Legerzaken.
Co r res pon d e n t i e.
Uit Leper en Vloot.
IDE! SOLD ATETCCOUR ATNTT van Woensdag 6 Januari 1915
3
ten en 9000 pakken met lectuur, spelen, siga
ren, tabak onz. verzonden.
Wil zij dit omvangrijke werk blijven volhou
den, dan is voortdurende steun hoog noodig.
weshalve een beroep wordt gedaan op iedor,
dio een blijk van sympathie wil geven aan
onze militairen bij hot vervullen van hun
plicht aan de grenzen om aan het hoofdbestuur
(Stationsweg 89, Den Haag of aan de afdoe-
lingsbesturen) hetzij geld, hetzij tabak, siga
ren, spelen, lectuur, muziekinstrumenten, enz,
enz. toe te zenden.
Militair bericht.
Herhaaldelijk wordt in den laatsten tijd in
do |ers do dandacht gevestigd op de aanwezig
heid van w e g w ij z o r s op r+rschillende pun
ten, tirrrtjl de A. N. W. B. de zijne heeft doen
wegnemen. Men kan echter ten dien aanzien
volkomen gerust zijn, daar de aandacht van
do legerautoriteiten op de zaak is gevestigd;
hot wordt onnoodig geacht onder de tegen
woordige omstandigheden alle wegwijzers te
verwijderen.
Nederlandsche verpleegsters in
Oostenrijk.
Zaterdagmorgen zijn de zusters M. Verwey
Me jan, C. Sasburg, L. D. J. Koning, J.
Mincke. M. Mercs, M. M. Ladner en M. C.
Kist van hier naar Berlijn vertrokken, om mor
gen de reis naar Wecnen voort te zetten. Zij
zuLlen werkzaam zijn aan een groot hospitaal
van 1800 bedden in Bohcmen. Het hoofdbe
stuur van Nosokomos, de vakvereeniging van
verplegendcn, en een grooto schare vrienden
waren aan het station om den vertrekkenden
uitgeleide te doen.
De Oostenrijkscho regeering had zich by het
vertrek aan het station doen vertegenwoordi
gen door den consul-generaal.
Verwarmmgsgordels.
Men bericht ons uit Haarlem:
In een schrijven namens de Koningin aan
het Comité tot opwekking van de Nederland
sche vrouwen tot het vervaardigen van ver
warmingsgordels voor de te velde liggende sol
daten, betuigt H. M. haar groot© waardoering
voor het streven van het Comité in het belang
der militairen.
Het aantal ingekomen gordels van de ver
schillende Comités is thans zoo groot, dat het
Haarlemsche Comité, onder dankbetuiging aan
allo modewerksters, voorloopig zijn arbeid zal
staken. Op aanvrage zullen kleedingstukken
verstrekt worden. Allo afgewerkte goederen,
ook sokken, mutsen, enz., kunnen nog steeds
ingezonden worden.
Uit de Staatscourant.
Bij K. B. is benoemd bij het res.-personeel
der landm., bij het pers. van den geneesk.
dienst, tot res.-off. van gez. 2e 3d-, de heer
W. H. van der Tak, arts.
Bij Iv. B. zijn met ing. van 1 Jan. op
nieuw voor den tijd van drie maanden be
noemd: tot keurmeester bij de Centr. mag. van
mil. kleeding en uitr. E. J. Ni er mans, en
tot keurmeester-technoloog bij de centr. mag.
van mil. kleeding en uitr., A. ten Brug-
gencato, beiden thans tijdelijk als zoodanig
werkzaam.
Toelatingsexamen tot do Hoogere Krijgsschool
in 1915.
Ter kennis van belanghebenden wordt ge
bracht, dat in dit jaar voor toelating tot do
Hoogere Krijgsschool geen plaatsen worden
opengesteld en dat mitsdien, in verband daar
mede, in 1915 geen toelatingsexamen tot ver-
meldo inrichting zal worden gehouden.
(„St.-Ct.")
Korp. v. S. Dongen. Voor ons blad onge
schikt. Red.
A., Fort Westoever. Adres van bedoelden
milicien is Rott-umeroog. Red.
Theo. Boekbesprekingen schrijven we zelf.
Van anderen nemen wij ze niet op. Het adres
van hot weekblad ..De Auto" is uitgever J. A.
Boom, Gedempte Oude Gracht, Haarlem. ReII.
Korp. A. Z., Dongen. Ongeschikt en wij -zit
ten bij de verschijning reeds te ver in het nieu
we jaar. Red.
T. H. J. H., Korp., Amsterdam. Wend u tot
Gebr. Binger, Warmoesstraat, Amsterdam.
Red.
Aan onze Vrienden.
Ter gelegenheid van de jaarswïssoling ont
vingen wij een groot aantal gelukwenschen
van lezers uit leger en vloot. Wij kunnen
niot allen een persoonlijk antwoord zenden on
betuigen derhalve langs dezen weg onzen dank
en erkentelijkheid, voor de ten opzichte van
de redactie geuite wenschen.
Zorgt voor goede Verzending
Nogmaals zien wij ons genoodzaakt te waar
schuwen, dat tal van brieven, ons uit leger en
vloot toegezonden, door onvoldoende verzor
ging van den afzender niet in onze handen
komen.
