Binnenland. Legerzaken. Correspondentie. Uit Leger en Vloot. 2J£i »öJLjiJö^aue,JL1eJ£15r^l tJ -JL' 47 è^ll W uenaucag De uitwerking van het bombardement op Antwerpen. Met den gevel is, zooala men ziet, dit huis vrijwel tusschen de beide anderen uitgeschoten. De slag bij Heigolandc De Engelsche Admiraliteit heeft tele grammen gepubliceerd, die volledige' bij zonderheden mededeelen omtrent den zee slag van Helgoland op 28 Augustus. Uit deze mededeelingen blijkt, dat de operaties plaats vonden op veel grooter schaal dan tot dusver gebleken was, en dat /ie geheele takfciek en de serie gevechten getuigen van den grootsten moed en de grooteta be kwaamheid bij onze vloot. Speciaal wordt melding gemaakt van het goede schieten van de ,,Lion". Ook wordt hulde gebracht aan. het ruste- looze patrouillewerk van de onderzeeboo ten in de Noordzee en de tallooze gevallen van persoonlijken moed. Duitsche oorlogs- en Engelsche handelsschepen. LONDEN. Naar aanleiding van het in den grond boren van Engelsche stoomschepen door Duitsche kruisers verklaart de admiraliteit: Men gelooft, dat zich acht of negen Duitsche kruisers in den Atlantischen Oceaan, de Stille Zuidzee en de Indische wateren bevinden. Meer dan 70 Britsche, Japanscbe, Fransche en Rus sische kruisers, zonder de hulpkruisers te rekenen, maken jacht op de Duitschers. De groote uitgestrektheid der zeeën en de aan wezigheid der tallooze eilandengroepen bie den den vijandelijken schepen gelegenheid het spel zoo lang vol te houden. De vernie tiging van deze kruisers is dus in hoofd zaak een quaestie van tijd, geduld en toe val. Het niet opvolgen der aanwijzingen van 'de admiraliteit is hoofdzakelijk de reden van het verlies der koopvaarders. Het per centage der verliezen is veel minder dan men vóór den oorlog verwachtte. Op 4000 Engelsche schepen van de groote vaart zijn er slechts 39 in den grond geboord. Het verzekeringspercentage van ladingen is van vijf guinjes bij het begin der vijandelijkhe den gedaald op twee guinjes. Van het be trekkelijk beperkt aantal Duitsche schepen op zee zijn er 133 genomen, terwijl van de acht tot nogen duizend reizen tusschen Britsche en buitenlandsche havens minder dan vijf per duizend door den vijand zijn belet. BERLIJN. De „Lokal-anzeiger" ver neemt uit Colombo, dat de kruiser „Ein den" de Engelsche koopvaardijvaart tot nu toe een schade berokkende van 40,000,000 Mark. De „Emden". Duitsch officieel communiqué. Lloyds meldt uit ColomboDe Duitsche kruiser „Emden" boorde vijf Engelsche schepen in den grond en maakte een zesde buit. De „U 9". Het is weer de ,,U 9", dezelfde onderzee- sche boot die de drie Engokohe kruisers in de Noordzee deed zinken, die op 20 October het Engelsche stoomschip „Glitra" ter hoogte van de Noorsche kust tot zinken bracht. BERLUN. Aan kapitein-luitenant iWeddigen, commandant van de ,,U 9", is de orde: Pour le mérité toegekend. Onderzeeër in den grond geboord. LONDEN. De torpedovernieler „Badger" heeft een Duitschen onderzeeër bij de Neder- landsch kust tot zinken gebracht. De boeg van de „Barger" werd eenigszins be schadigd. De Ondergang der „Glitra". Een telegram uit Berlijn brengt ons thans van officieele zijde de bevestiging van het tot zinken brengen van het Engelsche stoomschip „Glitra", waarvan wij hierboven melding maken. Tevens wordt bericht, dat de Duitsche onderzeeboot, welke de „Hawke" torpe deerde, behouden is teruggekeerd. In den grond geboorde schepen. (LONDEN, 22 Oct.) Aangaande de door den Duitschen kruiser „Eraden" in den grond ge boorde Eng. stoomschepen „Benmohr", „Ckil- fcana*, „Ciaa Grant" ga uTrqiluaffgidt ba- treffende de reizen het volgende medegedeeld: Do „Benmohr" was op reis van Leitli en Londen naar Oost-Aziëde „Ghilkana", een nieuw stoomschip was van Londen naar Ma dras en Calcutta bestemd; de „Clan Grant" was op reis van de Mersey naar Indische ha vens; de „Troilus", een nieuw stoomschip, was van Japan, China en de Straits mot een kostbare lading, waaronder rubber en tin, op de thuisreis. Het aangehouden stoomschip „Exford", groot 4542 t. gr., was van Cardiff met eene lading kolen naar het Oosten bestemd en 9 dezer Perim gepasseerd. Gezonken oorlogsschepen. Sinds het begin van den oorlog heeft •Engeland tien en Duitsehland zeventien oorlogsschepen verloren. De namen en de waterverplaatsing der schepen vindt men in onderstaande tabel, waarop niet voorkomen de slagkruiser „Goeben" (23,000 ton) en de kleine krui ser „Breslau" (4550 ton), die nog steeds in Konstantinopel liggen. Engeland: Pantserkruisers waterverplaatsing Hogue 12,000 Cressy 12.000 Aboukir 12.000 Kleine kruisers Hawke 7330 Amphion 3400 Pathfinder 2900 Pegasus 2135 Kanonneerboot Speedy 810 Onderzeebooten: AE 1 730 E 3 730 Duitsehland. kleine kruisers waterverplaatsing Magdeburg 4550 Köln 4350 Mainz 4350 Ariadne 2660 Hela 2040 Kanojmeerbooten Möwe 650 Hedwig 199 Tsingtau 168 Vaterland 168 Torpedojagers V 187 650 S 126 487 S 90 300 8 115 300 S 117 300 S 118 300 8 119 300 Onderzeebooten U 15 Eigenaardig 13 het op te merken, dat van deze oorlogsschepen de „Pathfinder", „Aboukir", „Cressy", „Hogue" en „Haw ke" door Duitsche onderzeebooten en de „Hela" door een Engelsche onderzeeboot vernield werd. Van de anderen werd het meerendeel door geschutvuur vernield, en kele liepen op een mijn. Engeland verloor voorts één hulpkruiser („.Oceanic" 17.274 ton), Duitsehland vijf hulpkruisers, waaronder de mijnenlegger „Königin Luise" (10,785 ton). Rusland verloor den pantserkruiser „Pal- lada" (8000 ton), Oostenrijk den kleinen kruiser „Zenta (2300 ton) en vermoede lijk een paar kleine torpedobooten, en ten slotte liep van Japan de oude kruiser „Ta- katschio" (3700 ton) op een mijn. Van deze schepen werd de „Pallada" door een on derzeeboot vernield, de „Zenta" door ge schutvuur. Hofrouw. Het Huis van de Koningin-Moeder heeft met ingang van Vrijdag voor acht weken den rouw (en wel voor zes weken halven en voor twee weken lichten rouw) aangenomen wegens het overlijden van Prins Wolrad Friedrich van Waldeck en Pyrmont. Mr. H. S, van Lennep.f Op Leiduin is, 82 jaar oud, overleden mr. H. S. van L en nep, oud-lid yan Amaferdaiasslisn gemeonteraasi, Tevredenhcidsbetulging van den opperbevelhebber. De vice-admiraal Ton Cate heeft, naar Het Anker meldt, do volgende dagorder bekend gemaakt na bet bezoek van don opperbevel hebber aan do stelling van Heldor. „De generaal, opperbevelhebber van land-en zoomachb, hoeft zijn groote tevredenheid be tuigd over hetgeen in do stelling van Den Hel der dank zij de samenwerking van land- en zeemacht tot verhooging van het verdedi gend vermogen van do stelling is tot stand ge bracht on over do wijzo waarop blijkbaar zoo wol het personeel van dc zeemacht en van 's Rijkswerf als de onderdeden der landmacht hun taak vervullen. „Heb is mij aangenaam deze tevredenheids betuiging ter'kennis te brengen van het onder mij gestelde personeel." Uit tie Staatscourant. Bij K. B. is aau den landweorplichtigen le- Iuit. H. J. A. van Son, van het 19e bat. landw.