Q
Binnenland.
Pit Leger en ViGct.
Vroegere leger-communiqué's.
IDE SOIjDATEIKTCOURAKTT van ZSondag 1S October 1914.
Dit „The Graphic".
Onder heftig vuur van den vijand weet een troep Engelsohe soldaten over een
plankenbrug de Aisne over te steken. Velen sneuvelden, anderen vielen te water. Doe!
was de bemoeilijking van de Duitschers, die op een ander punt een pontonbrug wilden slaan.
'den omtrek van Lens en tusschen Arraa en
Albert.
In het oentrum tusschen de Oise en de
Mars zijn wij vooruitgegaan in de richting
van Craonne ten noordoosten van den weg
van Berry-au-Bao en ten noorden van
Prunay. Wij hebben verschillende Duitsche
verschansingen genomen in de richting van
Bedne.
Tusschen Maa3 en Moezel zijn wij, na in
den nacht van 13 op 14 Oct. aanvallen ten
zuidoosten van Verdun te hebben afgesla
gen den 14den geavanceerd bezuiden den
weg naar Metz.
Op onze rechtervleugel is het gedeelte
lijke offensief van den vijand ten noorden
van St. Dié definitief tot stilstand ge
bracht.
Het avontuur van een Franseh regiment
infanterie.
In den nacht van den 3lsten Augustus, kreeg
een compagnie van het 332ste regiment reser
vetroepen last, het artillerie-park van de divi
sie te beschermen, dat naar Reims gedirigeerd
werd. kwam in de achterhoede, maar werd den
2den September door een aanval der Duitschers
afgesneden. De kapitein was toen verplicht,
met zijn compagnie door een streek te mar-
cheeren, die door den vijand verwoest was en
moest al strijdende trachten, een veiliger ge
bied op te zoeken. Den 3den September trok
hij door een bosch en bamkeerde zioli ten slot
te in een dorp, vanwaar hij zijn wielrijders op
verkenning uitzond. Hij verneemt dan ook al
gauw, dat hij door den vijand is ingesloten,
besluit, na een aanval te hebben afgeslagen, in
de richting Reims op te rukken, en weet zich
een heel eind met zijn geheele compagnie door
het woud heen te werken, dan stoot hij opnieuw
op vijandelijke colonnes, maar ontkomt geluk
kig, met achterlating van eenige gewonden. De
compagnie houdt zich nu in het woud van
Vaucler© schuil en maakt van den nacht ge
bruik, om in do richting van de Aisne op te
trekken. Do bruggen waren bewaakt, maar
eindelijk slaagt de kapitein er in, een onbe
waakt gedeelte van de rivier te ontdekken en
zijn mannen met een pont over het water te
voeren. Dan bereikt hij Cormicy, dat hij, na
een vijandelijkon aanval, weer ontruimt, met
achterlating van drie dooden en tien gewon
den. Do volgende dagen trekt hij verder in de
richting van Verdun, tot aan de Argonne,
,waar de compagnie vijf dagen lang beproeft,
zich een doortocht te banen. Een af deeling ver
kenners valt daarbij in handen van den vijand.
Eerst rlen loden September, trof de kapitein
een af deeling Franseh© cavalerie, en kon hij
zich weer bij de legers voegen.
Rusland.
Op het Oostelijk oorlogsterrein.
BERLIJN. D© aanval op O.-Pruisen,door
een talrijke Russische krijgsmacht onder
nomen, kan als mislukt worden beschouwd.
.Met onzen aanval in Polen waar wij zijde
aan zijde met de Oostenrijkers strijden,
maken wij goede vorderingen. Onze troepen
staan voor Warschau.
Een van uit de linie Iwangorod-Warschau
over de Weichsel door de Russen onderno
men aanval op de geheele linie is met zware
verliezen aan Russische zijde aigeslagen.
De in Russische bladen vermelde geruch
ten omtrent buitgemaakt Duitsch geschut
missen allen grond.
De correspondent van de „Vosa.
Ztg." op het oostelijke oorlogsterrein meldt,
dat ook Japansche officieren en kanonnen
aan den strijd deelnemen, die op het oogen-
blik op de lange linie van Schirwindt°tot
Lyck wordt gevoerd. Zij moeten, volgens,
hem, echter slecht schieten.
Of er ook Japansche manschappen waren
heeft hij nog niet kunnen uitmaken.
WEENEN. Officieel wordt mede
gedeeld onder dagteekening van 15
Oct. 's midd.Gisteren hebben onze troe
pen do versterkte hoogten van Starasol ver
overd; ook met den aanval op Stary en
Sambor gaat het goed.
