Legerzaken. Co r res pon d e n t i e. Uit Leper en Vloot. IDE! SOLD ATETCCOUR ATNTT van Woensdag 6 Januari 1915 3 ten en 9000 pakken met lectuur, spelen, siga ren, tabak onz. verzonden. Wil zij dit omvangrijke werk blijven volhou den, dan is voortdurende steun hoog noodig. weshalve een beroep wordt gedaan op iedor, dio een blijk van sympathie wil geven aan onze militairen bij hot vervullen van hun plicht aan de grenzen om aan het hoofdbestuur (Stationsweg 89, Den Haag of aan de afdoe- lingsbesturen) hetzij geld, hetzij tabak, siga ren, spelen, lectuur, muziekinstrumenten, enz, enz. toe te zenden. Militair bericht. Herhaaldelijk wordt in den laatsten tijd in do |ers do dandacht gevestigd op de aanwezig heid van w e g w ij z o r s op r+rschillende pun ten, tirrrtjl de A. N. W. B. de zijne heeft doen wegnemen. Men kan echter ten dien aanzien volkomen gerust zijn, daar de aandacht van do legerautoriteiten op de zaak is gevestigd; hot wordt onnoodig geacht onder de tegen woordige omstandigheden alle wegwijzers te verwijderen. Nederlandsche verpleegsters in Oostenrijk. Zaterdagmorgen zijn de zusters M. Verwey Me jan, C. Sasburg, L. D. J. Koning, J. Mincke. M. Mercs, M. M. Ladner en M. C. Kist van hier naar Berlijn vertrokken, om mor gen de reis naar Wecnen voort te zetten. Zij zuLlen werkzaam zijn aan een groot hospitaal van 1800 bedden in Bohcmen. Het hoofdbe stuur van Nosokomos, de vakvereeniging van verplegendcn, en een grooto schare vrienden waren aan het station om den vertrekkenden uitgeleide te doen. De Oostenrijkscho regeering had zich by het vertrek aan het station doen vertegenwoordi gen door den consul-generaal. Verwarmmgsgordels. Men bericht ons uit Haarlem: In een schrijven namens de Koningin aan het Comité tot opwekking van de Nederland sche vrouwen tot het vervaardigen van ver warmingsgordels voor de te velde liggende sol daten, betuigt H. M. haar groot© waardoering voor het streven van het Comité in het belang der militairen. Het aantal ingekomen gordels van de ver schillende Comités is thans zoo groot, dat het Haarlemsche Comité, onder dankbetuiging aan allo modewerksters, voorloopig zijn arbeid zal staken. Op aanvrage zullen kleedingstukken verstrekt worden. Allo afgewerkte goederen, ook sokken, mutsen, enz., kunnen nog steeds ingezonden worden. Uit de Staatscourant. Bij K. B. is benoemd bij het res.-personeel der landm., bij het pers. van den geneesk. dienst, tot res.-off. van gez. 2e 3d-, de heer W. H. van der Tak, arts. Bij Iv. B. zijn met ing. van 1 Jan. op nieuw voor den tijd van drie maanden be noemd: tot keurmeester bij de Centr. mag. van mil. kleeding en uitr. E. J. Ni er mans, en tot keurmeester-technoloog bij de centr. mag. van mil. kleeding en uitr., A. ten Brug- gencato, beiden thans tijdelijk als zoodanig werkzaam. Toelatingsexamen tot do Hoogere Krijgsschool in 1915. Ter kennis van belanghebenden wordt ge bracht, dat in dit jaar voor toelating tot do Hoogere Krijgsschool geen plaatsen worden opengesteld en dat mitsdien, in verband daar mede, in 1915 geen toelatingsexamen tot ver- meldo inrichting zal worden gehouden. („St.-Ct.") Korp. v. S. Dongen. Voor ons blad onge schikt. Red. A., Fort Westoever. Adres van bedoelden milicien is Rott-umeroog. Red. Theo. Boekbesprekingen schrijven we zelf. Van anderen nemen wij ze niet op. Het adres van hot weekblad ..De Auto" is uitgever J. A. Boom, Gedempte Oude Gracht, Haarlem. ReII. Korp. A. Z., Dongen. Ongeschikt en wij -zit ten bij de verschijning reeds te ver in het nieu we jaar. Red. T. H. J. H., Korp., Amsterdam. Wend u tot Gebr. Binger, Warmoesstraat, Amsterdam. Red. Aan onze Vrienden. Ter gelegenheid van de jaarswïssoling ont vingen wij een groot aantal gelukwenschen van lezers uit leger en vloot. Wij kunnen niot allen een persoonlijk antwoord zenden on betuigen derhalve langs dezen weg onzen dank en erkentelijkheid, voor de ten opzichte van de redactie geuite wenschen. Zorgt voor goede Verzending Nogmaals zien wij ons genoodzaakt te waar schuwen, dat tal van brieven, ons uit leger en vloot toegezonden, door onvoldoende verzor ging van den afzender niet in onze handen komen. Telkens biedt de post ons met port belaste stukken aan, die evenwel steeds door ons wor den geweigerd, aangezien „De Soldatencou- rant" geen voortdurende portbetalingen voor hare