Binnenland.
Legerzaken.
Correspondentie.
Uit Leger en Vloot.
2J£i »öJLjiJö^aue,JL1eJ£15r^l tJ -JL'
47 è^ll
W uenaucag
De uitwerking van het bombardement op Antwerpen. Met den gevel is, zooala men ziet,
dit huis vrijwel tusschen de beide anderen uitgeschoten.
De slag bij Heigolandc
De Engelsche Admiraliteit heeft tele
grammen gepubliceerd, die volledige' bij
zonderheden mededeelen omtrent den zee
slag van Helgoland op 28 Augustus. Uit
deze mededeelingen blijkt, dat de operaties
plaats vonden op veel grooter schaal dan
tot dusver gebleken was, en dat /ie geheele
takfciek en de serie gevechten getuigen
van den grootsten moed en de grooteta be
kwaamheid bij onze vloot.
Speciaal wordt melding gemaakt van
het goede schieten van de ,,Lion".
Ook wordt hulde gebracht aan. het ruste-
looze patrouillewerk van de onderzeeboo
ten in de Noordzee en de tallooze gevallen
van persoonlijken moed.
Duitsche oorlogs- en Engelsche
handelsschepen.
LONDEN. Naar aanleiding van het
in den grond boren van Engelsche
stoomschepen door Duitsche kruisers
verklaart de admiraliteit: Men gelooft,
dat zich acht of negen Duitsche kruisers in
den Atlantischen Oceaan, de Stille Zuidzee
en de Indische wateren bevinden. Meer dan
70 Britsche, Japanscbe, Fransche en Rus
sische kruisers, zonder de hulpkruisers te
rekenen, maken jacht op de Duitschers. De
groote uitgestrektheid der zeeën en de aan
wezigheid der tallooze eilandengroepen bie
den den vijandelijken schepen gelegenheid
het spel zoo lang vol te houden. De vernie
tiging van deze kruisers is dus in hoofd
zaak een quaestie van tijd, geduld en toe
val.
Het niet opvolgen der aanwijzingen van
'de admiraliteit is hoofdzakelijk de reden
van het verlies der koopvaarders. Het per
centage der verliezen is veel minder dan
men vóór den oorlog verwachtte. Op 4000
Engelsche schepen van de groote vaart zijn
er slechts 39 in den grond geboord. Het
verzekeringspercentage van ladingen is van
vijf guinjes bij het begin der vijandelijkhe
den gedaald op twee guinjes. Van het be
trekkelijk beperkt aantal Duitsche schepen
op zee zijn er 133 genomen, terwijl van
de acht tot nogen duizend reizen tusschen
Britsche en buitenlandsche havens minder
dan vijf per duizend door den vijand zijn
belet.
BERLIJN. De „Lokal-anzeiger" ver
neemt uit Colombo, dat de kruiser „Ein
den" de Engelsche koopvaardijvaart tot nu
toe een schade berokkende van 40,000,000
Mark.
De „Emden".
Duitsch officieel communiqué.
Lloyds meldt uit ColomboDe Duitsche
kruiser „Emden" boorde vijf Engelsche
schepen in den grond en maakte een zesde
buit.
De „U 9".
Het is weer de ,,U 9", dezelfde onderzee-
sche boot die de drie Engokohe kruisers in
de Noordzee deed zinken, die op 20 October
het Engelsche stoomschip „Glitra" ter
hoogte van de Noorsche kust tot zinken
bracht.
BERLUN. Aan kapitein-luitenant
iWeddigen, commandant van de ,,U 9", is
de orde: Pour le mérité toegekend.
Onderzeeër in den grond geboord.
LONDEN. De torpedovernieler „Badger"
heeft een Duitschen onderzeeër bij de Neder-
landsch kust tot zinken gebracht. De boeg
van de „Barger" werd eenigszins be
schadigd.
De Ondergang der „Glitra".
Een telegram uit Berlijn brengt ons
thans van officieele zijde de bevestiging van
het tot zinken brengen van het Engelsche
stoomschip „Glitra", waarvan wij hierboven
melding maken.
Tevens wordt bericht, dat de Duitsche
onderzeeboot, welke de „Hawke" torpe
deerde, behouden is teruggekeerd.
In den grond geboorde schepen.