Ten noorden van de Strwiaz zijn een reeks
hoogten tot aan het zuidoost-front bij
Przemysl in onze handen.
Beneden de San wordt eveneens gestreden
Bij onze vervolging van den vijand over de
Karpathen hebben wij Wyszkow en Skole
bereikt.
Belegeraar en "belegerde*
WEENEN. Ujthet oorlogskwartier wordt
officieel bericht: Op 2 October te 3 uur
amiddags werd door een parlementair
het volgende aan den commandant der ves
ting Przemysl gerichte schrijven overge
bracht
„Mijnheer de commandant! Het <*eluk
heeft het keizerlijk-koninklijk leger den rug
toegekeerd. De laatste, met succes bekroonde
gevechten stelden mij in staat de aan de
hoede van U Exc. toevertrouwde vesting
Przemysl in te sluiten. Dat voor haar hulp
opdaagt van buiten acht ik onmogelijk. Ten
einde nu onnoodig bloedvergieten te ver
mijden, acht ik thans de tijd gekomen om
U Exc. onderhandelingen voor te stellen
over de overgave der stad, daar het mij
dan mogelijk zou zijn voor de bezetting eer
volle voorwaarden van den opperbevelhebber
to verkrijgen.
Wanneer U Exc. onderhandelingen wil
beginnen, verzoek ik onzen gevolmachtigden
gedelegeerde luitenant-kolonel Wandan de
voorwaarden wel te willen mededeelen. Ik
maak van deze gelegenheid tevens gebruik
om U Exc. mijn hoogachting te betuigen.
De commandant van het Przemysl blok-
keerende leger: generaal Radko Dimitrief."
Het onmiddellijk daarop gegeven ant
woord luidde
Mijnheer de commandant. Ik acht het
beneden mijn waardigheid om op uw schan
delijk voorstel het verdiende antwoord te
geven. De commandant van Przemyzl.'-
Roemenië.
De uitvaart van koning Carol van
Roemenië.
In het Roemeen&che stadje Curte'a-de-
Arges heeft gister de uitvaart van koning
Carol plaats gehad.
De 6traten van het stadje waren gevuld
met uit geheel Roemenië saamgestroomde
belangstellenden, die den geliefden vorst
een laatsten groet wilden brengen. Er be
vonden zich vijf regimenten in den stoet,
welke zich bewoog tusschen en haie opge
stelde oudgedienden, soldaten, schoolkin
deren en gemeentebesturen. Om vijf uur
werd bet stoffelijk oversohot bijgezet in
het klooster, onder het gedonder van het
geschut en het gelui der kerkklokken, ter
wijl de treinen ten teeken van rouw vijf
minuten stilstonden.
Noord-Amerika.
In het Panamakanaal, in de Culebra-
doorsteak, heeft wederom een aardschuiving
plaats gehadhet verkeer is weer gestremd
in het kanaal.
OP ZEE.
Het Kaiser Wilhelm kanaal.
De „Tagliche Rundschau" bericht, dat
het Kaiser Wilhelm-kanaal gedurende den
oorlog voor schepen van alle neutrale sta
ten gesloten blijft.
Mijnen in de Adriatische zee.
WEENEN. Naar aanleiding van
een vertoog der Italiaansche re
geering, had de Oostenrijksch-Hongaar-
sche regeering den Oostenrijksch-Hongaar-
schen attaché militaire te Rome gemachtigd
zielig met een Oosten'rijksch-Hongaarschen
marine-officier, die deskundige is in marine-
zaken, naar Venetië te begeven om te
onderzoeken op welke wijze in de Adriatische
Zee mijnen zijn losgeraakt. Dit onderzoek
is thans ten einde gebracht Gebleken is.
dat door onberekenbare toevalligheden
enkele op de Oostenrijksche kust stevig aan-
gebrachte mijnen los zijn geslagen van
de verankering en naar de Italiaansche
kust zijn afgedreven.
De Oostenrijksch-Hongaar8che corlogsma-
rine heeft onmiddellijk de noodige maat-
regelen genomen om dergelijke ongelukken i
in de toekomst te verhoeden,
Pantserschip aan den grond geraakt, j
STOCKHOLM. De bevelhebber van J
de Zweedsche kustvioot rapporteer-
de aan het ministerie van marine, 1
dat het pantserschip „Oskar II" in de Biu-
nen-Scheren aan den grond is geraakt,
maar dat de toestand niet gevaarlijk is. I
Er is bergingsmateriaal afgezonden. j
Een gevecht in de Zwarte zee.
