Oorlogsnieuws.
Een vijand in onze
TT .'tl '<T'U
UIrZ.Jl.lXi "j
*%J gE3L2L3. ^Ln<El, k
L<£&j£4*
Copyright Yereenigde Fotobureaux, Amsterdam.
Gewonde Duitsche officieren, die door den dokter verbonden worden.
r sen wat ze noodig hebben om niet stijf te wor-
den van de inspanning.
10. Daarna vlug aankleeden en op stap.
Sommigen bevinden zich goed bij een looppasje
voor anderen is dit te vermoeiendieder moet
met zijn eigen gestel en kracht te rkde gaan;
maar slenteren is nooit goed en stilstaan of
aitten nog minder,
11. Dit alles is nu goed voor zwemmers;
i maar de anderen P Moeten zwemmers worden 1
IIn de grooto en middelmatige steden is er thans
overal gelegenheid om het te loeren; en voor-
i zeker zullen heeren garnizoens-commandanten
gaarne, voor zoover de dienst het toelaat, hier
toe verlof geven (bijv. de helft 's morgens voor
i het ontbijt ou de anderen even voor het middag
eten), en waar geen kosteloozc gelegenheid he
lstaat, met B. en "W. in overleg treden om zo
voor de militairen beneden den rang van offi
cier te verkrijgen.
12. Waar geen gelegenheid is, kan men
I toch op 't droge voor-oefeningen maken, die in
1 staat stellen om het met de noodige voorzich
tigheid verder uit zich zelf te leeren. Het
jongste no. van ILet Tumblad geeft hiervoor
uitstekende aanwijzingen, in 't kort aldus uit
te drukken
1. In oen gymnastiekzaal of op een excercitie-
i veld aantreden (in hemd cn witte hroek, liefst
I met gymnastiekpantoffels), op 4 pas onder-
IJingen afstand.
2.op één handen bijeenbrengen vóór de kin;
op twee armen omhoog strekken met de vin-
gertoppen aaneengesloten
op drie handpalmen naar buiten draaien en
armen gestrekt zijwaarts en omlaag brengen
hoe krachtiger, hoe boter.
3. a. op één linkerknie heffer, de punt van
den voet zoover mogelijk omhoog;
op twee linkerbeen krachtig zijwaarts strek
ken met do punt van den voet omlaag;
op drie 't been gestrekt bij 't rechter aan-
1 sluiten
b. hetzelfde rechts;
e. hetzelfde links en tegelijk armbewegin
gen als boven;
d. hetzelfde rechts evenzoo.
4. Op een matras of iets anders achterover
"-gaan liggen, zoodat de beenen vrij zijn; bewe
gen a". b., beide tegelijk;
5. dan in een gymnastiekzaal hangend aan
een gordeT onder de borst (liefst alleen in een
zwembroek gekleed) armen en beenen tegelijk
bewegen
op één intrekken, als boven beschreven;
op twee armen strekken (nu voorwaarts om
dat men voorover ligt) on beenen uitschoppen
op drie armen zijwaarts slaan en beenen
aaneensluiten.
6. Is hiertoe geen gelegenheid, dan kan
men 't ook beproeven in ondiep water, tot
aan de borst, met hulp van een zwemmer en
altijd naar den kant toe, en handen steeds
onder water houden. Ik, die dit schrijf,
heb het zelf zoo geleerd, zonder
vooroefeningen en geheel zonder zwem
onderwijs (dit bestond toen nog alleen te
Amsterdam en bij de zeemacht), door raad en
voordoen van andere jongens. Maar onderwijs
is beter, vlugger en voor jongens veiliger. Vol
wassen mannen, die hun verstand gebruiken,
hebben bij zelfoefening onder do zorg van
reeds geoefenden geen gevaar te vreezen.
7. Heeft men nu borstzwemmen geleerd, dan
wijst het rugzweminen met roeislag zich om
zoo te zeggen van zelf aan. Natuurlijk blijven,
dan dS"handen niet onder water, maar wor
den, zoodra de armen, langs hot lichaam ge
sloten zijn, er uit opgeheven en naar achteren
geslagende vingertoppen raken hierbij elkan
der, als de handen zich boven 't gezicht be
vinden.
En zwemmen of niet zwemmen nu en
clan kopje onder gaanmaar niet in 't duiken
oefenen, eer men zwemmen kan, ook niet in
ondiep water. En altijd, ook met 't hoofd
boven water, letterlijk mondje dicht 1
En altijd voorzichtig
M' ZuiDEMA.
volk zijn nu op u gericht!
