5£5£»iSl£
IDE SOEDATElvcoURii.lsrrx' van Vnjaag -at December 1914
rusA
OP ZEE.
Legerzaken.
Correspondentie.
Uit Leger en Vicot.
Dat do humor den Duitschers niet in den stoek laat, ziet men op ait plaatje. De
Duitsche troepen to velde zetten soms allerkoddigste teekeningen op liun kwartieren,
Deze zijn goed geslaagd. Het huis schijnt geleden te hebben, want slechts één ruit heeft
het vuren overleefd.
den, dafc vooral bij Dixmuiden en Nieuw-
poort thans gestreden wordt.
Aan de grens is men strenger dan ooit.
Niemand wordt meer doorgelaten. De
klaarblijkelijke bedoeling der Duitschers is,
dit noordwestelijk deel van België geheel te
isoleeren. Het is daar trouwens ook niet
meer een betrekkelijk vreedzame bezetting
maar een geheel op voet van oorlog ingericht
leger. Tot zelfs de uiterste wachtposten zijn
telefonisch met het plaatselijk opperbevel
verbonden.
In Gent.
Aan de „N. Rott. Ct." wordt bericht
Vrijdag zijn te Gent door Engelsche
vliegers bommen geworpen in de buurt van
de Voerhaven. Twee bommen ontploften
niet, één kwam in het water terecht. Twee
werklieden werden licht gekwetst en enkele
bommen richtten stoffelijke schade aan.
De petroleumtanks, waarop de aanval
blijkbaar bedoeld was, werden niet geraakt.
De Duitschers schoten op de vliegers, die
in de richting van Eecloo verdwenen.
Van heden, af kunnen de ingezetenen
van Gent per dag slechts twee-en-een-half
on3 brood krijgen voor elk, die ouder ia
dan zeven jaar.
Duitschiand.
De keizer op het oostelijk gevechtsterrein.
De Duitsche keizer bracht een bezoek aan
het Oostelijk gevechtsterrein. Gisteren
kwam hij te Insterburg aan, en na een
korte begroeting zette hij de reis per auto
voort naar het front der strijdende troepen.
Von Moltke hersteld.
De chef van den generalen staf in het
Duitsche leger, generaal Von Moltke, is
van zijn ziekte hersteld en zal zijn dienst
hervatten.
Een bezoek bij den Kroonprins.
Een Amerikaansch journalist-. Karl von
Wiegand, blijkbaar van Duitsche afkomst,
van de United Bess. Association, die
onlangs in liet hoofdkwartier van den
Duitachcn Kroonprins in het Argonnenwoud
een bezoek bracht, heeft daarover een me-
dedeeling gepubliceerd, waaraan door de
„N. Ct." een en ander wordt ontleend.
De journalist werd ontvangen door den
adjudant van den Kroonprins, en tijdens
het gesprek met dezen, kwam de prius bin
nen eenvoudig gekleed in de velduniform,
met geen ander versiersel dan het lint van
het Uzeren Kruis, was de Kroonprins zoo
natuurlijk en eenvoudig, zegt Wiegand, dat
men spoedig vergat met een tockomstigen
Keizer te spreken.
„Wij begonnen onmiddellijk den oorlog te
bespreken, die noodelooze offers vergt in een
strijd, waarvoor zoo weinig reden scheen te
bestaan. en ik kreeg daardoor onmiddellijk
den indruk, dat dit niet de man is, om ge
noegen te vinden in dezen oorlog, noch de
vuurvreter als hoedanig men hem dikwijls
afgeschilderd heeft. Hij zei, dat hij blij was,
dat ik het gevecht in do Argonnen kwam zien.
dat zijn werk was en misschien de ongewoon
ste oorlog, eenig in zijn soort. ,.Ik ben soldaat
en kan daardoor niet over politiek met u
spreken, maar deze oorlog schijnt me zoo
onzinnig, zoo weinig noodzakelijk, zoo ongv-
wenschtT; maar Duitschiand was geen keus
gelaten in dezo zaak. Van laag tot hoog weten
wij, dat we vechten voor ons bestaananderen
mogen hctzelfdo zeggen, maar dat verandert
niet« aan het feit, dat wij een Duitseh volk
zijn, een groote eenheid, vervuld van een
waarlijk prachtigen geest van zelfopoffering;
u zou nooit in staat zijn het Duitsche volk te
overtuigen dat deze oorlog niet enkel en alleen
is op touw gezet om Duitschiand to vernieti-
gen."