LONDEN. Volgens een telegram
van Woensdag uit Rome aan de
„Daily Tel." moet ingevolge telegram
men uit Weenen en Boecharest slag gele
verd zijn in de Zwarte Zee tusschen het
Russische eskader en de „Göben" en „Bres-
lau", die de Duitsche vlag hadden ge-
heschen.
In diplomatieke kringen wordt geloof g©-
j/gen aan het bericht.
Schepen genomen.
GIBRALTAR. Volgens mededeeling van
Lloyd's is de „Graecia" van de Hamburg-
Amerikalijn genomenden 28 September
vertrok het schip van New-York met be
stemming voor Cadix.
LONDEN. De Admiraliteit 'be
richt, dat de Engelsche kruiser
Yarmouth", de Duitsche paketboot
.Marlcomannia" van de Hamburg -
Amerikalijn bij Sumatra tot zinken heeft
gebracht en het Grieksche stoomschip „Pon-
toporos'hoeft genomen en opgebracht. Deze
beide schepen waren gezien, toen zij de
„Einden" begeleidden. De „Yarmouth"
hoeft 60 krijgsgevangenen aan boord.
Volgens een andere mededeeling heeft de
Admiraliteit uit Rabaul (Australië) bericht
ontvangen van het nemen van het Duitsche
stoomschip „Kornet", dat een volledige
installatie voor draadlooze telegraphie aan
boord had.
De Stoomvaart-Mij. „Nederland" ont
ving telegrafisch bericht uit Ferryville
(Tunis), dat haar stoomschip „Boeroe"
daarheen is opgebracht en daar heeft moe
ten lossen: 366 kisten Rubber, 226 kn.
Thee en 1000 balen O liekoeken.
Het schip vervolgde de reis op 15 dezer
naar Londen als eerste bestemming.
In het kamp der vluchtelingen te Oldobroek
maakte eene der onderwijzende nonnon ,,Mcre
Agues" een Franseh vers, dat de kindoren er
niot alleen leeren, maar ook zingen. Wij geven
er hieronder een zooveel mogelijk woordelijke
vertaling van, die mevrouw Visser to Zeist zoo
vriendelijk was ons toe te zenden.
Aan Hare Majesteit Koningin Wlihelmlna.
Gelijk een woeste storm, die jaagt door allo
velden,
Geljjk een bliksemschicht valt ons de vijand
Wat baatte uw strijd, wat baatte uw moed, gij
holden,
Arm België, het is met u godaan!
O, waar dan heen met onze angst en nooden
Hoo vluchten tot uit dos vijand» macht?
Wij kwamen allen tot u heengevloden,
En, gastvrij Holland, gij geeft ons weer moed.
en kracht.
O, Wilheknien, aan u den dank des harten
Der vluchtelingen, groot en klein.
Mocht 't- 'leven u zóó schoon, zóó lieflijk wezen.
Een voorsmaak van Gods eeuwigheid te zijn 1
Wij brengen hulde u, o edele souvereino,
Vol liefde en eerbied brengen w' u een groet
God spare u, Juliana, houd© haar reine,
Do o bloeien haar tot uw geluk
En komt voor ons de ouderdom eens dagen,
Dan fluistren onze kindren nog uw naam.
Gij waart een moedor ons in onze bittre noo
den,
Aanvaard den dank van alle Belgen saam.
Eerste Kamer.
De Eerste Kamer is Donderdag uiteenge
gaan met het voornemen, in de bijeenkomst
na het reces te beslissen over het tijdstip van
het in behandeling nemen der inkomsten
belasting.
De onderhandelingen.
Naar ons van de meest bevoegde zijdo
wordt medegedeeld, zijn de onderhandelin
gen met het Duitsche opperbestuur omtrent
den terugkeer der Belgische vluchtelingen
huizen L. A. Drybér, gep. luit.-generaal te
's-Gravenliage.
Bij Kon. Besl. is benoemd tot tjjd. officier
v. gez. 2g kl; bij de landmacht de arts A. N.
C. Beek.
Korporaal Frans Derkx L. W. 45. Grens
wacht, een goed schaakspeler, zou gaarne met
anderen correspondentie-partijen spelen. Lief
hebbers van sdiaken zullen bom en allicht ook
zichzelf een groot plezier doen door te pogen
hem partij te geven. Red.
