Legerzaken. DE SOIjI) ATEKTCOTJK A KTT van Vrijdag 18 September 13X4. 3 Copyright Yereenigde Fotobureaux, Amsterdam. Duitsche Artillerie trekt door de Belgische stad Namen. Ondcrsohoiclingstookcnen voor den rang van generaal. Bij kon. besluit van 12 September 1914 zijn vastgesteld de onderscheidingsteekenen voor den rang van generaal (waartoe onlangs de opperbevelhebber luit.-generaal Snijders werd benoemd). Deze zijn do volgende: In de kleine tenue: op de korte jas ter weers zijden van den kraag vier zilveren sterren achter do sterren twee gekruiste maarschalks staven, versierd met gouden leeuwen; de stok ken der maarschalksstaven in zilver, de knop pen in goud geborduurd; in de groote of cere monieel» tenue bovendien op elk der beide epauletten der korte jas twee gekruiste maar schalksstaven, versierd met gouden leeuwen do stokken van zilver, de knoppen van goud. Do onderscheidingsteekenen op de overklee- ding zijn vier zilveren sterren ter weerszijden van den kraag. Buitendien twee gekruiste maarschalksstaven als op den kraag der korte jas. Bovendien op elke mouw van de overjas vier zilveren sterren. Toelating tot do Koninklijke Militaire Academie. De aandacht zij gevestigd op de publicatie in de Staatscourant" van 17 dezer, waaruit blijkt, dab de gelgenheid, om zich aan te molden voor toelating tot de officiereu-opleiding aan de K. M. A. nog tot 1 October a.s. is openge steld voor de z.g. diplomahouders. Het toe latingsexamen tot do vermelde inrichting wordt als afgeloopen beschouwd. Wie van do nadere gelegenheid tot aanmel ding gebruik wensckt te maken, wende zich ter verkrijging van de in te vullen formulieren tot hot Departement van Oorlog of tot den bibliothecaris van de K. M. A. to Breda. Na 30 September a.s. kan op aanmeldin gen geen acht meer geslagen worden. De geneeskundige keuring van hen, die zich alsnog aanmelden, zal plaats hebben te Breda op Maandag 5 October in den voormiddag; de evenbueele herkeuring dionzelfden dag in den namiddag. Voorts is in de publicatie bekend gemaakt dat het rangschikkings-onderzoek, hetwelk we gens do mqbilisatio nog niet heeft kunnen plaats bobben, uitsluitend te Breda zal worden ingesteld. Te 's-Gravenhage, Assen en Nijmegen zal al- zoo het schriftelijk gedeelte van het rangschik- kings-examen niet worden afgenomeq. Het schriftelijk gedeelte van het rangschik- kings-sxamen zal plaats 'hebben op Dinsdag 6 October, Het mondeling gedeelte, benevens het overige gedeelte van het rangschikkings-onder zoek in ploegen vangt aan Woensdag 7 October. In verband met hot vorenstaande zij mede gedeeld, dat naar wordt vernomen de resteerende mondelinge oind-oxamens H.B.S. 5-jarigen cursus zullen plaats vinden op 1, 2 on 3 October a. s. Vlce-admlraal Snethlage f. Te Rijswijk is op 61-jarigen leeftijd overleden de gepen», vice-admiraal J. G. Snethlage, rid der in do orde van den Nederlandsohen Leeuw en commandeur in de orde van Oranje Nassau. De lieer Snethlage begon zijn loopbaan bij de zeemacht als adelborst le kl. in 1870, werd luitenant 2e kl. in 1873, id. le kl. in 1884, ka pitein-luitenant in 1895, kapitein ter zoo in 1899, sohout-bij-nacht in 1905 en vice-admiraal in Januari 1907, waarna hij in November 1909 werd gepensioneerd De begrafenis is bepaald op a.s. Zaterdag op Nieuw-Eik-en-Duinon ongeveer te kwart over twaalf op de begraafplaats. Op Oud-ELk-en-Duinen is Dinsdag tor aarde besteld het stoffelijk overschot van den gep. vice-admiraal A. C. v. d. Sando Lacoste, Be halve vertegenwoordigers van verschillende ver een igingen merk to men aan hot graf op: de vice-admiraal Tydeman, de gep. vic-e-admiraals v. d. Bosch en Romer, de schout-bij-naclrt Van Maren Bentz v. d. Berg, inspecteur van hot loodswezen, de schout-bij-nacht Humme, de hoofdinspecteur van administratie bij de ma rine, kolonel Van Rijn van Alkcmade, do kolo- nel-inspectcw' van het wapen der mariniers Linckors, zoomede tal