5£5£»iSl£ IDE SOEDATElvcoURii.lsrrx' van Vnjaag -at December 1914 rusA OP ZEE. Legerzaken. Correspondentie. Uit Leger en Vicot. Dat do humor den Duitschers niet in den stoek laat, ziet men op ait plaatje. De Duitsche troepen to velde zetten soms allerkoddigste teekeningen op liun kwartieren, Deze zijn goed geslaagd. Het huis schijnt geleden te hebben, want slechts één ruit heeft het vuren overleefd. den, dafc vooral bij Dixmuiden en Nieuw- poort thans gestreden wordt. Aan de grens is men strenger dan ooit. Niemand wordt meer doorgelaten. De klaarblijkelijke bedoeling der Duitschers is, dit noordwestelijk deel van België geheel te isoleeren. Het is daar trouwens ook niet meer een betrekkelijk vreedzame bezetting maar een geheel op voet van oorlog ingericht leger. Tot zelfs de uiterste wachtposten zijn telefonisch met het plaatselijk opperbevel verbonden. In Gent. Aan de „N. Rott. Ct." wordt bericht Vrijdag zijn te Gent door Engelsche vliegers bommen geworpen in de buurt van de Voerhaven. Twee bommen ontploften niet, één kwam in het water terecht. Twee werklieden werden licht gekwetst en enkele bommen richtten stoffelijke schade aan. De petroleumtanks, waarop de aanval blijkbaar bedoeld was, werden niet geraakt. De Duitschers schoten op de vliegers, die in de richting van Eecloo verdwenen. Van heden, af kunnen de ingezetenen van Gent per dag slechts twee-en-een-half on3 brood krijgen voor elk, die ouder ia dan zeven jaar. Duitschiand. De keizer op het oostelijk gevechtsterrein. De Duitsche keizer bracht een bezoek aan het Oostelijk gevechtsterrein. Gisteren kwam hij te Insterburg aan, en na een korte begroeting zette hij de reis per auto voort naar het front der strijdende troepen. Von Moltke hersteld. De chef van den generalen staf in het Duitsche leger, generaal Von Moltke, is van zijn ziekte hersteld en zal zijn dienst hervatten. Een bezoek bij den Kroonprins. Een Amerikaansch journalist-. Karl von Wiegand, blijkbaar van Duitsche afkomst, van de United Bess. Association, die onlangs in liet hoofdkwartier van den Duitachcn Kroonprins in het Argonnenwoud een bezoek bracht, heeft daarover een me- dedeeling gepubliceerd, waaraan door de „N. Ct." een en ander wordt ontleend. De journalist werd ontvangen door den adjudant van den Kroonprins, en tijdens het gesprek met dezen, kwam de prius bin nen eenvoudig gekleed in de velduniform, met geen ander versiersel dan het lint van het Uzeren Kruis, was de Kroonprins zoo natuurlijk en eenvoudig, zegt Wiegand, dat men spoedig vergat met een tockomstigen Keizer te spreken. „Wij begonnen onmiddellijk den oorlog te bespreken, die noodelooze offers vergt in een strijd, waarvoor zoo weinig reden scheen te bestaan. en ik kreeg daardoor onmiddellijk den indruk, dat dit niet de man is, om ge noegen te vinden in dezen oorlog, noch de vuurvreter als hoedanig men hem dikwijls afgeschilderd heeft. Hij zei, dat hij blij was, dat ik het gevecht in do Argonnen kwam zien. dat zijn werk was en misschien de ongewoon ste oorlog, eenig in zijn soort. ,.Ik ben soldaat en kan daardoor niet over politiek met u spreken, maar deze oorlog schijnt me zoo onzinnig, zoo weinig noodzakelijk, zoo ongv- wenschtT; maar Duitschiand was geen keus gelaten in dezo zaak. Van laag tot hoog weten wij, dat we vechten voor ons bestaananderen mogen hctzelfdo zeggen, maar dat verandert niet« aan het feit, dat wij een Duitseh volk zijn, een groote eenheid, vervuld van een waarlijk prachtigen geest van zelfopoffering; u zou nooit in staat zijn het Duitsche volk te overtuigen dat deze oorlog niet enkel en alleen is op touw gezet om Duitschiand to vernieti- gen." De correspondent kreeg den indruk dat de Kroonprins