J. Stuurop, Tilburg. Voor de dorde manl
zij thans medegedeeld, dat de redactie van de
„S. C." 6taat buiten de militaire hnisvlijtwed-
strijden dio van don Volksbond to Utrecht uit
gaan. Red.
Landweerman W. H. K. te B. Deze eerste
prcevo is nog niet erg geslaagd. We zullen ze
nog niet plaatsen Vermijd 6.v.p. platte uit
drukkingen. Tusschen populair en plat ligt nog
oen groot verschil. Volgenden keor boter,
kameraad. Red.
Mil. A. P., Den Haag. U hebt de bedoe-
liug van hot stukje van Van der Bij in no. 25
niet goed begrepen. Dezo inzender toonde
geonerlei bezwaar tegen het feit, dat er ge
collecteerd wordt bij den troep, maar wenscht
dit zóó te doen geschieden en onder zulke om
standigheden, dat goenerlei pressie uitge
oefend wordt. Eon gift moet een geheel vrij-
willigo daad blijven. Dnarin hooft hij gelijk.
Red.
G'lir. v. d. H., Huisduynen. Laat uw
vrouw dadelijk den geheelen toestand op het
belastingkantoor gaan vertellen. Krijgt men
daar do zekerheid dat niet betaald kan wor
den, dan zal men allicht nog niot tot vervol
ging overgaan. En mogelijk is er een deel van
de belastingschuld direct te voldoen. Rod.
Ph, Brandon, 1.II.18 R. I. Uw stukje heb
ik aan de commissie doorgezonden, 't Was wel
isoo eenvoudig geweest, wanneer u uw schrij
ven rechtstreeks aan hot juiste adres had ge
richt. Goed succes! Red.
J. M. de Ke ij z e r, Bergen op Zoom.
Beste vriend, je bobt het goed begrepen, al
die plaatsnamen zijn met opzet geschrapt. Wan
neer tegelijk het wapen of het onderdeel ge
noemd wordt, kan dit aanleiding geven tot on-
gewenschte bekendmaking van de plaatsen,
waar korpsen enz. gelegen zijn. In 's lands be
lang brengen wij dus zulke wijzigingen aan.
Natuurlijk gaat gij daarmee accoord. De an
dere wijzigingen berusten deels op dezelfde,
deels op ander© overwegingen. R e d.
Mil. Wolfkamp. Niet voor plaatsing ge
schikt. Zoo'n scharrel partij met Belgische meis
jes is een particuliere aangelegenheid. Voor
zichtigheid, vriend, zy u met nadruk geraden.
Red.
Uit de „Ulustxirte Zeitung
Aan het werk in een veldsmidse der Duitsche troepen.
naar Antwerpen nog niet afgeloopen, maar
kan heel spoedig het antwoord worden
te gemoet gezien.
Buitenlandsche paspoorten.
Het aantal buitenlandsohe paspoorten,
sedert het begin van den oorlog door tus-
schenkomst van het ministerie van buitoni.
zaken afgegeven, loopt in de duizenden. Al
leen in de maand September werden aan 2000
personen kosteloos passen verstrekt.
Een onderscheiding.
Mej. G. J. ter Poorten te Beverwjjk ont
ving van den koning van Griekenland de oor
logsmedaille voor bewezen verplegingsdiensten
bij den Grieksch-Bulgaarsehen oorlog. Hierbij
was gevoegd bet portret van Z. M, met eigen
handige onderteekening.
UIT DE STAATSCOURANT.
Bij Kon. Besl. is tijdelijk benoemd tot regee-
ringscommissaris van het vluchtoord te Veen-
J. de V. 1. II. 15. R. 8. Verschillende maal
zijn door ons met port belaste brieven ge
weigerd, maar als uw schrijven in ons bezit
kwam en do inhoud geen plaatsing vond was
deze ongeschikt. De titel doet mij zulks ver
moeden. Red.
In uw blad van 11 Oct. wordt gevraagd het
ad ree van den rail.-sergeant Smallegange,
laatst gewoond hebbende te Brussel. Ik kan
mededeelen dat bedoelde mil.-sorgt. ongeveer
li maand geleden lag bij do 3o Dcpot-üompag-
nie.
J. C. AUGUSTIJN,
mil. sergeant.
Naar aanleiding van een vraag voorkomende
in uw laatst© No. omtrent het adres van K.
Vumen uit Leeuwarden door Beekman, kan
ik mededeelen, dat zijn adres is 2e compagnie
3e bataljon 9e reg. infanterie.