van gop. en actief die nende officieren dor zeemacht. Do minister van Marine werd vertegenwoor digd door de kapt. tor zee Bron, chef van de afdeeling Personeel bij het departement. Schadeloosstelling aan vrijwilligers. Bij het toekennen der schadeloosstellingen wegens het derven van bijverdiensten nan vrij willig dienende militairen beneden den rang van officier, tot een maximum van f 1,50 per dag, moeten als maatstaf worden genomen de gemiddelde bijverdiensten per dag en mogen alleen die bijverdiensten in aanmerking wor den genomen waarvan de uitbetaling geschiedt door of onder toezicht van do militaire auto riteiten. Voor do militairen. Ten behoeve van de militairen, verblijf hou dende in het legerkamp te Laren, is door do Yerceniging van Protest,antsche Belangen te Lanen hare stichting ,,Do Gomeontowoning" als militair tehuis beschikbaar gesteld* Bij Koninklijk Besluit is bevorderd tot luite nant ter zee 1ste kl. do luitenant ter zee 2e kl F. J. Heeris; zijn tijdel. benoemd bij het reservepel'soneel dor landmacht, bij de infanterie: a. tot ros.-kapitein, de gep. kapitein der inf. C. Noltenius van Elsbroek, en de met rang van kapt. gep. le luit. der inf. J. N. Prijer, beiden van het leger in Ned.-Indiëb. tot res. 2e luit. de onder toekenning van tijdelijk pensioen eerv. ontslagen 2e luit. H. Bueno do Mesquita, van het wapen der infanterie. De kapitein ter zee W. H. O. Hoog, die tijdelijk werkzaam is geweest op het bureau van den marinestaf, is wederom belast met het bevel over Hr. Mr. wachtschip te Willems oord De toekomst. Bij voorbaat mijn hartelijken dank voor de plaatsing van dit stukje. Onder het opschrift „Afwachten" wordt in No. 10 oen ernstig woord tot ons, soldaten, gesproken. Do schrijver wijst er ons op, ge trouw onze plichten te vervullen, en zegt dat wij een heerlijk werk vervullen. Wij waken voor do neutraliteit van ons dierbaar vader land. Mot dit alles zijn wij 'b volkomen eens. Met God zullen wij staan voor Koningin en Vaderland. Ook wordt cr gezegdzien wij allen later behouden onze betrekkingen weer, dan is het leed dra vergeten. Dat is niet met allen zoo, niet allen zien hun betrekkingen weer, al mogen wij ook veronderstellen, dat wij zelf allen be houden weer komen. Om dezulken te vmden, behoef ik niet ver der te gaan dan tot mij zelf. Als net en eerlijk man heb ik altijd een betrekking bekleed bij hooggeplaatste families, en zie, daar zij mij thans terwillo van mijn vaderland moeten missen, behoef ik «iet meer in de betrekking terug te komen en kan ik straks zien, dat ik de kost verdien, wio weet waar. Hoogachtend, Een milicien der cavaleriebrigade. Wij hebben onzen vriend geen plaatsing wil len weigeren al is er misverstand in het spel. In ons artikel „Afwachten" in No. 10 bodoeldon wij met betrekkingen familiebetrek kingen. Onze kameraad hierboven aan het woord heeft het als dienstbetrekkingen opgevat en knoopt daaraan zijn beschouwing vast, die op oen anderen ernstigen kant voor velen wijst. Maar deze, voor velen onzer mannen en jongens zoo gewichtige aangele genheid, om later weer een stuk brood te kunnen verdienen, is door „De Soldaten- courant" niet over bet hoofd gezien. Het hoofdartikel in No. 12 onder het opschrift „Nat. Yereeniging tot steun aan Miliciens" is geheel aan deze zaak gewijd. Deze vereeni- ging, die sedert 1903 reeds 2700 miliciens aan arbeid hielp, krijgt nu volop werk aan den winkel en maakt zich gereed om hulp te kun nen verloenon, zoodra doze noodig zal zijn. Wij raden ook den inzender aan dit artikel nog eens to lozen, opdat ook hij de overtuiging krijgt, dat de toekomst niet donker behoeft te worden ingezien. De Nationale Vereeniging staat klaar om allen, dio goed gediend hebben en buiten betrekking zijn gerankt, bij to springen. Wij komen op deze zaak nog wel terug. Bed. Een dankbare post. Uit Tilburg schrijft men ons, dat eon dank bare post het volgende gedichtje achterliet: Geachte Juffrouw. Vriendelijk bedankt voor uw kopje thee. Namens allo 4 de posten, deel ik u dit moe, Daar gij ons hebt verrast dezen nacht En ons thee, suiker en melk hebt gebracht. Ontvang onzen dank en zing met ons mee Lang leve Koningin en Vaderland, hoezee. 