-inf. ter zake van ongeschiktheid voor de verdere waarnemong van den mil. dienst, wegens lichaamsgebreken, een eervol ontslag uit den' militairen dienst verleend. Bij K. B. zijn benoemd, met afwijking in zooverre van do bestaande organisatie, bij liet dienstvak der militaire administratie, bij het personeel der kwartiermeesters, tot kapi tein-kwartiermeester, de le luit.-kwartier meesters G. F. Sloot, H. J. Bossehart, L. M. F. G. K n a g e en F. H. Henderso n, allen van het personeel der militaire adminis tratie. Bij K. B. is aan den reserve-luitenant kolonel C. Hemmes, commandant van het 16e bat. landweer-inf., ter zake van onge schiktheid voor de verdere waarneming van den mil. dienst, wegens lichaamsgebreken, eer vol ontslag uit den militairen dienst verleend. R ijkspostdul vendlenst. De burgemeester van Amsterdam brengt ter kennis van belanghebbenden, dat militieplich- tigen, die in aanmerking wenschen te komen om te worden opgeleid tot verzorger bij den Rijkspostduivendienst, zich daarvoor vóór 10 November 1914 met een verzoekschrift franco, doch op ongezegeld papier recht streeks kunnon wenden tot den chef van den Generalen Staf to 's-Gravenhage. Nadere inlichtingen worden desgewenscht verstrekt door het Bureau Militaire Zaken, kamer No. 2 (Stadhuis). Mil. korp. A. H. Sch. Je ziet dat diohten een moeilijk vak is. Er zit veel goeds, maar te weinig rijm in uw vers om het te plaatsen. Volgenden koer misschien beter. R e d. L. W. D. Ik kan uw vragen in onze courant niet beantwoorden. Wij weten van die interne aangelegenheden niets af, terwijl uw onmiddel lijke chef of uw sergeant-majoor-adm. uw vraag innuors dadelijk beantwoorden kan. Red. E. W. B., Maarssen. Zoolang de mobilisatie duurt, kan er naar onze informaties luid den Van overgang naar de Landweer geen sprake zijn. De moeite van requestreeren kunt u dus sparen. Red. J. H. R. Heller. Meer ruimte ging beusoh niet. Anderen moeten ook een plaatsje hebben. Red. Mil. P. W., Roermond. Uw gedioht is zeer persoonlijk. Ik, vrees, dat het genoemden perso nen niet aangenaam is en kan het daarom niet plaatsen. Red. G. B. Amsterdam. Ik zal 't maar niet plaatsenzoo'n hooggestemd gedicht op een zondenregister is te gewaagd, vriend. Red. Mil. 4 III 13 R. I. Het geven van verlof hangt natuurlijk met do eischen van den dienst samen, die niet overal dezelfde kunnen zijn. De andere aangelegenheid wordt geheel door uwen onmiddelijken chef beoordeeld. Red. G. D-, fort Pampus. Gebrek aan ruimte laat zulke wekelijksche opgave niet toe. Per maand is voldoende. Red. J. G., oud-milicien Rotterdam. Van oudgedienden nemen wij geen stukken en ge dichten op. Hebben er geen plaats voor. Red. P. B., IJ muiden. Kort u niets. Red. Het adres wordt gevraagd van korporaal A. Smink 6e reg. Inf. door R. de JongeLahn- stein, etappe chauff. le div. 2e afd. Mad. Joanna Maria Meestors Christiaënsse zoekt haar man Jan Meesters 24e Linge, 3e Bat. le Corap. le Divisie. Mad. J. H. Meesters, 'fc Nut, Schoonhoven. Wie helpt mij aan de adressen van J. Alberts, Infanterist L. W., en H. R. P. Harmsen, in fanterist. P. M. van Sermondt, 3 I 3e Reg Vest.