Q Binnenland. Pit Leger en ViGct. Vroegere leger-communiqué's. IDE SOIjDATEIKTCOURAKTT van ZSondag 1S October 1914. Dit „The Graphic". Onder heftig vuur van den vijand weet een troep Engelsohe soldaten over een plankenbrug de Aisne over te steken. Velen sneuvelden, anderen vielen te water. Doe! was de bemoeilijking van de Duitschers, die op een ander punt een pontonbrug wilden slaan. 'den omtrek van Lens en tusschen Arraa en Albert. In het oentrum tusschen de Oise en de Mars zijn wij vooruitgegaan in de richting van Craonne ten noordoosten van den weg van Berry-au-Bao en ten noorden van Prunay. Wij hebben verschillende Duitsche verschansingen genomen in de richting van Bedne. Tusschen Maa3 en Moezel zijn wij, na in den nacht van 13 op 14 Oct. aanvallen ten zuidoosten van Verdun te hebben afgesla gen den 14den geavanceerd bezuiden den weg naar Metz. Op onze rechtervleugel is het gedeelte lijke offensief van den vijand ten noorden van St. Dié definitief tot stilstand ge bracht. Het avontuur van een Franseh regiment infanterie. In den nacht van den 3lsten Augustus, kreeg een compagnie van het 332ste regiment reser vetroepen last, het artillerie-park van de divi sie te beschermen, dat naar Reims gedirigeerd werd. kwam in de achterhoede, maar werd den 2den September door een aanval der Duitschers afgesneden. De kapitein was toen verplicht, met zijn compagnie door een streek te mar- cheeren, die door den vijand verwoest was en moest al strijdende trachten, een veiliger ge bied op te zoeken. Den 3den September trok hij door een bosch en bamkeerde zioli ten slot te in een dorp, vanwaar hij zijn wielrijders op verkenning uitzond. Hij verneemt dan ook al gauw, dat hij door den vijand is ingesloten, besluit, na een aanval te hebben afgeslagen, in de richting Reims op te rukken, en weet zich een heel eind met zijn geheele compagnie door het woud heen te werken, dan stoot hij opnieuw op vijandelijke colonnes, maar ontkomt geluk kig, met achterlating van eenige gewonden. De compagnie houdt zich nu in het woud van Vaucler© schuil en maakt van den nacht ge bruik, om in do richting van de Aisne op te trekken. Do bruggen waren bewaakt, maar eindelijk slaagt de kapitein er in, een onbe waakt gedeelte van de rivier te ontdekken en zijn mannen met een pont over het water te voeren. Dan bereikt hij Cormicy, dat hij, na een vijandelijkon aanval, weer ontruimt, met achterlating van drie dooden en tien gewon den. Do volgende dagen trekt hij verder in de richting van Verdun, tot aan de Argonne, ,waar de compagnie vijf dagen lang beproeft, zich een doortocht te banen. Een af deeling ver kenners valt daarbij in handen van den vijand. Eerst rlen loden September, trof de kapitein een af deeling Franseh© cavalerie, en kon hij zich weer bij de legers voegen. Rusland. Op het Oostelijk oorlogsterrein. BERLIJN. D© aanval op O.-Pruisen,door een talrijke Russische krijgsmacht onder nomen, kan als mislukt worden beschouwd. .Met onzen aanval in Polen waar wij zijde aan zijde met de Oostenrijkers strijden, maken wij goede vorderingen. Onze troepen staan voor Warschau. Een van uit de linie Iwangorod-Warschau over de Weichsel door de Russen onderno men aanval op de geheele linie is met zware verliezen aan Russische zijde aigeslagen. De in Russische bladen vermelde geruch ten omtrent buitgemaakt Duitsch geschut missen allen grond. De correspondent van de „Vosa. Ztg." op het oostelijke oorlogsterrein meldt, dat ook Japansche officieren en kanonnen aan den strijd deelnemen, die op het oogen- blik op de lange linie van Schirwindt°tot Lyck wordt gevoerd. Zij moeten, volgens, hem, echter slecht schieten. Of er ook Japansche manschappen waren heeft hij nog niet kunnen uitmaken. WEENEN. Officieel wordt mede gedeeld onder dagteekening van 15 Oct. 