's nachts, N. N. Namens den post van 10 tot 12 u Een zilveren feest! Mijnheer de Redacteur! Verzoeke beleefd cenigo plaatsruimte in do Soldatencourant voor onderstaande: Wat men in mobilisatie-tijd al niet beleeft! Kameraden van de Landmacht, het is te hopen, dat al degenen, die bij burgers of boe ren ingekwartierd mogen ziju of worden, het allemaal zoo goed mogen tr "ten als wij. Zoo waren wij al van do ceno naar de andere plaats gereden, maar norgens hebben wij zoo'n good kwartier aangetroffen als bij L. Swagc- tnakers en niet te vergeten hun ouders, welke ook in het zelfde kwartier wonengenaamd F. P. Swagemakers en echtgenooten op Hooger- lieide. Zoó hebben wij al bijna veertien dagen het genot gehad, terwijl de menschen bet niet verplicht zijn, koffie, tbeo en ook nog wel eens een bord pap, wat er natuurlijk graag ingaat, te krijgen. En als wij 's middags eten hadden gehaald van de keukenwagen, dan s+' uien de borden al op tafel klaar voor ons, zoodat wij niet uit onze eetketels behoefden te eten, zooals menig ander wel moot doen. En nu hoorden wij van een familielid, als dat do oude juffrouw „onze tante Lies" en oorae Frans 9 Sopt. 25 jaar wa ren getrouwd. Nu kan u allen begrijpen dat wij dot zoo maar niet voorbij konden laten gaan, zonder blijk te geven, boe wij over hen dach ten. Zoo zijn wij daags te voren met 20 man aan den arbeid gegaan. In een ommezien tijd hadden wij heidegroen en dennen bij elkaar om daar guirlandes van te maken. Palen werden in den grond gestoken en er werd een eeropoort gemaakt met liet opschrift: 1889 Hulde 1914 aan het Zilveren paar. Hieraan werden nog een paar rozen van pa pier en een paar lampions bevestigd en' klaar was de zaak. Daar komen 's morgens bruid en bruidegom de deur uitgestapt om naar do kerk te gaan. Maar, tot hun grooto verbazing, zagen zij, wat. er geschied was, zonder dat zij daar iets'van wisten. Tante Lies en oorao Frans konden er ons niet genoog voor bedanken, dat wij zooveel voor hen hadden gedaan. En we werden er nog voor beloond ook, want 's morgens kregen wij al weer koffie, maar nu nog met beschuiten er bij met lekkere boerenboter eo suiker. Voordat wij op patrouille gingen, kregen wij eon frisschen dronk van do goede menschen.Nu daar knapten wij geheel van op. Wij verlangden al naar den avond, omdat wij wisten dat er dan wat op tafel komen zou. Met deze tafel be doel ik een 20 mans-tafel, welke door den tim merman moest worden gezet, toen wij daar in kwartier kwamen. Half zeven was de tijd om aan tafel te gaan. Nu daar op die groote tafel stond een fijne tulband, met een groeten pot koffie en het noo- digo bier. Langzamerhand kwam er do vroolijk- heid in, zoodat wij de ernstige toestanden er niet meer bij konden denken, ofschoon „tante Lies" ons waarschuwde, dat wij in do tegen woordige omstandigheden vooral niet teveel ru moer moesten maken. Heb duurde niet lang, of wij haalden een phonograaf er bij, van een familielid en alles was weldra in volle glorie. Daarin had de gansche familie veel schik, want zooveel solda- xen bad men nog nooit op een feest bij elkaar g'ehad. Een uit ons midden, do wachtm. 