De correspondent kreeg den indruk dat de
Kroonprins evenals 99 der Duitschers
Engeland verantwoordelijk acht, maar hij legde
geen hatelijke bitterheid aan den da», zooals
in zoo menigen kring, hoog of laag, gehoord
wordt, integendeel, er was een soort van
droefheid in hetgeen hij zei.
De correspondent bleef eeuige dagen in
het hoofdkwartier van den Kroonprins, en
zijn indrukken waren bijna liet tegendeel
van die door de meeste van 's Kroonprinsen
beschrijvers opgedaan. Het is een nuch
tere, ernstige jongeman, sterk onder den
indruk van zijn verantwoordelijkheid en
van den ernst dezer tijden. Hij ziet er wel
heel jong uit, men zou hem zijn 32 jaar
niet aanzien, maar bij is door de gebeurte
nissen gerijpt. Hij heeft, zegt de corres
pondent, een zekere natuurlijke, rustige
waardigheid zonder pose, heeft een afkeer
van het ceremonieel© en vreest daarvan
belemmering van den vooruitgang. Hij
heeft een zekere neiging te zeggen wat hij
denkt en dat veroorzaakt nogal eens moei
lijkheden. ,,Van mijn gesprekken," aldus
het telegram van Von Wiegand, ,,met den
Kroonprins, heb ik den indruk gekregen,
dat hij de bureaucratie allerminst een goed
hart toedraagt. Hij is vriendelijk van aard
en naar sommige van zijn officieren mij
vertolden, is bet feitelijk onmogelijk, hem
het doodvonnis te doen teekenen van ver
oordeelde spionnen of franctireurs.
Onlangs hadden de Franschen een storm
aanval gedaan op een van zijn looprraven in
het Argonnenwoud, en waren met zware ver
liezen teruggeslagen. De Kroonprins had hun
een wapenstilstand aangeboden om hun ge
wonden te halen. Toen ik hem daarnaar vroeg,
bii* ia- Jagen verscheiden© tonder-
/1(,_ dnoden en gewonden voor onze loongraven.
I-Ton eenvoudig de gedachte niet verdra-
J i Ingraven Sommige probeerden c.M.
fuB. om met "Ld™
om een wapenstilstand ïtdden gesmeekt.
De staf van den Kroonprins bestaat bijna
uiMuteid uit jongere offio.eren. WuL
iog^We?rsi^t^X"/eneraal maar
ook een aeer populair mau zal ziju.
Frankrijk.
Op het Westelijk oorloflsterreln.
PAKIJS In iet officieele communique
deVperatiën van 21 November tot
©7 November wordt gezegd, dat de
i.„(- algemeen ziclizelven uitput
vimmen op 25 Nov «u stel-
lino 0T> den rechteroever van tie Tser, zm-
lebik van Diimuyden eu wisten deze te
terwijl onze zware artillerie de toezending
van benoodiadbeden voor den vqaud (in
de eevecbtsliuie) vrijwel onmogelijk maakt.
LONDEN. Een bericht van den 0OTT!f
nondent in Noord-Franknjfc meldt: De
Duitschers bomhardecren sedert een maand
dagelijks Betbnne; iederen dag vallen tra-
Sw^rfvSati1^ De schade is met
.root, maar tien burgers werden gedood,
HlgJ£Wgradnaten was van bet jaar 1692
wal de meening schijnt te bevestigen, dat
de Duitschers gebrek aan ammunitie be
^DrDÏiihert'iiebben de gevangenis te
Eiissel geopend, en de oude en invalide
gevungtuieu in vrijheid gesteld, de anderen
naar Duiteehland gebracht.
In den oorlog worden zelfs kerkhoven
niet ontzien. Een jong Fransch journalist
dis bij den Franschen troep dient, meldt
dat de Duitschers aan de eone zijde van een
kerkhof stonden, de Franschen aan de
andere zijde. De Franschen kwamen op
het denkbeeld een «ang te graven onder het
kerkhof de Duitschers deden hetzelfde, en
een bloedige ontmoeting had plaats onder
°80precnUlndero plaats namen de Dnitschcr.
familiegraven, haalde de kisten er uit, en
gebruikten de kelders als verschansingen
PARIJS- (Communiqué). In België heb-
ben vrii hevige kanonnades plaats. Op den
30sten November heeft de Duilsohe infan
terie geen aanval meer gedaan.
