No. 30.
Zondag 25 October 1914.
Orgaan voor Leger en Vloot.
Oorlogsnieuws.
Onder redactie van D. MANASSEN.
Mededeelingen.
De toestand in den reuzenstrijd.
De houten sabel.
Oplaag 50,000 exemplaren.
SOLDATENCOURANT
ADRES VAN EEDACTIE EN ADMINISTRATIE: PALESTRINASTRAAT 10,
AMSTERDAM, TELEFOON Z. 4968. DIT BLAD ZAL DRIEMAAL PER WEEK
VERSCHIJNEN. LOSSE NUMMERS VOOR MILITAIREN 1 CENT, VOOR NIET-
MILITAIREN 2 CENT, ABONNEMENT 1.50 PER DRIE MAANDEN.
VOOR ADYERTENTEEN WENDE MEN ZICH TOT HET ALG. ADV.-BUREAU
ROUMA CO„ 226 HEERENOR ACHT A'DAM.
Uit „L'IUustraticm''.
Een groep Franscha gewondenvan het front te Parijs teruggekeerd. Zy hebben
rolnlrkier de kunst om te lachen in dezea-tijd -nog niet verleerd.
BIJ herhaling worden ons nog met port
belaste stukken voor De Soldatencourant aan
geboden, omdat onder het woord „MILITAIR"
niet de naamtsskening van dan afzender Is
geplaatst. Al deze stukken worden door ons
geweigerd en komen dus niet in ons bezit.
Zoo zal menigeen aan eigen onnauwkeurigheid
te wijten hebben, dat hij óf op een vraag geen
antwoord ontving, óf zijn inzending niet ge
plaatst zag. Men adresseere derhalve nauw
keurig volgens het militaire voorschrift, om
teleurstelling te voorkomen.
Wij hebben de distributie van de oplageven
De Soldatencourant thans zóó geregeld, dat
wij opnieuw in staat zijn, aan aanvragen om
exemplaren, te voldoen. Wie derhalve een
grooter aantal exemplaren per pakkot toege
zonden wil hebben, verzoeken wij beleefd, dit
aan onze administratie te melden.
iggedreven
reken hou-
En nog maar al door duurt de groote slag
in 't.Oosten en 't Noorden van Frankrijk,
't Is ongeveer zes weken geleden, dat de
Duitschers van de Marne teruj
werden naar de Aisne en sedert w<
den zij daar stand, evenals tegenover hen de
Franschen en Engelschen. De strijd is hier
nog feller geworden dan aan de Marne, nog
reusachtiger, want de geledingen der legers
breiden zich al meer uit. Men kan zeggen,
dat ze zich nu hebben uitgerekt zoover ze
kunnen. Ze loopen van de grens van Zwit
serland tot aan de kust der Noordzee, van
Belfort tot Nieuwpoort. In een enkele lange
lijn van vele honderden kilometers hebben
nu de Duitschers Frankrijk afgesloten
van het noorden door een muur van krijgers.
Duitschland heeft er duidelijk een bedoe-
ling mee gehad om zijn rechtervleugel
steeds verder uit te breiden naar de zee.
Het wilde de kust bereiken en zich de
mogelijkheid scheppen om van de Belgische
zeekust voorwaarts te dringen naar de
Fransche havens Duinkerken, Calais, erna.
j waardoor het Engeland bedreigen zou. De
I Engelschen en Franschen zien dit zeer goed
in en.doen alle pogingen om juist daar het
voort/dringen der Duitscbe troepen te be
letten. Vandaar' de .herhaalde en heftige
aanvallen der laatste dagen juist op dit
punt. Langs- het riviertje de Yser, bij
Nieuwpoort, is zeer hardneldrig gevochten,
zonder dat men echter tot een bepaald
resultaat is gekomen. Daar willen de vijan
den van weerskanten vooruit: de Duitschers
om zich vast te zetten aan de Fransche
Frederik de G-roote, koning van Pruisen,
hield er van alleen, incognito, door de stra
ten van Berlijn te wandelen om rond te
kijken, waar te nemen en met eigen oogen
te oordeelen. Dikwijls zelfs mengde hij
zich, in een eenvoudige infanterie-kapotjas
gekleed, onder de soldaten en klonk vriend
schappelijk met hen, er een groot behagen
in scheppend hen te hooren spreken over
hun ondernemingen, verhalen waarin onop
houdelijk zijn naam werd genoemd, telkens
met een nieuwen en origineelen bijnaam
voorzien, die hem in zijn. vuistje deed lachen.