2 trompr. Drièssen, richtte tot bruid en bruidgom en fa- milio 't woord, Hij bedankte ben namens zijn kameraden voor hetgeen zij genoten hadden van het begin tot op heden. Na 't einde der r.ede een driewerf hoera voor bruid en brui degom. Daarna bedankte „Tante Lies" ook ons voor dezen gezelligen avond, welken wij hun hadden bereid en zo zou zoolang wij hier ble ven zdrgendat wij het niet slecht zouden heb ben. Ze was blijde dat ze in zulke tijden, nette menschen bij haar gekregen had. Hierna een daverend applaus en een drie werf hoera „Lang leve tante Lies en oome Frans". Daarna werden de lampions aangestoken, waar er een bij was met het portret van H. M. de Koningin, en die hing in het midden der eerepoort. Ondertusschen werd nog eenig vuur werk afgestoken. Toen alles ontbrand was op een vuurfakkel na, vormden wij een kring om „tante Lies". Daarna werd do laatste fakkel in brand gestoken en daarop volgde een bekende dans in de ronde met-- „Lang zullen ze levon". De geheele familie kon niet nalaten mode te dansen. 'Toen do fakkel uitgebrand was werd er nog eenige malen „hiep, hiep hoera" gehoord en 'fc feest behoorde tot het verleden. Wij wenschen onzen kameraden van harte, dat ze ook zoo'n goede inkwartiering mogen vinden. Hiermede brengen wij tevens nog dank aan de familie Swagemakers voor al het ge- noteno. Met vriendelijken dank voor de verleende plaatsruimte, geachte Redacteur, verblijf ik met de mee-ste hoogachting, een van de twintig kameraden Milicien H. DE GRUIJL. 2e Eskadron 4de Regiment Huzaren. Uit Sas van Cent. Een milicien schrijft ons uit Sas van Gent: 's Is Vrijdagmiddag 31 Juli. Aan allo mili ciens is een oproep tot opkomst met spoed ge komen. Den volgenden morgen is het aan allo stations een drukte, wel bedrijvig maar niet gezellig. Het afscheid van familie en bloedver wanten was innig, maar gedrukt. In alle treinen worden vrienden en bekenden ontmoet, allen in dezelfde kleedij, allen opge roepen om, als het noodig is, 't Vaderland met bun bloed te verdedigen. Do gebeurtenissen der laatste dagen vormen 't onderwerp van 't gesprek en vooral wordt gesproken over hete geen in de garnizoensplaatsen te wachten staat. Hoe viel alios mede. Eer 't Zondagmiddag was, waren wij allen gereed om bij den eersten op roep ten strijde tq trekken. Ernstige gezichten waren gezien bij met in ontvangst nemen der scherpe kogels en der noodrations. De eerste week ging alles geregeld en er werd niets gehoord, want de spanning was nog niet voorbij. Maar, men raakt aan alles gewoon, en daar wij nog tot geen vechten geroepen wer den, geleek de toestand op dien, wanneer wij voor ons nummer op zijn. En do klaagtoestand kwam. Natuurlijk, niet ieder soldaat heeft het door verschillende omstandigheden even goed naar zijn zin. En die omstandigheden veran deren dikwijls. Na een verblijf van drie weken moesten wij onverwachts naar de grenzen ver trekken. In vol veldtenue met den deken op den ransel marcheerden wij naar Vlissingen. Daar ging het op d© boot naar Terneuzen, om vervolgens vervoerd te worden naar Axel. Zondagsmorgens vertrokken wij naar Zuid- dorpe onder een heerlijke regenbui. Dnar zijn we, als soldaten, in Luilekkerland aangekomen. De bevolking had alles voor ons over en wij, een enkele uitzondering daargelaten, betoon den hun onze dankbaarheid door hun verschil lende kleino diensten te bewijzen. De kost was voor ons, soldaten, uitstekend. Onze sergeant- majoor, Bakker genaamd, wist, dat, wil een soldaat iets prestoeren, hij flink gevoed moet zijn. Toch hadden alle soldaten nog één wenscb. Een soldaat had naar huis geschreven, dat ZeeUusch-Vlaanderen, Noord-Brabant en Lim burg den oorlog hadden verklaard aan Neder land, en nu wilden alle soldaten gaarne r.og eens naar huis, want in allo garnizoenen gin gen zij met verlof, alleen in do grensplaatsen van Zeeuwsch-VIaanderen niet, zoodat onze bloedverwanten gingen denken, dat wij het verpeuterd hadden. Gelukkig voor ons, dat Nederland had afgeslagen. Bovendien past den soldaten, ziende op hun krijgsmakkers in do naburige landen, groote dankbaarheid aan God, die ons landtot heden bij den vrede bewaarde. Toonen zij die door trouw gebruik te maken van liet Militair Te huis, ons door de welwillendheid van den leeraar te dezer plaatse verstrekt. Onze Pierre. Landweermannen uit "Wesfckapelle schrij ven ons We gaan zoo dadelijk Yv estkapello verlaten en wat- liet ergste is... ook onzen