Telkens biedt de post ons met port belaste
stukken aan, die evenwel steeds door ons wor
den geweigerd, aangezien „De Soldatencou-
rant" geen voortdurende portbetalingen voor
hare rekening kan nemen. Zij, die van hun
inzending in „De Soldatenoourant" dus niet
gemerkt hebben of op hunne eventueele vra
gen geen antwoord ontvingen, moeten derhalve
rekening houden met de mogelijkheid, dat hun
stukjes niet in ons bezit zijn geraakt.
Wio dus zekerheid wil hebben, dat zijn brie
ven door de post aan „De Soldatenoourant"
worden afgeleverd, drage nauwkeurig zorg aan
de voorschriften van adresseering en van het
gewicht der stukken tc voldoen.
Muziek voor militairen.
Res. kapitein Wijnoldy Daniels schrijft ons:
Bij het Landweer Infanterie Depót te Am
sterdam zijn velen, die door ziekte of onge
steldheid tijdelijk geen dienst, of slechts lich
ten dienst kunnen verrichten, en wie de dag
daardoor vaak lang valt, vooral bij ongunstige
weersgesteldheid.
Ten einde hun eonigo aangename verpoozing
te verschaffen was do heer G. A. Goldsohme-
ding, te Amsterdam zoo vriendelijk kosteloos
een pianino in bruikleen af to staan, terwijl
de firma Alsbach 2en Doyer aldaar muziek
schonk voor piano en zang.
De pianino is reeds dankbaar ontvangen en
ingewijd en onder de mannen van hot Depót
zal nu worden opgericht een dubbelkwartet,
dat menig aangenaam uurtje zal weten te ver
schaffen in deze donkero sombere dagen in het
kwartier, voor menigeen zoo ver van huis en.
haard gelegen.
Uit Hulsduinen, Stolling Don Helder.
Res. Ie luitenant Adrian schrijft ons:
In navolging van zoo velen, die in de „Solda
tenoourant" d.d. 1 Januari 1915 verslag doen
van feestavondjes, don soldaten bereid, voel ik
mij gedrongen eens te vertollen hoe eigenaar
dig onze mansohappon hun Oudejaarsavond
hebben doorgebracht.
Om te bogmen zij opgemerkt, dat onze mak
kers van do „Veldstelling" hier niet verwend
zijn met veel en velerlei ontspanning. De voor
naamste oorzaak hiervan zal wel zijn het totaal
gemis aan eenige lokaliteit, waar een eenigs-
zins talrijk gezelschap veroenigd kan worden.
Bovendien sloegen de sporadisch gehouden le
zingen in den regel niet in, daar deze zich
meestal bepaalden tot het- voorlezen van een
of ander ouderwetsch novelletje meer geschikt
voor een jongedameskostschool dan voor man
nen uit het practische leven.
Eindelijk, tegen do Kerstdagen, stelde een
vrij belangrijke gift ons in staat tenminste iets
voor de „loodsbowoners" te doen en rijpte al
spoedig het donkbeeld eens 'n echt oudorwet-
schen Oudejaarsavond te vieren, dus met on-
vervalschte „oliebollen".
Moge hot bakken van die lekkernij in een
huisgezin niet zoo'n kunststuk zijn, in een mi
litaire „mobilisatie"-keuken, bestaande uit
een houten loodsje met de noodige veevoeder-
ketels, is dat een geheel ander geval. Ten over
vloede moesten op Oudejaarsdag daarin achter
eenvolgens bereid worden: 's morgens koffie,
's middags koffie en daarna bruine boonen met
Bpek.
Dank zij de aanwezigheid van een korporaal
deskundige, alias banketbakker, werden de
aangekochte hoeveelheden meel, nist, krenten
en sucade in oen grooto aardappelteil tot „be
slag" bevorderd en onder een tentzeiltje tot
rijzen gebracht.
Nadat dit proces een gunstig verloop had,
werd in tegenwoordigheid van do noodige
nieuwsgierigen (waaronder ondergeteekende)
een aanvang gemaakt met het bakken zelf. De
toen reeds beroemde korporaal en de menage
meester, beiden do mouwen hoog-opgestroopt,
hebben daarna van een bewonderenswaardige
vlugheid blijk gegeven. Het was een bedrijvig
tafereel. Iemand, die wat voelt voor schilder
achtige tooneeltjcs, had hier zijn hart op kun
nen halen. liet roode licht der scheepslan
taarns gaf in den walm der bak kersaffaire een
effect, het penseel van Rembrandt waardig.
Toen een tweeduizendtal oliebollen geboren
waren, verdeeld over een groot aantal kook-
ketels, konden we tot de uitreiking overgaan,
echter niet dan nadat er mij een paar, heet uit
de olie, ter keuring waren aangeboden. Een
aangename plicht voor den luitenant van den
dag.
liet gebak werd door de manschappen met
gejuich ontvangenook de -kustwachten werden
niet vergeten. Een ieder kreeg bovendien nog
een fleschjo limonade en een paar sigaren,
terwijl de avond verder onder gezelligcn kout,
waaruit herhaaldelijk het woord „troef"
-klonk, werd doorgebracht.