De vijand blijft vrij groote activiteit be
toenen ten noorden van Atrecht,
In de Aisne-streck trad de artillerie bij
tusschenpoozen over het geheels front au
Argonne duren de gevechten voort,
zonder dat de toestand zioh wijzigt.
Van Woovre en de Vogezen valt niets te
vermelden.
PARIJS. Hot avondrapport van Dins-
d''ln ^België beproefde de Duitsche infante
rie haar loopgraven ten zuiden van But
schooten to verlaten, doch zonder succes.
Na een vrij lievig gevecht namen wij het
kasteel en het park Vermelles tusschen B.
'TAfmaakten wij flinke vorde
ringen in het bosch genaamd Gr""»;
Van de overige doelen van het front vol
niets bijzonders te vermelden.
LONDEN. De „Times" verneemt ui'
Noord-Frankrijk bijzonderheden over het
lot van de steden en dorpen in de buurt
van Vlieren gedurende de laatete vijf we-
ken Het blad meldt dat Boillent zeer vcd
bad te lijden, al werd het ook niet
ten. Uitersteeno en Meteren zijn hevig g
b0vïenriennee, dat sedert 23 Augustus
door de Duitechers is bezet, meet een
schatting van een millioon francs betelen
rVaf voor het feit, dat ofi de maine
e«n pak humoristisch© vlugschriften werd
gevonden, welke tegen den keizer waren
gericht.
Eon wanhopige poging.
LONDEN. De „ooggetuige" in het Brit-
sche hoofdkwartier deelt het volgende tot
dusverre onbekende feit mede uit den aan
val van de PruijiTkche garde op 11 Nov.
„Nadab de vijand door de Briteche frontli
nie was gebroken, was de toestand zeer ern
stig, want cr waren op dat oogenblik slechts
twee velclcompagnieën genie beschikbaar
als reserve.
Aan het rechte>rfront van de Duitsohe
a.anvallers stonden t-wee Engelsche batte
rijen, die dood en verderf brachten onder
de Duitschers, deze trokken echter voor
waarts tot vlak bij de kanonnen. Eenige
lijken werden opgenomen op slechts 70
yards van hen af.
D© officieren van de batterijen zagen in,
dat de zaak verloren was, tenzij er een
vuurlinie kon worden gevormd. Zij stelden
te dien einde regimentskoks en andere
mannen op. Deze nieuwgevormde troep
onderhield een gestadig geweervuur en
stuitte op het kritieke oogenblik den aan
val, totdat, andere troepen aankwamen, die
hem geheel en al konden afslaan.
Dezelfde regimentskoks maakten zich
bovendien verdienstelijk door de Duitschers
te verdrijven uit- een huis, vanwaar zij een
Fransche batterij beschoten."
Koning George in Noord-Frankrijk
LONDEN. Eon telegram van onzen cor
respondent in een plaats in het noorden
van Frankrijk meldt, dat kouing George
daar Maandag is aangekomen. Hij werd
door den prins van Wales ontvangen.
Voor zijn vertrek bezocht de koning het
militaire hospitaal.
LONDEN. Alle bladen toonen rich zeer
voldaan, dat de Koning naar Frankrijk is
gegaan. De „Daily Mail" meldt, dat de
Koning bi j zijn aankomst door den prins van
Wales begroet werd.
Uit de loopgraven en van elders.
De Engelsche officieren zijn trouwe brief
schrijvers; wat de couranten aan hunne
epistels ontleenen, geeft aardige kijkjes op
het oorlogsleven. Zoo bevat de Times"
weer eea aantal brieven. Een der schrijvers
bericht
,,Het eeuige warms dat wij in do loopgra
ven krijgen, is de avondthee; de Duitschers
weten precies het uur van onze maaltijden,
tenminste, zij sturen er altijd „Johnsons"
(shrapnels) hij. Toen wij onlangs wat lagen
uit te rusten in een veestalletje, kwam het
vuur wel wat erg dichtbij... dat is zoo de
gewoonte der Duitschers: zij beginnen aan
het ©ene einde van een loopgraaf, en gaan
net zoo lang voor- en achteruit, totdat ze
denken dat we er genoeg van hebben. We
wachtten tot dat er een granaat door het
dak vloog en toen gingen wij naar buiten...
de kogels sloegen neer als een hagelbui.