De ondergeteekende verzoekt inlichtingen,
of er onder d© geinterneerde Belgisch© solda
ten, van het Sb linie regiment, zich bevinden
van de volgende personen. Indien iemand hier
omtrent iets mocht vernemen, vorzoek ik hom
PRtJS Fl. 1.- In apotheki
drogisterileffi
Monster*Brochures: Agentschap Sarphatistr. 34, A/nstonUift
bericht te Zenden aan opdorgeteekendeRo
bert Dauw, Germain Everaert, Louis va»
Stay, August dö Poorter©, Joseph de Bruijo-
kor, Arthur Rombaut, Autoine Gillardin eu
Jules de Bav allen van het 2o linie-regiment
dat te Antwerpen heeft gestreden.
Mochten bovengenoemde personen ieta we
ten omtrent elkanders lot, zij gelieven dan te
schrijven aan hunnen vriend en studiegenoot
Claase M. J., 2e comp. 17 L, W. B. 22e reg.
Damborden.
Dank zij mede de vrijgevigheid van dea
uitgever Bosch te Nijver dal, siuiten wij in
elk pak, waarin dit nummer van „De Sol-
datencourant" verzonden wordt, een aantal
kartonnen Damborden in, weike gratis kun
nen worden rondgedeeld. Zoo behoeft meai
nergens bij leger en vloot om dambordea
venegen te zijn.
Uit Willemstad.
Luitenant Heybro ek 6ohryfi ons
Welhohb zal uw redactiebureau in deze dag
gen overstroomd worden met benoh'ten om
trent de ontvangst der Belgische vluchtelingen
in ons land en daarom aarzel ik ©enigszins e
•cteze regelen toe te sturen.
Toch zou ik het jammer vinden, als ony©
Willemstadscike jongens by bot openen d«r
Soldatencourant tusschen die vele berichten,
niet een enkel woord vonden, dat aan hu»
werken in de laatste dagen hulde bracht.
Zeker, ik begrijp heel goed, dat hun arbeid
en hulpvaardigheid nog niet te vergelykea
zijn met hetgeen van onze makkers in het
Zuiden is gevergd, maar wat ik gezien heb
is voldoende, om mij de overtuiging te govern.
dat ook zij, wanneer ze meer zuidelyk gelegerd
waren geweest, evenveel hadden gedaan als
onza kranige veldsoLdaten.
Zaterdagavond, geheel onverwachts, kwa
men de eerste vluchtelingen hier aan, era wer
kelijk wij, officieren, behoefden niets te com-
mandeeren. Banken, tafels, gamellen vol eten,
manden vol brood, alles was in den kortateai
tijd present, overal gevoelvolle helpers meè
vlugge handen, die boterhammen smeerden,
rate opschepten of uit eigen zak betaalde
koek, sigaren en chocolade londdeolden. Gees
vluchteling heeft binnen Willemstad'a wallea
eigen bagage gedragen, geen moede vrouw
haar kindjo getorst. En de busjes, opgehangen
op de compagniesbureels werden zwaar van
de offers van onze Hollandsche jongens, hier
onder de wapenen. Nu was geen kar te zwaar
om te trokken, geen looppas te vlug om een
order uit te voeren. Waren dit werkelijk de
zelfde soldaten, die den vorigen dag bout,
buskruit of drinkwater vervoerden op ©es
wijze, dat je je in ernst afvroeg of het no$
langzamer kon?
Ja, het waren dezelfde Boldaten maar her
leefd, nu het werkelijk zoo bitter 'noodig waa,
de Hollandsche soldaat, zooals hij, naar ik ver
trouw, zal zijn, als het er werkelijk op aan
komt, en ik wensch Nederland geluk mot zulk®
kerels 1
Nu, na genige dagen, is alles weer geregld,
•ui behoeft niet meer onvoorbereid, 's avonds
om 9^ uur voor 300 vluchtelingen logies te wor
den ingericht, een damescomité helpt krachtig
nm voor do berooide menschen, de onbrekende
plunje nan te vullen. Maar nog steeds gaai
geen vluchteling uit onze vesting weg, vóór
hy do soldatenkost en het soldatenbrood ge
geten heeft, „want Luitenant" zooais me één
onzer flinke kerels zei. ,,w© hebben h'et de»®
twee maanden zoo goed gehad, dat we nu wel
teens een paar dagen wat minder kunnen eten.
nu die arme bliksems het zoo noodig hebben.
Jelui werken was good en flink, kameraden,
en je hebt gemaakt dat do naam van je Ne-
dorlandsoh© leger tot ver over onze gronze»
een stuk omhoog is geschotenals actief offi
cier van dit, leger breng ik je hier de huid®,
die je verdient en mijn dank!
