No. 14.
Vrijdag 18 September 1914.
Orgaan voor Leger en VSoot.
Expeditie Soldatencourant.
K watta's
Manoeuvre ChocoSaad
Oorlogsnieuws.
STATEN-GENERAAL
Vereenigde Vergadering van de beide Kamers
Het woord van Cambronne.
De Fabriek „Kwatta" geeft wekelijks
een flinke bijdrage aan het NATIONAAL Steun
comité. NIET MET BELOFTE om te geven als....
Chocolade verkocht wordt, verleent men hulp,
doch met POSITIEVE GIFFEN.
Oplaag 50,000 exemplaren.
DE SOLDATENCOURANT
ADRES VAN REDACTIE EN ADMINISTRATIE: PAfcESTRI NA STRAAT 10,
AMSTERDAM, TELEFOON Z. 4968. DIT BLAD ZAL DRIEMAAL PER WEEK
VERSCHIJNEN. LOSSE NUMMERS VOOR MILITAIREN 1 CENT, VOOR NIET
MILITAIREN 2 CENT, ABONNEMENT ƒ1.50 PER DRIE MAANDEN.
VOOR ADVERTENTJFN WENDE MEN ZICH TOT JIKT ALG. ADV.-BUBKAU
ROÜMA CO., 220 HEERENGBAC'HT A'DAM. ADVEBTENTIBPRIJS PER
REGEL HO CENT.
Genera^i-majoor
A. L. KLERK DE REUS,
Divisie-commandant.
Geboren in het jaar 1856, in bet leger
getreden als soldaat, benoemd tot 2en lui
tenant 22 Juli 1877, le luitenant 12 Sept.
1882, kapitein 5 Juni 1895, majoor 1 Sep
tember 1903, luitenant-kolonel 12 Novem
ber 1906, kolonel 1 Mei 1910, generaal-ma-
joor 1 Mei 1913. Generaal Klerk do Reus
bezocht als luitenant de Hoogere Krijgs
school en was als kapitein secretaris van de
tbang vervallen Permanente Militaire
Spoor wegcommissië. Z.H.Ed.Gestr. diende
in den rang van majoor en luitenant-kolo
nel bij den Generalen Staf.
Do expeditie van De Scildatencourant omvat
thans reeds ongeveer duizend kleine en groote
zendingen. Met het oog op den omvangrijken
arbeid, wordt den heeren, die zoo welwillend
zijn Qe Soldatoncourant te verspreiden, beleefd
verzocht niet elke mutatie te melden. De cou
ranten worden in lossen verkoop toegezonden,
terwijl de overgebleven exemplaren niet terug
gestuurd behoeven te worden. Een gering ver
schil tusschen toezending en vraag komt er
dus niet op aan, terv/ijl een overschot voor
navraag gemakkelijk en noodig Is.
Wio een belangrijk overschot en vooral
wie een tekort aan exemplaren ontvangt,
blijft ons met mededeeling, s. v. p. onder vol
ledig on duidelijk adres V2n het onderdeel,
verplichten.
Door een nieuwe regeling van de Veldpost
zullen de couranten voortaan spoediger hun
bestemming bereiken.
DE EXPEDITIE.
Dinsdag 15 September 1914,
M opening ia» de ge wone lilting der Staten-Generaal.
De beer Van Voorst tot Voorst, die den
voorzitterstoel bekleedde, opende, nadat de
leden derbeide Kamers zich naar de Rid-
Het is ongeveer 7 uurals erevenwicht
is gekomen in de situaties der beide legers
een evenwicht waarbij geen van beide op
perbevelhebbers iets meer geven kan, zonder
aan zijne laatste reserve te komen. De posi
tie van Wellington is critiek, de opmarsch
dor Pruisen vordert niet genoeg om hen van
de overwinning zeker te doen zijn. Aan de
ordonnance-of'ficieren, welke hun orders
komen vragen en tegelijkertijd eene be
schrijving brengen van den onhoudbaren
toestand, antwoordt Wellington slechts:
Every man must stand his ground".