Blijkbaar was er een hevige aanval hier of
daarwij verspreidden ons om dekking te i
zoeken, waarbij twee of drie arme duivels
hun kogel kregen. Daarop begon de artille
rie; zes granaten barstten per minuut, ge
lukkig meest achter ons. Ik weet niet, of
de Duitseh ér s ons zagen, maar om ons heen
sloegen de „Johnsons" gaten van vier en
vijf voet diepte in den grond. Een ervan
barstte boven ons hoofd en bestrooide ons
met zand en grind.
Nadat wij thee gedronken hadden (de
brief is in zeer opgewekte® stijl geschreven)
gingen wij aan het werk. Een granaatkar
tets, die OT> korten afstand van ons barstte,
sloeg een aantal kogeltjes diep in een tele
graafpaal naast mijjuist was ik bezig er
een paar als souvenir los te peutoren, toen
zij vier granaten tegelijk in onze richting
joegen.
Ik wist niet meer wat te doen, maar om
mijn mannen niet te ontmoedigen liep ik
door... Toen wij 's avonds in reserve gingen,
waren er onder ons, die 41 dagen in de loop
graven gelegen, hadden
Morgen gaan wij weer in het vuur;.het
eenige, waarvoor wij bang zijn, zijn de
Duitsche brisantgranatenik zag er een in
een vrij groote hoeve slaan, en pang
toen het stof opgetrokken was, lag er een
hoop rood steengruis, anders niets!
Zoo zij-i heele dorpen verwoest."
Een ander schrijft over de sneeuw
„Heb weer is afschuwelijk, het sneeuwt,
en alles is modder en water op de wegen en
paden. Gisteren, toen wij weer langs zoo'n
weg waadden, kwamen wij onder scherp
Duitseh artillerievuur zij schieten wan
hopig juist! zij hielden ons een dag met-
hun mitrailleurs gevangen.
Voor enkel© dagen sloeg een granaat in
een kamer waar wij zaten... een hevige slag,
en de heele zijmuur stortte over ons heen.
Drie van ons werden gedood, velen gewond,
ik kwam er met 24 uur hoofdpijn af.
Met Zeppelins en vliegmachines waren zij
ook al boven onze loopgraven... de bran
cardiers en hospitaalsoldaten werken des
nachts het meest, dat is iets veiliger dan
overdag."
Minder opgetogen, en meer objectief
schrijft een zeeofficier over het bombarde
ment van Akaba (Sinai-schiereiland). Zijn
kapitein gaf hem verlof tot het schrijven
daarvan, hoewel hij natuurlijk over de lange
kruistochten, die zijn schip sinds het begin
\an den oorlog gemaakt heeft, niets zeggen
mag.
„Wij wisten", zoo schrijft hij, „dat de
Duitechers in Akaba een soort opslagplaats
/an mijnen wilden inrichten, een soort ver
nielingskantoor voor onze transporten, die
door het Suezkanaal naar het front moeten.
Helaas, wij mochten het niet aanraken,
daar het Turksch grondgebed was. Zoo
wachtten wij geduldig op het bevel tot bom
bardeeren. Wij hadden een weelderige
tad, met luchtige paleizen en witte hui
len verwacht... stel u echter onze teleur-
telling voor, toen Akaba een complex van
nodderige huizen met een fort er naast,
m oen gordijn van dennenboomen er voor
•leek te zijn l
Toen wij eindelijk schieten mochten
ging eerst liet fort er aan, in drie Bcho-
ten... daarna het postkantoor; wij wacht
ten maar op het daglicht om verder te
Taan, en den volgenden morgen gingen wij
net 200 man aan land.
Aan land waren wij in een lastig parket
wel hadden gedurende de ontscheping
de scbecpskanonnen ons nog wat beschermd,
maar van uit het kleine dal, waarin wij
kwamen, was niet veel te zier.
In de stad waar ouzo jongens direct
ip wilden =3 jonden wij drk» burgers met
de wapens in de handzij werden op de
plaats gedood. Alleen de Moskee was ver
sterkt en wel blijven staan, onbeschadigd.
Bij het station, waar het terrein vlak is,
worden wij plotseling van de heuvels be
schoten; de positie der overigens slecht
schietende vijanden was niet to ont
dekken, en, gedurende onzen terugtocht
naar het schip waren wij voortdurend onder
vuur.
Het plaatsje bleek 100 bronnen te bezit
ten de pelgrims komen er om water en
dadels te halen... en waren veel oude en
interessante dingen, die wij gemakkelijk
haddon kunnen medenemen, onze mannon
lieten echter alles staan... wij houden den
naam van de Britscho vaan hoog! O
Oostenrij k.