Ik waag het er op hier mede te deelen, dat
het dien avond mot het „lichtdooven" niet zoo
nauw is genomen.
Was de festiviteit dus al van bescheiden
.aard, zij was oudorwetsch gezellig en deed wel
licht meer dan eenige andere aan thuis denken.
Rest mij nog den ruilden gevers namens allen,
mijn hartelijken dank te brengen.
j. J. ADRIAN, Res.-le-Iuitenant.
Van fort Panne-den.
Sergeant-majoor J. Glas schrijft ons:
Het is 25 December, do dag van het Kerst
feest. Overal kinkfc het „Vrede op aar Ie",
niettegenstaande do oorlogsfakkel rondwan' K-.
Ook op het fort Pannerden gelegen tu sicken.
Rijn en Waal aan de Duitsche grens, niet al
gemeen bekend, wordt het Kerstfeest gevierd.
Dank zij de zorgen van den le-luitenant 'on
Freijtag Drnbbe en den 2e-luitenant Geel,
daartoe aangezocht door onzen ;o nmai ca ut
kapitein J. A. Snijders, werd ons een lieerlyK
Kerstfeest bereid.
In de cantine was een prachtig verlichte
Kerstboom geplaatst. Met het - og op do ver
schillende wachten en het verleen en van ver
lof, werd een viertal avonden fee so gevierd.
Aan allen tot do bezetting van het foit behoo
renden, werd een souvenir ter herdenking aan
het feest uitgereikt, terwijl do ka poraal? en
manschappen op chocolademelk mot banket
werden onthaald, waarbij menige kernachtige
rede werd uitgesproken.
Het mocht ons zeer verheugen, dab ook de
burgemeester van Pannerden zich de ttoeito
getrooste onzen kerstboom te 'toraaa bezicfc+i-
Uib naam der bezetting onzen 'arteüjken
dank aan allen die door hunne milde gaven
ons deze avonden hebben bereid en ook aan
de officieren die geen mooi to en tijd hebben
ontzien, om de avonden voor ons zoo aange-
naam mogelijk te maken.
J. GLAS.
Uit Weert.
Een korporaal schrijft ons:
Reeds herhaalde malen hebben we in uw blad
gelzen van gezellige avonden en uitvoeringenj
doch uit Weert nog niet*. Het spijt mij wel dut
hier nooit iets over geschreven wordt. Velen
zouden denken dat wij li-er van allee verstoken
zijn Verre van dat. Reeds meermalen èn in
Eindhoven on hier zijn gezellige avonden ge
geven, dio wij niet licht zullen vergeten.
Bij ons is opgericht een strijkje, bestaande
uit officieren en onderofficieren, die aardig
wat prestoeren. Mede is opgericht een flink
muziekcorps, dat er mag zijn. Doch laat ik
vooral niet vergeten mevrouw Gebhard, de
vrouw van een onzer meest beminde onderoffi
cieren. Overal waar wij zijn, is zij ook. Een
groot deel van de avonden voor de soldaten
gegeven vult zij met haar zang.
Hierbij bedank ik allen, die er toe mede wer
ken of gewerkt hebben, om ons do lange avon
den zoo aangenaam mogelijk te maken.
Uit Calder.
Korporaal Coonen schrijft ons:
Met deze betuigen wij, landweermannen op
grenswacht te Galder. aan het dames- en heo-
ren-comitó onzen hartelijksten dank voor het
gulle onthaal en de vele flinke cadeaux ons als
Kerstgeschenk geschonken.
Tov. ns onzen hartclijksten dank aan luite
nant Blom, die moeite noch tijd gespaard lieeft
dio cadeaux op een passende wijze te kunnen
uitreiken cn heb zijn minderen zoo aar«genaam
mogelijk te maken.
Nogmaals onzen hartelijken dank aan allen,
dio medegewerkt hebben tot welslagen van
dezen avond.
Muziekavonden te Willemstad.
Men schrijft ons uit Willemstad
Juist zeven weken na een vorig gelijkvor
mig optreden, gaf het Soldaten-Zangkoor re
Willemstad op 26 en 29 December twee avond
uitvoeringen in de Groot© Kerk, die weder ter
beschikking was gesteld door de Ned. Herv.
Gemeente. Met eenige nieuwe werken voor
vierstemmig mannenkoor, onder d© van be
kwaamheid en geestdrift getuigende leiding
van kanonnier R. Poulus voorgedragen met
veelal prijzenswaardige kraohtschakeering,
klankschoonheid, eenheid in tijdmaat en toon
hoogte, hield het veertigtal zangers zijn reeds
de verworven naam hoog. „Stille Nacht" was
Kerstfeest-in-herinliering-brongende aanvang
van elk dor uitvoeringen Palestrina (O bone
Jesu), de Haagsche organist A. Giesen (Do-
niine salvam. fac Regina-m) en J. Belt j ens (Om
hoog) gaven krachtige stof tot koorvoordracht
Wilms' Wien Neerlandsch-Bloed-bewerking voor
vierstemmig mannenkoor was op beide avon
den slotnummer. De Haagsche sopraanzange
res, mejuffrouw S. Pieneman, heeft door haar
der Meijden, voor houtsnijwerk3 zeer eer
volle vermelding on 1 aan Gerritsen, voor
houten vogelkooi; 4. eervolle vermelding, en
f 0.50 aan Lu to, voor timmerwerkeervolle
vermelding aan Van der Smeode, voor uitkijk-
stelling.