Zorgt, dat niemand smalend kan wijzen
op 'n dronken landsverdediger en zal zeg
gen: „Kijk eens, die moet nu ons land ver
dedigen.
Laat ons nuchter en met heldere hersenen
waken voor onze onzijdigheid.
Toont, mijne vrienden, toont, dat gij u
werkelijk bewust zijt, voor welk een ernstige
zaak gij u gemobiliseerd hebt.
Gij, die daar onze grenzen bewaakt tegen
schending van onze neutraliteit, weet, dat
er een vijand in uw omgeving is, die u deze
waakzaamheid zal trachten te ontnemen.
Houdt verre van u den alcohol
Ziet gij om u heen zwakkere broeders,
houdt hen terug, belet hun te drinken.
Doet het voor hun zelf, voor u, ja, doet
het ter wille van hot geheele Nederlandsche
volk, dat vertrouwen stelt in ons.
Laat dit vertrouwen niet geschokt wor
den.
En gij, medestrijders, in den alcohol-
strijd, maakt een gordel om d'alcohol, -
belet 'u ieder het gobruik van alcohol, het
geen, en dit kan niet anders het ge-
hcclo Nederlandsche leger ten goede zal
komen.
Pionier.
Yoor de „Nc-derl. Onderofficieren
Geheelonthouders-Vereen.
Landgcnooten!
Nu, torwijl Europa in vuur en vlam staat,
en wij, Nederlanders, door onze regeering
zijn opgeroepen om te waken voor onze onzij
digheid is heb, dat 'k niet na kan laten
rnet enkele woorden te wijzen op 'n vijand,
die, terwijl wij vol waakzaamheid staan aan
onze grenzen of wel zijn op de forten
rondgaat, midden in onze gelederen en, kan
het zijn, onze waakzaamheid tracht af te
leiden en onze strijdvaardigheid tracht te
Verminderen.
Landgenooten, ik wil kort zijn.
In ons midden is de alcohol
Zijn er wel veel woorden noodig om u
daarvoor te waarschuwen
Komt u, bij 't noemen van 't woord
r ahohoi, niet êc-n reeks van treurigheden
voor den geest?
Ziet gij niet groote rijen van mannen,
wier leven voor altijd vernietigd is door dien
alles verwoestenden alcohol?
Ziet gij niet 'n groote scha.re van vrou
wen en kinderen voorbijtrekken op wier ge-
zicht te lezen is naamloos leed, alweer door
dien alcohol
En, diezelfde alcohol is het, mijne vrien
den, die nu ook zal trachten onze waakzaam-
heid te verslappen, onze weerbaarheid te
I verminderen.
O, wij geheelonthouders roepen u toe,
laat vooral nu, in doez' ernstige tijden,
waarin gevraagd wordt om alle geest- en
werkkracht van ons, militairen, niet een
enkele druppel alcohol onze lippen bevoch
tigen. Houdt alles, wat de geestkracht ver
lamt, verre, laat niet toe, dat de aleohol'
ook maar een oogenblik dó macht over u
heeft.
Wanneer gij in deze moeilijke tijden de
ij regeering werkelijk terzijde wilt staan, neemt
goen alcohol in, die straks uw hersenen zal
"benevelen en u onbekwaam zal maken bij
vervullen van uw taak.
Ingezonden
Ik weet niet in hoever 't opgaat voor ons
geheele leger en daarom zal ik maar niet
veraigemeenen wat ik ga zeggen. In ieder
geval is op 't fort, waar ik lig. de ontevre
denheid in allerlei opzicht groot. Daarover
wou ik 't hebben in de „Soldaten-courant".
'Niet óm te zeggen: wees nu maar zoo'n
beetje oppervlakkig in deze dagen, vergeet
al wat er vervelend en onaangenaam is in
uwe verhoudingen. Dat zou grenzen loos ver
keerd zijn. Want oppervlakkigheid is een
van de grootste oorzaken van veel kwaad.
Wie»een vrouw en kinderen achterliet in
grooten kommer om 't dagolijksch brood,
wie zaken moest verlaten, die niet buiten
hem, juist hè-m kunnen, mag ik niet aan
raden dat nu maar te laten loopen, niet
te veel daaraan, te denken, omdat er toch
niets aan te doen is.