(LONDEN, 22 Oct.) Aangaande de door den
Duitschen kruiser „Eraden" in den grond ge
boorde Eng. stoomschepen „Benmohr", „Ckil-
fcana*, „Ciaa Grant" ga uTrqiluaffgidt ba-
treffende de reizen het volgende medegedeeld:
Do „Benmohr" was op reis van Leitli en
Londen naar Oost-Aziëde „Ghilkana", een
nieuw stoomschip was van Londen naar Ma
dras en Calcutta bestemd; de „Clan Grant"
was op reis van de Mersey naar Indische ha
vens; de „Troilus", een nieuw stoomschip,
was van Japan, China en de Straits mot een
kostbare lading, waaronder rubber en tin, op
de thuisreis.
Het aangehouden stoomschip „Exford",
groot 4542 t. gr., was van Cardiff met eene
lading kolen naar het Oosten bestemd en 9
dezer Perim gepasseerd.
Gezonken oorlogsschepen.
Sinds het begin van den oorlog heeft
•Engeland tien en Duitsehland zeventien
oorlogsschepen verloren.
De namen en de waterverplaatsing der
schepen vindt men in onderstaande tabel,
waarop niet voorkomen de slagkruiser
„Goeben" (23,000 ton) en de kleine krui
ser „Breslau" (4550 ton), die nog steeds
in Konstantinopel liggen.
Engeland:
Pantserkruisers waterverplaatsing
Hogue 12,000
Cressy 12.000
Aboukir 12.000
Kleine kruisers
Hawke 7330
Amphion 3400
Pathfinder 2900
Pegasus 2135
Kanonneerboot
Speedy 810
Onderzeebooten:
AE 1 730
E 3 730
Duitsehland.
kleine kruisers waterverplaatsing
Magdeburg 4550
Köln 4350
Mainz 4350
Ariadne 2660
Hela 2040
Kanojmeerbooten
Möwe 650
Hedwig 199
Tsingtau 168
Vaterland 168
Torpedojagers
V 187 650
S 126 487
S 90 300
8 115 300
S 117 300
S 118 300
8 119 300
Onderzeebooten
U 15
Eigenaardig 13 het op te merken, dat van
deze oorlogsschepen de „Pathfinder",
„Aboukir", „Cressy", „Hogue" en „Haw
ke" door Duitsche onderzeebooten en de
„Hela" door een Engelsche onderzeeboot
vernield werd. Van de anderen werd het
meerendeel door geschutvuur vernield, en
kele liepen op een mijn.
Engeland verloor voorts één hulpkruiser
(„.Oceanic" 17.274 ton), Duitsehland vijf
hulpkruisers, waaronder de mijnenlegger
„Königin Luise" (10,785 ton).
Rusland verloor den pantserkruiser „Pal-
lada" (8000 ton), Oostenrijk den kleinen
kruiser „Zenta (2300 ton) en vermoede
lijk een paar kleine torpedobooten, en ten
slotte liep van Japan de oude kruiser „Ta-
katschio" (3700 ton) op een mijn. Van deze
schepen werd de „Pallada" door een on
derzeeboot vernield, de „Zenta" door ge
schutvuur.
Hofrouw.
Het Huis van de Koningin-Moeder heeft
met ingang van Vrijdag voor acht weken den
rouw (en wel voor zes weken halven en voor
twee weken lichten rouw) aangenomen
wegens het overlijden van Prins Wolrad
Friedrich van Waldeck en Pyrmont.
Mr. H. S, van Lennep.f
Op Leiduin is, 82 jaar oud, overleden
mr. H. S. van L en nep, oud-lid yan
Amaferdaiasslisn gemeonteraasi,
Tevredenhcidsbetulging van den
opperbevelhebber.
De vice-admiraal Ton Cate heeft, naar Het
Anker meldt, do volgende dagorder bekend
gemaakt na bet bezoek van don opperbevel
hebber aan do stelling van Heldor.
„De generaal, opperbevelhebber van land-en
zoomachb, hoeft zijn groote tevredenheid be
tuigd over hetgeen in do stelling van Den Hel
der dank zij de samenwerking van land- en
zeemacht tot verhooging van het verdedi
gend vermogen van do stelling is tot stand ge
bracht on over do wijzo waarop blijkbaar zoo
wol het personeel van dc zeemacht en van
's Rijkswerf als de onderdeden der landmacht
hun taak vervullen.
„Heb is mij aangenaam deze tevredenheids
betuiging ter'kennis te brengen van het onder
mij gestelde personeel."
Uit tie Staatscourant.