Pierre. Vol gens lioogcr bevel zal hij alhier blijven, om ook de komende mannetjes door zijn kwinkslagen, zijn origineele grappen, 7,-at afleiding te be zorgen. En aan wien zou dat beter toevertrouwd zijn, dan aan defi pnpulairen karakter-humorist en lajidweerman Pierre Leenhouts! Nooit zullen we den avond van opkomst onder do wapenen vergeten. Het afscheid van onze dierbaren, het gevaarlijke van den toe stand, drukte ons neer; en in diepe stilte trok ken wo voort in don donkeren nacht naar onzen verafgelegen post. Nauwelijks echter buiten de stad aangekomen, werd de sombere stilte verbroken door een mop van onzen Piorro. Het was alsof een zonnestraal door de dikke wolken drong. De sombere gezichten werden minder strak on kwinkslagen deden weldra een vroo- lijken lach weerklinken. Sinds dat oogenblïk hechtten we ons aan Pierre. We voelden, dat hij zou zijn onze zonnestraal tijdens deze dagen van beproeving. En onze Pierre heeft met eere zich dat ver trouwen waardig getoond. Hij verdreef de neerslachtigheid, die zich soms van ons wilde meester maken. Op aanhoudend verzoek gaf hij bovendien twee genotvolle uitvoeringen, met vrijen toe gang voor zijn wapenmakkers. Ik behoef zeker niet to zeggen, dat hij- ons onvergetelijke avon den bezorgde. Vele lozers, die hem hebben zien optreden in de eerste-rangs-oabarets van Amsterdam, Rotterdam, Den Haag, enz. zullen dat het best begrijpen. De kapitein hoeft den schat in ons midden Verloren voorwerpen. Geachte kameraden, Om van eveutueelo schade verschoond te blij ven, vraag ik beleefd wie inlichtingen kan verschaffen aangaande koppel en bajonet 1747, 3e bat. 2e comp. 7e reg. inf., welke ik Woens dagavond nabij Tilburg in den trein ben kwijt geraakt. It. OTH. Ontspanning. Van het fort in den Sabina Henrica^polder schrijft men ons: Zaterdagavond, 12 Sept. j.l., werd de bezet ting van het fort Sabina Henrica verrast door de komst van een drietal heoren, studenten aan de Landbouwschool to Wagc-ningen, die in onze nieuw ingerichte cantine ons een uurtje kwamen opvroolijken door het zingen en spelen van tal van aardige liedjes en wijsjes. Jam mer was het, dat die hceren zoo kort konden blijven. Wij, die in ons afgelegen oord toch al zoo weinig afwisseling hebben, stelden hun ge heel belangloozo komst op buitengewoon hoo- gen prijs, en hopen dat zo ons zoo mogelijk nog eens komen bezoeken. Voor het Koninklijk Nationaal Steuncomité. Men schrijft ons uit Abcoude: Donderdagavond 10 Sept. jl. is in het Kerk gebouw der Ned. Herv. Geni. te Abcoude een orgelbespeling gegeven door den heer Frans Hasselaar, organist te Amsterdam, die ter ver vulling van zijn militaire plichten zich te Abcoude bevindt. Do orgelbespeling, waarbij de dames Meta Reidel, alt en Cato Vletter, viool, hare mede werking verleenden, werd door het talrijk op gekomen publiek, waaronder vele hoofd- en andere officieren en daar in garnizoen liggen de militairen, ten zeerste gewaardeerd. De door do militairen zelf gehouden collec ten komen ten bate van het Koninklijk Natio naal Steuncomité. ontdekt en wil hem nu niet laten gaan. Goed is onze compagniescommandantGeen boter in heel Nederland! Maar dat hij ons Piorro ontneemt, vergeven we hem nooit. We roepen onzen Piorro een spoodig on har telijk tot weerziens toe! Eenirje vertrekkende landxreermannen van \V estkapelle. Paatje leeft! Geachte Redactie, Beleefd verzoekt ondorgeteekende ©enige plaatsruimte in uw blad. In oen der vorige nummers van de Soldatencourant is molding Ïemaakt Yan het overlijden van den korporaal i ee u w e, oftewel Paatje, van Kampen. Dit bericht was onjuist, en nu men mij van allerlei kanten naar het afsterven van Paatje komt vragen, mag ik mij zeker wol van de Soldatencourant bedienen, om daarin to ver klaren dat Paatje van af don Mobilisatiedag (1 Augustus) een uitstekende gezondheid ge niet, en met veel opgewektheid in het tot can- tino ingerichte