Luitenant H.
Gevonden Voorwerpen.
Ondergeteekende vraagt inhchtingen omtrent
koppel met koppelplaat en bajonet met scheed®,
W. No. 7614, die hij heeft laten liggen it
een spoorweg-coupé.
De milicien J. H. HENKENS,
35e Landweer Bataljon Infanterie
le Compagnie.
In den trein, die 14 Oct. jl. pl.m. half acht
te Stavoren uit richting Leeuwarden arriveer
de, werd gevonden 1 overjas, gerold n»t S
ranselriemen van een soldaat. Op de riemen
staat wapennummer 337, do jas is on genu m»
meid. In een der zakken bevindt zich een
briefje waarop staat: v. d. Wal Jobs., le seo-
Prins Eugenius van Savoije.
Van den landweer-sergeant dr. H. H. Knippenberg.
VII.
Vendom© betrok vroegtijdig de winterkwar
tieren. Na het opperbevel over de troepen
overgedragen te hebben aan graaf G<uido van
Btarkeraberg, begaf Eugenius zich naar Wee
nen. Hij wilde in staat gesteld worden om den
oorlog krachtdadiger te kunnen voeren en
daartoe was allereerst veel geld noodig, waar
voor hij aanklopte bij het Hof te Weenen.
Hier was het droevig gesteld met de financiën
en bovendien waren er verschillende misbrui
ken ingeslopen in het legerbeheer, zoodat er
gevaar bestond, dat de oorlog niet leidde tot
de door Eugenius verwachte resultaten. Daar
hij dreigde het oommando te zullen neerleggen,
ingeval aan zijne rechtmatige bezwaren niet
tegemoet gekomen werd en er geen verande
ring kwam in de samenstelling van den hof-
krijgsTaad, waarin meerdere tegenstanders
van Eugenius zitting hadden, o. a. de vorst
van MaDsfeld-Fondi, die als president fun
geerde, besloot de keizer een onderzoek in te
stellen naar die misbruiken. De Nederlandscho
fezant bracht hem van een en ander meer in
jjzonderheden op de hoogte en het gevolg hier
van was, dat Mansfeld afgezet en Eugenius
tot voorzitter van den hofkrijgeraad benoemd
werd.
Het jaar 1703 dreigde noodlottig te worden
yoor Oostenrijk, want, behalve de Spaansche
erfopvolgingeoorlog, dreigde in Hongarije een
opstand onder Frans Leopold Raooczy, terwijl
dit land bijna geheel ontbloot was van Oosten
rijksche troepen. Zelfs een legeroverste als
Eugenius gelukte het niet de rust te herstellen.
Hem werd daarvoor noch de noodige tijd ge
gund noch de noodige hulp verstrekt. In 1704
wae hij genoodzaakt opnieuw in te grijpen in
Auteursrecht d-eitf. (Viikelen behoudt de
jmhrüvur tieh VOOtr
de krijgsverrichtingen, welke verband hielden
met de Spaansche successiekwestie. Niet
slechts van Fransche, maar ook van Beiersche
zijde werd het Oostenrijk lastig gemaakt.
Eugenius streefde naar een vereenigimg der
Oostenrijksche en Engelsche legers om zoo
's v ij an da kracht te verlammen. Marlbourough
trok zijne troepen, versterkt door de Neder
landers, samen in de nabijheid van Maastri©lit.
De markgraaf van Baden sloot zich spoedig
bij hen aan en de opmarsch tegen de vijande
lijke linies begon. De markgraaf zou Ingoi-
stadt belegeren, onderwijl Eugenius en Marl
bourough den Donau overtrokken tot bij Hoch-
stadt, waar het op 13 Augustus 1704 tot een
heet geveoh kwam.
Het was een mistige najaarsmorgen. Grijze
nevels hingen over het landschap in kille be
nauwing van het ontwakend leven, dat tever
geefs smachtte naar den luister van het zon
licht om zich los te wikkelen uit neerslachtig
heid en weemoed, waaronder het gedrukt lag,
Ondoordringbaar was de dichte sluier van voch
tige dampen, neergestreken over de akkers en
de bewoonde vlekken, waar de verbondenen ge
reed stonden met een leger van ongeveer
52.000 man om den strijd aan te binden tegen
do Fran8oh~Beicrsche macht, die ongeveer
58,000 man sterk was. Marlborough voerde den
linkervleugel aan, Eugenius den rechter, tor-
wijl do ruiterij zich daartusschen ophield.