Eens op' een avond dat hij in den omtrek
vam een kazerne rondzwierf, botste hij bijna
tegen een ouden soldaat met bijna grijzen
snoraan,, die,-van links naar rechts, de
meest grillige bochten beschreef.
Frederik fronste zijn wenkbrauwen; hij
zag niet graag, dat zijn soldaten zich aan
sterben drank te buiten gingen. Om zich
niette verraden, hield hij zich echter in en
kwam zelfs op het idee om eens na te gaan
vanwaar die soldaat toch het geld haalde
om zoo overvloedig te kunnen drinken.
„Drommels! Vriend," zei hij, hem op
den schouder slaande, „je lijkt mij een
vxoolijke kameraad en ik zou graag eens
kennis met je maken; do taptoe is niet ge
blazen en ik heb nog ju\sb geld genoeg om
een glas bier te betalen."
De dronkaard richtte op hem zijn ziel-
looze oogen, glimlachte en klapte met zijn
tong ten toeken van instemming. Zij traden,
samen een nabijzijnde herberg binnen, waar
dikwijlssoldaten kwamen, engingen aan
«en afgelegen ttafeltje ritten, te midden
van de rookwolken, die uit een dertig of
veertig kalken pijpen opstegen.
„Weet je wel," begon Frederik, „dat je
er best aan toe bent zoo'n lekker leventje
te kunnen lijden? Want zonder je te wil
len beleedigen, men kan 't je wel aanzien,
dat je niet uit de kerk komt, terwijl ik er
slechts door de uiterste spaarzaamheid in
kan slagen het bedrag voor een flesch wijn
bijeen te brengen."
De oudesoldaatglimlachte en zette een
hooge borst op.
„Mijn jongen," zei hij tot Frederik, „jij
bent nog maar een recrunt, dat merk
ik wel."
Toorn flikkerde in de oogen. van den
Koningmaar zijn nieuwsgierigheid was
opgewekt en hij bedwong zich.
„Komaan," zei hij, „biecht maar eens
op: jij moet een ofandermiddel weten,
een.., hoe zal;ik zeggen? Een kunstje, dat
ik niet r ken leer mij dat.
De soldaat zag hem scherp aan, maar zijn
dronkenschap stond elke herinnering in den
weg.
„Welnu," zei hij ten slotte, „je lijkt mij
een brave jongen, en ik zal jou een beken
tenis doen; maar,'mondje dicht! Want als
het den kleinen Frederik ter oore kwam...
DrommelsIk raad je aan, jonge man, om
het nooit, met hem aan den stok te krijgen,
want dan kom je van een koude kermis
thuis."
Opnieuw kon Frederiknauwelijks zijn
lachen bedwingen.
„Maar die bewuste bekentenis?" vroeg
hij, bijna on;
kust, de bondgenooten om de Duitscbe
troepen er terug te drijven, zoo mogelijk
te omsingelen. Engelsche oorlogsschepen
helpen daartoe mee en beschieten de kust-
batterijen der Duitschers bij Nieuwpoort.
Langs de Fransche vestingen in bet oos
ten schijnt de toestand al even weinig te
veranderen. De Duitscbe troepen liggen er
nog steeds voor, komen er niet voorbij. Een
enkel sperfort mogen zij hebben genomen,
daar komen ze niet verder mee. Overigens
lijkt bet, maar zeker weten wij bet niet,
dat bier, in 't Oosten van Frankrijk, de
strijd niet zoo hardnekkig wordt gevoerd,
als in het Centrum en in het Westen van
dit oorlogsterrein. Men wacht er af.
Ook van 't Oostelijk oorlogsterrein ko
men geen berichten van beslissende slagen,
't Eigenaardige is en blijft steeds, dat de
mededeelingen van dit terrein altijd zoo in
tegenspraak zijn. Men moet er steeds naar
raden, wie gelijk hebben de Russen aan den
eenen, de Duitschers en Oostenrijkers aan
den anderen kant. Zij beweren allen aan
de overwinnende hand te zijn, de vijanden
teruggeslagen te hebben of hen op zijn
minst zware verliezen te hebben toegebracht.