(Ieder man moet blijven staan, waar hij
staat).
Ney, die de vijandelijke linie heeft zien
wankelen, zendt kolonel Heymes naar Na
poleon en vraagt eenige versche troepen.
,,Dea troupes 1 Ou voulez-vous que j'en
prenne 1 Voulez-vous que j'en fasse?" (Ver
sche troepen, waar wilt gij, dat ik ze van
daan haal! Ik kan ze niet maken!) Hij
heeft nog acht bataillons oude garde en'zes
bataillons middel-garde. Da jonge garde is
reeds in hét gevecht, zij moet Plancenoit
verdedigen tegen de Pruisische voorhoede
onder Bülowbij den derden aanval der
Pruisen wijkt ze en laten ze Plancenoit in
d© handen der Pruisen.
Nu acht Napoleon hot noodzakelijk zijn
oude anorrebaarden in het vuur te brengen
derzaal op het Binnenhof hadden begeven,
des middags te 12 uur de vergadering en
liet door den griffier van de Eerste Kamer
voorlezen een Koninklijk besluit van 5 Sep
tember 1914 no. 38, houdende zijne benoe
ming tot voorzitter van dé Eerste Kamer
gedurende de zitting die Dinsdag aanving.
Do Voorzitter benoemde eene commissie,
die Hare Majesteit de Koningin in bet ge
bouw zou ontvangen en uitleiden.
De Ministers, hoofden van Ministerieele
Departementen, en de leden van den Raad
van State vereenigden zich, te één uur des
namiddags, mede in de vergaderzaal.
Hare Majesteit de Koningin, vergezeld
van Zijne Koninklijke Hoogheid den Prins
der Nederlanden, Hertog van Mecklen
burg, kort daarna in de vergaderzaal bin
nengeleid, nam plaats op den troon en
hield terwijl Zijne Koninklijke Hoogheid
de Prins naast Haar gezeten was, de vol
gende rede:
Mijne Heeren!
Onder zeer buitengewone omstandigheden
kom ik heden weder in uw midden. Wij
zijn allen vervuld door de gedachte, dat
een verschrikkelijke oorlog een groot deel
der beschaafde wereld teistert. Ons land is
dientengevolge in een toestand geraakt,
welke nog steeds onafgebroken waakzaam
heid eischt. Ik mag echter dankbaar vast
stellen dat onze vriendschappelijke betrek
kingen met alle mogendheden ongestoord
zijn gebleven. De volstrekte neutraliteit,
die Nederland in acht neemt en met al zijne
krachten zal handhaven, is tot dusver op
geen enkele wijze geschonden.
Tot mijne groote voldoening werd de mo
bilisatie van zee- en landmacht zonder eeni
ge stoornis in minder dan den daarvoor vast-
gestelden tijd voltooid. Beide deelen onzer
weermacht vervullen, met den hesten geest
bezield, hun vaak zware taak.
Diep begaan met het lot van alle volken,
die in den krijg zijn medegesleept, draagt
Nederland de buitengewone lasten, die het
worden opgelegd, gewillig, en ontvangt met
open armen alle ongelukkigen, die binnen
zijn grenzen een toevlucht zoeken.
Hot economisch leven ondervindt in al
zijn vertakkingen de drukkende gevolgen
van den toestand waarin Europa verkeert.
Het handelsverkeer met het buitenland
is tot zeer beperkt© afmetingen terugge
bracht.
De scheepvaart, voor zoover zij niet stil
ligt, gaat met ongekende moeilijkheden en
gevaren gepaard.
Voor de zeevisscherij geldt dit in niet
mindere mate.
Landbouw en nijverheid vinden, voor
zoover zij voor export werken, haar afzetge
bied voor een groot deel verstoord.