Neen, maar sik wou trachten de oorzaak
van die onaangename sfeer op te speuren,
waarin 'n overgroot deel van ons leger
sohijnt te leven nu, nu alles mak blijft.
O, als er hard te werken viel, als er ge
vochten moest worden tegen 'n vijand, als
eiken dag ons leven in gevaar kwam, dan
zou dat niet zoo fataal op ons werken als
nu dit: te zitten in 'n fort, weinig uit te
mogen, niet veel meer te werken te hebben
en verder maar af te wachten.
Er ware aan afwisseling, de voorwaarde
voor waarachtig leven.
Maar óók: dan ware 't leven gemakkelij
ker. Nu is 't schóóner, omdat er strijd is,
zware strijd om ons zelf te blijven, om de
fut erin te houden, om niet te versuffen.
Wie nu de overwinning behaalt, is sterker
geworden, gestaald door den strijd.
Hoe zullen we bij geesfcdoodeud werk op
gewekt blijven en blij
Ten eerste zal alle egoïsme, alle zelfzucht
uit ons weg moeten, 't Groote gevoel van
saamhoorigheid moet ons beletten ons op
onszelf te voelen aangewezen. We moeten
zien, dat alle leden mee lijden als één lid
lijdt. Dat als wij ons werk slecht doen, de
geheele gemeenschap lijdt, leder moet zijn
uiterste best doen, al wat hij doet zoo goed
mogelijk te doen, anders is hij een schade
lijk element dat beter werd verwijderd. We
moeten in deze dagen onszelf wat vergeten,
ook tot ons eigen heil. Want als we moe
zijn zal 't heerlijke gevoel ons deel zijn, on
zen plicht te hebben gedaan, dat weten,
dat zaliger maakt dan iets anders.
In de tweede plaats moeten we zien op
't doel van al ons werken. Dat doel is niet
gering: de Vrede. Als ik, wanneer 't mij
opgedragen wordt, met moeitevol werken
'n ikuil graaf in harden grond, dan werk
ik mee voor den vrede. Wat u bevolen
wordt moet ge volbrengen in 't 'bewustzijn;
't is voor ;n hoogheerlijk ideaal: den Vrede,
dus voor 't 'heil van mijn volk, grooter: van
de menechheid, intiemer: van mijn verwan
ten en vrienden. ;t Doel heiligt 't werk.
Ik heb telkens hooren Wagen, dat men zich
zoo hard moest inspannen voor die onnoo-
zele twee dubbeltjes daags. Mannen, dat is
geen xedenoering. Als ge niets ontvingt.
zoudt ge óók moeten werken, ik hoop dat
ge voelt wat ik meen, als ik zeg: ik ver
wacht dat ge dan ook zoudt willen werken.
Dus: hard werken om uwzelfs wil.
Wat dan met de anderen, die u ter harte
gaan, en die ge thuis liet?
Nü zeg ik, wat ik in 't begin niet zeggen
wou: laat dat maar over.
Ge hebt uw plioht te doen en niets an
ders. Als ge doet wat ge doen moet en dat
met uw hc-cle hart, zal ook voor do uwen
dat werk vruchten dragen. Als ge lanter
fant, ontevredenheid koestert, onverschil
lig uw werk doet, kunt go niet verwachten
dab God voor de uwen zal zorgen. Maar als 1
go gaat over de. wereld in 't blij bewustzijn:
ik doe wat ik moet, dan zal uw juichtoon
zijn: Nooit zag 'k een Vriend, die zoo trouw
was als Jezus.
Sergt. J, J. L. v, Z.
Fort bij Rijnauwen,
j. Soldatenliedje in 1914.
Wij houden wacht
Bij dag en nacht;
Nog is liet vrede in 't land
Straks roept do trom
„Ik kom ik kom!
„Ik, laaiend© oorlogsbrand!"
Wie woort hem af?
Die zwak en laf
Op andren bouwt, vergaat
De ki-aclit dio huist
In eigen vuist,
Alleen behoudt don Staat!
Wij wenscben
vree,
Mot ieder volk en mensek;
Maar houden wacht
Bij dag en nacht
De wacht op Neêrlands grens!
1) Dit en 't volgende stukje verschijnen
èerstdaags in druk met muziek van Maurits
Kilisbergen Jr., miJie. 7o rcg. inf., ten bate
van hot Kon. Nat. Steunooruitó.