's midd.Gisteren hebben onze troe pen do versterkte hoogten van Starasol ver overd; ook met den aanval op Stary en Sambor gaat het goed. Ten noorden van de Strwiaz zijn een reeks hoogten tot aan het zuidoost-front bij Przemysl in onze handen. Beneden de San wordt eveneens gestreden Bij onze vervolging van den vijand over de Karpathen hebben wij Wyszkow en Skole bereikt. Belegeraar en "belegerde* WEENEN. Ujthet oorlogskwartier wordt officieel bericht: Op 2 October te 3 uur amiddags werd door een parlementair het volgende aan den commandant der ves ting Przemysl gerichte schrijven overge bracht „Mijnheer de commandant! Het <*eluk heeft het keizerlijk-koninklijk leger den rug toegekeerd. De laatste, met succes bekroonde gevechten stelden mij in staat de aan de hoede van U Exc. toevertrouwde vesting Przemysl in te sluiten. Dat voor haar hulp opdaagt van buiten acht ik onmogelijk. Ten einde nu onnoodig bloedvergieten te ver mijden, acht ik thans de tijd gekomen om U Exc. onderhandelingen voor te stellen over de overgave der stad, daar het mij dan mogelijk zou zijn voor de bezetting eer volle voorwaarden van den opperbevelhebber to verkrijgen. Wanneer U Exc. onderhandelingen wil beginnen, verzoek ik onzen gevolmachtigden gedelegeerde luitenant-kolonel Wandan de voorwaarden wel te willen mededeelen. Ik maak van deze gelegenheid tevens gebruik om U Exc. mijn hoogachting te betuigen. De commandant van het Przemysl blok- keerende leger: generaal Radko Dimitrief." Het onmiddellijk daarop gegeven ant woord luidde Mijnheer de commandant. Ik acht het beneden mijn waardigheid om op uw schan delijk voorstel het verdiende antwoord te geven. De commandant van Przemyzl.'- Roemenië. De uitvaart van koning Carol van Roemenië. In het Roemeen&che stadje Curte'a-de- Arges heeft gister de uitvaart van koning Carol plaats gehad. De 6traten van het stadje waren gevuld met uit geheel Roemenië saamgestroomde belangstellenden, die den geliefden vorst een laatsten groet wilden brengen. Er be vonden zich vijf regimenten in den stoet, welke zich bewoog tusschen en haie opge stelde oudgedienden, soldaten, schoolkin deren en gemeentebesturen. Om vijf uur werd bet stoffelijk oversohot bijgezet in het klooster, onder het gedonder van het geschut en het gelui der kerkklokken, ter wijl de treinen ten teeken van rouw vijf minuten stilstonden. Noord-Amerika. In het Panamakanaal, in de Culebra- doorsteak, heeft wederom een aardschuiving plaats gehadhet verkeer is weer gestremd in het kanaal. OP ZEE. Het Kaiser Wilhelm kanaal. De „Tagliche Rundschau" bericht, dat het Kaiser Wilhelm-kanaal gedurende den oorlog voor schepen van alle neutrale sta ten gesloten blijft. Mijnen in de Adriatische zee. WEENEN. Naar aanleiding van een vertoog der Italiaansche re geering, had de Oostenrijksch-Hongaar- sche regeering den Oostenrijksch-Hongaar- schen attaché militaire te Rome gemachtigd zielig met een Oosten'rijksch-Hongaarschen marine-officier, die deskundige is in marine- zaken, naar Venetië te begeven om te onderzoeken op welke wijze in de Adriatische Zee mijnen zijn losgeraakt. Dit onderzoek is thans ten einde gebracht Gebleken is. dat door onberekenbare toevalligheden enkele op de Oostenrijksche kust stevig aan- gebrachte mijnen los zijn geslagen van de verankering en naar de Italiaansche kust zijn afgedreven. De Oostenrijksch-Hongaar8che corlogsma- rine heeft onmiddellijk de noodige maat- regelen genomen om dergelijke ongelukken i in de toekomst te verhoeden, Pantserschip aan den grond geraakt, j STOCKHOLM. De bevelhebber van J de Zweedsche kustvioot rapporteer- de aan het ministerie van marine, 1 dat het