In de afdeel ing dor niet-vakliedon lo prijs,
ailveren medaille, van den heer burgemeester
en 3, aan Schaaij, voor koperwerk; 2. bron
zen medaille en 2.50, aan Janiwens, voor
■lboutsnijwerk 3. bronzen medaille en f 3, ann
Soethoudt, voor model kanon en toe belmoren
4. zeer eervolle vermelding en 1.50, aan Moi
ling, voor houtsnijwerk; 5. zeer eervallo ver
melding en f 1.25, aan korporaal Van Dort,
voor model schip<3. eervolle vermelding en 1,
aan De Mol, voor houtsnijwerk7 eervolle
vermelding en 0.75, aan Verlijsdonk, voor
beensnijwerk; 8. eervolle vermelding en 0.50,
aan Van Baarlen, voor model Schip 9. eervolle
vermelding on f 0.25, aan Fruijt, voor kapstok
10. eervolle vermelding aan Van Rij, voor
schetsen; 11. eervolle vermelding aan Schaap,
voor boerewagen 12. eervolle vermelding aan
Krijger, voor fluweelschilderwerk.
In de afdeeling ter opluistering buiten mode-
dinging: zeer eervolle vormelding aan Helder,
voor fotografieëneervolle vermelding aan
Hekelaar voor postzegelwerk.
De genoemde avondbijeenkomst werd opge
luisterd door zang van mejuffrouw S. Piene
man, met klavierbegeleiding van vaandrig
Kouwenberg, en door drie Wageningsche stu
denten, de heeren Meerkamp van Einden, Loos
en Mala, die in zang, viool- en guitaarspol
menigen kwinkslag gaven.
De tentoonstelling had druk bezoek voor een
verloting van door do commissie aangekochte
voorwerpen, ten bate van het Kon. Nat.
Steuncomité 1914, werden, vooral door mede
werking van een zevental Willemstadsche jonge
meisjes, alle loten verkocht.
Daaraan niet meedoen l
Mil. S. H. Pietersma schrijft ons:
Zoo nu en dan hooren wij een of ander be
richt, volgens hetwelk deze of geno ernstige
toestand is ingetreden. Uit den duim gezogen,
natuurlijk! Doch wat zien wij gebeurenNauw
is een dergelijk bericht de wereld ingezonden,
en het wordt door de goe-gemeente als echte
munt aangenomen, of een zenuwachtig-angstige
houding wordt door het gemeene publiek aan
genomen. Men bestormt de stoep van een of
anderen winkel, waarvoor „oorlogsnieuws"/
hangt; men vliegt naar de bladen colpor
teurs om het „gewichtige nieuws" zoo
spoedig mogelijk uit een courant te ver
nemen. Doch teleurgesteld heet het dra:
de couranten vermelden oud nieuws" of, en
dat is wel de meest zwart© schaduwzijde, men
wordt, juist door het wegblijven van eenige
bevestiging of ontkenning van het onderhavig
gerucht, nog angstiger. Een sterk staaltje,
een uit velen, constateerde ik voor een twee
tal weken terug. Er werd verteldten
le. Engeland heeft Nederland een ultimatum
gezonden in verband met de „Schcldequaestie"
ten 2e. Engeland onderhandelt met Neder
land, ten einde de Schelde te kunnen gebrui
ken voor oorlogsdoeleinden; ten 3e. Engeland
Het gaat soms heel gemoedelijk toe in den loopgravenoorlog in Noord-Frankrijk
en België, waar sedert maanden de vijanden tegenover elkander liggen, niet meer
dan eenige tientallen meters van elkaar verwijderd. Van uitwisaoling van beleefdheden,
couranten, enz. tussoben Duiteche en Frausche soldaten, in een pauze tusschen
twee get echten hebben we al vaak gehoord. Maar ook Duilachers en Engelschen
gaan soms gemoedelijk met elkaar om. Dat blijkt uit bovenstaand kiekje in een
Engelsche loopgraaf. Er wordt niet gevochten en nu zet een Dnitsch soldaat een
schijf neer op het sneeuwveld en zal men van weerskanten beproeven, wie 't eerst
dien omver geschoten heeft.
Engelsche matrozen zien we hier aan t werk op een Engelsch oorlogsschip.
Als men hen zoo bedrijvig bezig ziet, zon men meenen, dat de vijand in 't zicht
was. Geen sprake vande menigte, die men rechts op het plaatje ziet, geeft
weer.... een aantal nieuwsgierige Londenaara. We krijgen hier nl. een kijkje op
het Engelsche oorlogsschip de „President", dat op de Theems, bij Blackfriars' brug
ligt, en de matrozen worden getraind. De- vnnrmonden worden wel gericht op de
menigte op den wal, maar aan schieten denkt natuurlijk niemand.