evenals 99 der Duitschers Engeland verantwoordelijk acht, maar hij legde geen hatelijke bitterheid aan den da», zooals in zoo menigen kring, hoog of laag, gehoord wordt, integendeel, er was een soort van droefheid in hetgeen hij zei. De correspondent bleef eeuige dagen in het hoofdkwartier van den Kroonprins, en zijn indrukken waren bijna liet tegendeel van die door de meeste van 's Kroonprinsen beschrijvers opgedaan. Het is een nuch tere, ernstige jongeman, sterk onder den indruk van zijn verantwoordelijkheid en van den ernst dezer tijden. Hij ziet er wel heel jong uit, men zou hem zijn 32 jaar niet aanzien, maar bij is door de gebeurte nissen gerijpt. Hij heeft, zegt de corres pondent, een zekere natuurlijke, rustige waardigheid zonder pose, heeft een afkeer van het ceremonieel© en vreest daarvan belemmering van den vooruitgang. Hij heeft een zekere neiging te zeggen wat hij denkt en dat veroorzaakt nogal eens moei lijkheden. ,,Van mijn gesprekken," aldus het telegram van Von Wiegand, ,,met den Kroonprins, heb ik den indruk gekregen, dat hij de bureaucratie allerminst een goed hart toedraagt. Hij is vriendelijk van aard en naar sommige van zijn officieren mij vertolden, is bet feitelijk onmogelijk, hem het doodvonnis te doen teekenen van ver oordeelde spionnen of franctireurs. Onlangs hadden de Franschen een storm aanval gedaan op een van zijn looprraven in het Argonnenwoud, en waren met zware ver liezen teruggeslagen. De Kroonprins had hun een wapenstilstand aangeboden om hun ge wonden te halen. Toen ik hem daarnaar vroeg, bii* ia- Jagen verscheiden© tonder- /1(,_ dnoden en gewonden voor onze loongraven. I-Ton eenvoudig de gedachte niet verdra- J i Ingraven Sommige probeerden c.M. fuB. om met "Ld™ om een wapenstilstand ïtdden gesmeekt. De staf van den Kroonprins bestaat bijna uiMuteid uit jongere offio.eren. WuL iog^We?rsi^t^X"/eneraal maar ook een aeer populair mau zal ziju. Frankrijk. Op het Westelijk oorloflsterreln. PAKIJS In iet officieele communique deVperatiën van 21 November tot ©7 November wordt gezegd, dat de i.„(- algemeen ziclizelven uitput vimmen op 25 Nov «u stel- lino 0T> den rechteroever van tie Tser, zm- lebik van Diimuyden eu wisten deze te terwijl onze zware artillerie de toezending van benoodiadbeden voor den vqaud (in de eevecbtsliuie) vrijwel onmogelijk maakt. LONDEN. Een bericht van den 0OTT!f nondent in Noord-Franknjfc meldt: De Duitschers bomhardecren sedert een maand dagelijks Betbnne; iederen dag vallen tra- Sw^rfvSati1^ De schade is met .root, maar tien burgers werden gedood, HlgJ£Wgradnaten was van bet jaar 1692 wal de meening schijnt te bevestigen, dat de Duitschers gebrek aan ammunitie be ^DrDÏiihert'iiebben de gevangenis te Eiissel geopend, en de oude en invalide gevungtuieu in vrijheid gesteld, de anderen naar Duiteehland gebracht. In den oorlog worden zelfs kerkhoven niet ontzien. Een jong Fransch journalist dis bij den Franschen troep dient, meldt dat de Duitschers aan de eone zijde van een kerkhof stonden, de Franschen aan de andere zijde. De Franschen kwamen op het denkbeeld een «ang te graven onder het kerkhof de Duitschers deden hetzelfde, en een bloedige ontmoeting had plaats onder °80precnUlndero plaats namen de Dnitschcr. familiegraven, haalde de kisten er uit, en gebruikten de kelders als verschansingen PARIJS- (Communiqué). In België heb- ben vrii hevige kanonnades plaats. Op den 30sten November heeft de Duilsohe infan terie geen aanval meer gedaan. De vijand blijft vrij groote activiteit be toenen ten noorden van Atrecht, In de Aisne-streck trad de artillerie bij tusschenpoozen over het geheels front au Argonne duren de gevechten voort, zonder dat de toestand zioh wijzigt. Van Woovre en de Vogezen valt niets te vermelden. PARIJS. Hot avondrapport van Dins- d''ln ^België beproefde de Duitsche infante rie haar loopgraven ten zuiden van But schooten to verlaten, doch zonder succes. Na een vrij lievig gevecht namen wij het kasteel en het park Vermelles tusschen B. 