Bij K. B. is aau den landweorplichtigen le-
Iuit. H. J. A. van Son, van het 19e bat.
landw.-inf. ter zake van ongeschiktheid voor
de verdere waarnemong van den mil. dienst,
wegens lichaamsgebreken, een eervol ontslag
uit den' militairen dienst verleend.
Bij K. B. zijn benoemd, met afwijking
in zooverre van do bestaande organisatie, bij
liet dienstvak der militaire administratie, bij
het personeel der kwartiermeesters, tot kapi
tein-kwartiermeester, de le luit.-kwartier
meesters G. F. Sloot, H. J. Bossehart,
L. M. F. G. K n a g e en F. H. Henderso n,
allen van het personeel der militaire adminis
tratie.
Bij K. B. is aan den reserve-luitenant
kolonel C. Hemmes, commandant van het
16e bat. landweer-inf., ter zake van onge
schiktheid voor de verdere waarneming van
den mil. dienst, wegens lichaamsgebreken, eer
vol ontslag uit den militairen dienst verleend.
R ijkspostdul vendlenst.
De burgemeester van Amsterdam brengt ter
kennis van belanghebbenden, dat militieplich-
tigen, die in aanmerking wenschen te komen
om te worden opgeleid tot verzorger bij den
Rijkspostduivendienst, zich daarvoor vóór
10 November 1914 met een verzoekschrift
franco, doch op ongezegeld papier recht
streeks kunnon wenden tot den chef van den
Generalen Staf to 's-Gravenhage.
Nadere inlichtingen worden desgewenscht
verstrekt door het Bureau Militaire Zaken,
kamer No. 2 (Stadhuis).
Mil. korp. A. H. Sch. Je ziet dat diohten
een moeilijk vak is. Er zit veel goeds, maar
te weinig rijm in uw vers om het te plaatsen.
Volgenden koer misschien beter. R e d.
L. W. D. Ik kan uw vragen in onze courant
niet beantwoorden. Wij weten van die interne
aangelegenheden niets af, terwijl uw onmiddel
lijke chef of uw sergeant-majoor-adm. uw
vraag innuors dadelijk beantwoorden kan.
Red.
E. W. B., Maarssen. Zoolang de mobilisatie
duurt, kan er naar onze informaties luid
den Van overgang naar de Landweer geen
sprake zijn. De moeite van requestreeren kunt
u dus sparen. Red.
J. H. R. Heller. Meer ruimte ging beusoh
niet. Anderen moeten ook een plaatsje hebben.
Red.
Mil. P. W., Roermond. Uw gedioht is zeer
persoonlijk. Ik, vrees, dat het genoemden perso
nen niet aangenaam is en kan het daarom niet
plaatsen. Red.
G. B. Amsterdam. Ik zal 't maar niet
plaatsenzoo'n hooggestemd gedicht op een
zondenregister is te gewaagd, vriend. Red.
Mil. 4 III 13 R. I. Het geven van verlof
hangt natuurlijk met do eischen van den dienst
samen, die niet overal dezelfde kunnen zijn.
De andere aangelegenheid wordt geheel door
uwen onmiddelijken chef beoordeeld. Red.
G. D-, fort Pampus. Gebrek aan ruimte
laat zulke wekelijksche opgave niet toe. Per
maand is voldoende. Red.
J. G., oud-milicien Rotterdam. Van
oudgedienden nemen wij geen stukken en ge
dichten op. Hebben er geen plaats voor. Red.
P. B., IJ muiden. Kort u niets. Red.
Het adres wordt gevraagd van korporaal A.
Smink 6e reg. Inf. door R. de JongeLahn-
stein, etappe chauff. le div. 2e afd.
Mad. Joanna Maria Meestors Christiaënsse
zoekt haar man Jan Meesters 24e Linge, 3e
Bat. le Corap. le Divisie. Mad. J. H. Meesters,
'fc Nut, Schoonhoven.
Wie helpt mij aan de adressen van J. Alberts,
Infanterist L. W., en H. R. P. Harmsen, in
fanterist. P. M. van Sermondt, 3 I 3e Reg
Vest.-Art.
Welke vesting-telegrafist (assistent) van de
genie uit do Stelling Amsterdam, wil van
standplaats ruilen met collega uit Stelling
Utrecht? Liefst met collega uit omtrek Bever
wijk of Krommenie. Brieven te adresseeren
aan A. H. Hunnekink, Militair Telegraafkan
toor, Gagelfort, gom. Wostbroek (bij Utrecht).