„De voorwaartsohe beweging der Russische
leger» is een groot succes geblekenbij
Warschau is de vijand tien K.M. terugge
drongen, bij Przemysl hebben de Ruseen
belangrijke vorderingen gemaakt." Zoo
wordt van Russische zijde verteld, maar de
Duitschers en Oostenrijkers verhalen heel
anders: de eersten liggen vlak voor War
schau, de laatsten hebben Przemysl geheel
ontzzet en zijn Czernowitz binnengerukt.
Wie hebben gelijk? Waarschijnlijk zal, als
meestal, de waarheid in het midden lig
gen. Maar meer en meer is het duidelijk,
dat hier twee groote groepen van tegen
standers strijden, die vrijwel tegen elkaar
zijn opgewogen, en nog steeds, na een oor
log van bijna drie maanden, is het niet te
zeggen, wie de eindelijke zegepraal zal be
halen..
België.
De strijd In België.
SLUIS. Ik ben zooeven uit de Belgische
kuststreek hier aangekomen. Zonder ophou
den buldert het kanon. Er wordt verwoed ge
bombardeerd tusschen Ostende en Nieuwpoort.
De Duitschers vuren van Maria- en van Mid-
delkerke bij Oostende: de Franschen van nit
IJienwpoort; de Engelschen van uit zee, over
de duinen. Van de duinen bij Ostende.
men bij helderder weer dan het thans is, de
Engelsche schepen op de hoogte van Westendo
en Nieuwpoort. Deze waren thans in nevel ge
huld. Engelsche aviateurs duiden de vijande
lijke stollingen aan.
De Fransche en Belgen verzetten zich hard
nekkig tegen een overtocht der Duitschers
over de Yser. Men heeft de dijken van de
rivier doorgestoken en bij hoog getij de oevers
ver onder water gezet. Bovendien is de polder-
grond ze^r drassig door den voortdurenden re
genval. De Duitschers kunnen niet doordrin
gen en lijden zware verliezen. Men tracht dit
te verbergen, maar gewonden komen zonder
ophouden in grooten getale te Brugge en te
Ostende aan.
Woensdagnamiddag arriveerde van Gent per
trein te Brugge een troep soldaten, die na een
korte rustpooze, door de Medepoort boven Sint
Andries in de richting van het gevechtsterrein
marcheerden. Ook nieuwe kanonnen zijn aan
gekomen om de oorlogsschepen te bestoken.
Op den straatweg Gent-Brugge werd een
zoogenaamde granatentrein met dikke gum
mibanden om de wielen der wagens gesigna
leerd. Men vervoerde allerlei voorraad.
Te Ostende zelf is slechts een bezetting van
mariniers achtergebleven. De landtroepen zijn
in den strijd. De Duitschers hebben in de
stad allerlei artikelen opgeëischt. Donderdag
nog duizenden dekens.
Het slagveld te Nieuwpoort en Ostende i3
nagenoeg hetzelfde als in 1600. Niet lang go-
leden stond op die plek, eenzaam in de dui
nen, waar men van tijd tot tijd gebeente van
Nederlandsohe en Spaansche Boldateo vond,
©en groot zwart kruis ter nagedachtenis vau
de gesneuvelden. Bij het aanleggen der bad-
„Oh, juist. Ken je vader Salomon
„Vader Salomon? Neen; wie is dat?"
,,'fcïs een afstammeling van Abraham."
„Heel goed, ik begrijp het; een Joodsch
opkooper. V erder V'
Verdoe? JVel, Ala ik dorst hebj .wat
plaatsen is dit kruis verdwenen. De bad
plaatsen lijden veel van het verwoed bom
bardement, De gansche streek wordt geteis
terd. Verschillende dorpen liggen in puin.
Velen van de bevolking zijn naar veilige oor
den gevlucht. Te Westcampe zag ik den pastoor
van het geteisterde dorp Slijpe.
Hij vertelde, dat de Duitschers zelf de be
volking aangeraden hadden te vluchten.
Te Zeebrugge is ook een bezetting van ma
riniers. De landweermannen, die voor eenige
dagen hier de wacht hielden, patrouilleeren
nu ten Noorden van Brugge. Zij haalden in het
gemeentehuis de ingeleverde wapens af.