'TAfmaakten wij flinke vorde ringen in het bosch genaamd Gr""»; Van de overige doelen van het front vol niets bijzonders te vermelden. LONDEN. De „Times" verneemt ui' Noord-Frankrijk bijzonderheden over het lot van de steden en dorpen in de buurt van Vlieren gedurende de laatete vijf we- ken Het blad meldt dat Boillent zeer vcd bad te lijden, al werd het ook niet ten. Uitersteeno en Meteren zijn hevig g b0vïenriennee, dat sedert 23 Augustus door de Duitechers is bezet, meet een schatting van een millioon francs betelen rVaf voor het feit, dat ofi de maine e«n pak humoristisch© vlugschriften werd gevonden, welke tegen den keizer waren gericht. Eon wanhopige poging. LONDEN. De „ooggetuige" in het Brit- sche hoofdkwartier deelt het volgende tot dusverre onbekende feit mede uit den aan val van de PruijiTkche garde op 11 Nov. „Nadab de vijand door de Briteche frontli nie was gebroken, was de toestand zeer ern stig, want cr waren op dat oogenblik slechts twee velclcompagnieën genie beschikbaar als reserve. Aan het rechte>rfront van de Duitsohe a.anvallers stonden t-wee Engelsche batte rijen, die dood en verderf brachten onder de Duitschers, deze trokken echter voor waarts tot vlak bij de kanonnen. Eenige lijken werden opgenomen op slechts 70 yards van hen af. D© officieren van de batterijen zagen in, dat de zaak verloren was, tenzij er een vuurlinie kon worden gevormd. Zij stelden te dien einde regimentskoks en andere mannen op. Deze nieuwgevormde troep onderhield een gestadig geweervuur en stuitte op het kritieke oogenblik den aan val, totdat, andere troepen aankwamen, die hem geheel en al konden afslaan. Dezelfde regimentskoks maakten zich bovendien verdienstelijk door de Duitschers te verdrijven uit- een huis, vanwaar zij een Fransche batterij beschoten." Koning George in Noord-Frankrijk LONDEN. Eon telegram van onzen cor respondent in een plaats in het noorden van Frankrijk meldt, dat kouing George daar Maandag is aangekomen. Hij werd door den prins van Wales ontvangen. Voor zijn vertrek bezocht de koning het militaire hospitaal. LONDEN. Alle bladen toonen rich zeer voldaan, dat de Koning naar Frankrijk is gegaan. De „Daily Mail" meldt, dat de Koning bi j zijn aankomst door den prins van Wales begroet werd. Uit de loopgraven en van elders. De Engelsche officieren zijn trouwe brief schrijvers; wat de couranten aan hunne epistels ontleenen, geeft aardige kijkjes op het oorlogsleven. Zoo bevat de Times" weer eea aantal brieven. Een der schrijvers bericht ,,Het eeuige warms dat wij in do loopgra ven krijgen, is de avondthee; de Duitschers weten precies het uur van onze maaltijden, tenminste, zij sturen er altijd „Johnsons" (shrapnels) hij. Toen wij onlangs wat lagen uit te rusten in een veestalletje, kwam het vuur wel wat erg dichtbij... dat is zoo de gewoonte der Duitschers: zij beginnen aan het ©ene einde van een loopgraaf, en gaan net zoo lang voor- en achteruit, totdat ze denken dat we er genoeg van hebben. We wachtten tot dat er een granaat door het dak vloog en toen gingen wij naar buiten... de kogels sloegen neer als een hagelbui. Blijkbaar was er een hevige aanval hier of daarwij verspreidden ons om dekking te i zoeken, waarbij twee of drie arme duivels hun kogel kregen. Daarop begon de artille rie; zes granaten barstten per minuut, ge lukkig meest achter ons. Ik weet niet, of de Duitseh ér s