Het Oostenrijksche leger
WEENEN. Sanboro, de oorlogscorres
pondent van de Cornere d'Italia", geeft
in het „Neues Wiener Tageblatt" zijn in
drukken weer van het Oostenrij ksch-Hon-
gaarscbe leger.
In warme bewoordingen prijst hij de be
kwaamheid van den opperbevelhebber, de
dapperheid der officieren en den helden
moed der soldaten, waarbij hij speciaal
wijst op liun schitterend élan bij bajonet-
aanvallen, dat ten overvloede blijkt uit het
groote aantal krijgsgevangenen.
Santoro brengt ook hulde aan de uitste
kende organisatie van den proviandeerings-
en gezondheidsdienst, en spreekt de hoop
uit, dat weldra de dag zal aanbreken, dat
het Oostenrij-ksch-Hohgaareche leger de
vruchten van zijn moeite en opofferingen
zal plukken.
Wat het oorlogstooneel in Servië betreft,
verklaart hij, dat het krachtig offensief van
de Oostenrijksch-Hongaarseh© troepen te
opmerkelijker is, daar de Serviërs niets heb
ben nagelaten om den opmansch van den
vijand tegen te houden.
Santoro beschouwt het aanbreken van den
winter als een gunstigen factor voor de Oos-
tenrijksch-Hongaarsche operaties tegen de
Russen, wijl deze, bij de onmogelijkheid om
in den bevroren grond loopgraven te ma
ken, wel genoodzaakt zullen zijn een veld
slag te aanvaarden. En daarin zijn de Oos-
tenrijksch-Hongaarsche verreweg hun meer
deren.
Ten slotte wijst Santoro op het feit, dat
hem reeds bij de mobiliseering verbaasde1,
n.l. dat aan het front a.lle nationaliteitsver
schillen uitgewischt zijn. Vooral in den oor
log tegen Servië is de eendracht, opoffe
ringsgezindheid en vaderlandsliefde van do
troepen der monarchie duidelijk gebleken:
De regimenten, dia zich in de gevechten
tegen de Serviërs het meest hebben onder
scheiden, bestonden uit soldaten van de
zelfde nationaliteit als de vijand. Dit is een
zeer opmerkelijk verschijnsel, van verstrek-
Servië.
In Servië.
WEENEN. Onder dagteekening 1 Deo.
wordt medegedeeld:
Wederom is een periode in de operaties
op het zuidelijk oorlogstooneel met een over
winning geëindigd.
De vijand, die op het laatst mot rijn ge
ilede strijdmacht ten oosten van de Kale-
bara en de Ljig dagenlang hardnekkige®
tegenstand bood, deed toen een poging om
zelf tot liet offensief over te gaan. Over de
geheel© linie werd bij echter verslagen eu op
den terugtocht leed hij wederom zware ver
liezen. Op het slagveld van Konatice alleen
vonden onze troepen S00 onbegraven lijkon.
Ook is bet Servische leger, doordat zoo-
velen in krijgsgevangenschap geraakten, be
langrijk verzwakt; sedert liet begin van het
laatste offensief zijn meer dan 19000 man
gevangen genomen en 47 machinegoweren,
46 kanonnen en een groote hoeveelheid an
der materiaal buitgemaakt.
T u rkije.
Zn de streek van Erzeroem.
Zooala ©en telegram uit Konstantinopel
Zondagmorgen meldde, ontkennen d© Tur
ken de juistheid van de Russische berichten,
dat zij gedwongen waren geweest in de streek
van Erzeroem (Klein-Azië) terug te trekken.
De correspondent van de Beurscourant te
Tiflis geeft, volgens een telegram in de
„Times", een uitvoerig relaa3 van de ge
vechten hier en beweert daarin dat de Tur
ken na een vergeefsche poging om den Rus-
schen rechterflank door te breken, door het
„uitstekende werk" van de Russisch© artil
lerie tot den terugtocht werden gedwongen
en wel tot een wanordelijken terugtocht
langs het geheele front met achterlating
van geweren, kanonnen, caissons en muni
tie, waarbij ze nog door de Kozakken wer
den vervolgd. Deze correspondent vertelt
verder, dat gevangen genomen Turksche
officieren en soldaten verklaarden, dat
koude en honger de Turken tot den terug
tocht dwongen. Vele soldaten werden be
vroren in do vijandelijke loopgraven gevon
den. In een geval vond men een aantal sol
daten dicht opeen gekropen om elkander te
verwarmenmaar allen waren bezweken.