rekening kan nemen. Zij, die van hun inzending in „De Soldatenoourant" dus niet gemerkt hebben of op hunne eventueele vra gen geen antwoord ontvingen, moeten derhalve rekening houden met de mogelijkheid, dat hun stukjes niet in ons bezit zijn geraakt. Wio dus zekerheid wil hebben, dat zijn brie ven door de post aan „De Soldatenoourant" worden afgeleverd, drage nauwkeurig zorg aan de voorschriften van adresseering en van het gewicht der stukken tc voldoen. Muziek voor militairen. Res. kapitein Wijnoldy Daniels schrijft ons: Bij het Landweer Infanterie Depót te Am sterdam zijn velen, die door ziekte of onge steldheid tijdelijk geen dienst, of slechts lich ten dienst kunnen verrichten, en wie de dag daardoor vaak lang valt, vooral bij ongunstige weersgesteldheid. Ten einde hun eonigo aangename verpoozing te verschaffen was do heer G. A. Goldsohme- ding, te Amsterdam zoo vriendelijk kosteloos een pianino in bruikleen af to staan, terwijl de firma Alsbach 2en Doyer aldaar muziek schonk voor piano en zang. De pianino is reeds dankbaar ontvangen en ingewijd en onder de mannen van hot Depót zal nu worden opgericht een dubbelkwartet, dat menig aangenaam uurtje zal weten te ver schaffen in deze donkero sombere dagen in het kwartier, voor menigeen zoo ver van huis en. haard gelegen. Uit Hulsduinen, Stolling Don Helder. Res. Ie luitenant Adrian schrijft ons: In navolging van zoo velen, die in de „Solda tenoourant" d.d. 1 Januari 1915 verslag doen van feestavondjes, don soldaten bereid, voel ik mij gedrongen eens te vertollen hoe eigenaar dig onze mansohappon hun Oudejaarsavond hebben doorgebracht. Om te bogmen zij opgemerkt, dat onze mak kers van do „Veldstelling" hier niet verwend zijn met veel en velerlei ontspanning. De voor naamste oorzaak hiervan zal wel zijn het totaal gemis aan eenige lokaliteit, waar een eenigs- zins talrijk gezelschap veroenigd kan worden. Bovendien sloegen de sporadisch gehouden le zingen in den regel niet in, daar deze zich meestal bepaalden tot het- voorlezen van een of ander ouderwetsch novelletje meer geschikt voor een jongedameskostschool dan voor man nen uit het practische leven. Eindelijk, tegen do Kerstdagen, stelde een vrij belangrijke gift ons in staat tenminste iets voor de „loodsbowoners" te doen en rijpte al spoedig het donkbeeld eens 'n echt oudorwet- schen Oudejaarsavond te vieren, dus met on- vervalschte „oliebollen". Moge hot bakken van die lekkernij in een huisgezin niet zoo'n kunststuk zijn, in een mi litaire „mobilisatie"-keuken, bestaande uit een houten loodsje met de noodige veevoeder- ketels, is dat een geheel ander geval. Ten over vloede moesten op Oudejaarsdag daarin achter eenvolgens bereid worden: 's morgens koffie, 's middags koffie en daarna bruine boonen met Bpek. Dank zij de aanwezigheid van een korporaal deskundige, alias banketbakker, werden de aangekochte hoeveelheden meel, nist, krenten en sucade in oen grooto aardappelteil tot „be slag" bevorderd en onder een tentzeiltje tot rijzen gebracht. Nadat dit proces een gunstig verloop had, werd in tegenwoordigheid van do noodige nieuwsgierigen (waaronder ondergeteekende) een aanvang gemaakt met het bakken zelf. De toen reeds beroemde korporaal en de menage meester, beiden do mouwen hoog-opgestroopt, hebben daarna van een bewonderenswaardige vlugheid blijk gegeven. Het was een bedrijvig tafereel. Iemand, die wat voelt voor schilder achtige tooneeltjcs, had hier zijn hart op kun nen halen. liet roode licht der scheepslan taarns gaf in den walm der bak kersaffaire een effect, het penseel van Rembrandt waardig. Toen een tweeduizendtal oliebollen geboren waren, verdeeld over een groot aantal kook- ketels, konden we tot de uitreiking overgaan, echter niet dan nadat er mij een paar, heet uit de olie, ter keuring waren aangeboden. Een aangename plicht voor den luitenant van den dag. liet gebak werd door de manschappen met gejuich ontvangenook de -kustwachten werden niet vergeten. Een ieder kreeg bovendien nog een fleschjo limonade en een paar sigaren, terwijl de avond verder onder gezelligcn kout, waaruit herhaaldelijk het woord „troef" -klonk, werd doorgebracht. Ik waag het er op hier mede te deelen, dat het dien avond mot het „lichtdooven" niet zoo nauw is genomen. Was de festiviteit dus al van bescheiden .aard, zij was oudorwetsch gezellig en deed wel licht meer dan eenige andere aan thuis denken. Rest mij nog den ruilden gevers namens allen, mijn hartelijken dank te brengen. j. J. ADRIAN, Res.