ons zagen, maar om ons heen sloegen de „Johnsons" gaten van vier en vijf voet diepte in den grond. Een ervan barstte boven ons hoofd en bestrooide ons met zand en grind. Nadat wij thee gedronken hadden (de brief is in zeer opgewekte® stijl geschreven) gingen wij aan het werk. Een granaatkar tets, die OT> korten afstand van ons barstte, sloeg een aantal kogeltjes diep in een tele graafpaal naast mijjuist was ik bezig er een paar als souvenir los te peutoren, toen zij vier granaten tegelijk in onze richting joegen. Ik wist niet meer wat te doen, maar om mijn mannen niet te ontmoedigen liep ik door... Toen wij 's avonds in reserve gingen, waren er onder ons, die 41 dagen in de loop graven gelegen, hadden Morgen gaan wij weer in het vuur;.het eenige, waarvoor wij bang zijn, zijn de Duitsche brisantgranatenik zag er een in een vrij groote hoeve slaan, en pang toen het stof opgetrokken was, lag er een hoop rood steengruis, anders niets! Zoo zij-i heele dorpen verwoest." Een ander schrijft over de sneeuw „Heb weer is afschuwelijk, het sneeuwt, en alles is modder en water op de wegen en paden. Gisteren, toen wij weer langs zoo'n weg waadden, kwamen wij onder scherp Duitseh artillerievuur zij schieten wan hopig juist! zij hielden ons een dag met- hun mitrailleurs gevangen. Voor enkel© dagen sloeg een granaat in een kamer waar wij zaten... een hevige slag, en de heele zijmuur stortte over ons heen. Drie van ons werden gedood, velen gewond, ik kwam er met 24 uur hoofdpijn af. Met Zeppelins en vliegmachines waren zij ook al boven onze loopgraven... de bran cardiers en hospitaalsoldaten werken des nachts het meest, dat is iets veiliger dan overdag." Minder opgetogen, en meer objectief schrijft een zeeofficier over het bombarde ment van Akaba (Sinai-schiereiland). Zijn kapitein gaf hem verlof tot het schrijven daarvan, hoewel hij natuurlijk over de lange kruistochten, die zijn schip sinds het begin \an den oorlog gemaakt heeft, niets zeggen mag. „Wij wisten", zoo schrijft hij, „dat de Duitechers in Akaba een soort opslagplaats /an mijnen wilden inrichten, een soort ver nielingskantoor voor onze transporten, die door het Suezkanaal naar het front moeten. Helaas, wij mochten het niet aanraken, daar het Turksch grondgebed was. Zoo wachtten wij geduldig op het bevel tot bom bardeeren. Wij hadden een weelderige tad, met luchtige paleizen en witte hui len verwacht... stel u echter onze teleur- telling voor, toen Akaba een complex van nodderige huizen met een fort er naast, m oen gordijn van dennenboomen er voor •leek te zijn l Toen wij eindelijk schieten mochten ging eerst liet fort er aan, in drie Bcho- ten... daarna het postkantoor; wij wacht ten maar op het daglicht om verder te Taan, en den volgenden morgen gingen wij net 200 man aan land. Aan land waren wij in een lastig parket wel hadden gedurende de ontscheping de scbecpskanonnen ons nog wat beschermd, maar van uit het kleine dal, waarin wij kwamen, was niet veel te zier. In de stad waar ouzo jongens direct ip wilden =3 jonden wij drk» burgers met de wapens in de handzij werden op de plaats gedood. Alleen de Moskee was ver sterkt en wel blijven staan, onbeschadigd. Bij het station, waar het terrein vlak is, worden wij plotseling van de heuvels be schoten; de positie der overigens slecht schietende vijanden was niet to ont dekken, en, gedurende onzen terugtocht naar het schip waren wij voortdurend onder vuur. Het plaatsje bleek 100 bronnen te bezit ten de pelgrims komen er om water en dadels te halen... en waren veel oude en interessante dingen, die wij gemakkelijk haddon kunnen medenemen, onze mannon lieten echter alles staan... wij houden den naam van de Britscho