Toen de Duitsohers, die reeds dicht Parijs waren genaderd, door de Franschen
en Engelschen werden teruggedreven, hielden zij stand bij de Aisne. Dit was geen
willekeur. Langs deze rivier in Noord-Frankrijk kondon zij zich gemakkelijk ver
dedigen, het terrein leent er zich toe. De grond is er rotsachtig en bestaat voor
een groot deel uit zachten zandsteen. Natuurlijk maken de Fransohen en Engelschen
ook gebruik van do voordeelen van het terrein. Zij nestelden zich voor een deel
aan de rotsige oevers der Aisne, waar natuurlijk holen gevormd zijn, die hen konden
dienen tot loopgraven. We zien Engelsche öoldaten iu deze schuilhoeken, waar geen
vijandelijke projectiolen doordringenj
welwillendheid van solovoordrachten op beide
uitvoeringen, recht op groot© erkentelijkheid.
Met goed geschoolde stem van uitnemende na
tuurlijke hoedanigheid en met muzikalen
smaak gaf zij Bach, Mendelssohn, Haydn en
drie Nederlandsche liederen, van welke laat
ste dat van liaar leermeester Spoel (Ons Lied)
de aanwezigen buitengewoon pakte. De hulde,
welke, in beperkten kring, luitenant W. G.
J. de Plönnies der zangeres met welsprekend
heid bood, was zeker naar ieders wensch. Van
vaandrig A. C. J. Kouwenberg Jr. was de lof-
eischendo klavierbegeleiding. Op den tweeden
avond was nog welwillende medewerking ver
werven van het Militair Strijkkwartet te
Schoonhoven. De heeren Sam Swaap (le viool),
sergeant L. de Ridder (2o viool)", le luitenant
M. do Bloeme (altviool) en k.lnonnier Toon
Verheij (cel) gaven in kwartetten van Haydn
en Mendelssohn genot van hooge orde, al is
het kerkgebouw niet ideale ruimte voor kamer
muziek. Zonder groote onderlegdheid der me
dewerkers en nauwgezetheid van gezamenlijke
voorbereiding kan een strijkkwartet niet deze
hoogt© bereiken. Bij de eerst© uitvoering gaf
kanonnier L. van der Wulp, in degelijkheid
van techniek en opvatting, vioolvoordrachten,
o.m. Handbl's Sonato III; vaandrig Kouwen
berg. die hem gevoelvolIo steun aan het kla
vier was, gaf op dit, zijn speeltuig Rachmani-
koff's Prélude.
Bij heide uitvoeringen was het kerkgebouw
(waarin bijna 700 plaatsen) goed gevuld: op
28 December waren aanwezig burgers, korpo
raals en manschappen, op den tweeden avond
kerkelijke en burgerlijke gezaghebbenden, offi
cieren (onder wie de stellingbevelhebber, gene-
raal-majoor H. L. van Oordt). onderofficieren,
allen met door hen genoodigrden. kor
poraals en manschappen. Twee avonden van
hijzonder genieten voor de hoorders, en daar
door van voldoening voor de medewerkenden.
Militaire Hufsvlljttentoonstelüng te Willemstad.
Kanonnier L. van der Wulp schrijft ons:
Do door don Volksbond tegen Drankmis
bruik uitgeschreven wedstrijd met tentoon
stelling van militaire huisvlijt voor de troepen
in Noord-Brabant van de Stelling van liefc
Hollandsch Diep en het Volkerak (de tentoon
stelling werd gehouden op 26, 28 en 29 Decem
ber) had zeer goeden uitslag. Afdeeling der
vaklieden (IS inzendingen) en afdeeling der
niet-vaklieden (56 inzendingen) waren wel
sprekend bewijs van veel kunstzin, toewijding
on volharding. Do regeringscommissie (burge
meester Pape, predikanten Eigemen en Van
Dam, pastoor Laaue, vestingbevelhebber Van
Altena), bijgestaan door een jury, reikte in
den avond van 30 December in het Militair
Tehuis, de volgende prijzen uit:
Verguld-zilveren medaille, uitgeloofd door
den hoer generaal-majoor, stellingbevelhebber,
voor de schoonste inzending der tentoonstel
ling, aan korporaal Van Milgén, voor model
Engelsche trap.
ïn de afdeeling der vaklieden:
lo prijs, zilveren medaille, van den heer ma-
- 'V|- en ie Rocliffs Valk, en 3, aan den-
zelden; 2. bronzen medaille en f 2 aan Van
heeft den oorlog verklaard aan ons land ten
4e. De Engelsche vloot ligt vóór den Schelde-
mond; ten 5e. De geheele Engelsche vloot ligt
in de Schelde!
En om „elck wat wils" te geven, heette het:
Duitechland heeft Nederland gewaarschuwd,
dat zijne neutraliteit wae geschonden door En
geland, daar Engelsche oorlogsbodems de
Schelde waren opgevaren. Nu, dat doet voor
zeker „de deur dicht".
Wanneer ik hier nog bijvoeg, dat die ver
schillende geruchten werden verkondigd bin
nen den tijd van 2 uren, zegge 2 x 60 minuten,
dan teekent zulks don angst van liet grooté
publiek, opgewekt door een leugenfabricaat,
vergroot door het nerveuse publiek zelf.
Een grappenmaker, die opgenoemde „leugen-
fabricaties'hoorde, voegde er met een quasi
ernstig gezicht bij: „en op de hoogte van
IJmuiden en Den Helder staan 5 regimenten
Sohotsche Hooglanders!" Vrage: op klompen?