-le-Iuitenant. Van fort Panne-den. Sergeant-majoor J. Glas schrijft ons: Het is 25 December, do dag van het Kerst feest. Overal kinkfc het „Vrede op aar Ie", niettegenstaande do oorlogsfakkel rondwan' K-. Ook op het fort Pannerden gelegen tu sicken. Rijn en Waal aan de Duitsche grens, niet al gemeen bekend, wordt het Kerstfeest gevierd. Dank zij de zorgen van den le-luitenant 'on Freijtag Drnbbe en den 2e-luitenant Geel, daartoe aangezocht door onzen ;o nmai ca ut kapitein J. A. Snijders, werd ons een lieerlyK Kerstfeest bereid. In de cantine was een prachtig verlichte Kerstboom geplaatst. Met het - og op do ver schillende wachten en het verleen en van ver lof, werd een viertal avonden fee so gevierd. Aan allen tot do bezetting van het foit behoo renden, werd een souvenir ter herdenking aan het feest uitgereikt, terwijl do ka poraal? en manschappen op chocolademelk mot banket werden onthaald, waarbij menige kernachtige rede werd uitgesproken. Het mocht ons zeer verheugen, dab ook de burgemeester van Pannerden zich de ttoeito getrooste onzen kerstboom te 'toraaa bezicfc+i- Uib naam der bezetting onzen 'arteüjken dank aan allen die door hunne milde gaven ons deze avonden hebben bereid en ook aan de officieren die geen mooi to en tijd hebben ontzien, om de avonden voor ons zoo aange- naam mogelijk te maken. J. GLAS. Uit Weert. Een korporaal schrijft ons: Reeds herhaalde malen hebben we in uw blad gelzen van gezellige avonden en uitvoeringenj doch uit Weert nog niet*. Het spijt mij wel dut hier nooit iets over geschreven wordt. Velen zouden denken dat wij li-er van allee verstoken zijn Verre van dat. Reeds meermalen èn in Eindhoven on hier zijn gezellige avonden ge geven, dio wij niet licht zullen vergeten. Bij ons is opgericht een strijkje, bestaande uit officieren en onderofficieren, die aardig wat prestoeren. Mede is opgericht een flink muziekcorps, dat er mag zijn. Doch laat ik vooral niet vergeten mevrouw Gebhard, de vrouw van een onzer meest beminde onderoffi cieren. Overal waar wij zijn, is zij ook. Een groot deel van de avonden voor de soldaten gegeven vult zij met haar zang. Hierbij bedank ik allen, die er toe mede wer ken of gewerkt hebben, om ons do lange avon den zoo aangenaam mogelijk te maken. Uit Calder. Korporaal Coonen schrijft ons: Met deze betuigen wij, landweermannen op grenswacht te Galder. aan het dames- en heo- ren-comitó onzen hartelijksten dank voor het gulle onthaal en de vele flinke cadeaux ons als Kerstgeschenk geschonken. Tov. ns onzen hartclijksten dank aan luite nant Blom, die moeite noch tijd gespaard lieeft dio cadeaux op een passende wijze te kunnen uitreiken cn heb zijn minderen zoo aar«genaam mogelijk te maken. Nogmaals onzen hartelijken dank aan allen, dio medegewerkt hebben tot welslagen van dezen avond. Muziekavonden te Willemstad. Men schrijft ons uit Willemstad Juist zeven weken na een vorig gelijkvor mig optreden, gaf het Soldaten-Zangkoor re Willemstad op 26 en 29 December twee avond uitvoeringen in de Groot© Kerk, die weder ter beschikking was gesteld door de Ned. Herv. Gemeente. Met eenige nieuwe werken voor vierstemmig mannenkoor, onder d© van be kwaamheid en geestdrift getuigende leiding van kanonnier R. Poulus voorgedragen met veelal prijzenswaardige kraohtschakeering, klankschoonheid, eenheid in tijdmaat en toon hoogte, hield het veertigtal zangers zijn reeds de verworven naam hoog. „Stille Nacht" was Kerstfeest-in-herinliering-brongende aanvang van elk dor uitvoeringen Palestrina (O bone Jesu), de Haagsche organist A. Giesen (Do- niine salvam. fac Regina-m) en J. Belt j ens (Om hoog) gaven krachtige stof tot koorvoordracht Wilms' Wien Neerlandsch-Bloed-bewerking voor vierstemmig mannenkoor was op beide avon den slotnummer. De Haagsche sopraanzange res, mejuffrouw S. Pieneman, heeft door haar der Meijden, voor houtsnijwerk3 zeer eer volle vermelding on 1 aan Gerritsen, voor houten vogelkooi; 4. eervolle vermelding, en f 0.50 aan Lu to, voor timmerwerkeervolle vermelding aan Van der Smeode, voor uitkijk- stelling. In de afdeel ing dor niet-vakliedon lo prijs, ailveren medaille, van den heer burgemeester en 3, aan