vaan hoog! O Oostenrij k. Het Oostenrijksche leger WEENEN. Sanboro, de oorlogscorres pondent van de Cornere d'Italia", geeft in het „Neues Wiener Tageblatt" zijn in drukken weer van het Oostenrij ksch-Hon- gaarscbe leger. In warme bewoordingen prijst hij de be kwaamheid van den opperbevelhebber, de dapperheid der officieren en den helden moed der soldaten, waarbij hij speciaal wijst op liun schitterend élan bij bajonet- aanvallen, dat ten overvloede blijkt uit het groote aantal krijgsgevangenen. Santoro brengt ook hulde aan de uitste kende organisatie van den proviandeerings- en gezondheidsdienst, en spreekt de hoop uit, dat weldra de dag zal aanbreken, dat het Oostenrij-ksch-Hohgaareche leger de vruchten van zijn moeite en opofferingen zal plukken. Wat het oorlogstooneel in Servië betreft, verklaart hij, dat het krachtig offensief van de Oostenrijksch-Hongaarseh© troepen te opmerkelijker is, daar de Serviërs niets heb ben nagelaten om den opmansch van den vijand tegen te houden. Santoro beschouwt het aanbreken van den winter als een gunstigen factor voor de Oos- tenrijksch-Hongaarsche operaties tegen de Russen, wijl deze, bij de onmogelijkheid om in den bevroren grond loopgraven te ma ken, wel genoodzaakt zullen zijn een veld slag te aanvaarden. En daarin zijn de Oos- tenrijksch-Hongaarsche verreweg hun meer deren. Ten slotte wijst Santoro op het feit, dat hem reeds bij de mobiliseering verbaasde1, n.l. dat aan het front a.lle nationaliteitsver schillen uitgewischt zijn. Vooral in den oor log tegen Servië is de eendracht, opoffe ringsgezindheid en vaderlandsliefde van do troepen der monarchie duidelijk gebleken: De regimenten, dia zich in de gevechten tegen de Serviërs het meest hebben onder scheiden, bestonden uit soldaten van de zelfde nationaliteit als de vijand. Dit is een zeer opmerkelijk verschijnsel, van verstrek- Servië. In Servië. WEENEN. Onder dagteekening 1 Deo. wordt medegedeeld: Wederom is een periode in de operaties op het zuidelijk oorlogstooneel met een over winning geëindigd. De vijand, die op het laatst mot rijn ge ilede strijdmacht ten oosten van de Kale- bara en de Ljig dagenlang hardnekkige® tegenstand bood, deed toen een poging om zelf tot liet offensief over te gaan. Over de geheel© linie werd bij echter verslagen eu op den terugtocht leed hij wederom zware ver liezen. Op het slagveld van Konatice alleen vonden onze troepen S00 onbegraven lijkon. Ook is bet Servische leger, doordat zoo- velen in krijgsgevangenschap geraakten, be langrijk verzwakt; sedert liet begin van het laatste offensief zijn meer dan 19000 man gevangen genomen en 47 machinegoweren, 46 kanonnen en een groote hoeveelheid an der materiaal buitgemaakt. T u rkije. Zn de streek van Erzeroem. Zooala ©en telegram uit Konstantinopel Zondagmorgen meldde, ontkennen d© Tur ken de juistheid van de Russische berichten, dat zij gedwongen waren geweest in de streek van Erzeroem (Klein-Azië) terug te trekken. De correspondent van de Beurscourant te Tiflis geeft, volgens een telegram in de „Times", een uitvoerig relaa3 van de ge vechten hier en beweert daarin dat de Tur ken na een vergeefsche poging om den Rus- schen rechterflank door te breken, door het „uitstekende werk" van de Russisch© artil lerie tot den terugtocht werden gedwongen en wel tot een wanordelijken terugtocht langs het geheele front met achterlating van geweren, kanonnen, caissons en muni tie, waarbij ze nog door de Kozakken wer den vervolgd. Deze correspondent vertelt verder, dat gevangen genomen Turksche officieren en soldaten verklaarden, dat koude en honger de Turken tot den terug tocht dwongen. Vele soldaten werden be vroren in do vijandelijke loopgraven