-Art. Welke vesting-telegrafist (assistent) van de genie uit do Stelling Amsterdam, wil van standplaats ruilen met collega uit Stelling Utrecht? Liefst met collega uit omtrek Bever wijk of Krommenie. Brieven te adresseeren aan A. H. Hunnekink, Militair Telegraafkan toor, Gagelfort, gom. Wostbroek (bij Utrecht). De familie Hermans vraagt inlichtingen aan gaande hun zoon Raymond Hermans, artillerie 17e batt. 6e divisie; laatst gekazerneerd Oud Jeestelijk Hof, Boveren Waas. J. HERMANS, AdresMelis, te Helvoirt. De ouders, die onbekend zijn met de ver blijfplaats van hun zoon Johannes Brand, sedert 1 Augustus 1914 onder de wapenen, die nende als milicien huzaar bij het 4 reg. huza ren, verzoeken beleefd opgave van zijn adres aan P. Verhage, hoofd der gemeenteschool te Bier vliet. Gaarne ontving ik bot volledig adres van den soldaat Harms, dienende in Holland, bij de artillerie, doch woonachtig te Antwerpen, gérant van Miele. Bericht zenden aan M. J. Claase 2e Cie 22e L.W.Bat. Milicien Kuilman, Kaaphoofd, Den Helder, vraagt adres van den milicien J. G. L. Brokke bij do A. T. troinafdeeling. E. A. Schelfhout, detachement Oostkapelle, Zeeland, vraagt inlichtingen en adres van Auguste Lemmeité, le Regiment Carabiniers. le Bat. Ie Cocp. 6e Division d'Armee, en C. de Kroock, 18e Batterij 4e Sectio kanonniers, Fort Rys, Antwerpen. Hopende dat dit elders navolging zal vinden tot leniging van den nood, verbljjven wij met de meeste hoogachting namens het comité der le Comp. 11 Bat. 16 lieg. Inf. De Secretaris: P. KISHIK. Een belangrijke aanbieding. Men 3chrijft ons: De heeren Sliukert en Versloot, resp. zanger en pianist, verklaren zich gaarne, tegen e>en matige vergoeding van reis- en verblijfkosten, bereid voor de soldaten op te treden. Mits een bruikbare piano aanwezig is, is bet bun onverschillig waar zij moeten heenreizen. Zij gaven reeds een soiree in het fort. Westervoort bij Arnhem, terwijl de heer SI. te Nijmegen reeda meermalen voor onze „gemobiliseerden" zong. De heeren vullen den avond met Hollandsche, Duit sche en Hullebroeck-liederen. Ons correspondentie-adres is: Piet Ver sloot, muziekleeraar, Pontanusstr. 51, Nij- De „Gelderland" en hare offervaardigheid. Mijnheer de Redacteur! In uw blad van Woensdag 21 October j.l. verzoohten de Belgische geïnterneerden een plaatsje in de „Soldatencourant". Ter verduidelijking daarvan, en ter opwek king voor liet overige grooter deel onzer marine, verzoek ook ik een plaatsje. Zoodra wij vernamen van het verongeluk ken der Engelsche kruiser-divisie en hunne tij delijke huisvesting in het interneeringsdepót te Gaasterland, werd aan boord van b. g. pantser- dekschip, door eenige onderofficieren en sche pelingen overleg gepleegd, en eene comité ge vormd tot inzameling van gelden om de over levenden van genoemde kruisers eenige versna peringen aan te bieden. Do toestemming van den commandant werd dadelijk vorkregen. Dank zij de mild© bij drage van dezen en die der overige officieren, machinisten, onderofficieren en alle overige op varenden, tot den minsten lichtmatroos, be schikte men nog dionzolfden dag, over een bedrag an ruim 150. Door het comité werden deze gelden oordeelkundig verdeeld, en daar voor de noodigo sigaren, tabaksigaretten, stee- nen pijpen, tot zelfs lucifers, aangekoolit, en met bekwamen spoed naar Gaasterland opge zonden. De lezers en lezeressen van uw geëerd blad weten verder de belanding van liet door ons toegezondene, in het ingezonden stuk van den heer Yoordinger „Wachtmeester dor gen darmerie in België". Aan de Engelsche geredden werd tevens in de Engelsche taal een schrijven gericht van deh volgenden inhoud Broeders van de Zee. Nauwelijks had het bericht van het torpillee- ren uwer schepen, en de behouden redding van u, ons opvarenden van het panteerschip „Gel derland" bereikt, of en comité van onderoffi cieren on schepelingen word saamgesteld, om aan de overlevenden der Britsche flottielje on ze sympathiebetuiging te zenden. Niet alleen in woorden maar in daden, die men beter vo9lt en 'begrijpt. Bij onze groote deelneming die wij u