Schaaij, voor koperwerk; 2. bron zen medaille en 2.50, aan Janiwens, voor ■lboutsnijwerk 3. bronzen medaille en f 3, ann Soethoudt, voor model kanon en toe belmoren 4. zeer eervolle vermelding en 1.50, aan Moi ling, voor houtsnijwerk; 5. zeer eervallo ver melding en f 1.25, aan korporaal Van Dort, voor model schip<3. eervolle vermelding en 1, aan De Mol, voor houtsnijwerk7 eervolle vermelding en 0.75, aan Verlijsdonk, voor beensnijwerk; 8. eervolle vermelding en 0.50, aan Van Baarlen, voor model Schip 9. eervolle vermelding on f 0.25, aan Fruijt, voor kapstok 10. eervolle vermelding aan Van Rij, voor schetsen; 11. eervolle vermelding aan Schaap, voor boerewagen 12. eervolle vermelding aan Krijger, voor fluweelschilderwerk. In de afdeeling ter opluistering buiten mode- dinging: zeer eervolle vormelding aan Helder, voor fotografieëneervolle vermelding aan Hekelaar voor postzegelwerk. De genoemde avondbijeenkomst werd opge luisterd door zang van mejuffrouw S. Piene man, met klavierbegeleiding van vaandrig Kouwenberg, en door drie Wageningsche stu denten, de heeren Meerkamp van Einden, Loos en Mala, die in zang, viool- en guitaarspol menigen kwinkslag gaven. De tentoonstelling had druk bezoek voor een verloting van door do commissie aangekochte voorwerpen, ten bate van het Kon. Nat. Steuncomité 1914, werden, vooral door mede werking van een zevental Willemstadsche jonge meisjes, alle loten verkocht. Daaraan niet meedoen l Mil. S. H. Pietersma schrijft ons: Zoo nu en dan hooren wij een of ander be richt, volgens hetwelk deze of geno ernstige toestand is ingetreden. Uit den duim gezogen, natuurlijk! Doch wat zien wij gebeurenNauw is een dergelijk bericht de wereld ingezonden, en het wordt door de goe-gemeente als echte munt aangenomen, of een zenuwachtig-angstige houding wordt door het gemeene publiek aan genomen. Men bestormt de stoep van een of anderen winkel, waarvoor „oorlogsnieuws"/ hangt; men vliegt naar de bladen colpor teurs om het „gewichtige nieuws" zoo spoedig mogelijk uit een courant te ver nemen. Doch teleurgesteld heet het dra: de couranten vermelden oud nieuws" of, en dat is wel de meest zwart© schaduwzijde, men wordt, juist door het wegblijven van eenige bevestiging of ontkenning van het onderhavig gerucht, nog angstiger. Een sterk staaltje, een uit velen, constateerde ik voor een twee tal weken terug. Er werd verteldten le. Engeland heeft Nederland een ultimatum gezonden in verband met de „Schcldequaestie" ten 2e. Engeland onderhandelt met Neder land, ten einde de Schelde te kunnen gebrui ken voor oorlogsdoeleinden; ten 3e. Engeland Het gaat soms heel gemoedelijk toe in den loopgravenoorlog in Noord-Frankrijk en België, waar sedert maanden de vijanden tegenover elkander liggen, niet meer dan eenige tientallen meters van elkaar verwijderd. Van uitwisaoling van beleefdheden, couranten, enz. tussoben Duiteche en Frausche soldaten, in een pauze tusschen twee get echten hebben we al vaak gehoord. Maar ook Duilachers en Engelschen gaan soms gemoedelijk met elkaar om. Dat blijkt uit bovenstaand kiekje in een Engelsche loopgraaf. Er wordt niet gevochten en nu zet een Dnitsch soldaat een schijf neer op het sneeuwveld en zal men van weerskanten beproeven, wie 't eerst dien omver geschoten heeft. Engelsche matrozen zien we hier aan t werk op een Engelsch oorlogsschip. Als men hen zoo bedrijvig bezig ziet, zon men meenen, dat de vijand in 't zicht was. Geen sprake vande menigte, die men rechts op het plaatje ziet, geeft weer.... een aantal nieuwsgierige Londenaara. We krijgen hier nl. een kijkje op het Engelsche oorlogsschip de „President", dat op de Theems, bij Blackfriars' brug ligt, en de matrozen worden getraind. De- vnnrmonden worden wel gericht op de menigte op den wal, maar aan schieten denkt natuurlijk niemand. Toen de Duitsohers, die reeds dicht Parijs waren genaderd, door de Franschen en Engelschen werden teruggedreven, hielden zij stand bij de Aisne. Dit was geen willekeur. Langs deze rivier in Noord-Frankrijk kondon zij zich gemakkelijk ver dedigen, het terrein leent er zich toe. De grond is er rotsachtig en bestaat voor een groot deel uit zachten zandsteen. Natuurlijk maken de Fransohen en Engelschen ook gebruik van do voordeelen van het terrein. Zij nestelden zich voor een deel aan de rotsige oevers der