gevon den. In een geval vond men een aantal sol daten dicht opeen gekropen om elkander te verwarmenmaar allen waren bezweken. Albanië. WEENEN. Aan de Albanisohe Korres- po ndenz" wordt uit Santi Quaranta be richt De voorloopige regeering van Epirus heeft een proolamatie uitgevaardigd aan het volk van Boven-Epirus, waarin gezegd wordt „Onze strijd is mot een overwinning geëin digd. Al onze wenschen zijn vervuld Gij zij I- voorgoed opgenomen in de Helleensche familie". In de proclamatie wordt dan verder aan Het boek als levensredder. Een dik Gebedenboek, dat in een huis op tafel lag, werd door een schrapnelkogel getroffen, die in de dikke bladenmassa bleef steken en zoo geen verder onheil aanrichtte. kende beteeken is, dat ook in het buiten land bijzonder de aandacht heeft getrok ken. Rusland. Op het Oostelijk oorlogsterrein, PETROGRAD. Rapport van den gene ralen staf De hardnekkige gevechten in de richting Lowibsj duren voort. Een poging van de Duitschers om terrein te winnen in de om geving van Sjernof werd afgeslagen met groote verliezen voor den vijand. Op het front aan den linker Weichsel- oever bleef het den 29 Nov. bij een artil leriegevecht. De Russische troepen namen dan 28sten Nov., na een strijd van tien dagen, de Oos tenrijksche stellingen, welke de overgangen van de Karpathen dekken, over een uit- I gestrektheid van ongeveer vijftig kilome- ter van Konicza ten noorden van Bartfeld aan de Jidofsk en Jindranofa, tot Sjoeko, ten zuiden van Mezo en Laborcz. De Rus sen maakten vele krijgsgevangenen en ver overden talrijke kanonnen en mitrailleuses. In de eerste helft van November maak ten wij in het geheel 50,000 man en 600 officieren van bet Oostenrij ksch-Hongaar- sche leger krijgsgovangenen. Bij Plock namen de Russen vier barken, beladen met oorlogstuig. In Oost-Pruisen wordt de strijd op kleine •ichaal voortgezet. In de Zwarte Zee werd sinds 21 Nov. geen Turksch oorlogsschip meer opgemerkt. De Tsaar naar het front. PETROGRAD. De Tsaar ia hedenoch tend te 10 uur vertrokkeu naar het oorlogs tooneel. Rusland en de luchtvaart. Volgens don Petersburgsohen correspondent van do „Berlingske Tidendo" lieeffc liet Rus sische leger op het gebied van de aviatiek een groote® achterst-and in te halen. I)e Russische 'egeraa®voerders zijn dagelijks in de gelegen heid te bomerkon, dat de Duitschers op dit gebied heel wat meer prestoeren dan zij. Voor- namelijk de Duitsche artillerie trekt veol voor- doel van de aanwijzingen die de aviateurs haar doen. Men zet er nu van Russischen kant alles j op, om de aviatische afdeeling te verbet/ren en zooveel mogelijk aviateurs op to leiden. I Do luchtschepen hadden volgens den corres-1 pondent, op hot oostelijk oorlogstooneel nog weinig van zich doen spreken. De Duitschers schijnen ze hier weinig te gebruiken, en men heeft nog maar heel zeldzaam een Zeppelin j boven de Russische e tellingen gezien, alle officieren, onderofficieren en solda ten, die heldhaftig hebben gestreden onder de banier van Epirus, hartelijk dank ge bracht en hun missie voor geëindigd, verklaard. De proclamatie eindigt aldus: „Leeft allen gelukkig, gij en uwe nakomelingen, in den schoot van onzo njoeder Grieken land." De „Bulwark". Oüitrenfc den ondergang van de „Bul wark", het in 1899 van stapel geloopen slagschip van 15,000 ton, dab het vlagge- schip is geweest van admiraal lord Charles Beresford en dat onder zijn commandanten o.a. ook den vermaarden Poolreiziger Scott telde, zijn nog geen nadere bijzonderheden verkregen. Alleen staat dit blijkbaar wel vast, dat het bericht juist is dat het schip te gronde is gedaan door een ontploffing aan boord en die ondergang niet heb ge volg is van eeuige daad