In den geld- en fondsenhandel bracht de
toestand een heftige crisis teweeg.
De toevoer van granen en van grond- en
hulpstoffen voor de nijverheid is zeer belem
merd.
Toch komt er eenige verlichting in den
druk.
Vasthouding en prijsopdrijving van le
vensmiddelen en huishoudelijke artikelen is
voorkomen.
De crisis in den geld- en fondsenhandel
is in banen geleid, die de mogelijkheid van
oen geleidelijk verloop daarvan openen.
Krachtig© pogingen worden aangewend
tot beperking van werkloosheid en tot voor
koming en leniging van nood.
Verschillende producten van land- en
tuinbouw on van de voedingsindustrie vin
den weer afzet, zoowel naar Engeland als
naar Duitschland en België.
De geregelde gang van zaken in do kolo
niën beeft veel te lijden van de stoornis in
post-, telegraaf- en scheepvaartverkeer.
Op handel, landbouw en nijverheid in
Nederlandsch-Indië is een zware druk ge
legd, doch, waar noodig met den steun der
Regeering, is door de circulatiebank en ver
schillende kredietinstellingen tot dusver mei
bevredigende uitkomst die druk verlicht en
een crisis voorkomen.
De invoer staat stil. Groote voorraden
uitvoer producten wachten op verscheping
en heropening der Europeesche markten.
Maatregelen zijn door de Regeering ge
nomen ter voorkoming dat gebrek aan le
vensmiddelen ontsta.
het le bataljon le regiment jagers laat hij
achter hij de boerderij Le Caillou ter be
waking van zijne equipages. Elf bataillons
worden in carré opgesteld langs den Brus-
selschen straatweg tusschen de boerderij
Rosgomme en Le Cailloutwee bataillons
worden aangewezen om Plancenoit to her
nemen; met slaanden trom mar cheer en ze
in gesloten colonne de aftrekkende jonge
garcle voorbij en, zonder een schot te lossen,
hebben zij in een half uur. Plancenoit weer
bezet en de Pruisen met de bajonet terug
gedreven. ->'i
Napcueon acht dit oogenblik beslissend:
Nu of nooit.
Plij geeft Drouot orders met 9 carrés op
La Haye Sainfce aan te rukken ter verster
king van Ney; zelf marcheert hij aan het
hoofd van het eerste carré. Gedurende den
opmarsch ziet hij het legercorps van Zieten
op zijn rechtervleugel bij Smohin debou-
cheeren. Hij is zich bewust van zijne uiterst
kritieke positie. Zonder Grouchy is zijn
lot beslist maar hij kan niet terug.
Zes bataillons van de garde staan gereed
het Engelsche centrum aan te vallen.
Napoleon geeft aan Ney het commando over
5 bataillons; met het zesde plaatst hij
zich tusschen La Haye Sainte en Hougo-
rnont. Ofschoon hij de hoop op Grouchy's
tijdige komst heeft laten varen, wil hij den
moed en het vertrouwen van zijne soldaten
niet schokken hij doét zijno ordonnance-
officieren de linie langs rijden om de aan
komst van Grouchy te berichten.
Het krachtvoedsel van het Nederlandsche Leger.
HEERLIJK VAN SMAAK. VERWEKT GEEN DORST.
De economische toestand der Inlandecbe
bevolking, wier bouding niets te wensehen
laat, is voor het oogenblik niet onbe
vredigend te noemen.
De toestand in Suriname behoeft, wan
neer de aanvoer van levensmiddelen, ook
van Regeeringswege ter hand genomen, be
stendigd blijft, geen zorg te baren.
De toestand op Curafao is onbevredi
gend. De handel ligt stil en er heerecht
groote droogte.
Op Aruba en Bonaire veroorzaakt de
droogte veel armoede en ziekte onder de
bevolking.
De aanvoer van levensmiddelen ook naar
de We6t-Indische eilanden is verzekerd.