(„Tel.")
Duitschl and.
Een onderscheiding.
Generaal v. Beseier, de bevelhebber van
't belegeringsleger voor Antwerpen, is door
rector en senaat van de Technische Hooge-
school te Hannover tot dr. ing. honoris
causa benoemd.
Frankrijk.
Op het Westelijk oorlogsterrein.
LONDEN. Het Persbureau maakt be
kend
De vijand heeft Woensdag den geheelen
dag krachtige tegenaanvallen gedaan, doch
werd met aanzienlijke verliezen terugge
slagen.
Vooral de Belgische troepen hebben op
kranige wijze bun stellingen verdedigd.
Gedurende de vier laatste dagen wisten zij
hun loopgravenlinie van dertig K.M. lang
energiek te verdedigen tegen een groote
overmacht, waarbij zij herhaaldelijk tot
tegenaanvallen overgingen.
LONDEN. In den loop van den hevigen
strijd, welke gedurende de laatste week ge
woed heeft in de nabijheid van Rijssel, zijn
verschillende dorpen vernield door de gra
naten vau beide partijenhet artillerievuur
heeft bijna alles met den grond gelijk ge
maakt. De bewoners konden niet vluchten
en vonden een gruwelijken dood. In een huis
vonden de bondgenooten de lijken van een
geheel gezin vader, moeder, drie dochters
en twee zoons, benevens een grijsaard, door
een bajonetsteek in de zijde gedood.
PARIJS. Op onzen linkervleugel heb
ben aanzienlijke Duitscbe strijdkrachten
haar hevige aanvallen voortgezet, vooral
rondom Dixmuiden, Warneton, Armen-
tières, Radinghem en La Bassée.
De geallieerden hebben zich in dé door
hen bezette positie gehandhaafd.
Op het overige gedeelte van het front
werden door den vijand hier en daar aan
vallen gedaan, meer bepaaldelijk te Frd-
court, ten oosten van Albert, op 't plateau
ten westen van Cra^nne, in de streek van
Souain, in Argonne op het fort de Paris
ten zuidwesten van Varennes, in de
buurt van Malancourt, in Woëvre in
de richting van Champion en ten zuid
oosten van St. Mihiel en in het Dailly-
bosdh. Al deze aanvallen werden afge-
Wij zijn eenigerins vooruitgegaan in Ar
gonne en Zuid-Woëvre in de richting van
het Mortemare-woud.
Oostenrijk.
Oostenrijkers en Ritsscn.
WEENEN. Het is ons thema gelukt
beide zijden van de Strwiaz ook aanvallend
op te treden ten zuiden van deze rivier op
de domineerende trigonometrische hoogte
668.
Ten zuiden van Story Sembor werden
twee achter elkander gelegen verdedigings
stellingen van den vijand genomen.
Ten noordwesten van genoemde plaats
kwam de gevechtslinie nader bij den groo
ten weg naar Starasol.
Volgens tot dusverre ingekomen berichten
zijn in de laatste gerechten 3400 Russen,
nogal eens gebeuren wil, of als ik een ouden
bekende tegenkom, welnu, dan geef ik het
lemmet van mijn sabel in pand en krijg in
ruil hiervoor eenig geld om mijn soldij, die,
zooals gij zelf evengoed weet als ik, karig
genoeg is, aan te vullen."
„Wat! Je sabel!" riep Frederik eenige
zins driftig, en wederom flikkerde toorn in
zijn oogen. „Een soldaat zich van zijn wapen
ontdoen En om te drinken nog wel 1"
Maar bij bet zien van den dronkaard, die
hem opnieuw aandachtig aankeek en die
met de hand over zijn voorhoofd streek, als
om zich weer iets in 't geheugen te roepen,
vreesde Frederik zich verraden te hebben
en, den toon van zijn stem dadelijk ver
zachtend, zei hij
„Jongens, dat is een prachtige zet; maar
toch is het niet zonder gevaar; als er bij
voorbeeld eens een wapeninspectie of een
parade was. Ik zou in jouw plaats niet
rustig wezen."