De familie Hermans vraagt inlichtingen aan
gaande hun zoon Raymond Hermans, artillerie
17e batt. 6e divisie; laatst gekazerneerd Oud
Jeestelijk Hof, Boveren Waas.
J. HERMANS,
AdresMelis, te Helvoirt.
De ouders, die onbekend zijn met de ver
blijfplaats van hun zoon Johannes Brand,
sedert 1 Augustus 1914 onder de wapenen, die
nende als milicien huzaar bij het 4 reg. huza
ren, verzoeken beleefd opgave van zijn adres aan
P. Verhage, hoofd der gemeenteschool te Bier
vliet.
Gaarne ontving ik bot volledig adres van
den soldaat Harms, dienende in Holland, bij
de artillerie, doch woonachtig te Antwerpen,
gérant van Miele. Bericht zenden aan M. J.
Claase 2e Cie 22e L.W.Bat.
Milicien Kuilman, Kaaphoofd, Den Helder,
vraagt adres van den milicien J. G. L. Brokke
bij do A. T. troinafdeeling.
E. A. Schelfhout, detachement Oostkapelle,
Zeeland, vraagt inlichtingen en adres van
Auguste Lemmeité, le Regiment Carabiniers.
le Bat. Ie Cocp. 6e Division d'Armee, en C.
de Kroock, 18e Batterij 4e Sectio kanonniers,
Fort Rys, Antwerpen.
Hopende dat dit elders navolging zal vinden
tot leniging van den nood, verbljjven wij met de
meeste hoogachting namens het comité der le
Comp. 11 Bat. 16 lieg. Inf.
De Secretaris:
P. KISHIK.
Een belangrijke aanbieding.
Men 3chrijft ons:
De heeren Sliukert en Versloot, resp.
zanger en pianist, verklaren zich gaarne,
tegen e>en matige vergoeding van reis- en
verblijfkosten, bereid voor de soldaten op te
treden. Mits een bruikbare piano aanwezig
is, is bet bun onverschillig waar zij moeten
heenreizen. Zij gaven reeds een soiree in het
fort. Westervoort bij Arnhem, terwijl de
heer SI. te Nijmegen reeda meermalen voor
onze „gemobiliseerden" zong. De heeren
vullen den avond met Hollandsche, Duit
sche en Hullebroeck-liederen.
Ons correspondentie-adres is: Piet Ver
sloot, muziekleeraar, Pontanusstr. 51, Nij-
De „Gelderland" en hare offervaardigheid.
Mijnheer de Redacteur!
In uw blad van Woensdag 21 October j.l.
verzoohten de Belgische geïnterneerden een
plaatsje in de „Soldatencourant".
Ter verduidelijking daarvan, en ter opwek
king voor liet overige grooter deel onzer
marine, verzoek ook ik een plaatsje.
Zoodra wij vernamen van het verongeluk
ken der Engelsche kruiser-divisie en hunne tij
delijke huisvesting in het interneeringsdepót te
Gaasterland, werd aan boord van b. g. pantser-
dekschip, door eenige onderofficieren en sche
pelingen overleg gepleegd, en eene comité ge
vormd tot inzameling van gelden om de over
levenden van genoemde kruisers eenige versna
peringen aan te bieden.
Do toestemming van den commandant werd
dadelijk vorkregen. Dank zij de mild© bij
drage van dezen en die der overige officieren,
machinisten, onderofficieren en alle overige op
varenden, tot den minsten lichtmatroos, be
schikte men nog dionzolfden dag, over een
bedrag an ruim 150. Door het comité werden
deze gelden oordeelkundig verdeeld, en daar
voor de noodigo sigaren, tabaksigaretten, stee-
nen pijpen, tot zelfs lucifers, aangekoolit, en
met bekwamen spoed naar Gaasterland opge
zonden. De lezers en lezeressen van uw geëerd
blad weten verder de belanding van liet door
ons toegezondene, in het ingezonden stuk van
den heer Yoordinger „Wachtmeester dor gen
darmerie in België".
Aan de Engelsche geredden werd tevens in
de Engelsche taal een schrijven gericht van deh
volgenden inhoud
Broeders van de Zee.
Nauwelijks had het bericht van het torpillee-
ren uwer schepen, en de behouden redding van
u, ons opvarenden van het panteerschip „Gel
derland" bereikt, of en comité van onderoffi
cieren on schepelingen word saamgesteld, om
aan de overlevenden der Britsche flottielje on
ze sympathiebetuiging te zenden.