Aisne, waar natuurlijk holen gevormd zijn, die hen konden dienen tot loopgraven. We zien Engelsche öoldaten iu deze schuilhoeken, waar geen vijandelijke projectiolen doordringenj welwillendheid van solovoordrachten op beide uitvoeringen, recht op groot© erkentelijkheid. Met goed geschoolde stem van uitnemende na tuurlijke hoedanigheid en met muzikalen smaak gaf zij Bach, Mendelssohn, Haydn en drie Nederlandsche liederen, van welke laat ste dat van liaar leermeester Spoel (Ons Lied) de aanwezigen buitengewoon pakte. De hulde, welke, in beperkten kring, luitenant W. G. J. de Plönnies der zangeres met welsprekend heid bood, was zeker naar ieders wensch. Van vaandrig A. C. J. Kouwenberg Jr. was de lof- eischendo klavierbegeleiding. Op den tweeden avond was nog welwillende medewerking ver werven van het Militair Strijkkwartet te Schoonhoven. De heeren Sam Swaap (le viool), sergeant L. de Ridder (2o viool)", le luitenant M. do Bloeme (altviool) en k.lnonnier Toon Verheij (cel) gaven in kwartetten van Haydn en Mendelssohn genot van hooge orde, al is het kerkgebouw niet ideale ruimte voor kamer muziek. Zonder groote onderlegdheid der me dewerkers en nauwgezetheid van gezamenlijke voorbereiding kan een strijkkwartet niet deze hoogt© bereiken. Bij de eerst© uitvoering gaf kanonnier L. van der Wulp, in degelijkheid van techniek en opvatting, vioolvoordrachten, o.m. Handbl's Sonato III; vaandrig Kouwen berg. die hem gevoelvolIo steun aan het kla vier was, gaf op dit, zijn speeltuig Rachmani- koff's Prélude. Bij heide uitvoeringen was het kerkgebouw (waarin bijna 700 plaatsen) goed gevuld: op 28 December waren aanwezig burgers, korpo raals en manschappen, op den tweeden avond kerkelijke en burgerlijke gezaghebbenden, offi cieren (onder wie de stellingbevelhebber, gene- raal-majoor H. L. van Oordt). onderofficieren, allen met door hen genoodigrden. kor poraals en manschappen. Twee avonden van hijzonder genieten voor de hoorders, en daar door van voldoening voor de medewerkenden. Militaire Hufsvlljttentoonstelüng te Willemstad. Kanonnier L. van der Wulp schrijft ons: Do door don Volksbond tegen Drankmis bruik uitgeschreven wedstrijd met tentoon stelling van militaire huisvlijt voor de troepen in Noord-Brabant van de Stelling van liefc Hollandsch Diep en het Volkerak (de tentoon stelling werd gehouden op 26, 28 en 29 Decem ber) had zeer goeden uitslag. Afdeeling der vaklieden (IS inzendingen) en afdeeling der niet-vaklieden (56 inzendingen) waren wel sprekend bewijs van veel kunstzin, toewijding on volharding. Do regeringscommissie (burge meester Pape, predikanten Eigemen en Van Dam, pastoor Laaue, vestingbevelhebber Van Altena), bijgestaan door een jury, reikte in den avond van 30 December in het Militair Tehuis, de volgende prijzen uit: Verguld-zilveren medaille, uitgeloofd door den hoer generaal-majoor, stellingbevelhebber, voor de schoonste inzending der tentoonstel ling, aan korporaal Van Milgén, voor model Engelsche trap. ïn de afdeeling der vaklieden: lo prijs, zilveren medaille, van den heer ma- - 'V|- en ie Rocliffs Valk, en 3, aan den- zelden; 2. bronzen medaille en f 2 aan Van heeft den oorlog verklaard aan ons land ten 4e. De Engelsche vloot ligt vóór den Schelde- mond; ten 5e. De geheele Engelsche vloot ligt in de Schelde! En om „elck wat wils" te geven, heette het: Duitechland heeft Nederland gewaarschuwd, dat zijne neutraliteit wae geschonden door En geland, daar Engelsche oorlogsbodems de Schelde waren opgevaren. Nu, dat doet voor zeker „de deur dicht". Wanneer ik hier nog bijvoeg, dat die ver schillende geruchten werden verkondigd bin nen den tijd van 2 uren, zegge 2 x 60 minuten, dan teekent zulks don angst van liet grooté publiek, opgewekt door een leugenfabricaat, vergroot door het nerveuse publiek zelf. Een grappenmaker, die opgenoemde „leugen- fabricaties'hoorde, voegde er met een quasi ernstig gezicht bij: „en op de hoogte van IJmuiden en Den Helder staan 5 regimenten Sohotsche Hooglanders!" Vrage: op klompen? Neen, aan het verspreiden van dergelijke berichten, waar geen letter waars aan is, doen wij niet mee. De tijden zijn waarlijk ernstig genoeg, te ernstig, om het publiek te doen schrikken, erger, het publiek angst aan te jagen voor een gevaar, dat niet bestaat. Waar om het publiek noodeloos verontrust? Waarom het te beangstigen en to doen vroezen voor iets, wat alleen bestaat in de gedachten van een of anderen longenconstructeur? Neon, nog maals: daaraan niet meedoen! S. H. PIETERSMA. Of de Schelde in de Engelsche vloot? P. Oudejaarsavondviering. Mil. H. L. Smalle-gang e schrijft ons: De Oudejaarsavond zal voor het overgroot© deel van het leger wel niet de aangenaamste avond der mobilisatietijd geweest zijn. In ge dachten verwijlde menigeen in zijn vriendelijk thuis en de betrekkingen onder dienst zullen te huis evenzoo wel niet veel uit de gedachten of gesprekken geweest zijn. 