Marlborough zou vooral te kampen krijgen met
do twee Fransche maarschalken, Eugenius met
den keurvorst van Beieren. De streek was daar
moerassig, doorsneden van watergreppels en
voor een deel met dicht hout bedekt, zoodat de
prins den vijand niet gemakkelijk kon ver
schalken of overrompelen, al outtrok de mist
in den ochtend ook zijn opmarsch aan de blik
ken van den vijand. Lang duurde het, eer de
zon door de wolken en den nevel brak en aan
de Franschen Eugenius' heir zich vertoonde in
al zijn geduchtheid en macht. Tallard, die het
Fransche leger commandeerde, verwachtte den
aanval hoofdzakelijk in de omgeving van bet
dorp Blindheim, dat hij bezette. Tegen 9 uur
begon het gedonder der kanonnen en het dreu
nen van het veldgeschut, dat ijselijke slagen
sloeg in de vreedzame stilte van het betreden
gebied. Het naderen bracht echter voor Euge
nius groote moeielijkheden, want de beken,
waarmee het landschap doorsneden' was, be
rokkenden hem meer overlast dan hij aanvan
kelijk gedacht had. Daarvandaan dat het mid
dag werd, eer het eigenlijk gevecht kon be
ginnen. Tevergeefs trachtte Marlborough de
Franschen uit Blindheim te verdrijven; drie
maal deed hij een stormaanval doch zon
der voldoend resultaat. Hij besloot daarom zich
te keeren tegen het Fransche centrum
en. Eugenius bij te springen, terwijl hij
schijnaanvallen richten bleef tegen Blind
heim om ook daar den vijand bezig
te houden. Vooral de Fransche ruitery
gedroeg zich dapper en bracht den Engelscheu
Hertog gevoelige verliezen toe, hetgeen hom
op een nederlaag had kunnen te staan komen,
indien Eugenius niet met zijn kurnssiers nog
tijdig ter hulp gesneld was om den aanval te
broken.
De prins had het intusschen in de door hem
gekozen stelling ook zwaar te verantwoorden.
Zijn geduchtste tegenstander was zeker wel de
Beiersche keurvorst, een moedig en schrander
man. bovendien uitstekend bekend met de bij1-
zondorheden van het terrein, waarop de go-
vechten plaatsgrepen.
De keur vorstelijke garde-cavalorie bleek in
ieder opzicht do meerdere der Oostenrijkers.
De persoonlijke dapperheid van Eugenius was
niet in staat oen wanordelijk vlucht te belet
ten. ,.Ik had nauwelijks pistolen genoeg om
het terugwijken mijner kurassiers te verhinde
ren; verplicht om hen. van de paarden te
schieten, moest ik ze met groote verliezen door
de moerassen achtervolgen", schreef hij, terwijl
hij bet krijgsbeleid van den Beierschen keur
vorst prees. Daarom hernieuwd© hij d© aanval
len met het voetvolk, aan wier spits hij zich
tb ana etelde, eu ng keejd© d© krygskana, Hot
gevecht duurde tot diep in den nacht. Aan
beide zijden waren zware verhezen geleden, al
bleef de zege aan de Oostenrijkers en d© En
gelscheu, die ongeveer 12,000 dooden en ge-
wondon hadden, De Fransche en Beiersche ge
lederen waren nog erger gedund, terwijl 15,000
in krijgsgevangenschap geraakten.
De overwinnaars maakten o.a. 3400 wagons
met levensmiddelen en krijgsvoorraad buit,
334 muildieren, mot zilvergeroi beladen, ruim
200 vaandels en standaards, 3600 tenten en last
not least de krijgskas. Bovendien waren zeer
vele manschappen naar de Oostenrijkers over-
geloopen ©n waa Tallard gevangen genomen.
Do slag bij Hochstadt verlevendigd© niet alleen
den moed, des keizers, die Eugenius en
Marlborough vorstelijk beloonde, maar ook werd
hierdoor de bodem ingeslagen aan de verwaoh-
tingen der Hongaarsche opstandelingen.
Dr. H. H. KNirrENBEBG.
Wordt vervolgd.)