Niet alleen in woorden maar in daden, die
men beter vo9lt en 'begrijpt.
Bij onze groote deelneming die wij u betui-
donkere dagen goed doet aan alle buitenlan
ders, van welke nationaliteit ook, en zooveel
doonlijk het Nationaal Steuncomité helpt het
leed wat in eigen boezem nog zoo groot is te
verzachten, mogen wij dienaren van den Staat
niet achter blijven.
Immers financieel verlonm we nog niets
door de mobielverklaring van ons Vaderland
alleen hebben wij wat minder vrijheid in pas-
cagieren door de meerdere diensten. Maar ziet
de noodlijdenden in ons eigen landje! Daarnaar
voorloopig het oog gericht (en gelukkig pog
niet naar den vijand).
Op ieder sohip en inrichting van onze marine
de handen in elkaar geslagen en aan het werk.
Steunt waar gij denkt, dat uw milde hand ge
ven moet. Mannen van de Marine, draagt het
uwe bij tot heil van do menschheid.
Mijnheer de Redacteur heb dank voor de
plaatsing. Ik geloof, er zijn reeds woorden ge
noeg gesproken, en hoop op daden!
W. EUWEN „schipper"
a/b. „Gelderland".
Dankbetuiging.
Ondergeteekende betuigt hiermede zijn har-
telijken dank aan de heeren onderofficieren,
korporaals en manschappen der bezetting van
het fort IJmuiden, alsook aan den heer L.
Rinks, onderhoud-aannemer van het fort, voor
hunne bijdragen in de gehouden collecte voor
het verlies zijner portemonnaie met f 10.
Fort IJmuiden. Mil. P. BUSCH.
Vrij reizen per pont gevraagd.
Mil. P. van Rijn schrijft ons
Daar wij sedert eenigen tijd in Huissen gele
gen zijn, is bij ons, manschappen, die van hun
vrijen tijd gebruik maken om hun gezin of
familie te Arnhem te bezoeken, al eens do
vraag opgekomen om vrij reizen per pont te
verkrijgen.
Ons wendende tot onzen commandant, werd
ons gezegd, dit in de Soldatencourant aan te
vragen en verzoek ik u, uit naam van alle mili
tairen, die er belang bij hebben, en dat heb
ben ze allemaal, want telkens 8 ct. te betalen
valt op den duur ook niet mee, dit eens ter
sprake te brengen, 't Is voor 't Malburgsche
veer bij Arnhem.
In afwachting en bij voorbaat onzen dank,
verblijf ik uit naam van de meesten.
Hoogachtend Uw. dw. dnr.
P. VAN RIJN.
Wie helpt?
Geachte Redactie!
Als een getrouw lezer van de „Soldaten-
oourant" las ik in ieder nummer, dat aan onze
militairen gezellige avondjes worden gegeven.
Daar wij gedurende de geheele mobilisatie
genot en pleizier hebben moeten ontbgren,
vraag ik mij zelve eens af, of wij daartoe ook
eens niet in die gelegenheid konden komen.
Zelfs bij de geheele compagnie is één voet
bal en daar kunnen toch geen groot aantal sol
daten tegelijkertijd mede spelen?
De bal is stuk en de manschappon kunnen
zich nu vervelen. Hopende dat dit sohrijven
ons een gezellig uurtje zal bezorgen, betuig ik,
geachte Redactie mijn hartelijken dank voor de
verleende plaatsruimte
M. K.
17 R. I. 2 B. 1 G.
Een verzoek.
Nogmaals tot onze zich steeds uitbreidende
schare van medewerkers het dringende verzoek
om kortheid te betrachten, ledereen heeft,
als zijn werk geschikt is, recht op een plaatsje.
Maar onze ruimte is beperkt.
Kort en krachtig dus, vrienden, zoowel in
proza als in poëzie.
Voor het Kon. Nat. Steunoomité.
Men schrijft ons:
In de le Comp. II Bat. 16 Reg. Inf. heeft
zich uit kader en manschappen een commissie
gevormd, tot het innen van gelden voor 't Ko
ninklijk Nationaal Steuncomité.
't Eerste resultaat was dat er bij de uitbe
taling der soldij ƒ23.10 werd bijgedragen en we
ons verzekerden van een vagte opbrengst! yan
20 |>s 10 flages.