gymnastieklokaal (school Pa- ters(oeg) to Gouda worlczaam is. Hij vond het zeer onaangenaam, dat men hem als „overleden" had gemeld, waarom ik bet tegenwoordig© en oude personeel van het Instructiebataljon beleefd in overweging geef, hem, als blijk van belangstelling, hun naam kaartje, een Ansicht, of briefkaart te zenden. Ik voeg hier nog aan too. dat Paatje, met liet oog op zijn hoogen leeft ijd, hier door superieu ren en inferieuren mot groote onderscheiding wordt behandeld, uitnemend wordt verzorgd, en zeer gewaardeerd. Ontvang, M. de R. bij voorbaat mijn vrien delijken dank voor do plaatsing. R. H. ZUIDEMA. Serg.-maj. 8o Inf. Brigade, Gouda, 14 September 1914. Waaruit dus blijkt, dat wij slachtoffer van een vergissing zijn geworden. Maar Paatje zal het ons niet kwalijk nemen. Hem viel het zeld zame voorrecht te beurt, te kunnen lezen hoe „de krant" over hem schrijven zou bij het in gaan van Jiet eeuwige leven. En heb oordeel over Paatje was bar gunstig. LaD,g zal hij leven! RED. Vrijdom van port. Geachte Redactie. In het laatst verschenen nummer van het orgaan van den „Nederlandsohen Bond van Post-, Telegraaf- en Telefoonambtenaren", P. T. T., komt, met betrekking tot 't kosteloos brievenvervoer vau en. aan militairen, een ar tikeltje voor, waarin ik gaarne onderstaand gedeelte in do „Soldatencourant" geplaatst zag. „Wij waren in de gelegenheid het resultaat van deze, zeker goede en in dezen tijd billijke bepaling, waar te nemen en constateerden dat, evenals bij alle dergelijke zaken te constateeren valt, niet allen het goede er van op even bo- hoorlijke wijze wisten te waardeeren. Zoo za gen wij dat een man, die zeker nu het geen geld kost, buitengewoon verliefd raakte, 3 brie ven tegelijk aan zijn meisje verzond, terwijl weer een ander 10, zegge tien ansichtkaarten aan één adres stuurde. „Laten degenen die aan dit misbruik schul dig staan, bedenken, dat zij oorzaak kunnen zijn, dat zij' het voor zich zelf en ook voor allo anderen op die manier zouden bederven. Want het is duidelijk, dat op deze wijze voort gaande, de postadministratie, zelfs in. dezen slappen handelstijd, personeel te kort zou ko men. Laat men op bezadigde wijze van de gunstige bepaling gebruik maken en de ver leende vrijstelling niet misbruiken." Terwijl ik u, geachte Redactie, voor de op neming dank, raad 'ik hun, wien den schoon past, aan, de kleine terechtwijzing in dat stukje wel ter harte te nemen. Alphen a/d. Rijn, 15 Sept. 1914. W. H. r. li. Ceen verdeeldheid s.v.p.! Tilburg, Trappistenklooster, 14 Sept. 1914. Aan de Redactie van de Soldaten Courant! Ik zal u zeer dankbaar zijn, wanneer u onder staande in ons blad zou willen opnemen. Aangezien het contingent Israëlieten hij onze compagnie nog al groot is, c.a. 45 man, voort komende uit alle standen der maatschappij, is het zeer begrijpelijk, dat door enkelen onzer onwillekeurig een woord geuit wordt, dat hen kenmerkt als zonen van het oude ras. Maar dit behoeft geen reden te zijn om daarmee den spot te drijven. Te moer, waar in dezen ernstigen tijd alle samenwerking tusschen allen, van welk geloof of richting ook, zeer gewenscht is. Een en ander gaf reeds aanleiding tot min of meer ergerlijke staaltjes. Met nogmaals dankzegging voor de plaatsing verblijf ik Hoogachtend Uw dw. dn. A. F. Wij plaatsen deze klacht. Maar onze mannen en jongens zullen toch zeker wel verstandig ge noeg zijn om ^een verdeeldheid te zaaien. Opgewekte samenwerking en eensgezindheid zijn zoo noodig als brood, om in het belancr van ons allen onze moeilijke taak tot een goed einde te kunnen brongen. Wij zijn allen door den toe stand een beetje geprikkeld. Laten we nu ook oppassen oru, niet overgevoelig te gaan werden. Red. In ons vorig nummer gaven wij een kiekje op het verwoeste Belgischo stad, Dinant met de opgeblazen Drug. Dit kiekje geeft een afbeelding op Jiinant aan andere zijde der rivier. Deze boog van de brug staat