Neen, aan het verspreiden van dergelijke
berichten, waar geen letter waars aan is, doen
wij niet mee. De tijden zijn waarlijk ernstig
genoeg, te ernstig, om het publiek te doen
schrikken, erger, het publiek angst aan te
jagen voor een gevaar, dat niet bestaat. Waar
om het publiek noodeloos verontrust? Waarom
het te beangstigen en to doen vroezen voor
iets, wat alleen bestaat in de gedachten van
een of anderen longenconstructeur? Neon, nog
maals: daaraan niet meedoen!
S. H. PIETERSMA.
Of de Schelde in de Engelsche vloot? P.
Oudejaarsavondviering.
Mil. H. L. Smalle-gang e schrijft ons:
De Oudejaarsavond zal voor het overgroot©
deel van het leger wel niet de aangenaamste
avond der mobilisatietijd geweest zijn. In ge
dachten verwijlde menigeen in zijn vriendelijk
thuis en de betrekkingen onder dienst zullen
te huis evenzoo wel niet veel uit de gedachten
of gesprekken geweest zijn. 't Was daarom zoo
fijn gevoeld door de officieren van do 3e sectie
der verbandplaatsafdeeling, om do manschap
pen den laatsten avond van het jaar zoo aan
genaam mogelijk to maken, door hen samen te
laten komen in een der schoollokalen en hen
te onthalen en door spel en voordracht het ge
mis van den huiselijken kring, zooveel in hun
vermogen was, te vergoeden.
t Behoeft niet gezegd, dat de manschappen
dit nieuw bewijs voor de steeds zoo welwillend-,
behandeling van de zijde hunner officieren op
hoogen prijs stellen en dien avond in dankbare
herinnering zullen houden.
Een mooi feest.
Mil. H. Koopmans schrijft ons:
Reeds lang was aan de manschappen der 3e
ocinp., 2e bataljon, 20e reg. inf. een gezellige
avond beloofd, welke gegeven zou worden van
do gelden, welke opgebracht waren door de
cantine, dio onze compagnie gehouden had
Dit bedrag was nog aangevuld door eenige
milde gevers en geefsters, maar steeds was er
door dienst iets tusschen gekomen, waardoor
het plan weer eenigen tijd moest worden uit
gesteld.
Wat een prachtig idee van onzen compag
nies-commandant, den WolEdl. heer kapitein
Donck, om alles zoo te regelen, dat de dienst
het toeliet en wij juist op Oudejaarsavond den
toegezegden avond konden vierenwant me
nigeen der manschappen had misschien dien
avond meer aan huis gedacht »U iederen an
deren avond, maar nu vergat men alles, een
ieder was feestelijk gestemd. Want ik moot
dadelijk zeggen dat de®o avond prachtig ge
slaagd is.
Onder het spelen van eenige vroolijke mar-
sehen door het „strijkje'werden orn zeven
uur de deuren van het gezellig zaaltje ,,St.
ltemi" geopend en traden de genoodigden bij
drommen naar binnen. Ieder ontving dade
lijk een nummer voor do tombola en eenige si
garen tevens werd ieder in de gelegenheid
gesteld do tafel met prachtige prijzen voor de
tombola, welke door rappe handen geëtaleerd
was, ia oogenschouw te nemen.
Toen allen gezeten waren, nam de voorzitter,
van dezen avond, de WolEdl. Gestr. heer lo
luitenant Roelofsen het woord. Nadat er een
telegram met geluk wenschen aan onzen kapi
tein, die door verlof verhinderd was op dezen
avond aanwezig te zijn, verzonden was, ein
digde de luitenant zijn goed gekozen rede en
wensch te ieder een gezeliigen avond toe.
Om alles te noemen, wat dien avond op het
programma stond, zou tc veel gevergd zijn van
de plaats in deze courant. Ik zal du© alleen de
„clou" van den avond noemen een wedstrijd
in voordragen, waarvoor zelfs heel hooge prij
zen waren beschikbaar gesteld. Ieder deelne
mer deed dan ook zijn best, zoodat hc-t voor do
jury een zware taak was, een beslissing te
nemen, maar waarmede zij schitterend
slaagde.
Nadat de tombola wa© afgeloopen, en menig
een zijn bezittingen met een prachtig doelma
tig stuk had verrijkt, nam onze bataljons
commandant, de WelEdl. Hooggestr. heer ma
joor Van der Moer, die tot onze genoodigden
behoorde, het woord. Veel redenen heb ik ge
hoord, maar nog zelden heeft een rode mij zoo
getroffen als deze van onzen majoor en toen
hij dan ook eindigde met een „Leve d© Ko
ningin" barstte er een hoera los. als ik, als
Amsterdammer zdjnde, maar weinig gehoord
heb.
Daarna sloot d© voorzitter met een harte
lijk woord dezen avond, waarop getoond is,
welke goede verstandhouding er heersebt tus
schen de officieren en manschappen der 3e com
pagnie, een verstandhouding waarop het land
trotsch mag zijn.
Leve de Koningin !!1
Leve de Bataljons-commandant!
Leven de Officieren
Leven onze Kameraden!
H. KOOPMANS.
Miücicn 3. II. 20 R-I.