pantserschip „Oskar II" in de Biu- nen-Scheren aan den grond is geraakt, maar dat de toestand niet gevaarlijk is. I Er is bergingsmateriaal afgezonden. j Een gevecht in de Zwarte zee. LONDEN. Volgens een telegram van Woensdag uit Rome aan de „Daily Tel." moet ingevolge telegram men uit Weenen en Boecharest slag gele verd zijn in de Zwarte Zee tusschen het Russische eskader en de „Göben" en „Bres- lau", die de Duitsche vlag hadden ge- heschen. In diplomatieke kringen wordt geloof g©- j/gen aan het bericht. Schepen genomen. GIBRALTAR. Volgens mededeeling van Lloyd's is de „Graecia" van de Hamburg- Amerikalijn genomenden 28 September vertrok het schip van New-York met be stemming voor Cadix. LONDEN. De Admiraliteit 'be richt, dat de Engelsche kruiser Yarmouth", de Duitsche paketboot .Marlcomannia" van de Hamburg - Amerikalijn bij Sumatra tot zinken heeft gebracht en het Grieksche stoomschip „Pon- toporos'hoeft genomen en opgebracht. Deze beide schepen waren gezien, toen zij de „Einden" begeleidden. De „Yarmouth" hoeft 60 krijgsgevangenen aan boord. Volgens een andere mededeeling heeft de Admiraliteit uit Rabaul (Australië) bericht ontvangen van het nemen van het Duitsche stoomschip „Kornet", dat een volledige installatie voor draadlooze telegraphie aan boord had. De Stoomvaart-Mij. „Nederland" ont ving telegrafisch bericht uit Ferryville (Tunis), dat haar stoomschip „Boeroe" daarheen is opgebracht en daar heeft moe ten lossen: 366 kisten Rubber, 226 kn. Thee en 1000 balen O liekoeken. Het schip vervolgde de reis op 15 dezer naar Londen als eerste bestemming. In het kamp der vluchtelingen te Oldobroek maakte eene der onderwijzende nonnon ,,Mcre Agues" een Franseh vers, dat de kindoren er niot alleen leeren, maar ook zingen. Wij geven er hieronder een zooveel mogelijk woordelijke vertaling van, die mevrouw Visser to Zeist zoo vriendelijk was ons toe te zenden. Aan Hare Majesteit Koningin Wlihelmlna. Gelijk een woeste storm, die jaagt door allo velden, Geljjk een bliksemschicht valt ons de vijand Wat baatte uw strijd, wat baatte uw moed, gij holden, Arm België, het is met u godaan! O, waar dan heen met onze angst en nooden Hoo vluchten tot uit dos vijand» macht? Wij kwamen allen tot u heengevloden, En, gastvrij Holland, gij geeft ons weer moed. en kracht. O, Wilheknien, aan u den dank des harten Der vluchtelingen, groot en klein. Mocht 't- 'leven u zóó schoon, zóó lieflijk wezen. Een voorsmaak van Gods eeuwigheid te zijn 1 Wij brengen hulde u, o edele souvereino, Vol liefde en eerbied brengen w' u een groet God spare u, Juliana, houd© haar reine, Do o bloeien haar tot uw geluk En komt voor ons de ouderdom eens dagen, Dan fluistren onze kindren nog uw naam. Gij waart een moedor ons in onze bittre noo den, Aanvaard den dank van alle Belgen saam. Eerste Kamer. De Eerste Kamer is Donderdag uiteenge gaan met het voornemen, in de bijeenkomst na het reces te beslissen over het tijdstip van het in behandeling nemen der inkomsten belasting. De onderhandelingen. Naar ons van de meest bevoegde zijdo wordt medegedeeld, zijn de onderhandelin gen met het Duitsche opperbestuur omtrent den terugkeer der Belgische vluchtelingen huizen L. A. Drybér, gep. luit.