II. Soldaten-afscheid.
Vaarwel, zoetlief meisje
Nu kijk niet zoo bang!
's Is niet voor een reisje...
Misschien duurt het lang.
't Is niet om te schieten
Op schijf van papier.
Om bloed to vergieten.
Maar niet voor pleizier.
't Is niet om te zwerven
Zoo zorgloos, zoo licht;
Misschien ga ik sterven
Voor 't land ©n mijn plicht.
Maar o, als ik weerkom,
Stroomt vreugde om ons heen,
En streelt ons te meer, om
Den angst nu geleén.
En koin ik als Ridder
Terug uit het veld
De vrouw vindt d'aanbidtlor
Toch 't liefst in den held!
En waoht u de rouwe,
Mij 't doodelijk schot
Dan treuren en trouwe
Tot weerzien bij God!
WILLEM ZUIDEMA.
Ce losslar.d ie dsn reuzenstrijd.
In do laatste paar dagen heeft de toe
stand op de oorlogsterreinen zich weinig
gewijzigd voor zoover we op het oogen
blik althans kunnen nagaan. Op het weste-
lijk oorlogsterrein zijn do Duitschers nog
steeds aan .de winnende hand: de inneming
van Longwy door de troepen, die door
Luxemburg trokken, is een nieuwe zege
praal. Dat erkennen zelfs de Fransche
berichten, deze zeggen, dat die overwinning
„verwarring heeft gebracht in de maatrege
len met het oog op de ontwikkeling der
latere krijgsoperatiën en daarin wijziging
noodzakelijk heeft gemaakt."
Het voordeel, dat de Duitschers behaald
hébben, is in de eerst plaats ditdat de strijd
geheel is overgebracht op Fransch grond
gebied. Dit voordeel moet men niet gering
achten, vooral uit een moreel oogpunt.
Doch het is daarom nog volstrekt niet be
slissend voor den einduitslag. Het doel
der Duitschers zal nu zijn' verbinding te
zoeken tussehen de legercorpsen, die
in de Vogezen de Fransoho grens zijn over
getrokken en-die, welke door België zijn
gemarcheerd en in t Zuiden daarvan de
verbonden .Fransohen en Engelschen tot den
terugtocht hebben gedwongen. De inneming
van Longwy kan die verbinding zeer ver
gemakkelijken. Het noordelijkste Duitsche
leger trekt reeds door in Frankrijk in een
lange lijn, die zich uitstrekt over Valen
ciennes en Maubeuge. Duitsche cavalerie
moet reeds voorbij Valenciennes zijn en op
den weg naar Cambrai (Karaerijk), zij werd
echter door de Franschen tegengehouden.
Als nu de verbinding tussehen de Duit
sche legers in Noordwest-Frankrijk tot stand
is gekomen, kan men overgaan tot den alge-
meenen aanval. De legers der vijanden zullen
dan tegenover elkaar staan met een front
van eenige honderden kilometers, van Rijsel
tot Epinal. Het is duidelijk, dat de slag,
die daar geleverd zal worden, geweldig zal
zijn, doch dat de beslissing zeer wisselvallig
kan wezen. Over zoo'n uitgestrekt front kun
nen de gevechten een zeer verschillenden
uitslag hebben.
't Is mogelijk, dat Franschen op eenige,
de Duitschers op andere punten winnen.
Ook kan de slag van langen duur zijn en
zal stellig niet worden beslist in één dag.
Eenige dagen, misschien een week, zullen
eerst laten zien, wie de zegepraal wegdraagt.
Waarschijnlijk begint hef Duitsche leger
den aanval en zullen de vereenigde Fransohen
en Engelschen slechts verdedigend optreden.
Duitschland zet thans al zijn ontzagelijke
kracht tegen Frankrijkzelfs de landstorm
is nu opgeroepen, doch zal alleen dienstdoen
ter verzekering der etappe-liniën en de
bezetting van België. De troepen, die daar
totnogtoe voor zorgden, gaan insgelijks naar
het front in Frankrijk.
Op het Oostelijk oorlogsterrein is de toe
stand verward en onduidelijk. Er komen
verschillende en tegenstrijdige berichten van.