nog, maar de huizen zijn verwoest- artikeltje, dat ik wel denk, dat onze jongens interesse-eren zal. Bij voorbaat mijn dank. Zaterdagavond 12 dezer zaten wij gezellig in de cantine, toen mij het volgende telegram gebracht werd: „Arrive de-main matin 8 h. 4? gare Leiden, vions de Rotterdam, Victor". (Arrivieer morgenochtend 8.47, station loeiden, kom van Rotterdam, Victor.) Groot was mijn verwondering dit te lezen, aangezien bedoelde Victor dienstplichtig is in België, en ik hem dus onder do wapenen geloofde. Ik zag dus zijn komst met verwondering en spanning te g?moet. Werkelijk kwam liij den volgenden morgen, en met hem een ander mijner vrienden, even eens dienstplichtig Belg. Hem zal ik Julien noemcu. Zich'er hetgeen zij injj vertelden vau het belog en do verovering van Luik, waar zij hun vaderstad (beide ziju Luikenaars) biel pen verdedigen. Toen de Duitschers over Visé naar Luik trokken, was hun compagnie de eerste die het vuur op do Duitschers opende. Zij vochten op een afstand van ongeveer honderd meter; moe dig, vastberaden en kalm. Volgons hun be weren zijn do Duitschers zeer slechte schutters, aangezien zij bet geweer niet aan don schou derdoeh onder den oksel nemen. Ook 1 i g- gon zij niet in tirailleur-linie, doch hurken neder en trekken hurkend voorwaarts. Een en ander was natuurlijk oorzaak, dat do Duit schers als hot ware weggemaaid werden. Doch steeds rukten nieuwe machten op, zoodat het op een gegeven oogenblik 5 tegen 1 was; de Belgen zagen zich genoodzaakt terug te trek ken. Dag in, dag uit vol schermutselingen, wer den zij in den nacht van 15 op 16 Augustus met eeri patrouille van ongeveer 20 man op verkenning uitgestuurd in do omstreken van Herstal. Eensklaps weerklonk in den stillen, donkeren nacht ven kort, maar veelzeggend, commando: „Hand© hoch" (handen omhoog). Zij zagon zich omsingeld door een groep Duit sche soldaten, verscheidene malen 6terker dan z-ij. Carré vormen en neervallen was het werk van een oogenblik. Krijgsgevangenen wilden zij niet zijn, dan liever sterven. En 6tand hiel den zij, do dappere kleine Belgen, en menige kogel vloog mot doodelijke zekerheid naar de Duitschers. Julien werd door een granaat aan den rechterwang gewond, terwijl verschillende van zijn kameraden sneuvelden. Eindelijk was de kleino troep helden tot 9 man verminderd en zagen zij zich genoodzaakt zich over te geven. Hunno wapenen werden hun ontnomen, gebroken en stukgeslagen. Toen wierpen zij zich op den grond en weenden als kinderen.... Do Duitschc officier, ven rechtvaardig man, kwam tot hen en zeide: „Ne pleurez pas, mes enfante, ne plourez pas, vous êtes des braves.... voyez tout ce qui me reste do mes 120 hom mes'. (Weent niet, mijn kinderen, weent niet... gij zijt dapperen.... zint wat mij is overgeble ven n mijn 120 mannen); toen riep hij zijn menschen bij elkaar en zij telden er 12. Zij hadden er dus 108 neergeschoten, alvorens zich over te geven. Ware helden. Krijgsgevangen waren zij nu, krijgsgevan gen, terwijl hun vaderland in gevaar istor- wijl hunne broodera doodgeschoten worden.... werkloos daar zitten en niets bunnen doen. Ob kan men zich niet do maehtelooze woede voorstellen die hen bezielt? Hoe vurig zij ver langen weer vrij te zijnvrij, om den vijand te bestrijden en terug te werpen Zij werden in de omstreken van Luik (bij Herstal) op een open veld, niet vele andere krijgsgevangenen geworpen en door Duitschers, met bajonet op het geweer, bewaakt. Tevens bevonden zich op afstanden van 300 meter van het kamp, en 500 meter van elkaaF, nog extra posten, om eene eventueel© ontvluchting geheel onmogelijk t© maken. Toch kwam hun plan hier tot rijpheid, en werd, helaas t-en koste van twee raenschonlevens, met succes volbracht. Zij waren vier: Victor. Julien en twee andere helden. Stil, op hunno sokken, slopen zij door de wacht, onhoorbaar onop gemerkt. Toen langzaam vooruit.... voetje voor voetje.... donk om