't Was daarom zoo fijn gevoeld door de officieren van do 3e sectie der verbandplaatsafdeeling, om do manschap pen den laatsten avond van het jaar zoo aan genaam mogelijk to maken, door hen samen te laten komen in een der schoollokalen en hen te onthalen en door spel en voordracht het ge mis van den huiselijken kring, zooveel in hun vermogen was, te vergoeden. t Behoeft niet gezegd, dat de manschappen dit nieuw bewijs voor de steeds zoo welwillend-, behandeling van de zijde hunner officieren op hoogen prijs stellen en dien avond in dankbare herinnering zullen houden. Een mooi feest. Mil. H. Koopmans schrijft ons: Reeds lang was aan de manschappen der 3e ocinp., 2e bataljon, 20e reg. inf. een gezellige avond beloofd, welke gegeven zou worden van do gelden, welke opgebracht waren door de cantine, dio onze compagnie gehouden had Dit bedrag was nog aangevuld door eenige milde gevers en geefsters, maar steeds was er door dienst iets tusschen gekomen, waardoor het plan weer eenigen tijd moest worden uit gesteld. Wat een prachtig idee van onzen compag nies-commandant, den WolEdl. heer kapitein Donck, om alles zoo te regelen, dat de dienst het toeliet en wij juist op Oudejaarsavond den toegezegden avond konden vierenwant me nigeen der manschappen had misschien dien avond meer aan huis gedacht »U iederen an deren avond, maar nu vergat men alles, een ieder was feestelijk gestemd. Want ik moot dadelijk zeggen dat de®o avond prachtig ge slaagd is. Onder het spelen van eenige vroolijke mar- sehen door het „strijkje'werden orn zeven uur de deuren van het gezellig zaaltje ,,St. ltemi" geopend en traden de genoodigden bij drommen naar binnen. Ieder ontving dade lijk een nummer voor do tombola en eenige si garen tevens werd ieder in de gelegenheid gesteld do tafel met prachtige prijzen voor de tombola, welke door rappe handen geëtaleerd was, ia oogenschouw te nemen. Toen allen gezeten waren, nam de voorzitter, van dezen avond, de WolEdl. Gestr. heer lo luitenant Roelofsen het woord. Nadat er een telegram met geluk wenschen aan onzen kapi tein, die door verlof verhinderd was op dezen avond aanwezig te zijn, verzonden was, ein digde de luitenant zijn goed gekozen rede en wensch te ieder een gezeliigen avond toe. Om alles te noemen, wat dien avond op het programma stond, zou tc veel gevergd zijn van de plaats in deze courant. Ik zal du© alleen de „clou" van den avond noemen een wedstrijd in voordragen, waarvoor zelfs heel hooge prij zen waren beschikbaar gesteld. Ieder deelne mer deed dan ook zijn best, zoodat hc-t voor do jury een zware taak was, een beslissing te nemen, maar waarmede zij schitterend slaagde. Nadat de tombola wa© afgeloopen, en menig een zijn bezittingen met een prachtig doelma tig stuk had verrijkt, nam onze bataljons commandant, de WelEdl. Hooggestr. heer ma joor Van der Moer, die tot onze genoodigden behoorde, het woord. Veel redenen heb ik ge hoord, maar nog zelden heeft een rode mij zoo getroffen als deze van onzen majoor en toen hij dan ook eindigde met een „Leve d© Ko ningin" barstte er een hoera los. als ik, als Amsterdammer zdjnde, maar weinig gehoord heb. Daarna sloot d© voorzitter met een harte lijk woord dezen avond, waarop getoond is, welke goede verstandhouding er heersebt tus schen de officieren en manschappen der 3e com pagnie, een verstandhouding waarop het land trotsch mag zijn. Leve de Koningin !!1 Leve de Bataljons-commandant! Leven de Officieren Leven onze Kameraden! H. KOOPMANS. Miücicn 3. II. 20 R-I. Concert te Numansdorp. Men schrijft ons !NLaandag 23 Dec. werd wederom een concert gegeven voor de militairen van het iort Bui- tensluis in de door de manschappen versierde zaai van hét gebouw „De Eendracht". Om streeks 7 uur was de zaal