Uit de „Illustrirte .Zeitung
Het is begrijpelijk, dat Noord-Frankrijk waar nu reeds vele weken krijg gevoerd
wordt veel te iijden heeft. Ons kiekje geeft een van de vele opgeblazen bruggen in
het departement Somme. Deze ligt bij St. Maxent,
gen, in het lot van uwe kameraden, gevallen
ten offer aan den tegenwoordig weinig zicht
baren vijand, zenden wij u met deze eenigen
voorraad versnaperingen, waarvan wij weten,
u dezelfde zeer op prijs zult stollen.
"We doen u echter opmerken, dat deze bozen-
ding uitsluitend gezonden wordt door equipage
van b.g. bodem, en een ieder van 'af den com
mandant tot lichtmatroos, daaraan zijne gave
offerde.
Tewens dat: zoo het verblijf uwer van eenigen
duur is, meerdere schepen der Nederlandsche
Vloot zeer zeker ons voorbeeld volgen zullen.
Met een groet aan u allen, en een behouden
terugkomst in uw vaderland, en een gelukkig
weerzien van uw betrekkingen aldaar verblij
ven wij allen, opvarenden van Hr. Ma. „Gel
derland",
Voor het Comité de chef der
equipage,
EUWEN.
Door de „.welwillende en zeer gewaardeerde"
medewerking van zijne Hoog Edel Gestr. heer
Teding van Berkhout, commandant van het
Interneeringsdepót te Gaasterland werd vo
rengenoemd schrijven doorgezonden aan den
Wel. Edel Gestr. heer J. S. Parker, kapt. luit.
t/zee der Britsche Marine", waarop het hier-
volgende antwoord volgde, geadresseerd aan
den Hoog Edel Gestr. heer M. Sehoo, kapt.-luit
t/zee eerste officier Hr. Ms. „Gelderland".
Royal Naval Baracks. Chatham 15 Oct. 1914.
Waarde Heer.
Het is mij oen bijzonder groot genoegen u
te bedanken', ook namens al de officieren en
manschappen, tijdelijk geïnterneerd geweest te
Gaasterland, en behoord hebbende tot de opva
renden van Zn. Ms. schepen „Aboukir",
Hoguo", en Cressy", voor uw buitengewoon
vriendelijk schrijven en voor de zending siga
ren en sigaretten.
Wij waren allen zeer getroffen, door de bij
zondere vriendelijkheid en sympathie die wij
gedurende ons kort verblijf in Holland van alle
zijden mochten ontvangen, en vv ij zouden het
betreurd hebben zoo spoedig weg te moeten
gaan, als wij niet méér en, naar ik hoop, suc
cesvol werk te doen hadden gedurende den oor
log. Ik betreur het niet eerder gesohreven te
hebben, maar ik ontving uw vriendelijk schrij
ven eerst gisteravond.
Met onzen hartgrondigen dank aan don com
mandant, de officieren, onderofficieren en
manschappen van do „Gelderland".
J. S. PARKER.
Kapt. luit. t/zee.
P. S. Ik zal uw vriendelijk schrijven op
hangen in de publicatiekast van de gebouwen,
3aar ons troepje nu al geheel verspreid is.
J. 8. P.
Ziehier, lezers, een kort overzicht van onze
sympathiebetuiging.
SVm* bet gebégle Nedorlandgchg yolk
Mobilisatiebrulloft to Hellevoetsluis.
Hosp.-soldaat J. H. U. schrijft ons:
„Ten tweeden male was er voor de detache
menten gelegen in de barakken te Hellovoot-
sluis redenen tot feestvieren.
Onze makker Gijsbertse was n.l. in het huwe
lijk getreden en zoo ooit, dan was bier het
spreekwoord van toepassing: „.geduld overwint
alles". Onze kameraad was reeds voor do mo
bilisatie in ondertrouw gegaan, doch moest
eenige dagen voor den huwelijksdag onder de
wapenen komen. Wacktensmoede heeft hij het
echtverbond gesloten, waarna bij ons vast
stond, dat er bruiloft gehouden moest worden.
Een collecte bracht de noodigo dubbeltjes
bijeen, zoodat er een aardig geschenk, bestaan
de uit een beeld mét piëdestal kon worden ge
kocht. Onze Gijs snapte niets van do voorbe-
ïeidende werkzaamheden, zoodat hij dan ook
vreemd opkeek, toen hij door een der onzen in
de feestelijk verlichte en versierde zaal werd
binnengeleid en op den met groen cn bloemen
versierden bruidegomsstoel plaats nam.