De Russen zouden reeds betrekkelijk ver in
Oost-Pruisen zijn opgerukt, Tilsit hebben,
bezet en Koningsbergen geïsoleerd. Dit
wox-dt echter niet ..bevestigd. Wel zijn
Puussisohe strijdmachten in Pruisen doorge
drongen, doch aan den andoren kant staan
er ook Duitsche troepen in Ilussisoh-Polen
met het pion om naar Warschau op te ruk
ken; insgelijks moeten daar nu Oostenrijkers
zijn, die zich zullen vereenigen met de
Duitschers. Daarentegen zijn er ook weer
Russen in Oostenrijksch Galicië gevallenen
hebben zij er de stad Tarnapol bezet. Het is
niet ge makkelijk te zeggen, wie op ditoostelijk
terrein aan de winnende hand is, toch is bljjk-
b'aar het Russische leger wel verder doorge
drongen dan het Duitsche legerbestuur
voorzien had. Een telegram aan keizer Wil
helm spreekt het leedwezen uit over het
binnendringen van vijandelijke troepen in
de provincie Oost-Pruisen.
Een besliste wending ter oene of andere
zijde heeft deze oorlog, die ook nog geen
drie weken aau den gang is, dus geeng-,
zins genomen. Voorspellingen over den eind
uitslag zal niemand durven doen, te minder
omdat op zee de strijdende partjjen nog
altijd in een staat van afwaohten.zjjn,
Boügsë.
Een bewoonster van Vleclcem, een dorpje
bij Aalst, kwam vanavond via Antwerpen te
Roozendaal aan. Zij vertelde ons eenige
staaltjes van den schrik, welko thans op
het Belgische land heerscht voor de ula-
ncn. Het geroep: „daar komen de ulanon!"
is reeds voldoonde om oen paniek onder de
bevolking der dorpen en gehuchten te ver
oorzaken en dan vlucht ieder. Mannen, die
met bloote voeten op het land werken,
laten alles achter en vluchten. Sommigen
lieten zelfs hunne vrouwen in den steek.
Op een boerderij, waar zes mannen werk
ten, vluchtten ook allen hals over kop,-
zonder zich om vrouw en kind te bekom
meren. Een burgemeester, die een auto
had, gaf het voorbeeld en rende zijn dor
pelingen vooruit den weg naar Gent op.
Onder de vluchtelingen was een jongen,
die slechts een zwembroekje droeg.
Later bleek dab er geen ulanen in aan
tocht waren en dat hondorden vluchtelin
gen voor niets uren hadden geloopen- De
zelfde panieken komen tegenwoordig her
haaldelijk voor en nu in verschillende dor
pen alle gendarmen en gardes-civiques naar
Antwerpen opgeroepen zijn, veroorzaakt dit
onder de dorpsbewoners groöfce angst.
De heer Henri Jansen uit Grave,
uitvoerder van een gedeelte der werken van
den spoorweg GentBrussel, die met zijn
vrouw en vijf kinderen van zijn tegenwoor
dige woonplaats, het dorpje Vleckem, naar
hier was gekomen, deed een soortgelijk ver
haal.
„Meer nog dan het verblijf der Duit
schers", aldus de heer Jansen, „veroorzaak
te de aankondiging van hun komst in ver
schillende plaatsen een groote paniek. In
Vleckem werd juist een kerkdienst gehou
den, toen iemand met het angst aanjagende
bericht binnenstormde, dat de ulanen in
aantocht waren. Allen, mannen, vrouwen
en kinderen, ijlden naar buiten en zochten
hun heil in de vlucht. Bijna niemand bleef
achter. Steeds maar voort holden de men-
schen, naar Aalst, naar Gent, in ieder dorp
je nieuwe opgewondenheid veroorzakend.
Het bleek een halve dag later, dat het
slechts een kleine patrouille Duitschers was
wier aankomst zooveel schrik had veroor-
zaatk. Zij deden tenminste in Vleckem geen
kwaad en vertrokken ook weer spoedig."
Omtrent heit spoorwegverkeer deelde de
lieer Jansen mede, dat hij er nog in slaag
de van Aalst via Lokeren en Sint-Nicolaas
naar Antwerpen te komen. De dienst op de
lijn Oudenaerde-Denderleeuw-Brussel is
echter geheel gestaakt. Te Denderleeuw is
de spoorweg door de Duitschers onklaar ge
maakt.
De strijd om Namen.