-generaal te 's-Gravenliage. Bij Kon. Besl. is benoemd tot tjjd. officier v. gez. 2g kl; bij de landmacht de arts A. N. C. Beek. Korporaal Frans Derkx L. W. 45. Grens wacht, een goed schaakspeler, zou gaarne met anderen correspondentie-partijen spelen. Lief hebbers van sdiaken zullen bom en allicht ook zichzelf een groot plezier doen door te pogen hem partij te geven. Red. J. Stuurop, Tilburg. Voor de dorde manl zij thans medegedeeld, dat de redactie van de „S. C." 6taat buiten de militaire hnisvlijtwed- strijden dio van don Volksbond to Utrecht uit gaan. Red. Landweerman W. H. K. te B. Deze eerste prcevo is nog niet erg geslaagd. We zullen ze nog niet plaatsen Vermijd 6.v.p. platte uit drukkingen. Tusschen populair en plat ligt nog oen groot verschil. Volgenden keor boter, kameraad. Red. Mil. A. P., Den Haag. U hebt de bedoe- liug van hot stukje van Van der Bij in no. 25 niet goed begrepen. Dezo inzender toonde geonerlei bezwaar tegen het feit, dat er ge collecteerd wordt bij den troep, maar wenscht dit zóó te doen geschieden en onder zulke om standigheden, dat goenerlei pressie uitge oefend wordt. Eon gift moet een geheel vrij- willigo daad blijven. Dnarin hooft hij gelijk. Red. G'lir. v. d. H., Huisduynen. Laat uw vrouw dadelijk den geheelen toestand op het belastingkantoor gaan vertellen. Krijgt men daar do zekerheid dat niet betaald kan wor den, dan zal men allicht nog niot tot vervol ging overgaan. En mogelijk is er een deel van de belastingschuld direct te voldoen. Rod. Ph, Brandon, 1.II.18 R. I. Uw stukje heb ik aan de commissie doorgezonden, 't Was wel isoo eenvoudig geweest, wanneer u uw schrij ven rechtstreeks aan hot juiste adres had ge richt. Goed succes! Red. J. M. de Ke ij z e r, Bergen op Zoom. Beste vriend, je bobt het goed begrepen, al die plaatsnamen zijn met opzet geschrapt. Wan neer tegelijk het wapen of het onderdeel ge noemd wordt, kan dit aanleiding geven tot on- gewenschte bekendmaking van de plaatsen, waar korpsen enz. gelegen zijn. In 's lands be lang brengen wij dus zulke wijzigingen aan. Natuurlijk gaat gij daarmee accoord. De an dere wijzigingen berusten deels op dezelfde, deels op ander© overwegingen. R e d. Mil. Wolfkamp. Niet voor plaatsing ge schikt. Zoo'n scharrel partij met Belgische meis jes is een particuliere aangelegenheid. Voor zichtigheid, vriend, zy u met nadruk geraden. Red. Uit de „Ulustxirte Zeitung Aan het werk in een veldsmidse der Duitsche troepen. naar Antwerpen nog niet afgeloopen, maar kan heel spoedig het antwoord worden te gemoet gezien. Buitenlandsche paspoorten. Het aantal buitenlandsohe paspoorten, sedert het begin van den oorlog door tus- schenkomst van het ministerie van buitoni. zaken afgegeven, loopt in de duizenden. Al leen in de maand September werden aan 2000 personen kosteloos passen verstrekt. Een onderscheiding. Mej. G. J. ter Poorten te Beverwjjk ont ving van den koning van Griekenland de oor logsmedaille voor bewezen verplegingsdiensten bij den Grieksch-Bulgaarsehen oorlog. Hierbij was gevoegd bet portret van Z. M, met eigen handige onderteekening. UIT DE STAATSCOURANT. Bij Kon. Besl. is tijdelijk benoemd tot regee- ringscommissaris van het vluchtoord te Veen- J. de V. 1. II. 15. R. 8. Verschillende maal zijn door ons met port belaste brieven ge weigerd, maar als uw schrijven in ons bezit kwam en do inhoud geen plaatsing vond was deze ongeschikt. De titel doet mij zulks ver moeden. Red. In uw blad van 11 Oct. wordt gevraagd het ad ree van den rail.-sergeant Smallegange, laatst gewoond hebbende te Brussel. Ik kan mededeelen dat bedoelde mil.-sorgt. ongeveer li maand geleden lag bij do 3o Dcpot-üompag- nie. J. C. AUGUSTIJN, mil. sergeant. Naar aanleiding van een vraag voorkomende in uw laatst© No. omtrent het adres van K. Vumen uit Leeuwarden door Beekman, kan ik mededeelen, dat zijn adres is 2e compagnie 3e bataljon 9e reg. infanterie. De ondergeteekende verzoekt inlichtingen, of er onder d© geinterneerde Belgisch© solda ten, van het Sb linie regiment, zich bevinden van de volgende personen. Indien iemand hier omtrent iets mocht vernemen, vorzoek ik hom PRtJS Fl. 1.- In apotheki drogisterileffi Monster*Brochures: Agentschap Sarphatistr. 