Met een toepasselijk woord werd heb cadeau
door den commissaris van orde aan don jubila
ris uitgereikt, die zichtbaar aangedaan was
door zooveel onverdachte kameraadschap.
Hier werd het door den hospitaal-soklaat S.
vervaardigde feestlied door allen met veel
geestdrift gezongen en op de gezondheid van
bruid en bruidegom gedronken.
Kameraad V., die (altijd volgens eigen zeg
gen) niet in staat, was zelf een toespraak tot
den jubilaris te richten, liet dit over aan de
door hem medegebrachte grainophoon. Ik moT5n
wel namens allen te spreken, wanneer ik hier
vriend V. mijn dank betuig voor do opofferin
gen, die hij zich heeft getroost voor liet welsla
gen van het feest.
Een aardig moment was vooral heb presen
teeren van een geurige sigaar door onzen kor
poraal Z. Toevallig? bleek bij het uitdeden,
dat er één Havana te weinig was en ook al
weer even toevallig was liet do bruidegom, die
volgens den geijkten soldatenterm „over do
hoorn schoot".
Gelukkig herinnerde Z. zich, dat hij nog een
extra sigaartje ter zijner beschikking had en
wel verpakt in een glazen étui, 't welk bij het
overhandigen bleek te zijn een zuigflesch met
speen. Een uitbundig gejuich steeg er op na
dit intermezzo, waarom wij dan ook hopen, dat
Gijsbort's Teuntje nog vele jaren gebruik
mag maken van het nuttige instrument voor
schreeuwende en kwaadaardige zuigelingen.
Schetterende fanfares, 6choono liedoren,
vroolijke voordrachten en hartroerende toe
spraken wisselden elkander gedurende het ver
dere verloop van den avond af.
Door vriend De K. werd tot waardig slot
nog een toast op den bruidigom gehouden, die
werkelijk van hart tot hart ging. Door het
juiste woord en d© zielvolle taal werden wij
allen tot tranen toe bewogen.
Aopgezien de wachten yan Morpheus het uur
van slapen-gaan reeds hadden geblazen,moesten
wij, hoewel noode, onze legersteden opzoeken,
om te droomen van een genotvollen avond met
bruidsuikers en toasten."
Vrijdom van briefport,
(In gezonden.)
Het deed mij deze week zeer onaangenaam
aan in het maandblad No. 12 van 1914 van de
R. C. On,deroffieiersvereeniging „St. Marti-
nus" op pagina 127 het volgende te lezen:
Zij, die propagandanummers wenschen te
ontvangen, behoeven deze slechts aan te vra
gen en ze worden per leeerende post gezonden.
l)e propaganda, is nu zoo goedkoop door vrij
dom van briefport..
Werkelijk, 'k da.chfc eerst, dat ik droomde,
toen ik zag dat men deze algemeen gewaar
deerde bepaling tot zulk een doel gebruikte en
het zou daardoor kunnen gebeuren dat deze,
voor velen 'zoo gunstige, bepaling werd inge
trokken.
Ik vind het (en velen met mij) een treurig
verschijnsel, dat een vereeniging nog wel
van militairen zulk een artikel durft sohrlj-
.ven in haar orgaan.
Immers ieder kan hegTjjpen dat Z.Exo. de
Minister den vrijdom van port alleen gegeven
heeft om de lasten van hen, die nu onder de
wapenen zijn, eenigszins te verlichten en niet,
om het propagandeeren voor een vereeniging
goedkoop te maken.
Mijnheer de Redacteur, beleefd dankend
voor do verleende plaatsruimte in uw zoo veel
en gaarne gelezen blad noem ik :t ij
Uw dw. dn.
A. DRIN K WAARD.
Sergt. der Artillerie.
Uit Roosteren.
(Bioscoop-avond op het kasteel Barbou.)
Wie had kunnen denken, dat hier ver van
het grootste stadsgewoel ons een dergelijke
avond kon bereid wórden. Toen het dan ook
goa'nnonceerd werd, geloofden wij aan een on
mogelijkheid.
Voor do personen, die ons dezen avond be
reidden, is haast niets onmogelijk.
De WelEd. Gestrenge heer Mooy, Res.-le-
luit.. heeft geld noch moeite gespaard deze ont
spanning te doen worden tot een avond door
ons nimmer gedacht en voor het leven^ niet te
vergeten.