In alle koloniën werden maatregelen ge
troffen tot handhaving onzer staatkundige
onzijdigheid.
Met vertrouwen doe ik een beroep op
allen, om ook in handel en verkeer met
zorgvuldigheid alles te vermijden wat onze
neutraliteit in gevaar zou kunnen brengen.
Waar ons volksbestaan eischt dat de bui
ten! andsche handel, voor zoover de om
standigheden toelaten, doorgaat, behoort
ieder handelaar zich bewust te zijn dat
zelfs de schijn behoort vermeden te worden
als zou in en door den Nederlandschen han
del partij getrokken worden voor één der
oorlogvoerende mogendheden boven andere
Ik "gevóel mij gelukkig dat mijn volk, in
trouwe plichtsbetrachting met mij ver-
eenigd, het vaderland tracht te dienen en
ik verwacht dat de eendracht, die zich alom
in het land heeft geopenbaard, tot den
einde zal worden volgehouden.
Met de bede dat God ons kracht moge
schenken, verklaar ik de gewone zitting der
Staten-Generaal geopend.
Hare Majesteit de Koningin, vergezeld
van Zijne Koninklijke Hoogheid den Prins
der Nederlanden, Hertog van Mecklenburg,
en voorafgegaan door de commissie, verliet
de vergaderzaal.
De Voorzitter sloot, nadat de commissie
in de zaal is teruggekeerd, de vereenigde
vergadering.
De officieren van het Miltitaire Huis van
de Koningin, die achter de staatskcets
in den stoet naar de Staten-Generaal te
paard reden, waren de adjudanten in bui-
tengewonen dienst luit.-gen. Rost van Ton
ningen, de generaals-majoors jhr. De Lan-
noy en Tonnet, de kolonels Froger en Van
Hoogstraten, de adjudanten in gewonen
dienst gen.-majoor baron Van Tuyll van Se-
rooskerken, gen.-majoor Graaf Schimmel-
penninck, majoor Graaf Du Monceau, kapi
tein jhr. Sickingh en luit.-kol. jhr. Van
Suchtelen van de Haare, adjudant van den
Prins, de ordonnance-offieieren le luite
nants jhr. Wittert van Hoogland, jhr.
Quarles van Ufford, jhr. Backer, laatstge
noemde tijdelijk adjudant van den Prins.
In de Ridderzaal waren aanwezig de ad
judanten der marine in buitengewonen
dienst vice-admiraal jhr. Röoll, Ellis, Stok-
huyzen en de kapitein ter zee Zegers Rijser,
de dienstdoende adjudant kapitein ter zee
jhr. Hooft Graafland.
De lcamerheeren in buitengewonen dienst
Maar "Wellington, aan wien het ook niet is
ontgaan, dat zijn centrum wijkt, aarzelt nu
ook niet langer met zijne reserves in het
vuur te brengenhij waagt het zelfs Chassé
met zijne Iiollandsch-Belgische divisie van
don uitersten rechtervleugel en, vooruit-
loopende op de tijdige aankomst van het ge
heel© Pruisische leger, eenige regimenten
cavalerie van den linkervleugel, naar zijn
centrum over te brengen.
Onder den kreet: ,,Leve de Keizer!"
vogrt Ney de 5 garde-bataljons in 4 colon
nes tegen het Engelsche centrum aan. Ney
met zijne generaals rijdt aan de spits; zijn
5e paard wordt onder hem doodgeschoten.
De vijand wacht rustig af tot de Franschen
op ongeveer 200 M. zijn gekomen en ont
vangt hem met een krachtig artillerievuur,
dat een bres in de gelederen schiet; niette
min gelukt het aan het le bataljon van het
3e regiment grenadiers om voor een oogen
blik de Engelsche batterijen te bemachti
gen, doch dit voordeel is van korten duiv
de Engelschen herstellen zich weer en ge
steund door de versche troepen van Chassé
worden de batterijen heroverd en de Fran
schen teruggedrongen.