Uit een vergelijking der verschil
lende data blijkt, dat ©en eeuw ruim
geleden het officieele communiqué van
het oorloge-nieuws meestal binnen ©en
week na het verzenden van het bericht uit
het leger te velde geechieddehet Fran
sche leger streed bijvoorbeeld in de zomer
maanden van 1813 in het midden van het
tegenwoordige Duilechland, zoodat de be
richten per koerier naar Parijs moesten
worden overgebracht. Van Parijs had dan
de verdere expeditie over Europa plaats;
dit nam in die dageu natuurlijk heel wat
meer tijd in beslag dan tegenwoordig. Zoo
vinden wij op de one ter inzage afgestane
documenten de volgende tijd-aanwijzingen:
het oommuniqué heeft betrekking op een
schermutseling van 17. September 1813 ia
de vlakte van Töplitz, de verzending door
den Keizer had plaats op den 19en Sep
tember, het communiqué is gedagteekend
te Parijs op den 26en September, terwijl
de Hollandsche ontvanger aan den achter
kant van het stuk deze aanteekening
schreef: „recu 7 Octobre 1813, berigt van
de Groote Armee".
Uit deze data volgt dus wel, dat wij in
de afgeloopen eeuw behoorlijk vooruit zijn
gegaan wat de snelheid der distributie der
verschillende oommuniqué's dor Generale
Staven aangaat; gewoonlijk ontvangen we
z© telegrafisch over een der hoofdsteden
op den zelfden dag, dat ze in het Fransche
of Duitsche hoofd-lcwartier gedicteerd
werden.
Daartegenover staat, dat er ©en hemels
breed verschil is tusschen do angstvalligo
beknoptheid der hedendaagsche leger-bo-
richten en de uitvoerige verslagen, die Na
poleon naar Parijs zond, of liet zonden.
Dit geldt niet slechts voor de overwin-
ning6-berichten der Groote Armee; ook
bij tegenslagen werd dezelfde uitvoerigheid
betracht, zoodat men zich een zeer duide
lijke voorsteling kan maken omtrent de
plaats gehad hebbend© feit-en. We halen
als voorbeeld aan hetgeen in een dezer
communique's meegedeeld wordt over het
terugtrekken der Franschen uit Leipzig in
het begin van November 1813:
„De Keiz©r had aaa d© genio gelast om
mijnstoffen onder de groot© brug, tusschen
Leipzig en Lindenau, teneinde deselve op het
laatste oogenblik te doen springen, te plaat
sen aldus de marsch van don vijand tegen te
houden ©n aan de bagage tijd te geven om
voort te trekken. De gCDoroal Dulalay had
den colonel Montfort mot deze operatie bol&st.
Dee© colonel jn stede van pp de plaata te blij
ven, om deselv© te bestude©ren en het teeken
te geven, gelastte een corporaal met 4 sappeur®
om do brug te doen 6pringeü, zooras de vijand
zich vertoonde. De corporaal, een man zondof
bekwaamheid en den laat, di© hem was opge
dragen, kwalijk begrijpende, d© eerst© geweer-
sohoton van de wallen dor Stad horende, stak
het vuur in de mijnstoffen en deed do bruj
springeneon gedeelte van de armee waa nog
aan do andere zijde met een park van 80 stuk
ken geschut en eenige honderden wagens. Hot
hoofd van dit gedeelte der armee, dat tot d,«
brug genaderd was, deselve ziend© 6pringcn,
meende dat deselve in de rnagt van den vijanfl
was. De noodkreet verspreidde zich van rang
tot rang: de vijand is ons op de hielen en do
bruggën butaan niet meer! Deze ongeluk-
Idgen raken uit malkanderen en trachten zich
te redden. Do Hertog van Tarente zwom do ri
vier over de Graaf Lauriston, minder gelukkig,
verdronk. Do Prins Ponialowski, op een sohiob-
tig paard gezeten, stortte in_ hot water e»
kwam niet meer boven. Do Keizer vernam dill
ongeluk niet eerder dan toen het t© laafc waa
hetaelvo te heratellenook zou allo herstel on
mogelijk zijn geweest. De Colonel Montfort caa
de corporaal der 6appenrs zijn voor een raa«
van oorlog gebragt. Men kan het verlies doo?
dit ongelukkig voorval veroorzaakt, nog niot
bepalen, maar men begroot het op 12.000 ma»
en verscheidene honderdon wagens. De wan
orde die betselve in de armoe veroorzaakt heeft,
heeft; alles van gedaante doen veranderen. Po
overwinnende Fransohe armee is te Erfurt als
oen geslage armeo aangekomen."
Zulk een uitvoerigheid en openhartig
heid over oen ernstige gebeurtenis, ten na-
deole van het eigen leger, zal men in dé
zen Europccschon oorlog, honderd jaar la
ter dan do groot© Europeescbe oorlogen
van Napoleon, tevergeefs verwachten J