34, A/nstonUift bericht te Zenden aan opdorgeteekendeRo bert Dauw, Germain Everaert, Louis va» Stay, August dö Poorter©, Joseph de Bruijo- kor, Arthur Rombaut, Autoine Gillardin eu Jules de Bav allen van het 2o linie-regiment dat te Antwerpen heeft gestreden. Mochten bovengenoemde personen ieta we ten omtrent elkanders lot, zij gelieven dan te schrijven aan hunnen vriend en studiegenoot Claase M. J., 2e comp. 17 L, W. B. 22e reg. Damborden. Dank zij mede de vrijgevigheid van dea uitgever Bosch te Nijver dal, siuiten wij in elk pak, waarin dit nummer van „De Sol- datencourant" verzonden wordt, een aantal kartonnen Damborden in, weike gratis kun nen worden rondgedeeld. Zoo behoeft meai nergens bij leger en vloot om dambordea venegen te zijn. Uit Willemstad. Luitenant Heybro ek 6ohryfi ons Welhohb zal uw redactiebureau in deze dag gen overstroomd worden met benoh'ten om trent de ontvangst der Belgische vluchtelingen in ons land en daarom aarzel ik ©enigszins e •cteze regelen toe te sturen. Toch zou ik het jammer vinden, als ony© Willemstadscike jongens by bot openen d«r Soldatencourant tusschen die vele berichten, niet een enkel woord vonden, dat aan hu» werken in de laatste dagen hulde bracht. Zeker, ik begrijp heel goed, dat hun arbeid en hulpvaardigheid nog niet te vergelykea zijn met hetgeen van onze makkers in het Zuiden is gevergd, maar wat ik gezien heb is voldoende, om mij de overtuiging te govern. dat ook zij, wanneer ze meer zuidelyk gelegerd waren geweest, evenveel hadden gedaan als onza kranige veldsoLdaten. Zaterdagavond, geheel onverwachts, kwa men de eerste vluchtelingen hier aan, era wer kelijk wij, officieren, behoefden niets te com- mandeeren. Banken, tafels, gamellen vol eten, manden vol brood, alles was in den kortateai tijd present, overal gevoelvolle helpers meè vlugge handen, die boterhammen smeerden, rate opschepten of uit eigen zak betaalde koek, sigaren en chocolade londdeolden. Gees vluchteling heeft binnen Willemstad'a wallea eigen bagage gedragen, geen moede vrouw haar kindjo getorst. En de busjes, opgehangen op de compagniesbureels werden zwaar van de offers van onze Hollandsche jongens, hier onder de wapenen. Nu was geen kar te zwaar om te trokken, geen looppas te vlug om een order uit te voeren. Waren dit werkelijk de zelfde soldaten, die den vorigen dag bout, buskruit of drinkwater vervoerden op ©es wijze, dat je je in ernst afvroeg of het no$ langzamer kon? Ja, het waren dezelfde Boldaten maar her leefd, nu het werkelijk zoo bitter 'noodig waa, de Hollandsche soldaat, zooals hij, naar ik ver trouw, zal zijn, als het er werkelijk op aan komt, en ik wensch Nederland geluk mot zulk® kerels 1 Nu, na genige dagen, is alles weer geregld, •ui behoeft niet meer onvoorbereid, 's avonds om 9^ uur voor 300 vluchtelingen logies te wor den ingericht, een damescomité helpt krachtig nm voor do berooide menschen, de onbrekende plunje nan te vullen. Maar nog steeds gaai geen vluchteling uit onze vesting weg, vóór hy do soldatenkost en het soldatenbrood ge geten heeft, „want Luitenant" zooais me één onzer flinke kerels zei. ,,w© hebben h'et de»® twee maanden zoo goed gehad, dat we nu wel teens een paar dagen wat minder kunnen eten. nu die arme bliksems het zoo noodig hebben. Jelui werken was good en flink, kameraden, en je hebt gemaakt dat do naam van je Ne- dorlandsoh© leger tot ver over onze gronze» een stuk omhoog is geschotenals actief offi cier van dit, leger breng ik je hier de huid®, die je verdient en mijn dank! Luitenant H. Gevonden Voorwerpen. Ondergeteekende vraagt inhchtingen omtrent koppel met koppelplaat en bajonet met scheed®, W. No. 7614, die hij heeft laten liggen it een spoorweg-coupé. De milicien J. H. HENKENS, 