van den vijand. Hoe de ontploffing aan boord ontstond zal het onderzoek, dab door de admiraliteit on middellijk is bevolen, aan het licht moeten zien te brengen, maar de maritieme mede werker van de „Times'" wijst er op, eu hij herinnert daarbij aan den ondergang van de „Maine" in de haven van Havana in 1898, dat het lang niet gemakkelijk is met eenige zekerheid de oorzaak van de ramp vast te stellen. De maritieme medewerker van de Times" herinnert tevens aan enkele soortgelijke rampen, die de Britsche vloot in den loop der jaren hebben getroffen. In 1870 ging de „Captain" te gronde met 500 man, in 1893 de „Victoria" met 400 man, maar men moet teruggaan tot 1800, toen door den ondergang van de „Charlotte" 700 menschenlevens verloren gingen en tot 1782 toen de „Royal George" bij Spithead zonk met 800 man, om met heb aantal verloren menschenlevens ©en vergelijking te treffen met de ramp van de „Bullwark", maar geen enkele van dee© scheepsrampen was een gevolg van een ont ploffing, zooals nu oorzaak was van den ondergang van de „Bullwark". Diep te betreuren is het verlies van zooyele dap peren, zegt de medewerker van do „Times", maar het verlies van het schip zelfs is van niet zoo groote beteekonis, de kracht, van onze Dreadnoughb-yloot, merkt de schrij ver op, wordt daardoor volstrekt niet ver minderd. De „Nestor". CHRISTIANIA. De Noorsche trawler „Nestor", die door een Engelsck oor logsschip bij Fleetwood is aangehou den en opgebracht onder beschuldiging onder neutrale /vlag ten noorden van Ierland Duitsche mijnen te hebben gelegd, is bet eigendom van een Noorsche roederij, die echter grootendeeis met Engelsch kapi taal werkt. Het schip was door de firma Frank Bar ret to Grimsby gecharterd. Er kan dus geen sprake van zijn, dat bet voor Duitschiand mijnen strooide. Uit de Staatscourant. Bij K. B. zijn het reserve-pers. v. d. inf der landweer benoemd tofc res. 2<le luit., do dienst- pl. serg. C. van der Woes, 36ste bat. ia.ndw. inf. en tot zoodanig tijd. benoemd do dienatpl. serg. N. J. Wetter, 20ste reg. inf. Bij K. B. Is aan don uit hoofde van li- cbaamsgebr. gep. kap. G. F. B r a n t s m a, ran het voorin, reg. grea. on jagers, die bij K. B. van 20 Aug. op aanvrage, woder in dienst werd gesteld, opnieuw ter zak© van li- chaamsgcbr. eervol ontslag uit de® mil. dienst verleend en hem onder intrekking van het voortdunond pensioen van 1061 's jaars, hem vroeger toegekend, een voortdurend pensioen verleend ad 1313 's jaars. Ondergeteekonde zou graag van ued. willen weten, hoe getatouëerde figuren van handen zijn te verwijderen. P. DE LANGE, mil. matroos. Tatouages zijn slechts langs clururgischon weg to verwijderen d.w.z. door ze weg te snij den. Men kan ze ook bleeker maken door ieder tatouageptintje op1 een bopaaldo manier te branden of door er een kleurstof in te bren gen, die de tatouageklour minder duidelijk maakt. Het moet natuurlijk door een dokter geschieden. B. Mil. H. Godthelp. Ja, die vrijstelling moet elk jaar opnieuw worden aangevraagd. Wan neer hij er af is, kan hij meteen ter plaatse vragen. Red. J. F. Kaptein. Die vragen kunnen wij niet beantwoorden. Beter zal dat gaan wanneer de belanghebbende datzelfde vraagt aan den Burgemeester van zijn woonplaats. Red. Korporaal do G. U moet 11 met uwe vragen tot uw onmiddellijken chef wenden. Een cou- rantenrodactïe weet daar niets van. Red. A. J. ter Horst, ifiil. korp. Gouda, Ziehier het antwoord ons van bevoegde zijde verstrekt waarmee ge het nu zult moeten doen. „Aan militie- en landweerplichtig kader beneden den ran a van onderofficier, die bij op komst onder de wapghen, ingevolge do mobi lisatie zelf ondergoed hebben medegebracht tot het