacht! OP ZJE. Verkoop van buitgemaakte schepen. Dezer dagen zijn te Londen weder twee buitgemaakte vijandelijke schepen verkocht: de „Caracas" van 503 ton, in 1912 in Ne derland gebouwd (onder -den naam Ne-ther- tön voor Engelsche rekening, maar later aan een Ha-mburgsche firma verkocht) en do „Wilbelin Behrens". Het eerste schip, ge kocht door een Noorsche reederij, bracht 4950 p. st. op, het tweede ll,550p. st. 3n ©en duikboot. Aan een brief van oen lid der bemanning in een onderzeeër, medegedeeld in de Duit sche „Kriegschronik", ontleenen wij: „Lieve moeder! Goddank zijn we woor hier, vier dagen niet uit do kleoron, niet gewae- schen, nauwelijks gegeten en tocli net zoo zeo- ziek aJs op den eersten dag en weer geen resultaat. Dat is toch om over boord te sprin gen. Men jakkert zich af, wordt heelemaal nerveus en de Engelschen zijn nooit daar, waar •men zelf zit, ook al klopt men cfo geheele Noordzee af. Godurendo de nachten hebben wij steeds eenige uren lang op meter diepte op den grond gelegen, opdat wij tenminste een oogenblik op een oor konden liggen. Den laat sten nacht hebben wij wegens den zwaren zee gang op meter gelegen, tot wij na ongeveer 6 uur wel moosten opduiken, omdat bij den grooton waterdruk op deze diepte een buis in elkaar gedrukt was als een oonsorvenblikje. Dat gaf zulk een knal in de boot, dat wij uit onze kooien opsprongen en direct dachten, of wij wel weer konden ontsnappen? Het waren toch bange oogonblikken vóórdat wij wisten, wat er aan de band was, hoewel wij het wel drie dagen hadden kunnen uithouden, als wij niet weer losgekomen waren. Maar ilc kan mij toch niet voorstéllen, dat dit aangenaam kan zijn. Wij zijn nu binnen, om een dag te repa reeren en do torpedo's in oi'de to brengen; dan gaan wo er weer op los. Het weer is sedert vandaag veel beter geworden en ik hoop raa-f.r, dat het zoo blijft, tenminste oen paar dagen. Bij stormweer is het varen ter zee allemachtig beroerd op zulk oen kleinen notcdop. Uw brief trof ik vandaag bij a-ankomst aan. Hartelijk dank daarvoor. Hot heeft geen zin het eon of ander te sturen, omdat wij voldoende van alles voorzien zijn en er ook geen gebrek aan good voedsel hcerscht. Ik wilde jelui reeds twee levende kreeften sturen maar de post wilde niet- Gij ziet daaruit wel, dat w:, bier als vor sten leven. Een pond kreeft kost hier maar M. 1.20. Dat Portugal ons den oorlog wil ver klaren vind ik erg fatsoenlijk van die lui, want ze hebben nog heel goede koloniën. Be geloof bijna, dat go u te veel zorgen over ons maakt. Gaat bet bij ons niet naar wcnscli, dan gaan wij maar eenvoudig op den grond liggen, en dan kunnen die kerels daar boven op het water zoelcen zooveel zo willen. Zoolang men niet overvallen wordt bij nevel, of een machine- defect heeft, is alles in do beste orde. Dat wil zeggen, zoolang men niet tegen zeemijnen op tornt." D© Eiragelschie onderzeebooiön. Van alle maritiem© vraagstukken trekt het meest de aandacht dat van d© onder zee-bootenOmtrent de Engelsche onder zeeërs vinden wij in d© „Sachsisch© St-aats- zeitung" een beschouwing, waaraan wij het volgend© ontleenen Ten gevolge van het zinken van verscheidene booten der A-klasse, rees eerst eenige twijfel of men wel op deïi goeden weg was. Intusschen staat vast, dat Engeland bij het uitbreken van den oorlog betfgrootste aantal, onderzeeërs had, n.l. 83 (waarvan 13, di© nog in aanbouw waren). Engeland is eerst laat met den bouw van onclcrzeebooten begonnen, en wel in 1900, toen Frankrijk er reeds 14 bezat. Do eerste (booten „H 1'-' tot „H 5" werden naar het

Krantenbank Zeeland

De Soldatencourant. Orgaan voor Leger en Vloot | 1915 | | pagina 2