Het le en 2e bataljon van het 3e regiment
der jagers, welke den rand van het plateau
bijna bereikt hebben, staan plotseling op
eenige tientallen meters van de Engelsche
garde brigades van Maitland, die in het
hooge gras liggende de Franschen hebben
laten voortrukken en thans plotseling opge
drongen zijn. Hunne eerste salvo's leggen
bij. de plechtigheid tegenwoordig waren
baron Van Zuylen van Nyevelt, baron De
Smeth van Alphen, jhr. mr. W. Röell,
baron van Asl>eck en baron Van Ittersum.
De Commissie uit de "beide Kamers
der Staten-Generaal, in de vereenig
de vergadering H. M. de Koningin in- en
uitgeleide deed, bestond uit de heeren Van
de Maesen de Sombreff, De Beaufort, De
Boer, Van der Kun, Van de Velde, Loeff,
De Visser, De Meester, Zijlma, Bavinck,
Van Deventer, Patijn, Knobel, De -u.u-
ralt en Bongaerts.
Ce overtocht der Duitschers over de Maas
en de verdediging van België.
Van militaire zijde schrijft men aan de
Nieuwe Courant":
Toen op den 26cn April 1904 liet Japansche
leger een aanvang maakte om bij Widsjoe do
Jaloe over te trekken, werd die rivier verde
digd door pl.m. 6000 man Russische troepen
onder generaal Sassoelitsj,. terwijl op pl.m.
70 K.M. ten Westen van de Jaloo bij Liaujan
het gros Van het Russische leger onder den ge-
'neraal Koeropatkin stond.
Vijf dagen hield Sas3oelitsj stand want eerst
li'.r— 1-ii Mei .was het- .Pipansche leger ter
sterkte van 3-3,000 man deze rivier overgetrok
ken. maar Koeropatkin inplaats van op te
rukken en den vijand, dien liij met groote
overmacht kon aanvallen, op en over de rivier
terug te werpen, bleef bij Liaujan staan en
gaf daardoor aan de Japanners gelegenheid
met het gros van hun leger deze, zoo gemak
kelijk te verdedigen rivier ongehinderd over
te trekken en hem den löen Juni bij Liaujan
met overmacht aan te vallen en te verslaan.
In alle krijgskundige werken wordt dit optre
den van Koeropatkin streng veroordeeld en
niettegenstaande dat heeft het Belgische leger
onlangs bij de verdediging van de Maas op de
zelfde wijzo gehandeld.
Nadat gedurende twee dagen do 3e Belgische
divisie bij Vise zeer dapper had gestreden trok
dio divisie op de hoofdmacht terug, aan de
Duitschers toestaande ODgelunderd da Maas
over te trekken.
Het Belgische leger bevond zich teen onge
veer in de lijn Diest-Landen en bleef daar een
afwachtende houding aannemen, .totdat de
Duitschers in zoo grooten getale overgegaan
waren dat terugtrekken het eenige middel was
dat overbleef om een totale vernietiging te
ontgaan.
In kleine voorpostengevechten behaalden de
Belgen menigmaal de overwinning, versloegen
herhaaldelijk de sterk opdringende Duïtsche
cavalerie maar maakten nooit van die. over
winningen gebruik om de Duitschers over de
Maas terug te werpen.
Het met do grootste doodsverachting bru
lde (dus prachtige) optreden der Duit-sche
cavalerie, belette niet alleen aan de Belgen
den opmarsch der Duitsclie legers te verken
nen, maar zorgde tevens dat zij niet vermoe
den konden hoe weinig Duïtsche troepen de
Maas gepasseerd waren, want thans is het geen
geheim meer dat gedurende verscheidene da
gen' het Belgische leger veel sterker was dan
de. ten westen van de Maas zijnde, vijand.