„Inspectie!" riep de soldaat, in lachen
uitbarstend„alsof wij die eergisteren niet
gehad hadden. Kom, kom, jonge man, het
duurt wel veertien dagen voor er weer een
is; en dan heb ik mijn sabel wel al weer
ingelost. En intusschen vervangt een houten
lat, die juist in de scheede past en waarop
een oud gevest bevestigd is, mijn 6abel."
„Pr ach tig gevonden!" zeride de koning la
chend. „Ik zal met deze les mijn voordeel
doen, daar kun je op aan," vervolgde hij
op veelbeteekenende wijze en zijn wenkbrau
wen fronsend, „Tot ziens, kameraad!'!
n.
Den volgenden dag om vijf uur 'a mor
gens was alles in de kazerne in rep en roer
de soldaten liepen af en aan in alle richtin
gen, maakten hun uitrusting in orde, bor
stelden hun uniformen. Wat onzen held van
den voegen avond aangaat, hij lag nog te
snurken als een bromtol en verscheidene ma
len, maar tevergeefs, had men getracht hem
uit zijn vasten slaap te doen ontwaken. Een
van zijn makkers riep hem ten slotte zoo
luid mogelijk toe:
„Sta toch op I Er ia vanmorgen om acht
uur inspectie!"
Ditmaal sprong de oude soldaat al» door
een wesp gestoken op.
„Hè?" zei hij, rich de oogen uitwrijvend.
„Wie spreekt er van inspectie?"
I „Wel, kijk maar eens naar je kameraden,
wat die doen."
De brteekenis van al deze voorbereidingen
lieten geen twijfel over; onze man haastte
zich dan ook in de kleeren te komen, even
hard als de anderen over zoo'n onverwacht
bevel mopperend.
„Daar begrijp ik nu niets meer van," zei
iedereen Twee inspecties binnen drie dagen I
Dat is weer zoo'n gril van den koning
Maar voor den ouden soldaat was deze on-
"verwachte inspectie al heel onaangenaam.
Welk een figuur zou bij slaan met zijn bou
ten sabel? Als ongelukkigerwijze ook maar
de kleinste manoeuvre gecommandeerd werd
was hij verloren. Ondanks al zijn koelbloe
digheid en tegenwoordigheid van geest zat
bij danig in den knoei.
I Alle troepen staan, in volle wapenrusting,
ir. twee gelederen geschaard. Frederik ver
schijnt aan heft hoofd van een talrijken staf
en gaat langzaam lar.gs bet front der troe
pen, ieder persoon scherp aanzien; het was
alsof hij iemand zocht. Eindelijk komt hij
tegenover den ouden soldaat en een onmerk
bare glimlach speelt om zijn lippen, terwijl
zijn oogen zich naar het gevest van zijn sa
bel richten. Toch richt hij niet het woord
j tot rijn makker van den vorigen- avond,
I maar bij onderzoekt nauwlettend de wapenen
onder wie 25 officieren, gevangen genomen
en 15 machinegeweren buitgemaakt.
Onze voorgcschoven troepen zijn Czerno
witz binnengerukt.
Het bombardement aan de
Belgische kust.
LONDEN. Een telegram uit Dover
meldt, dat een flottielje, bestaande uit
drie schepen, die voor een vreemde
mogendheid gebouwd waren en bestemd
waren om de rivieren op te varen, met
zeeduima kanonnen aan boord, en geëscor
teerd door avisos en torpedobooten,. Zater
dagmiddag met groote haast het Kanaal in-
stoomde. Zondagavond kon men te Dover
het kanongebulder booren. Maandagmor
gen bracht een schip van de flottielje zeven
zeelieden terug, die den vorigen dag, gedu
rende het bombardement van de Duiteche
loopgravea bij Nieuwpoort, door granaten
gewond waren.
De bemanning van berugkeerende torpedo
jagers brachten bet bericht, dat Zondag een
Taube en een Zeppelin waren neergeschoten.
De scheepskanonnen zouden 1600 Duitschers
gedood of gewond hebben en een aantal hun
ner kanonnen tot zwijgen hebben gebracht.
Een aantal schepen gaat met succes voort
met bet bombardeeren der loopgraven.
LONDEN. De Admiraliteit deelt me
de, dat de monitors „Severn", ,,Hum-
ber" en „Mercey" in actie waren bij
dejongste operaties aan de Belgische
kust. Zij schoten op den rechtervleu
gel der Duitschers en droegen krachtig
bij tot het succes. Ook werden mitrailleurs-'
afdeelingen ontscheept.die hulp boden bij de
verdediging van Nieuwpoort of op andere
wijze groote diensten bewezen.