betui- donkere dagen goed doet aan alle buitenlan ders, van welke nationaliteit ook, en zooveel doonlijk het Nationaal Steuncomité helpt het leed wat in eigen boezem nog zoo groot is te verzachten, mogen wij dienaren van den Staat niet achter blijven. Immers financieel verlonm we nog niets door de mobielverklaring van ons Vaderland alleen hebben wij wat minder vrijheid in pas- cagieren door de meerdere diensten. Maar ziet de noodlijdenden in ons eigen landje! Daarnaar voorloopig het oog gericht (en gelukkig pog niet naar den vijand). Op ieder sohip en inrichting van onze marine de handen in elkaar geslagen en aan het werk. Steunt waar gij denkt, dat uw milde hand ge ven moet. Mannen van de Marine, draagt het uwe bij tot heil van do menschheid. Mijnheer de Redacteur heb dank voor de plaatsing. Ik geloof, er zijn reeds woorden ge noeg gesproken, en hoop op daden! W. EUWEN „schipper" a/b. „Gelderland". Dankbetuiging. Ondergeteekende betuigt hiermede zijn har- telijken dank aan de heeren onderofficieren, korporaals en manschappen der bezetting van het fort IJmuiden, alsook aan den heer L. Rinks, onderhoud-aannemer van het fort, voor hunne bijdragen in de gehouden collecte voor het verlies zijner portemonnaie met f 10. Fort IJmuiden. Mil. P. BUSCH. Vrij reizen per pont gevraagd. Mil. P. van Rijn schrijft ons Daar wij sedert eenigen tijd in Huissen gele gen zijn, is bij ons, manschappen, die van hun vrijen tijd gebruik maken om hun gezin of familie te Arnhem te bezoeken, al eens do vraag opgekomen om vrij reizen per pont te verkrijgen. Ons wendende tot onzen commandant, werd ons gezegd, dit in de Soldatencourant aan te vragen en verzoek ik u, uit naam van alle mili tairen, die er belang bij hebben, en dat heb ben ze allemaal, want telkens 8 ct. te betalen valt op den duur ook niet mee, dit eens ter sprake te brengen, 't Is voor 't Malburgsche veer bij Arnhem. In afwachting en bij voorbaat onzen dank, verblijf ik uit naam van de meesten. Hoogachtend Uw. dw. dnr. P. VAN RIJN. Wie helpt? Geachte Redactie! Als een getrouw lezer van de „Soldaten- oourant" las ik in ieder nummer, dat aan onze militairen gezellige avondjes worden gegeven. Daar wij gedurende de geheele mobilisatie genot en pleizier hebben moeten ontbgren, vraag ik mij zelve eens af, of wij daartoe ook eens niet in die gelegenheid konden komen. Zelfs bij de geheele compagnie is één voet bal en daar kunnen toch geen groot aantal sol daten tegelijkertijd mede spelen? De bal is stuk en de manschappon kunnen zich nu vervelen. Hopende dat dit sohrijven ons een gezellig uurtje zal bezorgen, betuig ik, geachte Redactie mijn hartelijken dank voor de verleende plaatsruimte M. K. 17 R. I. 2 B. 1 G. Een verzoek. Nogmaals tot onze zich steeds uitbreidende schare van medewerkers het dringende verzoek om kortheid te betrachten, ledereen heeft, als zijn werk geschikt is, recht op een plaatsje. Maar onze ruimte is beperkt. Kort en krachtig dus, vrienden, zoowel in proza als in poëzie. Voor het Kon. Nat. Steunoomité. Men schrijft ons: In de le Comp. II Bat. 16 Reg. Inf. heeft zich uit kader en manschappen een commissie gevormd, tot het innen van gelden voor 't Ko ninklijk Nationaal Steuncomité. 