Een offensief optredend Belgisch leger had
dus, gedurende dien tijd. ongetwijfeld de Duit
schers op en over de Maas teruggeworpen en
een verdediging van die rimer door hot go-
heele Belgische leger zou een overtocht zooal
eenige honderden mannen neer, onder wie
generaal Michel. De garde wijkt hier en
daar hoort men reeds vlucht© wie kan"
roepen de wanorde treedt in.
Ney doet bovenmenschelijke pogingen om'
de reeds vluchtende Franschen tot staan te
brengen. De dapperste der dappersten is
bijna onherkenbaar; zonder steek, met ge
scheurde kleeren, zwart van het
kruit, met een gebroken abel in
de hand, roept hij generaal d'Erlon
toe: ,,d' Erlon, si nous en réchappons, toi
et moi, nous serons pendus" (d'Erlon, in
dien wij aan den dood ontsnappen, worden
wij beiden gehangen) en zijn soldaten: ',,Ve-
nes voir mourir un maréchal de France".
(Aanschouw het sneuvelen van een Fran
schen maarschalk). Tevergeefs zoekt hij den
vijandelijken kogel, die hem van den dood
door een Franschen kogel zou hebben gered.
Wellington geeft door het zwaaien met
zijn steek het teeken, dat hij de overwinning
.Is bevochten oordeelt en dat de geheele
linie gezamenlijk moet voorwaarts rukken
om het Fransche leger zoo mogelijk geheel
te vernietigen.
De drie laatste carrés der Oude Garde,
waarvan het 2e bataljon le regiment jagers
onder commando van general Cambronne,
staan nog aan den voet van La Haye Sain
te het is het eenige overschot van het leger
dat nog in orde ageeren kan. De vijande
lijke cavalerie, artillerie en infanterie, beurt
om beurt, vallen dezer laat-ste carrés met
overstelpende meerderheid aan. In ge-regel
Sectie I, bureau I van den Staf der Ie Divisie van rechts naar links: GeneraaFmajoor
Klerk de Reus, luitenant-kolonel van den Generalen Staf, chef van den Stan
Cr oockewit, kapitein der artillerie Jhr. Röel, 2e adjunct, kapitein van de
Generalen Staf Insingor, le adjunct.
niet onmogelijk, dan toch zeker zeer moei
lijk hebben gemaakt. Hadden terzelfder tijd
de Fransche legerkorpsen, die in noordelijk
Frankrijk ten westen van de Maas stonden,
een zwenking naar het oosten gemaakt, met
Sédan als spil, dan zou men een stelling heb
ben verkregen van Sédan tot Maastricht met
de zoo moeilijk te overschrijden Maas er vooi
en bovendien de versterkte plaatsen en forten.
Givet, Namen, Hoei, Luik en Argenteau in de
linie gelegen.
Deze stelling is zoo sterk dat hot bijna on
mogelijk ware geweest die in front aan te val
len, en daar een omtrekking uitgesloten was,
zou hot zeer twijfelachtig zijn of het op den
huidigen dag, den Duitschers reeds gelukt zou
zijn de verbonden legers terug te slaan en de
Maas over te trekken, maar zeer zeker zou het
onnnoemelijke offers hebben geko6t.
Dat de Franschen in gebreke rijn gebleven
de "Belgen ter hulpe te snellen is m.i. voor het
Belgische leger geen verontschuldig!ng om de
zoo gemakkelijk te verdedigen Maas tusschen
Hoei en Maastricht zonder tegenstand te bie
den prijs te geven en al het vergoten bloed van
het eerbied afdwingende dappere Belgische
leger, zou aan de Maas zeker nuttiger gevloeid
hebben dan thans bij Haelen, Aersohot, Meche-
len. enz.
Het hierboven staande is zoo eenvoudig, dat
men niet kan onderstellen dat de Belgische
generale staf zulks niet zou hebban geweten.