Gedurende deze operatie werd een luite
nant gedood. Zes EngelschenTerden ge
wond, drie worden vermist.
De tocht van de „Emden".
LONDEN. Lloyds agent te Colombo
seint aan de Admiraliteit, dat En
gelsche schepen „Chilkana", „Troilus",
„Benmohr" en „Clan Grant", ook een
baggermolen, waarschijnlijk de „Pon-
rabbel", zijn in de grond geboord door
den Duitschen kruiser „Emden". Ook
de.Britsclio stoomboot ..Evford" werd door
de „Emden*" buit? gemaakt.
Dit rijn weder zes offer» op rekening van
dit onverschrokken Doiteche oorlogsschip.
De lijst bestond reeds uit tien schepen: do
„Indus", „Lovat", „Diplomat", „Killin",
„Clan Matbeson", „Trabboch", „Tyme-
ric", „King Lud", „Riberia", „Foyle".
Twee Engelsche. eskaders zijn sinds eenige
weken belast met hét opsporen van den
rusteloozen vervolger, maar blijkbaar zon
der succes.
LONDEN. Het optreden van de
„Emden", hoewel uiterst hinderlijk,
wekt toch een zekere bewondering on
der de Engelschen, vooral omdat de
commandant, wiens dapperheid en stout
moedigheid boven allen twijfel verheven
zijn, bij alle gelegenheden bewijzen heeft ge
geven van de ridderlijkheid 6n menschlle
vendheid, die den Engelschen zeelieden
steeds wordt ingeprent.
Toch is men van meening, dat het tijd
wordt voor maatregelen om dit schip te ne
men.
De Noordzee sluiten!
Deze radikale maatregel stelt- de marine-
medewerker van de „Times" voor. Waar
door zijn de „Hawke" en d6 kruisers van
het „Hogue-type in gevaar gekomen? Zij
werden gebruikt als politie-vaartuigen, om
toezicht te houden op de neutrale scheep
vaart, waar vijandelijke schepen gemak
kelijk onder kunnen doorloopen. Deze
diensten hebben slechte zeer indirect met
de verdediging dee lands te maken.
Men rnako het zich eenvoudiger. ITet
volkenrecht kent een oorlogvoerende mo
gendheid de bevoegdheid toe de zee af te
sluiten. Langs een lijn van de ShetlaudscLo
eilanden naar de Noorsche kust met zoo
noodig een smallen open doorgang naar
het Skagorak zou do „Times"-xnan dit
willen bewerkstellingen. Voor den patro- :-
ledienst zouden dan niet meer zwaarbe-
mande kruisers gebezigd behoeven te wor
den. Sboombooten met oen 16 mij',3 vaart
en treilers met een paar kanonnen bewa
pend, zouden het werk kunnen doen.
Het blad weet verder te vertellen, dat
bij de Engelsche regeering do sluiting van
de Noordzee reeds in overweging is ge
nomen.
De Engelsche vloot.
LONDEN. Do officieele „Gazette" deelt
bijzonderheden mede omtrent de operaties
van de kruisers en torpedojagers op 26 Aug.
in de wateren van Helgoland.
Na de bewonderenswaardige manoeuvres
van de groote schepen, die leidden tob de
.vernietiging van drie Duitscbe kruisers en
twee torpedojagers, zegt het rapport: „Drie
uur na de oorlogsverklaring gingen drie
Engelsche onderzeeërs zonder escorte uit op
verkenning van de Golf van Helgoland en
kwamen, met nuttige inlichtingen terug.
I Gedurende het overbrengen van het expe
ditie-corps bleef een flpttalle van twee torpe
dojagers. en acht onderzeeërs nacht en dag
den overtocht beschermen,'totdat alle man
schappen en al het materieol veilig setran -
porteerd waren en allo kans op een inter-
ventie van de Duitschers voorbij was."
i Aangehouden stoomschepen.
(Alexandria, 17 Oct;) 13 Duitscbe en 3 Oos
ten rijksche> stoomschepen, aangehouden te Suez
en-Port Said,, rijn, geëscorteerd door een En
gelschen kruiser, hier aangekomen, in afwach-
i ting .van de uitspraak van- het prijsgereoht.