't Eerste resultaat was dat er bij de uitbe taling der soldij ƒ23.10 werd bijgedragen en we ons verzekerden van een vagte opbrengst! yan 20 |>s 10 flages. Uit de „Illustrirte .Zeitung Het is begrijpelijk, dat Noord-Frankrijk waar nu reeds vele weken krijg gevoerd wordt veel te iijden heeft. Ons kiekje geeft een van de vele opgeblazen bruggen in het departement Somme. Deze ligt bij St. Maxent, gen, in het lot van uwe kameraden, gevallen ten offer aan den tegenwoordig weinig zicht baren vijand, zenden wij u met deze eenigen voorraad versnaperingen, waarvan wij weten, u dezelfde zeer op prijs zult stollen. "We doen u echter opmerken, dat deze bozen- ding uitsluitend gezonden wordt door equipage van b.g. bodem, en een ieder van 'af den com mandant tot lichtmatroos, daaraan zijne gave offerde. Tewens dat: zoo het verblijf uwer van eenigen duur is, meerdere schepen der Nederlandsche Vloot zeer zeker ons voorbeeld volgen zullen. Met een groet aan u allen, en een behouden terugkomst in uw vaderland, en een gelukkig weerzien van uw betrekkingen aldaar verblij ven wij allen, opvarenden van Hr. Ma. „Gel derland", Voor het Comité de chef der equipage, EUWEN. Door de „.welwillende en zeer gewaardeerde" medewerking van zijne Hoog Edel Gestr. heer Teding van Berkhout, commandant van het Interneeringsdepót te Gaasterland werd vo rengenoemd schrijven doorgezonden aan den Wel. Edel Gestr. heer J. S. Parker, kapt. luit. t/zee der Britsche Marine", waarop het hier- volgende antwoord volgde, geadresseerd aan den Hoog Edel Gestr. heer M. Sehoo, kapt.-luit t/zee eerste officier Hr. Ms. „Gelderland". Royal Naval Baracks. Chatham 15 Oct. 1914. Waarde Heer. Het is mij oen bijzonder groot genoegen u te bedanken', ook namens al de officieren en manschappen, tijdelijk geïnterneerd geweest te Gaasterland, en behoord hebbende tot de opva renden van Zn. Ms. schepen „Aboukir", Hoguo", en Cressy", voor uw buitengewoon vriendelijk schrijven en voor de zending siga ren en sigaretten. Wij waren allen zeer getroffen, door de bij zondere vriendelijkheid en sympathie die wij gedurende ons kort verblijf in Holland van alle zijden mochten ontvangen, en vv ij zouden het betreurd hebben zoo spoedig weg te moeten gaan, als wij niet méér en, naar ik hoop, suc cesvol werk te doen hadden gedurende den oor log. Ik betreur het niet eerder gesohreven te hebben, maar ik ontving uw vriendelijk schrij ven eerst gisteravond. Met onzen hartgrondigen dank aan don com mandant, de officieren, onderofficieren en manschappen van do „Gelderland". J. S. PARKER. Kapt. luit. t/zee. P. S. Ik zal uw vriendelijk schrijven op hangen in de publicatiekast van de gebouwen, 3aar ons troepje nu al geheel verspreid is. J. 8. P. Ziehier, lezers, een kort overzicht van onze sympathiebetuiging. SVm* bet gebégle Nedorlandgchg yolk Mobilisatiebrulloft to Hellevoetsluis. Hosp.-soldaat J. H. U. schrijft ons: „Ten tweeden male was er voor de detache menten gelegen in de barakken te Hellovoot- sluis redenen tot feestvieren. Onze makker Gijsbertse was n.l. in het huwe lijk getreden en zoo ooit, dan was bier het spreekwoord van toepassing: „.geduld overwint alles". Onze kameraad was reeds voor do mo bilisatie in ondertrouw gegaan, doch moest eenige dagen voor den huwelijksdag onder de wapenen komen. Wacktensmoede heeft hij het echtverbond gesloten, waarna bij ons vast stond, dat er bruiloft gehouden moest worden. Een collecte bracht de noodigo dubbeltjes bijeen, zoodat er een aardig geschenk, bestaan de uit een beeld mét piëdestal kon worden ge kocht. Onze Gijs snapte niets van do voorbe- ïeidende werkzaamheden, zoodat hij dan ook vreemd opkeek, toen hij door een der onzen in de feestelijk verlichte en versierde zaal werd binnengeleid en op den met groen cn bloemen versierden bruidegomsstoel plaats nam. Met een toepasselijk woord werd heb cadeau door den commissaris van orde aan don jubila ris uitgereikt, die