Er moet dus een overwegende reden zijn waar
om de opstelling is gekozen in de lijn Diest
Landen en niet de Maas en het zou mij niets
verwonderen als later zal blijken dat. die reden
de volgende was:
Natuurlijk beeft men in België lange jaren
een "studie gemaakt van een doortocht der
Duitschers door België, een bewijs daarvan is
zeker wel het aanleggen der duurzame verster
kingen aan de Maas, en toen is men hoogst
waarschijnlijk tot de conclusie gekomen dat het
ondenkbaar was dat de Duitschers in dat geval
Nederlands onzijdigheid zouden eerbiedigen en
de Maas aanvallen op het, reeds van nature,
zoo sterke gedeelte dier rivier, terwijl daaren
tegen een overgang tusschen Roermond en
Maastricht zoo gemakkelijk is.
De groote spoorweg-emplacementen bij Dal-
heim, die allc-en aldaar aangelegd zijn met het
oog op het uitladen van sterke troepenafdeelin-
gen, maakten een overgang ongeveer bij
Slaeseyck zoo aangewezen, dat' men den vijand
slechts van die zijde meende te kunnen ver
wachten.
In dit geval zou een opstelling onmiddel
lijk achter de Maas hoogst verkeerd zijn ge
weest, dan toch zouden de aldaar opgestelde
troepen in den rug en in de flank genomen
en naar het Zuiden opgerold worden, zie
daar dus een zeer logische reden voor een eer
ste opstelling van het Belgisch leger bij Tirle-
mont met het front naar hot Noordoosten en
in de flank gedekt door de forten van Luik en
Namen.
Zoodra bekend was dat de Nederlandsche
onzijdigheid gerespecteerd werd en dus de
de orde trekken deze helden terug, al wor
den ze bij honderden neergeschoten.
De Engelsche luitenant-kolonel Halkett
roept hun toe zich over te gevenhet his
torisch geworden antwoord van Cambronne
zou hebben geluid,,La garde meurt et ne
se rend pas". (De garde sterft; zij geeft
zich jiiet over.)
Een oogenblik later stort Cambronne
neer, getroffen door een kogel in het voor
hoofd. Als hij na eenige uren tot bezinning
komt ligt hij op het slagveld ontkleed en
geplunderd door de jakhalzen. Door Engel
sche soldaten opgenomen, wordt hij naar het
hoofdkwartier gebracht; door de zorg van
kolonel Campbell, die hem op Elba ont
moet heeft, wordt hij verpleegd en naar
Brussel gevoerd. Yan hier volgt hij later den
weg van alle andere krijgsgevangenen naar
heb kamp van Ashburton.
Het is te Ashburton waar hij voor het
eerst verneemt, hoe beroemd hij is gewor
den door zijn historisch woord, zooals dit is
opgenomen in het rapport over den slag bij
Waterloo in een Fransch dagblad van 24
Juni. Zijne kameraden, vol geestdrift, wen
sehen hem geluk met zijn roemvol antwoord,
maar Carbronne ontkent het: ,,Est-ce que
j'avais le temps de faire de la littérature?"
(„Gelooft ge dat ik den tijd had om gevleu-
gelden woorden te maken 1). Cambronne is
zeer bescheiden van aard en, ondanks den
drang door zijne krijgsmakkers op hem uit
geoefend, wil hij de eer van het historisch
woord niet aanvaarden. De daad acht hij
Duitecho troepen zich allen ten zuiden van
Maastricht l>evcraden, hiad ©nrofLcMelLijk hot
gehoele Belgische Joger naar do Maas moe
ten marehoeren on daar was tijd genoeg voor,
want do zwakk© vijandelijk© afdeelingon dio
zich toen nog ten westen van die rivier be
vonden, konden «laar geen beletsel voor we
zen- Aangezien dit geval blijkbaar niet voor
zien was, bouwde «!o Belgische legeraanvoe
ring op een valscbe basis en dan is het moei
lijk eensklaps de ideëen los te laten, die door
jarenlang» studio vasfcgeworteld zijn.