I Deze zijn: de Uuibsche stoomschepen „Aenna
I Rick'mers",„Annab'erg", „BSrenfels", „Derff-
Ijriger", „Goslar", „Gutenfela", „-Helgoland",
„Lauterfels", „Lützo'w', „Pindos", „Raben-
fels", Rostock" en „Werdenfels", en do
De Duitsche generaal der infanterie Von
Beseier, opperbevelhebber van het belege
ringsleger, dat Antwerpen heeft ingenomen.
van zijn rechterbuurman en ontsteekt in
hevigeu toorn, neemt tenminste dien schijn
aan.
„Zie eens hoe jammerlij~k die wapenrus
ting er uitziet!'' roept hij met strenge
stem. „Wat moet daar in een veldslag van
komen Zoo lijden soms de plannen van de
handigste veldhecren schipbreuk door de
zorgeloosheid der soldaten. Reeds lang be
merk ik in enkele regimenten de noodlot
tige neiging om de wapenen te veronacht
zamen. Er dient te worden ingegrepen, een
voorbeeld dat zelfs den meest bandelooze
moet bewijzen, dat men bij mij niet straf
feloos de eerste plichten van een soldaat
schendt."
Allen trilden; de generaals van rijn staf
zagen elkaar ontsteld aan en begrepen niets
van die uitbarsting.
„Treed naar voren," vervolgde Frederik,
zioh tot den armen drommel wendend, die
als voorwendsel voor zijn toorn gold. „Én
jij," zei b.ij tot dei^ schuldenaar van Salo
mon, „trek je sabel en houw dien man, die
een schande is voor het leger, het hoofd af.
„Ik I" riep de praatzieke drinker, „ik zou
de beul zijn van dien ongelukkige, van mijn
slaapkameraadAch, Sire, ik ben soldaat;
ik smeek u... zie, ik ril al bij de gedachte...
Ach, Sire..."
En, inderdaad, de drager van de zooge
naamde sabel zou liever tegenover alle ka
nonnen van den vijand gestaan hebben.
Opnieuw fronste Frederik zijn wenkbrau
wen.
„.Daar kun je nu zien waar de tucht
blijft: de een draagt verroeste wapenen en
do ander weerstreeft mijn bevelen Ik zal
het bevel herhalen, maar gehoorzaam dade
lijk, of anders..." En de koning maakte een
kort en dreigend gebaar.
„Welnu, Sire, daar Uw Majesteit onver-
biddelijk is en ik van haar geen toegevend
heid heb te wachten, ik, die reed3 rnenig-
maal zoo dapper tegen uw vijanden heb ge
streden, blijft mij niete anders over dan
de hulp van don hemel af te smeeken en
een wonder te vragen om mij aan den vree-
selijken dienst, dien gij van mij vraagt, te
ontrekken. Ik smeek dus God, dat hij mijn
sabel in een houten sabel wil veranderen
En de daad bij bet woord voegend, haal
de hij, alsof God juist zijn bede had ver
hoord, een prachtig houten lemmet uit de
scheede
Allen keken elkaar aan, verstomd over
het wonder, dat zoo vlug en zoo te pas
plaats greep; maar Frederik kon rich niet
langer goed houden en barstte in lachen
uit, want hij hield van tegenwoordigheid
van geest en die van den Pruisischen Gas-
conjer zou zelfs een ernstiger gemeenden
toom dan den zijnen ontwapend hebben.
Hij wenkte hem naderbij te komen en fluis
terde hem in 't oor, terwijl hij eenige goud
stukken in zijn hand liet glijden
I „Hier, ziedaar iets om bij den ouden
Salomon een lemmet voor je sabel te koopen.
Maar wees een volgende maal niet zoo ver-
I trouwelijk tegen den eerste den bestean
ders mochten je geheimen den kleinen Fre
derik eens ter oore komen."
En hij verwijderde zich in galop, het
avontuur aan zijn generaals vertellend, die
er op hun beurt hartelijk om lachten.
Wat onzen drinkebroer aangaat, hij
stond als aan den grond genageld. Plotse
ling sloeg hij zich voor het hoofd„Drom
mels!" kwam het van zijn lippen, „hij was
het'"