De „Köln. Volksztg." ontving van oog
getuigen het volgende verhaal over de inne
ming der forten bij Namen:
Vrijdagmorgen begon onze artillerie clen
aanval op heb eerste fort, waaruit slechts
weinige schoten vielen. De inschieting door
onze artillerie was zóó uitnemend, dat van
ons geen enkel schob miste. Zoodra onze ka
nonnen zich lieten hooren, verstomde het
vijandelijk geschut. Dien dag werden slechts
\veinige schoten op het fort gelost, daar
men nog alleen het oogmerk had de kanon
nen in te schieten.
In den nacht van Vrijdag op Zaterdag
beproefde de bezetting van heb fort een uit
val, die echter mislukte; zij werd door onze
troepen teruggeslagen. Duitsche patrouilles
naderden het fort zoo dicht mogelijk, hoe
wel het door loopgraven, mijnen en prikkel
draad versterkt was.
Zondagmorgen wer vroeg begon de Duit
sche artillerie de fo*"ten te beschieten. In
den namiddag ging de troep tot den storm
aanval over. Toen de Duitschers op ongeveer
150 meter voor het eerste fort vaste stelling
hadden genomen, werd er de witte vlag ge-
heschen. Een deel der bezetting trachtte te
ontvluchten, doch werd door de onzen on-
'der vuur genomen, waarna zij zich overgaf.
Do Duitsche troepen hadden bij den aan
val in het geheel ge-en gesneuvelden en
slechts weinige gekwetsten.
Do uitwerking van ons belegeringsgeschut
was vreeselijk. Een kruitmagazijn werd in
brand geschoten. Door de ontploffing werd
onder de Belgische soldaten een vreeselijko
slachting aangericht.
Negen kanonnen van zwaar kaliber, ©enige
lichter© stukken en de geheele munitie en
andere wapenen vielen den Duitschers in
handen.
Onder de gesneuvelden en gevangenen
bevonden zich ook eenige Franschen.
Evenals bij Luik werd ook voor Namen
volgens dit Keulsche blad in eenige
dorpen op de Duitschers door niet-militai-
ren geschoten. Overal waren de wegen met
hinderniseen versperd om den opmarsch te
belemmeren
liet gevecht bij Mechelen.
Over het twoede gevecht bij Mechelen,
dat Woensdag gelevrd werd, lezen wij in de
Matin van Antwerpen de volgende bijzon
derheden
De berichtgever van dit biad, die van
Antwerpen per auto naar Mechelen ging,
merkte te Mechelen op, dat alles daar heel
kalm schoen. Hij constateerde, dat de Duit
sche granaten geen belangrijke schade had
den aangericht. De toren van St. Rom ho ut,
is op geen enkele wijze getroffen. Op eenige
huizen ziet men nauwelijks de sporen van
heb vuren der Duitschers. Dit is in tegen
spraak met de beweringen van sommigen,
die zeggen dat er in Mechelen geen enkele
steen op den anderen is blijven staan. Even
voorbij Mechelen hoorde men het fluiten der
granaten. Ouzo kanonnen stonden achter
den spoordijk opgesteld en schoten zonder
ophouden, terwijl do Duitsche batterijon
zwak antwoordden, zonder veel schade aan
onze troepen toe te brengen. Te Sompst
hebben de Duitschers sporen van hun door
tocht achtergelaten. Alle huizen zijn ver
brand of met den grond gelijk gemaakt. In
de stallen liggen vele lijken van koeien.
Voor een boerderij liggen een boer en zijn
zoon dood. Zo wilden niet dienst doen als
gidsen voor de Duitschers.
Do berichtgever ging verder en hoorde een
hevige kanonnado. Hij zag majoor de Ger-
lache, een broeder van den bekenden ont
dekkingsreiziger, zijn troepen aanvoeren,
ondanks het feit, dat een zijner knieën
's ochtends door een kogel doorboord was.
Ook in de omstreken van Eppegbem werd
hardnekkig gevochten. Dit dorp werd door
de Belgische troepen krachtig beschermd,
totdat do Belgische staf het doel, dat werd
nagestreefd, als bereikt beschouwde, en
order gaf om terug te trekken. De grana
ten vlogen met hun sinister gefluit over de
hoofden der soldaten en barstten op het
veld -bii Hofstad© uit elkaar.^zpnder schade
Igllt Veieenigole Eotobureaux, Amsterdam.