Albanië.
WEENEN. Aan de Albanisohe Korres-
po ndenz" wordt uit Santi Quaranta be
richt
De voorloopige regeering van Epirus heeft
een proolamatie uitgevaardigd aan het volk
van Boven-Epirus, waarin gezegd wordt
„Onze strijd is mot een overwinning geëin
digd. Al onze wenschen zijn vervuld Gij
zij I- voorgoed opgenomen in de Helleensche
familie".
In de proclamatie wordt dan verder aan
Het boek als levensredder. Een dik Gebedenboek, dat in een huis op tafel lag,
werd door een schrapnelkogel getroffen, die in de dikke bladenmassa bleef steken en
zoo geen verder onheil aanrichtte.
kende beteeken is, dat ook in het buiten
land bijzonder de aandacht heeft getrok
ken.
Rusland.
Op het Oostelijk oorlogsterrein,
PETROGRAD. Rapport van den gene
ralen staf
De hardnekkige gevechten in de richting
Lowibsj duren voort. Een poging van de
Duitschers om terrein te winnen in de om
geving van Sjernof werd afgeslagen met
groote verliezen voor den vijand.
Op het front aan den linker Weichsel-
oever bleef het den 29 Nov. bij een artil
leriegevecht.
De Russische troepen namen dan 28sten
Nov., na een strijd van tien dagen, de Oos
tenrijksche stellingen, welke de overgangen
van de Karpathen dekken, over een uit- I
gestrektheid van ongeveer vijftig kilome-
ter van Konicza ten noorden van Bartfeld
aan de Jidofsk en Jindranofa, tot Sjoeko,
ten zuiden van Mezo en Laborcz. De Rus
sen maakten vele krijgsgevangenen en ver
overden talrijke kanonnen en mitrailleuses.
In de eerste helft van November maak
ten wij in het geheel 50,000 man en 600
officieren van bet Oostenrij ksch-Hongaar-
sche leger krijgsgovangenen.
Bij Plock namen de Russen vier barken,
beladen met oorlogstuig.
In Oost-Pruisen wordt de strijd op kleine
•ichaal voortgezet.
In de Zwarte Zee werd sinds 21 Nov.
geen Turksch oorlogsschip meer opgemerkt.
De Tsaar naar het front.
PETROGRAD. De Tsaar ia hedenoch
tend te 10 uur vertrokkeu naar het oorlogs
tooneel.
Rusland en de luchtvaart.
Volgens don Petersburgsohen correspondent
van do „Berlingske Tidendo" lieeffc liet Rus
sische leger op het gebied van de aviatiek een
groote® achterst-and in te halen. I)e Russische
'egeraa®voerders zijn dagelijks in de gelegen
heid te bomerkon, dat de Duitschers op dit
gebied heel wat meer prestoeren dan zij. Voor-
namelijk de Duitsche artillerie trekt veol voor-
doel van de aanwijzingen die de aviateurs haar
doen. Men zet er nu van Russischen kant alles j
op, om de aviatische afdeeling te verbet/ren en
zooveel mogelijk aviateurs op to leiden. I
Do luchtschepen hadden volgens den corres-1
pondent, op hot oostelijk oorlogstooneel nog
weinig van zich doen spreken. De Duitschers
schijnen ze hier weinig te gebruiken, en men
heeft nog maar heel zeldzaam een Zeppelin j
boven de Russische e tellingen gezien,
alle officieren, onderofficieren en solda
ten, die heldhaftig hebben gestreden onder
de banier van Epirus, hartelijk dank ge
bracht en hun missie voor geëindigd,
verklaard.
De proclamatie eindigt aldus: „Leeft
allen gelukkig, gij en uwe nakomelingen,
in den schoot van onzo njoeder Grieken
land."
De „Bulwark".
Oüitrenfc den ondergang van de „Bul
wark", het in 1899 van stapel geloopen
slagschip van 15,000 ton, dab het vlagge-
schip is geweest van admiraal lord Charles
Beresford en dat onder zijn commandanten
o.a. ook den vermaarden Poolreiziger Scott
telde, zijn nog geen nadere bijzonderheden
verkregen. Alleen staat dit blijkbaar wel
vast, dat het bericht juist is dat het schip
te gronde is gedaan door een ontploffing
aan boord en die ondergang niet heb ge
volg is van eeuige daad van den vijand.