35e Landweer Bataljon Infanterie le Compagnie. In den trein, die 14 Oct. jl. pl.m. half acht te Stavoren uit richting Leeuwarden arriveer de, werd gevonden 1 overjas, gerold n»t S ranselriemen van een soldaat. Op de riemen staat wapennummer 337, do jas is on genu m» meid. In een der zakken bevindt zich een briefje waarop staat: v. d. Wal Jobs., le seo- Prins Eugenius van Savoije. Van den landweer-sergeant dr. H. H. Knippenberg. VII. Vendom© betrok vroegtijdig de winterkwar tieren. Na het opperbevel over de troepen overgedragen te hebben aan graaf G<uido van Btarkeraberg, begaf Eugenius zich naar Wee nen. Hij wilde in staat gesteld worden om den oorlog krachtdadiger te kunnen voeren en daartoe was allereerst veel geld noodig, waar voor hij aanklopte bij het Hof te Weenen. Hier was het droevig gesteld met de financiën en bovendien waren er verschillende misbrui ken ingeslopen in het legerbeheer, zoodat er gevaar bestond, dat de oorlog niet leidde tot de door Eugenius verwachte resultaten. Daar hij dreigde het oommando te zullen neerleggen, ingeval aan zijne rechtmatige bezwaren niet tegemoet gekomen werd en er geen verande ring kwam in de samenstelling van den hof- krijgsTaad, waarin meerdere tegenstanders van Eugenius zitting hadden, o. a. de vorst van MaDsfeld-Fondi, die als president fun geerde, besloot de keizer een onderzoek in te stellen naar die misbruiken. De Nederlandscho fezant bracht hem van een en ander meer in jjzonderheden op de hoogte en het gevolg hier van was, dat Mansfeld afgezet en Eugenius tot voorzitter van den hofkrijgeraad benoemd werd. Het jaar 1703 dreigde noodlottig te worden yoor Oostenrijk, want, behalve de Spaansche erfopvolgingeoorlog, dreigde in Hongarije een opstand onder Frans Leopold Raooczy, terwijl dit land bijna geheel ontbloot was van Oosten rijksche troepen. Zelfs een legeroverste als Eugenius gelukte het niet de rust te herstellen. Hem werd daarvoor noch de noodige tijd ge gund noch de noodige hulp verstrekt. In 1704 wae hij genoodzaakt opnieuw in te grijpen in Auteursrecht d-eitf. (Viikelen behoudt de jmhrüvur tieh VOOtr de krijgsverrichtingen, welke verband hielden met de Spaansche successiekwestie. Niet slechts van Fransche, maar ook van Beiersche zijde werd het Oostenrijk lastig gemaakt. Eugenius streefde naar een vereenigimg der Oostenrijksche en Engelsche legers om zoo 's v ij an da kracht te verlammen. Marlbourough trok zijne troepen, versterkt door de Neder landers, samen in de nabijheid van Maastri©lit. De markgraaf van Baden sloot zich spoedig bij hen aan en de opmarsch tegen de vijande lijke linies begon. De markgraaf zou Ingoi- stadt belegeren, onderwijl Eugenius en Marl bourough den Donau overtrokken tot bij Hoch- stadt, waar het op 13 Augustus 1704 tot een heet geveoh kwam. Het was een mistige najaarsmorgen. Grijze nevels hingen over het landschap in kille be nauwing van het ontwakend leven, dat tever geefs smachtte naar den luister van het zon licht om zich los te wikkelen uit neerslachtig heid en weemoed, waaronder het gedrukt lag, Ondoordringbaar was de dichte sluier van voch tige dampen, neergestreken over de akkers en de bewoonde vlekken, waar de verbondenen ge reed stonden met een leger van ongeveer 52.000 man om den strijd aan te binden tegen do Fran8oh~Beicrsche macht, die ongeveer 58,000 man sterk was. Marlborough voerde den linkervleugel aan, Eugenius den rechter, tor- wijl do ruiterij zich daartusschen ophield. Marlborough zou vooral te kampen krijgen met do twee Fransche maarschalken, Eugenius met den keurvorst van Beieren. De streek was daar moerassig, doorsneden van watergreppels en voor een deel met dicht hout bedekt, zoodat de prins den vijand niet