reeds geheel gevuld met inwoners en militairen. Sergeant Dekker, welke in opdracht van don kapitein Tijkon', die tot aller leedwezen door dienst verhinderd was dit concert bij te wonen, de aanwezigen welkom boette, uitte den wensch, dat de goed© verstandhouding tusschen burgerij en militai ren mocht blijven bestaan. Het residentie concert-ensemble, onder leiding van den heer W. L. de Zoéte Jr., bezorgde ons een genot vollen avond. De met zorg gekozen nummers vielen zeer in den smaak en werden dan ook met. applaus begroet. Als extra-nummer kre gen wij ten gehoore een vioolsolo, gegeven door den heer De Zoete, waaruit ons duidelijk bleek, dat genoemde heer zijn instrument wel meester is. De muzieknummers werden afge wisseld door eenige dcclamatienummers van den heer Van Seventer. Vooral de „Episode uit den oorlog van 1870" was aangrijpend mooi. Het komische gedeelte werd door onzen bekenden „vriend Van Noppen" als naar ge woonte op uitnemende wijze voorgedragen. Hij had voor dezen avond een geheel nieuw reper toire. Aan allen, die tot het welslagen van dezen avond hebben bijgedragen, werd door sergeant Dekker, namens de aanwezige militairen, een woord van dank betuigd en do wensch uitge sproken, dat zij spoedig terug mochten keeren. Oudejaars-avond aan den Yweg. Onze mannen aan den IJ weg hebben met Oudejaarsavond ook hun feest gehad, en een feest-, dat er mocht wezen, naar ons toeschijnt. TV© hebben er wel geen beschrijving van ge kregen, maar een der deelnemers er aan zendt ons het programma, en dat op zich zelf ziet en al zeer aanlokkelijk uit. Bovendien schrijft men ons, dat het feest uitstekend geslaagd is en dat de regeling zeer goed was. Het programma, dat er keurig uitziet, wat druk en clichés betreft, en vermakelijk is opge steld, maakt meldiug van zoovele amusante nummers, dat we ons wel kunnen voorstellen, dat onze jongens pret hebben gehad. Muziek was er natuurlijk, die is ©ven onontbeerlijk als de chocolade en oliebollen op oudejaar, er werd voorgedragen, geworsteld, gezongen naar harte lust, en we kunnen ons best voorstellen, dat de mannen naar huis zijn gegaan met tevreden heid over den prettigen avond, die hoop gaf voor 't nieuwe jaar. Oudejaarsavond aan de kust. Mil. J. J- van Ginkel schrijft ons uit Mon ster Hoewel deze oudejaarsavond zeer verschilde van andere oudejaarsavonden, hebben wij hem toch genoegelijk doorgebracht. Wij werden onthaald op chocolademelk en krentenbrood ons vanwege het comité bezorgd. Onze com mandant, de le luit. Van Strijen, trakteerde ons daarna op sigaren en oliebollen, wat bij de manschappen een gul onthaal vond. Deze sympathieke daad zal do goede verstandhou ding tusschen officieren en manschappen zeer doen toenemen. Namens korporaals en manschappen be- .dankte de sergeant Königs den luitenant voor de gulle Uit Monster. Mil. Pracht schrijft ons: Ik lees in de „Soldatencourant" altijd van gezellige avonden, in andere plaatsen of dor pen, maar bij oris, in Monster, is nooit wat t© doen. Nu was myn beleefd verzoek en dat van mijn© kameraden, om ons ook eens op een avond in de week te willen vermaken. Uit Maastricht. Zeer aangenaam i* ons do avond van 29 Doe. geworden, door het gezang van den kor poraal dichter-zanger J. P. J. H. ClingeDoo- renbos, die on* door zajn voordrachton. eo wei- behagende mopjes zeer amuseerde, welke «tuk- door zijne echtgenoot© begeleid werdenook was ons het medewerkende dillottanten-orkest onder leiding van den heer Forgeur zeer aan genaam, welke ons andere herinneringen bracht, dan aan dit tijdperk waarin wij mi verkeeren. Daarom spreek ik namens al mijne kamera den m n besten dank uit, en hoop nogmaals zoo een avondje te mogen bijwonen. mil. G. v. DIJK. Toch feest gevierd. Kit de verbandplaatsafdeeling. die vreesde vergeten tc zullen worden, schrift do mil. I. 