Hoe de ontploffing aan boord ontstond zal
het onderzoek, dab door de admiraliteit on
middellijk is bevolen, aan het licht moeten
zien te brengen, maar de maritieme mede
werker van de „Times'" wijst er op, eu hij
herinnert daarbij aan den ondergang van de
„Maine" in de haven van Havana in 1898,
dat het lang niet gemakkelijk is met eenige
zekerheid de oorzaak van de ramp vast te
stellen.
De maritieme medewerker van de
Times" herinnert tevens aan enkele
soortgelijke rampen, die de Britsche vloot
in den loop der jaren hebben getroffen.
In 1870 ging de „Captain" te gronde
met 500 man, in 1893 de „Victoria" met
400 man, maar men moet teruggaan
tot 1800, toen door den ondergang van de
„Charlotte" 700 menschenlevens verloren
gingen en tot 1782 toen de „Royal George"
bij Spithead zonk met 800 man, om met
heb aantal verloren menschenlevens ©en
vergelijking te treffen met de ramp van
de „Bullwark", maar geen enkele van dee©
scheepsrampen was een gevolg van een ont
ploffing, zooals nu oorzaak was van den
ondergang van de „Bullwark". Diep te
betreuren is het verlies van zooyele dap
peren, zegt de medewerker van do „Times",
maar het verlies van het schip zelfs is van
niet zoo groote beteekonis, de kracht, van
onze Dreadnoughb-yloot, merkt de schrij
ver op, wordt daardoor volstrekt niet ver
minderd.
De „Nestor".
CHRISTIANIA. De Noorsche trawler
„Nestor", die door een Engelsck oor
logsschip bij Fleetwood is aangehou
den en opgebracht onder beschuldiging
onder neutrale /vlag ten noorden van
Ierland Duitsche mijnen te hebben gelegd,
is bet eigendom van een Noorsche roederij,
die echter grootendeeis met Engelsch kapi
taal werkt.
Het schip was door de firma Frank Bar
ret to Grimsby gecharterd. Er kan dus geen
sprake van zijn, dat bet voor Duitschiand
mijnen strooide.
Uit de Staatscourant.
Bij K. B. zijn het reserve-pers. v. d. inf der
landweer benoemd tofc res. 2<le luit., do dienst-
pl. serg. C. van der Woes, 36ste bat.
ia.ndw. inf. en tot zoodanig tijd. benoemd do
dienatpl. serg. N. J. Wetter, 20ste reg. inf.
Bij K. B. Is aan don uit hoofde van li-
cbaamsgebr. gep. kap. G. F. B r a n t s m a,
ran het voorin, reg. grea. on jagers, die bij
K. B. van 20 Aug. op aanvrage, woder in
dienst werd gesteld, opnieuw ter zak© van li-
chaamsgcbr. eervol ontslag uit de® mil. dienst
verleend en hem onder intrekking van het
voortdunond pensioen van 1061 's jaars, hem
vroeger toegekend, een voortdurend pensioen
verleend ad 1313 's jaars.
Ondergeteekonde zou graag van ued. willen
weten, hoe getatouëerde figuren van handen
zijn te verwijderen.
P. DE LANGE, mil. matroos.
Tatouages zijn slechts langs clururgischon
weg to verwijderen d.w.z. door ze weg te snij
den. Men kan ze ook bleeker maken door ieder
tatouageptintje op1 een bopaaldo manier te
branden of door er een kleurstof in te bren
gen, die de tatouageklour minder duidelijk
maakt. Het moet natuurlijk door een dokter
geschieden. B.
Mil. H. Godthelp. Ja, die vrijstelling moet
elk jaar opnieuw worden aangevraagd. Wan
neer hij er af is, kan hij meteen ter plaatse
vragen. Red.
J. F. Kaptein. Die vragen kunnen wij niet
beantwoorden. Beter zal dat gaan wanneer de
belanghebbende datzelfde vraagt aan den
Burgemeester van zijn woonplaats. Red.
Korporaal do G. U moet 11 met uwe vragen
tot uw onmiddellijken chef wenden. Een cou-
rantenrodactïe weet daar niets van. Red.
A. J. ter Horst, ifiil. korp. Gouda, Ziehier
het antwoord ons van bevoegde zijde verstrekt
waarmee ge het nu zult moeten doen.