Concert te Numansdorp.
Men schrijft ons
!NLaandag 23 Dec. werd wederom een concert
gegeven voor de militairen van het iort Bui-
tensluis in de door de manschappen versierde
zaai van hét gebouw „De Eendracht". Om
streeks 7 uur was de zaal reeds geheel gevuld
met inwoners en militairen. Sergeant Dekker,
welke in opdracht van don kapitein Tijkon',
die tot aller leedwezen door dienst verhinderd
was dit concert bij te wonen, de aanwezigen
welkom boette, uitte den wensch, dat de goed©
verstandhouding tusschen burgerij en militai
ren mocht blijven bestaan. Het residentie
concert-ensemble, onder leiding van den heer
W. L. de Zoéte Jr., bezorgde ons een genot
vollen avond. De met zorg gekozen nummers
vielen zeer in den smaak en werden dan ook
met. applaus begroet. Als extra-nummer kre
gen wij ten gehoore een vioolsolo, gegeven door
den heer De Zoete, waaruit ons duidelijk
bleek, dat genoemde heer zijn instrument wel
meester is. De muzieknummers werden afge
wisseld door eenige dcclamatienummers van
den heer Van Seventer. Vooral de „Episode
uit den oorlog van 1870" was aangrijpend
mooi. Het komische gedeelte werd door onzen
bekenden „vriend Van Noppen" als naar ge
woonte op uitnemende wijze voorgedragen. Hij
had voor dezen avond een geheel nieuw reper
toire.
Aan allen, die tot het welslagen van dezen
avond hebben bijgedragen, werd door sergeant
Dekker, namens de aanwezige militairen, een
woord van dank betuigd en do wensch uitge
sproken, dat zij spoedig terug mochten keeren.
Oudejaars-avond aan den Yweg.
Onze mannen aan den IJ weg hebben met
Oudejaarsavond ook hun feest gehad, en een
feest-, dat er mocht wezen, naar ons toeschijnt.
TV© hebben er wel geen beschrijving van ge
kregen, maar een der deelnemers er aan zendt
ons het programma, en dat op zich zelf ziet
en al zeer aanlokkelijk uit. Bovendien schrijft
men ons, dat het feest uitstekend geslaagd is
en dat de regeling zeer goed was.
Het programma, dat er keurig uitziet, wat
druk en clichés betreft, en vermakelijk is opge
steld, maakt meldiug van zoovele amusante
nummers, dat we ons wel kunnen voorstellen,
dat onze jongens pret hebben gehad. Muziek
was er natuurlijk, die is ©ven onontbeerlijk als
de chocolade en oliebollen op oudejaar, er werd
voorgedragen, geworsteld, gezongen naar harte
lust, en we kunnen ons best voorstellen, dat
de mannen naar huis zijn gegaan met tevreden
heid over den prettigen avond, die hoop gaf
voor 't nieuwe jaar.
Oudejaarsavond aan de kust.
Mil. J. J- van Ginkel schrijft ons uit Mon
ster
Hoewel deze oudejaarsavond zeer verschilde
van andere oudejaarsavonden, hebben wij hem
toch genoegelijk doorgebracht. Wij werden
onthaald op chocolademelk en krentenbrood
ons vanwege het comité bezorgd. Onze com
mandant, de le luit. Van Strijen, trakteerde
ons daarna op sigaren en oliebollen, wat bij
de manschappen een gul onthaal vond. Deze
sympathieke daad zal do goede verstandhou
ding tusschen officieren en manschappen zeer
doen toenemen.
Namens korporaals en manschappen be-
.dankte de sergeant Königs den luitenant voor
de gulle
Uit Monster.
Mil. Pracht schrijft ons:
Ik lees in de „Soldatencourant" altijd van
gezellige avonden, in andere plaatsen of dor
pen, maar bij oris, in Monster, is nooit wat t©
doen. Nu was myn beleefd verzoek en dat van
mijn© kameraden, om ons ook eens op een
avond in de week te willen vermaken.
Uit Maastricht.
Zeer aangenaam i* ons do avond van 29
Doe. geworden, door het gezang van den kor
poraal dichter-zanger J. P. J. H. ClingeDoo-
renbos, die on* door zajn voordrachton. eo wei-
behagende mopjes zeer amuseerde, welke «tuk-
door zijne echtgenoot© begeleid werdenook
was ons het medewerkende dillottanten-orkest
onder leiding van den heer Forgeur zeer aan
genaam, welke ons andere herinneringen
bracht, dan aan dit tijdperk waarin wij mi
verkeeren.
Daarom spreek ik namens al mijne kamera
den m n besten dank uit, en hoop nogmaals
zoo een avondje te mogen bijwonen.
mil. G. v. DIJK.
Toch feest gevierd.
Kit de verbandplaatsafdeeling. die vreesde
vergeten tc zullen worden, schrift do mil.
I. 'lurk ons thans, dat d© mannen oudejaars
avond een gezel li gen avond van do officieren
hebben gehad. Hij kan dan ook niet nalaten,
namens de verbandplaatsafdeeling hartelijk
dank daarvoor tc betuigen.
Kantteekenlngen op do onzedelijkheid.