gemakkelijk kon ver schalken of overrompelen, al outtrok de mist in den ochtend ook zijn opmarsch aan de blik ken van den vijand. Lang duurde het, eer de zon door de wolken en den nevel brak en aan de Franschen Eugenius' heir zich vertoonde in al zijn geduchtheid en macht. Tallard, die het Fransche leger commandeerde, verwachtte den aanval hoofdzakelijk in de omgeving van bet dorp Blindheim, dat hij bezette. Tegen 9 uur begon het gedonder der kanonnen en het dreu nen van het veldgeschut, dat ijselijke slagen sloeg in de vreedzame stilte van het betreden gebied. Het naderen bracht echter voor Euge nius groote moeielijkheden, want de beken, waarmee het landschap doorsneden' was, be rokkenden hem meer overlast dan hij aanvan kelijk gedacht had. Daarvandaan dat het mid dag werd, eer het eigenlijk gevecht kon be ginnen. Tevergeefs trachtte Marlborough de Franschen uit Blindheim te verdrijven; drie maal deed hij een stormaanval doch zon der voldoend resultaat. Hij besloot daarom zich te keeren tegen het Fransche centrum en. Eugenius bij te springen, terwijl hij schijnaanvallen richten bleef tegen Blind heim om ook daar den vijand bezig te houden. Vooral de Fransche ruitery gedroeg zich dapper en bracht den Engelscheu Hertog gevoelige verliezen toe, hetgeen hom op een nederlaag had kunnen te staan komen, indien Eugenius niet met zijn kurnssiers nog tijdig ter hulp gesneld was om den aanval te broken. De prins had het intusschen in de door hem gekozen stelling ook zwaar te verantwoorden. Zijn geduchtste tegenstander was zeker wel de Beiersche keurvorst, een moedig en schrander man. bovendien uitstekend bekend met de bij1- zondorheden van het terrein, waarop de go- vechten plaatsgrepen. De keur vorstelijke garde-cavalorie bleek in ieder opzicht do meerdere der Oostenrijkers. De persoonlijke dapperheid van Eugenius was niet in staat oen wanordelijk vlucht te belet ten. ,.Ik had nauwelijks pistolen genoeg om het terugwijken mijner kurassiers te verhinde ren; verplicht om hen. van de paarden te schieten, moest ik ze met groote verliezen door de moerassen achtervolgen", schreef hij, terwijl hij bet krijgsbeleid van den Beierschen keur vorst prees. Daarom hernieuwd© hij d© aanval len met het voetvolk, aan wier spits hij zich tb ana etelde, eu ng keejd© d© krygskana, Hot gevecht duurde tot diep in den nacht. Aan beide zijden waren zware verhezen geleden, al bleef de zege aan de Oostenrijkers en d© En gelscheu, die ongeveer 12,000 dooden en ge- wondon hadden, De Fransche en Beiersche ge lederen waren nog erger gedund, terwijl 15,000 in krijgsgevangenschap geraakten. De overwinnaars maakten o.a. 3400 wagons met levensmiddelen en krijgsvoorraad buit, 334 muildieren, mot zilvergeroi beladen, ruim 200 vaandels en standaards, 3600 tenten en last not least de krijgskas. Bovendien waren zeer vele manschappen naar de Oostenrijkers over- geloopen ©n waa Tallard gevangen genomen. Do slag bij Hochstadt verlevendigd© niet alleen den moed, des keizers, die Eugenius en Marlborough vorstelijk beloonde, maar ook werd hierdoor de bodem ingeslagen aan de verwaoh- tingen der Hongaarsche opstandelingen. Dr. H. H. KNirrENBEBG. Wordt vervolgd.) Uit een vergelijking der verschil lende data blijkt, dat ©en eeuw ruim geleden het officieele communiqué van het oorloge-nieuws meestal binnen ©en week na het verzenden van het bericht uit het leger te velde geechieddehet Fran sche leger streed bijvoorbeeld in de zomer maanden van 1813 in het midden van het tegenwoordige Duilechland, zoodat de be richten per koerier naar Parijs moesten worden overgebracht. Van Parijs had dan de verdere expeditie over Europa plaats; dit nam in die dageu natuurlijk heel wat meer tijd in beslag dan