„Aan militie- en landweerplichtig kader
beneden den ran a van onderofficier, die bij op
komst onder de wapghen, ingevolge do mobi
lisatie zelf ondergoed hebben medegebracht tot
het voorgeschreven aantal, kan van en met
1 Augustus 1914 tot en met 14 November 1914
eene vergoeding worden uitgekeerd van 0.01^
per'dag. Na 14 November 191-1 zal de vei-
niouwing, herstelling en reiniging 'van het
ondergoed van genoemde militairen desver-
langd geheel voor Rijksrekening geschieden.
„Eigen ondergoed on schoeisel mogen
voortaan evenzeer worden gedragen en door
eigen zorg worden hersteld en goreinigd, doch
door het Rijk worden deswege na li November
191i geene vergoedingen meer uitgekeerd"
L. P. U kunt dig opleiding langs den mili
tair hierarchioken weg bij den Opperbevelheb
ber van Land- en Zeemacht aanvragen. Red.
Ondergoteekende wenscht gaarne het adres
to weten van den mil.-sergeant W. G. Pols,
vanj lichting 1910, gediend hebbend bij heb
60 reg. inf.
Mil .-soldaat W. Schot, 4e comp. 3e bat.
4e reg. inf., Ie divisie veldleger.
X, vrijw. korp. Hot beste en aangewezene
is dat u zich tot uwen onmiddellijken ohef
wendt. Met hem kunt u uwe promotiebelangen
bepleiten. Red.
Lectuur en gezelschapsspelen voor militairen.
Het hoofdbestuur van de Nederlandsohe
Vereeniging „Onzo Vloot" bericht dat comman
danten van Oorlogsschepen en officieren- en
onderofficieren-detachemcntscommandanten van
het Loger, die voor hunne ondergeschikten lec
tuur en gezelschapsspelen wenschen te ontvan
gen of behoefte gevoelen aan aanvulling van
die artikelen, desbetreffende, aanvragen kun
nen indienen bij het hoofdbestuur der Neder
landsohe Vereeniging „Onze Vloot", Stations
weg 89 te s -Gravenhage, waar getracht zal
worden zoo eenigszins mogelijk aan die aanvra
gen to voldoen.
Zij worden verzocht daarbij op te geven het
aantal hunner ondergeschikten, in welke talen
lectuur en welke spelen worden verlangd.
Met muziek op wacht I
Sergeant Doff schrijft ons uit Amersfoort:
Het Bowakings-detachement van het I11 ter
neer ingskamp te Amersfoort heeft een heel
aardig muziekkorps onder de leiding van
kapelmeester sergeant Vermeulen. Het korps
trekt in Amersfoort zeer veel de aandacht; heb
brengt bij goed weer telkens de compagnie, die
op wacht trekt bij het 'heb Intemeerings-
depót met muziek heen en brengt hen, die
afgelost worden, op clezelfde wijze terug,
wat natuurlijk in den smaak der soldaten valt.
De verheven taak van de hospitaal-soldaten.
Korp. Fortooien schrijft ons:
't Is oen voorrecht, bij al de gruwelijke
moordpartijen, de reusachtige monschenslach-
ting, welke heden het onderwerp zijn van aller
gesprekken, waarnaar iederen avond met be
langstelling wordt uitgezien en waarvan in de
verre toekomst onzo geschiedenis zal gewagen
met eeuigo bloedige bladzijden, ook iets te
kunnen vermelden, waaruit zal blijken dat
'b menschen hart nog niet geheel is losgescheurd
van allo menschelijko gevoelens.
Gelukkig kunnen we nog daden stellen
tegenover het grove geweld, daden van liefde
en opoffering, daden van moed en zelfverloo
chening, ware heldendaden.
Want noemt- men daden en heldenfeiten,
vernuftige uitvindingen op oorlogsgebied, heer
lijk schoon blinken door <Lat alles heen die
feiten, waarvan zoo weinig melding is ge
maakt, maar die plauts hebben eiken dag eu
die ons aller bewondering moeten afdwingen.
Daar op dab ijselijk slagveld, langs dat
groote front, waarop die troepenmassa's rich
bewegen, gebeuren feiten even vermeldens
waardig als alle groote overwinningen. Daar
is 't- waarvan men kan getuigen, dat nog is in
veler harten, die wondcrschoone liefde, dat'
medelijden en mötlcvoelen, dat echt menscho
lijk is.
Wat. zou een leger zijn zonder die mannen
der liefde? Is 't- niet dat kleine korps van hel
den die rondgaan om anderen te steunen ea