Met dankbare herinnering aan het genotene
brengen wij onzen innigen dank aan hem en
aan den miiitie-le-luit. Berding die, door onder
linge samenwerking, zooveel wisten tot stand
te brengen.
De onderofficieren, korporaals en
soldaten.
Kasteel Barhou.
Mobilisatie 1914.
(Van den res. le luitenant O. L. J. S.)
't Is oorlog rondom ons, men hoort slechts van
ibloed,
Van duizenden, die rondom ons sneven;
Ook wij moesten komen ,maar 't is nog God
dank,
Bij de mobilisatie gebleven.
Op ons rust de plicht, tusschen al het gevaar,
Onze neutraliteit te bewaren;
Elk Nederlandsch burger, die werkt eraan mee,
Do regeeringstaak niet te verzwaren.
Op den eersten Augustus zat menige vrouw,
En moeder met ldnd'ren te grienen
Géén der mannen of zonen verzaakte zyn
plicht,
Waar 't heette: „het Vaderland dienen".
Militie en landweer, 't ging door elkaar,
Spoortreinen vol met soldaten;
Elk ging naar zijn standplaats en zat over 't
gevaar
Met Hollandsche -kalmte te praten.
Men hoort hier geen kreten van geestdrift,
o neen,
Maar allen zijn één, vastberaden;
Te schenden do neutraliteit van ons land,
Is dan ook aan niemand geraden.
liet best' is zich geven, zooals men zich voelt,
Men kan niet z'n karakter veranderen;
Wat ons landje ook nu voor den vreemdeling
deed',
Maakt hot „groot" in de oogen van anderen.
En onze Vorstin heeft nu kunnen zien,
Hoe Zij zich gerust kan verlaten,
Wanneer bet werkelijk ernstig wordt,
Op Haar leger, Haar trouwe soldaten.
Ook Nof-rland zag met respect en met trots,
Hoe alles van hoogerhand klopte;
En hoe nu uit menigen droomerigen vent,
Een flinke soldaat zich ontpopte.
Gelukkig heerscht oen uitstekende geest
Bij al onze duizenden mannen;
En zwarte gedachten die worden steeds
Mot muziek of met zang woer verbannen.;
We blijven gelukkig nog buiten den strijd,
Laat ons zelf ons humeur niet vergallen;
Maar mocht men ons dwingen om ook mee te
doen-,
Dan slaan we erop met z'n allen.
Al is het ook niet zoo gezellig als thuis,
Bij ft vrouwtje, bij zuster of broeder,
De dienst is niet zwaar, het eten is best,
En missohiengaan wo gauw weer naar
■moeder.
O. L. J. 8.
A/'b. „Hr. Ms. Nautilus".
Aan de Redact tel
(Van mil. P. de Lange, zeem., IJmuiden.)
Geheel in actie
Is de Redactie
Der Soldatencourant.
Zij sohijnt zich geheel te geven
Voor het soldatenleven
Door het gansc-he land.
Wanneer men, voor tijdverdrijf
Eens een mopje schrijft,
Weet in, korten tijd,
't Is een feit,
Iedereen hoe het gaat
Met Janmaat en Soldaat.
Ook aan het Steuncomité
Werkt het heel wat mee.
Daarom is 't mijn plicht,
Dat niet te vergeten licht,
Hoe de Redactie op onze wenken,
Zond or zich jgeel tijd te schenken,
Ieder stukje klein en groot
Over land of over vloot
Voor ons plaatst in de courant.
Daarom hoop ik, mocht de mobilisatie nog lang
duren,
U ons verschaft nog veel gezellige uren,
Door het, zenden van do Soldatencourant,
Daarvoor bij voorbaat mijn oprechten dank.
Ode aan Wouw!
(Van sergeant Emilo Cehen.)
Voor mijn vriend M. Buys,
Oh! mijn Wouw, ik min u teederl
01 mijn Wouw, u heb ik lief!
'k Zie wellicht u nimmer weder
Dat blijft wel m'n grootste grief.
'k Mocht in u een kosthuis vinden,
'k Vind er zoo geen tweede meer.
Goeie menschen, beste vrinden,"
Met 'n hart voor 't Militair!
Je at mee, wat de pot er schafte
En „wat" die sohafte dat was goed.
Je kreeg 'n bedje waar je mafte,
Als je 't andei-s th'uis slechts doet.
Je dronk er „tof" je ouwe klaartje
En was die er niet, Cognac.
Je zat er, bij 'n fijn sigaartje,
Zoo yimnjes" fijn, op je gemak»