tegenwoordig. Zoo vinden wij op de one ter inzage afgestane documenten de volgende tijd-aanwijzingen: het oommuniqué heeft betrekking op een schermutseling van 17. September 1813 ia de vlakte van Töplitz, de verzending door den Keizer had plaats op den 19en Sep tember, het communiqué is gedagteekend te Parijs op den 26en September, terwijl de Hollandsche ontvanger aan den achter kant van het stuk deze aanteekening schreef: „recu 7 Octobre 1813, berigt van de Groote Armee". Uit deze data volgt dus wel, dat wij in de afgeloopen eeuw behoorlijk vooruit zijn gegaan wat de snelheid der distributie der verschillende oommuniqué's dor Generale Staven aangaat; gewoonlijk ontvangen we z© telegrafisch over een der hoofdsteden op den zelfden dag, dat ze in het Fransche of Duitsche hoofd-lcwartier gedicteerd werden. Daartegenover staat, dat er ©en hemels breed verschil is tusschen do angstvalligo beknoptheid der hedendaagsche leger-bo- richten en de uitvoerige verslagen, die Na poleon naar Parijs zond, of liet zonden. Dit geldt niet slechts voor de overwin- ning6-berichten der Groote Armee; ook bij tegenslagen werd dezelfde uitvoerigheid betracht, zoodat men zich een zeer duide lijke voorsteling kan maken omtrent de plaats gehad hebbend© feit-en. We halen als voorbeeld aan hetgeen in een dezer communique's meegedeeld wordt over het terugtrekken der Franschen uit Leipzig in het begin van November 1813: „De Keiz©r had aaa d© genio gelast om mijnstoffen onder de groot© brug, tusschen Leipzig en Lindenau, teneinde deselve op het laatste oogenblik te doen springen, te plaat sen aldus de marsch van don vijand tegen te houden ©n aan de bagage tijd te geven om voort te trekken. De gCDoroal Dulalay had den colonel Montfort mot deze operatie bol&st. Dee© colonel jn stede van pp de plaata te blij ven, om deselv© te bestude©ren en het teeken te geven, gelastte een corporaal met 4 sappeur® om do brug te doen 6pringeü, zooras de vijand zich vertoonde. De corporaal, een man zondof bekwaamheid en den laat, di© hem was opge dragen, kwalijk begrijpende, d© eerst© geweer- sohoton van de wallen dor Stad horende, stak het vuur in de mijnstoffen en deed do bruj springeneon gedeelte van de armee waa nog aan do andere zijde met een park van 80 stuk ken geschut en eenige honderden wagens. Hot hoofd van dit gedeelte der armee, dat tot d,« brug genaderd was, deselve ziend© 6pringcn, meende dat deselve in de rnagt van den vijanfl was. De noodkreet verspreidde zich van rang tot rang: de vijand is ons op de hielen en do bruggën butaan niet meer! Deze ongeluk- Idgen raken uit malkanderen en trachten zich te redden. Do Hertog van Tarente zwom do ri vier over de Graaf Lauriston, minder gelukkig, verdronk. Do Prins Ponialowski, op een sohiob- tig paard gezeten, stortte in_ hot water e» kwam niet meer boven. Do Keizer vernam dill ongeluk niet eerder dan toen het t© laafc waa hetaelvo te heratellenook zou allo herstel on mogelijk zijn geweest. De Colonel Montfort caa de corporaal der 6appenrs zijn voor een raa« van oorlog gebragt. Men kan het verlies doo? dit ongelukkig voorval veroorzaakt, nog niot bepalen, maar men begroot het op 12.000 ma» en verscheidene honderdon wagens. De wan orde die betselve in de armoe veroorzaakt heeft, heeft; alles van gedaante doen veranderen. Po overwinnende Fransohe armee is te Erfurt als oen geslage armeo aangekomen." Zulk een uitvoerigheid en openhartig heid over oen ernstige gebeurtenis, ten na- deole van het eigen leger, zal men in dé zen Europccschon oorlog, honderd jaar la ter dan do groot© Europeescbe oorlogen van Napoleon, tevergeefs verwachten J

Krantenbank Zeeland

De Soldatencourant. Orgaan voor Leger en Vloot | 1914 | | pagina 2