zichtbaar aangedaan was door zooveel onverdachte kameraadschap. Hier werd het door den hospitaal-soklaat S. vervaardigde feestlied door allen met veel geestdrift gezongen en op de gezondheid van bruid en bruidegom gedronken. Kameraad V., die (altijd volgens eigen zeg gen) niet in staat, was zelf een toespraak tot den jubilaris te richten, liet dit over aan de door hem medegebrachte grainophoon. Ik moT5n wel namens allen te spreken, wanneer ik hier vriend V. mijn dank betuig voor do opofferin gen, die hij zich heeft getroost voor liet welsla gen van het feest. Een aardig moment was vooral heb presen teeren van een geurige sigaar door onzen kor poraal Z. Toevallig? bleek bij het uitdeden, dat er één Havana te weinig was en ook al weer even toevallig was liet do bruidegom, die volgens den geijkten soldatenterm „over do hoorn schoot". Gelukkig herinnerde Z. zich, dat hij nog een extra sigaartje ter zijner beschikking had en wel verpakt in een glazen étui, 't welk bij het overhandigen bleek te zijn een zuigflesch met speen. Een uitbundig gejuich steeg er op na dit intermezzo, waarom wij dan ook hopen, dat Gijsbort's Teuntje nog vele jaren gebruik mag maken van het nuttige instrument voor schreeuwende en kwaadaardige zuigelingen. Schetterende fanfares, 6choono liedoren, vroolijke voordrachten en hartroerende toe spraken wisselden elkander gedurende het ver dere verloop van den avond af. Door vriend De K. werd tot waardig slot nog een toast op den bruidigom gehouden, die werkelijk van hart tot hart ging. Door het juiste woord en d© zielvolle taal werden wij allen tot tranen toe bewogen. Aopgezien de wachten yan Morpheus het uur van slapen-gaan reeds hadden geblazen,moesten wij, hoewel noode, onze legersteden opzoeken, om te droomen van een genotvollen avond met bruidsuikers en toasten." Vrijdom van briefport, (In gezonden.) Het deed mij deze week zeer onaangenaam aan in het maandblad No. 12 van 1914 van de R. C. On,deroffieiersvereeniging „St. Marti- nus" op pagina 127 het volgende te lezen: Zij, die propagandanummers wenschen te ontvangen, behoeven deze slechts aan te vra gen en ze worden per leeerende post gezonden. l)e propaganda, is nu zoo goedkoop door vrij dom van briefport.. Werkelijk, 'k da.chfc eerst, dat ik droomde, toen ik zag dat men deze algemeen gewaar deerde bepaling tot zulk een doel gebruikte en het zou daardoor kunnen gebeuren dat deze, voor velen 'zoo gunstige, bepaling werd inge trokken. Ik vind het (en velen met mij) een treurig verschijnsel, dat een vereeniging nog wel van militairen zulk een artikel durft sohrlj- .ven in haar orgaan. Immers ieder kan hegTjjpen dat Z.Exo. de Minister den vrijdom van port alleen gegeven heeft om de lasten van hen, die nu onder de wapenen zijn, eenigszins te verlichten en niet, om het propagandeeren voor een vereeniging goedkoop te maken. Mijnheer de Redacteur, beleefd dankend voor do verleende plaatsruimte in uw zoo veel en gaarne gelezen blad noem ik :t ij Uw dw. dn. A. DRIN K WAARD. Sergt. der Artillerie. Uit Roosteren. (Bioscoop-avond op het kasteel Barbou.) Wie had kunnen denken, dat hier ver van het grootste stadsgewoel ons een dergelijke avond kon bereid wórden. Toen het dan ook goa'nnonceerd werd, geloofden wij aan een on mogelijkheid. Voor do personen, die ons dezen avond be reidden, is haast niets onmogelijk. De WelEd. Gestrenge heer Mooy, Res.