II
Mil. H. Schilp schrijft ons
Er bestaan twee uitdrukkingen, die een
tegenspraak inhouden; „Les idees marchent",
en „Er is niets nieuws onder do zon". Hul
digt men de eerste, dat de gedachten, de ideëen
vooruitgaan, dan komt men blijkbaar in bot
sing met de tweede. Toch zijn ze beido waar
draagsters van bijna even groote waarheden
dat enkele woorden tekort schieten om alle
waarheid te omvatten, zal men ze niet kwalijk
nemen. Ook is de tegenspraak niet zoo groot
bij aandachtige beschouwing. Zo formuleeren
do twee kanten van eenzelfde zaak. Achter
de wereld van wisselende vormen en beschou
wingen zit een kern van wezensgelijkheid. In
de kleinere wereld der zedelijkheid is het niet
anders. Ik verdiep me hier niet in de beschou
wingen van den ouden wijsgeer, die f leech jes
met allerlei vochten hoofdschuddende beschouw
de. In één zat een vocht, dat aan don mensch
onttrokken alle liefdeleven op slagen dooden
zou. Dat hij gelukkig zij met zijn vondst, do
praktijk roept om andere dingen!
Is er vooruitgang merkbaar in het zedelijk
leven? Ziedaar de groote vraag, die misschien
wel nooit bevredigend beantwoord zal kunnen
wordentenminste zóó bevredigend, dat de
vooruitgang tot het einddoel zou genaderd zijn.
Minder veeleischend gewogen: „Is er eenigen
vooruitgang tc speuren Ik geloof van „Ja".
Die vooruitgang zit hoofdzakelijk nog in de
ideeën en het uiterlijke, maar ze zullen eenmaal
doorwerken. Troosten we ons daar voorloopig
mee.
Elke tijd heeft zijn eigen hoofdzonde gehad,
maar alle kwamen steeds voor. Do zonden
mogen minder ruw worden: geraffineerder; we
herkennen de' ourle trekken. Do Middeleeuwen
teekenden den duivel met bokspooten en staart.
Heine beschrijft hem als een wereldwijs man;
zeer ervaren en van hoogst aangename manie
ren. Maar ik vermoed, dat de oude glimlach
nog steeds om de dnnne lippen speelt.
De onzedelijkheid heeft in alle tijden haar rol
gespeeld. Met huivering denken we aan :t ver
delgde Sodom en Gomorra, toch hebben do zwa-
velvlammen niet alles verteerdOnan, ondanks
het feit, dat God hem wegnam leeft nog in ons
midden voortmen leze slechts de verklaring
en van enkele geneesheeren omtrent het hooge
percentage van hen. die zondigen tegen de na
tuur. De uitspattingen van de Romeinen uit
hun tijd van weelde en verval zijn niet met het
volk ten ondergegaanal missen we nu de open
lijkheid, die zij in driesten overmoed aan hun
verkeerde daden geven dorsten.
Er is een cultus van de geslachtelijke liefde
geweest, die we nn niet meer kennen kunnen.
Het komt niet meer in onze hoofden op (of
laat ik voorzichtig zijn. want leven in Parijs
geen mystici, die den schoonen naam van „Sa
tanisme", aan hun geloof gegeven hebben, en
meenen het best te doen door zich in allerlei op
zichten op het diorlijkst uit te leven), hot komt
nauwelijks in onze hoofden op de Godheid in
onzedelijkheid te dienen. Toch was de dienst
van Astarte in Phoenicia niet anders; in on
tuchtigheid meende men de Godin een welge
vallig offer te brengen. Wat voor rare dingen
nu nog in de vunsto uithoeken van de samen
leving mogen gebeurendat die menschen een
godsdienst als den hierboven genoemden er op
na zullen houden, meen ik te mogen betwijfelen.
Zoo staan we dus ook in dit opzicht op de
schouders van de vorige geslachten cn putten
leering uit hun ervaringen in het leven, dat
ons voor zoovele eigenaardige moeilijkheden
stelt.
Goede menschen zijn er altijd geweest, die in
woord en wandel tegen de zonden hebben ge
tuigd. In onzen Bijliel vinden we de verhalen
van groot© zonden en menschen, die met heili
gen ijver bezield, daar met macht tegen op
traden. Ze geeft ons tot waarschuwing ook
voorbeelden hoe hoogstaande menschen tot de
slechtste daden komen wanneer ze niet steeds
wakende zijn en in al hun daden het evenwicht
brengen, dat er slechts inkomen kan door do
hoogere beïnvloeding van onzen God. die zich
openbaren wil in ons, wanneer we Hem bidden
Wanneer we zoo loven, staan we pal tcger.
alle verleiding en vinden in ons hart een bol
werk tegen alle onreine gedachten en verkeer
de daden. In de Heidenwcreld was de reac'
tegen het aanmatigende van dc zonde ook n:e
klein. Ik herinner hier slechts aan d«n Mithra
dienst, waarbij zich ook vooral v^l solde*,
aansloten. Van hun vast voornctnon om ziel'
onthouden van alle onreinheid gaven ze bib
door bet leiden van een voorbeeldig loven. Nn
de wijding, de z.g. taureboleum, waarbij ze zie
lieten bedruipen door het bloed van een ge
slachten stier, die vlak boven ken uitbloeöde,