'lurk ons thans, dat d© mannen oudejaars avond een gezel li gen avond van do officieren hebben gehad. Hij kan dan ook niet nalaten, namens de verbandplaatsafdeeling hartelijk dank daarvoor tc betuigen. Kantteekenlngen op do onzedelijkheid. II Mil. H. Schilp schrijft ons Er bestaan twee uitdrukkingen, die een tegenspraak inhouden; „Les idees marchent", en „Er is niets nieuws onder do zon". Hul digt men de eerste, dat de gedachten, de ideëen vooruitgaan, dan komt men blijkbaar in bot sing met de tweede. Toch zijn ze beido waar draagsters van bijna even groote waarheden dat enkele woorden tekort schieten om alle waarheid te omvatten, zal men ze niet kwalijk nemen. Ook is de tegenspraak niet zoo groot bij aandachtige beschouwing. Zo formuleeren do twee kanten van eenzelfde zaak. Achter de wereld van wisselende vormen en beschou wingen zit een kern van wezensgelijkheid. In de kleinere wereld der zedelijkheid is het niet anders. Ik verdiep me hier niet in de beschou wingen van den ouden wijsgeer, die f leech jes met allerlei vochten hoofdschuddende beschouw de. In één zat een vocht, dat aan don mensch onttrokken alle liefdeleven op slagen dooden zou. Dat hij gelukkig zij met zijn vondst, do praktijk roept om andere dingen! Is er vooruitgang merkbaar in het zedelijk leven? Ziedaar de groote vraag, die misschien wel nooit bevredigend beantwoord zal kunnen wordentenminste zóó bevredigend, dat de vooruitgang tot het einddoel zou genaderd zijn. Minder veeleischend gewogen: „Is er eenigen vooruitgang tc speuren Ik geloof van „Ja". Die vooruitgang zit hoofdzakelijk nog in de ideeën en het uiterlijke, maar ze zullen eenmaal doorwerken. Troosten we ons daar voorloopig mee. Elke tijd heeft zijn eigen hoofdzonde gehad, maar alle kwamen steeds voor. Do zonden mogen minder ruw worden: geraffineerder; we herkennen de' ourle trekken. Do Middeleeuwen teekenden den duivel met bokspooten en staart. Heine beschrijft hem als een wereldwijs man; zeer ervaren en van hoogst aangename manie ren. Maar ik vermoed, dat de oude glimlach nog steeds om de dnnne lippen speelt. De onzedelijkheid heeft in alle tijden haar rol gespeeld. Met huivering denken we aan :t ver delgde Sodom en Gomorra, toch hebben do zwa- velvlammen niet alles verteerdOnan, ondanks het feit, dat God hem wegnam leeft nog in ons midden voortmen leze slechts de verklaring en van enkele geneesheeren omtrent het hooge percentage van hen. die zondigen tegen de na tuur. De uitspattingen van de Romeinen uit hun tijd van weelde en verval zijn niet met het volk ten ondergegaanal missen we nu de open lijkheid, die zij in driesten overmoed aan hun verkeerde daden geven dorsten. Er is een cultus van de geslachtelijke liefde geweest, die we nn niet meer kennen kunnen. Het komt niet meer in onze hoofden op (of laat ik voorzichtig zijn. want leven in Parijs geen mystici, die den schoonen naam van „Sa tanisme", aan hun geloof gegeven hebben, en meenen het best te doen door zich in allerlei op zichten op het diorlijkst uit te leven), hot komt nauwelijks in onze hoofden op de Godheid in onzedelijkheid te dienen. Toch was de dienst van Astarte in Phoenicia niet anders; in on tuchtigheid meende men de Godin een welge vallig offer te brengen. Wat voor rare dingen nu nog in de vunsto uithoeken van de samen leving mogen gebeurendat die menschen een godsdienst als den hierboven genoemden er op na zullen houden, meen ik te mogen betwijfelen. Zoo staan we dus ook in dit opzicht op de schouders van de vorige geslachten cn putten leering uit hun ervaringen in het leven, dat ons voor zoovele eigenaardige moeilijkheden stelt. Goede menschen zijn er altijd geweest, die in woord en wandel tegen de zonden hebben ge tuigd. In onzen Bijliel vinden we de verhalen van groot© zonden en menschen, die met heili gen ijver bezield, daar met macht tegen op traden. Ze geeft ons tot waarschuwing ook voorbeelden hoe hoogstaande menschen tot de slechtste daden komen wanneer ze niet steeds wakende zijn en in al hun daden het evenwicht brengen, dat er slechts inkomen kan door do hoogere beïnvloeding van onzen God. die zich openbaren wil in ons, wanneer we Hem bidden Wanneer we zoo loven, staan we pal tcger. alle verleiding en vinden in ons hart een bol werk tegen alle onreine gedachten en verkeer de daden. In de Heidenwcreld was de reac' tegen het aanmatigende van dc zonde ook n:e klein. Ik herinner hier slechts aan d«n Mithra dienst, waarbij zich ook vooral v^l solde*, aansloten. Van hun vast voornctnon om ziel' onthouden van alle onreinheid gaven ze bib door bet leiden van een voorbeeldig loven. Nn de wijding, de z.g. taureboleum, waarbij ze zie lieten bedruipen door het bloed van een ge slachten stier, die vlak boven ken uitbloeöde,

Krantenbank Zeeland

De Soldatencourant. Orgaan voor Leger en Vloot | 1915 | | pagina 3