Belgische vluchtelingen
op weg naar Nederland.
aan te richten. Een der grenadiers verbelde
„Ik ben den goheelon ochtend onder de
granaten geweest, maar ik raakte er gauw
aan gewend. In mijn geheele compagnie
zijn slechts drie mannen licht gewond." In
goede orde trokken de Belgen terug. Deze
terugtocht wordt als een overwinning be
schouwd, daar het doel bereikt was. Met
groote moeite slechts kon men de Belgische
soldaten overhalen, het gevechtsterrein te
verlaten. Twee compagnieën gingen ondanks
alles voort met vechten en men moest een
detachement gendarmen er heen sturen, om
deze dapperen te dwingen, terug te keer en,
daar zij alleen bleven in de nabijheid 'va;
sterke Duitsche troepen.
Na het gevecht van Woensdag trokken
de troepen met heb vaandel aan heb hoofd
terug in de richting van Antwerpen.
Omtrent dit gevecht deelt „La Metro-
pole" nog mede, dat den geheelen dag met
zeldzaam élan werd gevochten, waaraan
door verschillende forten werd deelgenomen.
Inzonderheid het fort Waalhem verleende
krachtdadigen steun. Tegen '2 uur kwam de
reserve der Belgische troepenmacht naar
-voren, om met vernieuwden moed het ge
vecht voort te zotten, en dengenen, die in
het gevecht geweest waren, rust te geven.
Tegen 4 uur nam het gevecht een eind© en
trokken de Belgen terug op do punten, die
door de omstandigheden werden aange
geven. Onder de soldaten heerschte een
geestdriftige stemming.
Den telegram van koning George aan
koning Albert.
ANTWERPEN. Volgens een officieus
bericht zond koning George van Engeland
aan koning Al beid het volgende telegram
„Ik ben ontsteld door het bericht van
het gevaar dat gij geloopen hebt door het
werpen van bommen. Ik hoop, dat de Ko
ningin en de kinderen niet geledon hebben.
Met bewondering volg ik de schoone wapen
feiten van uw dapper leger".
De Duitschers in België.
LONDEN. Een heer en een dame, die
Maandagavand Brussel verlieten, begaven
zich te voet naar Aalst, maar moesten terug-
koeren, omdat de Duitschers daar in de buurt
waren. Daarop gingen ze naar Mechelen en
van daar per rijwiel naar Ostende. Zij ver
tolden aan de „Times", dat in Brussel een
streng militair bestuur lieerscht. De burgers
zijn ten zeerste in hun vrijheid van bewe
ging beperkt. Enkele koffiehuizen zijn uit
sluitend gereserveerd voor de Duitsche
troepen. Melk, boter en eieren zijn zeer
duur. Bladen verschijnen niet. De Brusse
laars vreezen, dat als de Duitschers versla
gen worden en terug moeten trekken, er in
Brussel groote schade zal worden aange
richt.
Dinsdag zijn gendarmen met een 120 ula
nen slaags geraakt bij Leffinghe, drie mij
len ten oosten van Ostende. De Duitschers
werden verdreven.
Duitschland.
Generaal Léman te Maagdenburg
Generaal Léman, de vroegere comman
dant van Luik, is Zondagmiddag uit Keulen
te Maagdenburg aangekomen. In zijn ge
zelschap bevond zich, volgens de „Nordd.
Allg. Ztg." een Belgisch adjudant zonder
degen, terwijl de generaal zelf den hem door
generaal von Emrnich teruggegeven, degen
droeg. Aan heb station werd hij dooi'
eenige Duitsche officieren ontvangen cn
langs een dubbele rij Duitsche soldaten
naar een zij-uitgang van het station naar
buiten geleid.
Een dorp verwoest.
STRAATSBURG i. d. ELZAS. Uit
Dahlheim in Lotharingen wordt aan
do „Mörchinger Nachrichten" gemeld;
Nadab op 20 Aug. uit de huizen op de Duit
sche troepen was geschoten werd op bevel
van den militairen commandant, het dorp
beschoten en met den grond gelijk gemaakt
Dahlheim was ©en dorp in het district
Chateau Salins en had 286 inwoners.
De ondergang van de Magdeburg"
BERLIJN. Het departement van ma
rine deelt mede, dab de kleine krui
ser „Magdeburg", bij een toch in do
Finsch© golf, nabij het eiland Odensholm
aan den grond is geraakt. Het bieden van
hulp door de andere schepen was bij den
dikken mist onmogelijk, 'Daar het niet
gelukte het schip vlot te maken, liet men
het, bij don aanval van overmachtige Rus
sisch© strijdkrachten, in do lucht vliegen,
zoodat het op eervolle wijze is ondergegaan.