voorgeschreven aantal, kan van en met 1 Augustus 1914 tot en met 14 November 1914 eene vergoeding worden uitgekeerd van 0.01^ per'dag. Na 14 November 191-1 zal de vei- niouwing, herstelling en reiniging 'van het ondergoed van genoemde militairen desver- langd geheel voor Rijksrekening geschieden. „Eigen ondergoed on schoeisel mogen voortaan evenzeer worden gedragen en door eigen zorg worden hersteld en goreinigd, doch door het Rijk worden deswege na li November 191i geene vergoedingen meer uitgekeerd" L. P. U kunt dig opleiding langs den mili tair hierarchioken weg bij den Opperbevelheb ber van Land- en Zeemacht aanvragen. Red. Ondergoteekende wenscht gaarne het adres to weten van den mil.-sergeant W. G. Pols, vanj lichting 1910, gediend hebbend bij heb 60 reg. inf. Mil .-soldaat W. Schot, 4e comp. 3e bat. 4e reg. inf., Ie divisie veldleger. X, vrijw. korp. Hot beste en aangewezene is dat u zich tot uwen onmiddellijken ohef wendt. Met hem kunt u uwe promotiebelangen bepleiten. Red. Lectuur en gezelschapsspelen voor militairen. Het hoofdbestuur van de Nederlandsohe Vereeniging „Onzo Vloot" bericht dat comman danten van Oorlogsschepen en officieren- en onderofficieren-detachemcntscommandanten van het Loger, die voor hunne ondergeschikten lec tuur en gezelschapsspelen wenschen te ontvan gen of behoefte gevoelen aan aanvulling van die artikelen, desbetreffende, aanvragen kun nen indienen bij het hoofdbestuur der Neder landsohe Vereeniging „Onze Vloot", Stations weg 89 te s -Gravenhage, waar getracht zal worden zoo eenigszins mogelijk aan die aanvra gen to voldoen. Zij worden verzocht daarbij op te geven het aantal hunner ondergeschikten, in welke talen lectuur en welke spelen worden verlangd. Met muziek op wacht I Sergeant Doff schrijft ons uit Amersfoort: Het Bowakings-detachement van het I11 ter neer ingskamp te Amersfoort heeft een heel aardig muziekkorps onder de leiding van kapelmeester sergeant Vermeulen. Het korps trekt in Amersfoort zeer veel de aandacht; heb brengt bij goed weer telkens de compagnie, die op wacht trekt bij het 'heb Intemeerings- depót met muziek heen en brengt hen, die afgelost worden, op clezelfde wijze terug, wat natuurlijk in den smaak der soldaten valt. De verheven taak van de hospitaal-soldaten. Korp. Fortooien schrijft ons: 't Is oen voorrecht, bij al de gruwelijke moordpartijen, de reusachtige monschenslach- ting, welke heden het onderwerp zijn van aller gesprekken, waarnaar iederen avond met be langstelling wordt uitgezien en waarvan in de verre toekomst onzo geschiedenis zal gewagen met eeuigo bloedige bladzijden, ook iets te kunnen vermelden, waaruit zal blijken dat 'b menschen hart nog niet geheel is losgescheurd van allo menschelijko gevoelens. Gelukkig kunnen we nog daden stellen tegenover het grove geweld, daden van liefde en opoffering, daden van moed en zelfverloo chening, ware heldendaden. Want noemt- men daden en heldenfeiten, vernuftige uitvindingen op oorlogsgebied, heer lijk schoon blinken door <Lat alles heen die feiten, waarvan zoo weinig melding is ge maakt, maar die plauts hebben eiken dag eu die ons aller bewondering moeten afdwingen. Daar op dab ijselijk slagveld, langs dat groote front, waarop die troepenmassa's rich bewegen, gebeuren feiten even vermeldens waardig als alle groote overwinningen. Daar is 't- waarvan men kan getuigen, dat nog is in veler harten, die wondcrschoone liefde, dat' medelijden en mötlcvoelen, dat echt menscho lijk is. Wat. zou een leger zijn zonder die mannen der liefde? Is 't- niet dat kleine korps van hel den die rondgaan om anderen te steunen ea

Krantenbank Zeeland

De Soldatencourant. Orgaan voor Leger en Vloot | 1914 | | pagina 2