-le- luit.. heeft geld noch moeite gespaard deze ont spanning te doen worden tot een avond door ons nimmer gedacht en voor het leven^ niet te vergeten. Met dankbare herinnering aan het genotene brengen wij onzen innigen dank aan hem en aan den miiitie-le-luit. Berding die, door onder linge samenwerking, zooveel wisten tot stand te brengen. De onderofficieren, korporaals en soldaten. Kasteel Barhou. Mobilisatie 1914. (Van den res. le luitenant O. L. J. S.) 't Is oorlog rondom ons, men hoort slechts van ibloed, Van duizenden, die rondom ons sneven; Ook wij moesten komen ,maar 't is nog God dank, Bij de mobilisatie gebleven. Op ons rust de plicht, tusschen al het gevaar, Onze neutraliteit te bewaren; Elk Nederlandsch burger, die werkt eraan mee, Do regeeringstaak niet te verzwaren. Op den eersten Augustus zat menige vrouw, En moeder met ldnd'ren te grienen Géén der mannen of zonen verzaakte zyn plicht, Waar 't heette: „het Vaderland dienen". Militie en landweer, 't ging door elkaar, Spoortreinen vol met soldaten; Elk ging naar zijn standplaats en zat over 't gevaar Met Hollandsche -kalmte te praten. Men hoort hier geen kreten van geestdrift, o neen, Maar allen zijn één, vastberaden; Te schenden do neutraliteit van ons land, Is dan ook aan niemand geraden. liet best' is zich geven, zooals men zich voelt, Men kan niet z'n karakter veranderen; Wat ons landje ook nu voor den vreemdeling deed', Maakt hot „groot" in de oogen van anderen. En onze Vorstin heeft nu kunnen zien, Hoe Zij zich gerust kan verlaten, Wanneer bet werkelijk ernstig wordt, Op Haar leger, Haar trouwe soldaten. Ook Nof-rland zag met respect en met trots, Hoe alles van hoogerhand klopte; En hoe nu uit menigen droomerigen vent, Een flinke soldaat zich ontpopte. Gelukkig heerscht oen uitstekende geest Bij al onze duizenden mannen; En zwarte gedachten die worden steeds Mot muziek of met zang woer verbannen.; We blijven gelukkig nog buiten den strijd, Laat ons zelf ons humeur niet vergallen; Maar mocht men ons dwingen om ook mee te doen-, Dan slaan we erop met z'n allen. Al is het ook niet zoo gezellig als thuis, Bij ft vrouwtje, bij zuster of broeder, De dienst is niet zwaar, het eten is best, En missohiengaan wo gauw weer naar ■moeder. O. L. J. 8. A/'b. „Hr. Ms. Nautilus". Aan de Redact tel (Van mil. P. de Lange, zeem., IJmuiden.) Geheel in actie Is de Redactie Der Soldatencourant. Zij sohijnt zich geheel te geven Voor het soldatenleven Door het gansc-he land. Wanneer men, voor tijdverdrijf Eens een mopje schrijft, Weet in, korten tijd, 't Is een feit, Iedereen hoe het gaat Met Janmaat en Soldaat. Ook aan het Steuncomité Werkt het heel wat mee. Daarom is 't mijn plicht, Dat niet te vergeten licht, Hoe de Redactie op onze wenken, Zond or zich jgeel tijd te schenken, Ieder stukje klein en groot Over land of over vloot Voor ons plaatst in de courant. Daarom hoop ik, mocht de mobilisatie nog lang duren, U ons verschaft nog veel gezellige uren, Door het, zenden van do Soldatencourant, Daarvoor bij voorbaat mijn oprechten dank. Ode aan Wouw! (Van sergeant Emilo Cehen.) Voor mijn vriend M. Buys, Oh! mijn Wouw, ik min u teederl 01 mijn Wouw, u heb ik lief! 'k Zie wellicht u nimmer weder Dat blijft wel m'n grootste grief. 'k Mocht in u een kosthuis vinden, 'k Vind er zoo geen tweede meer. Goeie menschen, beste vrinden," Met 'n hart voor 't Militair! Je at mee, wat de pot er schafte En „wat" die sohafte dat was goed. Je kreeg 'n bedje waar je mafte, Als je 't andei-s th'uis slechts doet. Je dronk er „tof" je ouwe klaartje En was die er niet, Cognac. Je zat er, bij 'n fijn sigaartje, Zoo yimnjes" fijn, op je gemak»

Krantenbank Zeeland

De Soldatencourant. Orgaan voor Leger en Vloot | 1914 | | pagina 2