den post.... hij wacht en waakt..., „haltwerda" klinkt het eensklaps door den stillen nacht. Nu aangepakt, de post wordt aangevallen en met eigen, geweer den I schedel, verbrijzeld. Helaas, hij heeft, nog een schot kunnen lossen en zoodoende alarm ge- I slagen.... Nu voort., voort.... hot gaat om bov leven.... do wacht achtervolgt hon.... snel, blik semsnel.... schoten vallen, volgen elkaar op.... ah, daar valt één der dapperen en r.poodig daarna een andere. Victor en Julien blijven nu alleen loopen.... voort.... voort, achtervolgd door den Dood. Eindelijk na drie kwartier loo- pens kom zij aan een boerderij. Dat is ©en Belg die daar woont, die zal ons helpen! En werkelijk, hij geeft hun voedsel ©n burgerklce- ding, verbrand hun uniform en alles wat even- tueel aan kan duiden dat zij militair zijn. Nu gaat bet verder naar Luik. Daar aangekomen laten zij zich, op valscbe namen, verlofpassen geren naar Maastricht. Dezo verlofpassen, in 't Dtiitsch gesteld, zien er als volgt uit Gcmeindcvcrwaltuna ron Lüttich. Herr hst dio Erlaubniss tich Frau von Lüttich zu begeben nachfür den Er Zeit ron Tago.dorf Militarzügc 6ie bcnützen und mus» am zurücl: sein. Liitiich, den 191! Der Bczirkskommandan Ohno Unterschrift und Stempel ungültig. In Maastricht aangekomen, begaven, zij zi li naar Rotterdam, om vandaar uit naar Ant werpen te gaan. Zij gingen in Rotterdam naar rnrjn huis, om mij te bezoeken, daar hun ver teld werd. dat ik in Leiden in garnizoen lag. Daarom bezochten zij mij te Ix-iden en ver trokken Zondagmiddag om 2.12 naar Antwer pen, om verder voor hun vaderland te strijden en zoo noodig, te sterven. Oprechte helden dus, die een wanr bewijs V3n moed geleverd hebben. Aan hen alle eer! Van do verschillende staaltjes der eigenaar dige, en helaas dikwijls treurige, toestanden, die thans in bet door de Duitschers bezette gedeelte van België heerscben, zijn do volgende wel de mooi to waard om aangehaald te wor den Als bij nacht of gedurende mistig weer een Duitsche troep slaags is geraakt Rot een anderen, en do commandant twijfelt of hij met Duitschers dan wel Belgen te doen heeft-, plaatst hij zich voor zijn troep, en roopt zoo luid h;j slechte kan: „Für Kaiser Wilhelm II". Do geheele troep herhaalt zijn geroep. Als nu de tegenpartij antwoordt met een eensluidend ge roep, zijn het natuurlijk Duitachers en word» het gevecht gestaakt; zoo niet, wordt het met verdubbelde woede voortgezet. 's Avonds om 6 uur moeten de straten ont ruimd zijn en de burgerij naar bed. Echter moeten aJle deuren en vensters gedurende den geheelen nacht geopc-nd blijven, opdat zij altijd onder bereik der Duitsche patrouilles staan. Dit mijnbeer de redacteur is, in hoofdzaak, hetgeen mijne vrienden mij vertelden. Ik hoop dat u het een plaatsje in uw blad; waardig keurt. Hoogachtend, A. SUTHERLAND, Morechpoort-kazer:' Leiden, 15 September 1914. Weer een Militair Tehuis. Men meldt Ons uit Nu ren Mot zulk oen praktische instelling heeft .Nu- nen oen begin gemaakt. Hier zijn ingekwar tierd enkele batterijen der artillerie. Op verzonk van den eerw. heer directeur hoeft de waarnemende Commandant, de Hoog- odgestr. heer kapt. Doorman, omringd door een staf van hceren officieren, do openingsplech tigheid verricht. Het- tehuis is een ruim en frisch lokaal, waar onze mannen een aangename ontspanning wacht na hunne vermoeiende morgenoefenin gen. Heb gaat er gezellig en vriendschappelijk toe. Voor lectuur, spelen, muziek consump tie zal rijkelijk gezorgd wonten, mitp do por- temonuale zulks toelaat. Daarom is ons r' welkom. Saluutl Een merkwaardige ontmoeting. Mijnheer de Redacteur, Gelievo mij eenige ruimte to verleenen in uw bladl tot het plaat-een van het volgende Copyright veroemgde Fotobureaux, Amsterdam De verwoeste brug tusschen Ombrefc en ïtausa aan de Belgiscl^-Fransche grens.

Krantenbank Zeeland

De Soldatencourant. Orgaan voor Leger en Vloot | 1914 | | pagina 3