Den grootsten eerbied hob ik voor het dap-
are Belgische leger en voor Jfgi Belgische
volk dat toont geen opofferingen vb groot te
achten, waar het geldt do onafhankelijkheid
te verdedigen en dus schrijf ik cieze regelen
niet uit zucht tot critiek. Maar wel met het
oog daarop dat oolc wij, als wij voor onze neu
traliteit mochten lu bben te vechten, oen de
fensie ven oorlog zullen moeten voeren en dat
liet voor een verdediger verkeerd is veel plan
nen vooruit te maken. Men kan onmogelijk
voorzien wat een aanvaller zal doen, het méést
onwaarschijnlijke gebeurt in een oorlog en men
vergeet te dikwijls dat do aanvaller en niet
de verdediger zijn tegenpartij de wetten voor-
Bchrijft.
(Slot volgt.)
De toestand in den reuzenstrijd.
De reuzenstrijd jn Europa is nu werke
lijk in vollen gang. Aan alle kanten wordt
in de laatste dagen met de grootste hard
nekkigheid gevochten en er worden slagen
geleverd, als waarvan de wereldhistorie geen
voorbeelden heeft. Veldslagen, reusachtig
zoowel wat den duur betreft als het aantal
strijders, dat er aan deelneemt. Tien dagen
achtereen vechten nu reeds de Fransche le
gers tegen de Duitschers in 't noorden van
Frankrijk en vele honderdduizenden staan
daar tegenover elkaar. Dagen lang ook
duurt de strijd tusschen de Russen aan den
eenen, de Duitschers en Oostenrijkers aan
den anderen kant op de verschillende ge
vechtsterreinen in 't oosten en, om maar
iets te noemen, spreekt men er van vele
tienduizenden krijgsgevangenen, alsof het
maar niets is. In België is de strijd opnieuw
en met kracht uitgebroken. En ein
delijk is er nog een zuidelijk oor-
logstooneel, waar Serviërs en Oostenrij
kers elkaar best-rijden, waar de reuzenstrijd
eigenlijk is begonnen. Ook daar zijn de
vijandelijke legers in de laatste dagen in
volle actie.
voldoende en de historie is hier in overeen
stemming met de legendeCambronne'3
carré was inderdaad vernietigd.
Frankrijk was niet bevredigd met het
roemrijk einde van de oude garde. Toen
Cambronne tegenover zijn gevangen lcftge-
i.ooten te Ashburton had volgehouden geen
recht te hebben op het vaderschap van de
verheven phrase, zou hij er hebben bijge
voegd; ,,Je n'ai pas dit ce qu'on m'attri-
bue, j'ai répondu autre chose". (Ik heb niet
gezegd hetgeen rnen beweert, ik heb iets an
ders gezegd.) Hij had dus wel iets gezegd,
maar wat was dat „iets anders" Natuur
lijk een woord, dat hij niet meer herhalen
wilde of kern. Dan kon het ook niet anders
zijn dan een woord van vijf letters, in het
Nederlandsch een woord van zes letters, be
ginnende met st.... Cambronne heeft dit
vermoeden wel is waar nooit bevestigd,
maar ook niet tegengesvroken, een nieuw
dilemma!
Maar men vond gelukkig eene oplossing:
Cambronne was Vicomte geworden en la
ter gehuwd met eene Engelsche. Hoe kon
hij "uevestigen zulk een woord te hebben,
gebezigd 1Het was al te grof
Mijne bescheiden meening is dio van den
enkelen overgebleven snorrebaard van Cam-
bronne's bataillon, die, ondervraagd of hij
het woord van Cambronne op 18 Juni
heeft gehoord, antwoordde,,Pas alors,
mais depuis souvent". (Toen niet, maar
later dikwijls.)