Onder het vuur des vijands werd door de
torpedoboot „V, 26" het grootste deel dor
bemanning van den kruiser gered. De ver
liezen van de „Magdeburg" en de „V. 26"
staan nog niet vast. Tot nog toe werd ge
meld zeventien dooden, een-en-twintig ge
wonden, vijf-en-tachtig vermisttob deze
laatste behoort de commandant van de
„Magdeburg". De geredden zullen heden
in ^aankompn^
Prins Luitpold van Beieren, f
MüNCHEN. Prins Luitpold van Beieren,
de oudste zoon van kroonprins Ruprechb,
is te Berchtesgaden aan keelontsteking over
leden.
(Prins Luitpold, 8 Mei 1901 te Bamboe
goboren, luitenant in het Bei©rscho le regi
ment veldartillerie, was cle oudste zoon van
Kroonprins Rupprecht en diens gemalin
Mane Gabriell© van Beieren. Hij was dus
bestemd om eens koning van Beieren te
zullen worden. De vermoedelijke troonsop-
volger wordt nu Prins Albrecht, die 3 Mei
1905 te Mijne hen werd goboren.)
Engeland.
Een Duitsche hulpkruiser in den grond
geboord,
LONDEN. In het Lagerhuis deelde
Churchill mede, dat de Duitsche hulp-
kruiser, het koopvaardijschip Kaiser
Wilhelm der Grosse", metende 14,000
ton en bewapend rr.et tien kanonnen
van naar schatting 4 inch door een Engel
schen lichten kruiser tot zinken is gebracht
ter hoogte van (plaatsnaam waarschijnlijk
door de censuur geschrapt.) Dit is een dor
weinige gewagende Duitsche hulpkruisers,
die er in geslaagd is zee te kiezen. De over
levenden werden aan land gezet vóór heb
schip in den grond werd geboord. Aan
boord van den Engelschen kruiser werd één
man godood en werden acht licht gewond.
LONDEN. Heb persbureau deelt me©, dat
Churchil het volgende telegram zond „Bra
vo Britsch oorlogsschip! Ge hebt een dicrisb
bewezen niet alleen aan Groot-Britannië,
maar aan den vreedzamen handel van de go-
beele wereld. De Duitsche officieren en be
manning schijnen hun plicht gedaan te
hebben met menschelijkheid en zelfbeper
king en waren daarom ©en zeemansbehand©
ling waardig."
Generaal Botha's zoon.
De Engclsohe bladen melden, dat de zeven
tien-jarige zoon van generaal 13otha_ die blijk
baar in Engeland op school is, zich als vrijwil
liger voor liet Engeloche leger heeft aangevuld.
D© knaap heel't dat gedaan zonder medeweten
van zijn ouders, wordt erbjj verteld.
Frankrïj k.
Generaal Jof/re.
Nu aller aandacht gevestigd is op do
krijgsverrichtingen op het Westelijk oorlogs
terrein (want alle aanwijzingen duiden er
op, dat voor het oogenblik het zwaartepunt
gezocht móet worden aan de Fransch-Bel-
gische grens, waar beslist zal worden over
de „eerste ronde") gaan natuurlijk veler
gedachten naar den man, in wiens hand
thans heb lot van heb Fransche leger berust
generaal Joffre, den Franschen gene
ralissimus.
Met ijzeren energie en zonder aanzien des
peracons hoeft generaal Joffre, sinds hij do
macht daartoe had, ervoor geijverd om den
Franschen soldaat zoowel als den Franschen
aanvoerder geschikt te maken voor hun oor-
logstaak.
Voel praten deod hij niet zijn daden
spraken voor hem.
Roods als knaap, vertelde de vroegere
afgevaardigde Pujade onlangs in een
Fransch blad, reeds als knaap was Joffre
zwijgzaam en gesloten. Maar tevens was hij
trouw en oprecht kameraad. Nog vóór
zijn zeventiende'jaar kwam hij op d© Poly
technische school nog nimmer was die
school zulk ©en jeugdig leerling rijk ge
weest. Nauwelijks ecu jaar later brak do
oorlog met Duitschland uit. Joffre deed
zijn plicht en trok te velde Na den vrede
kreeg hij al spoedig opdracht belangrijke
vestingwerken te ontwerpen en onder zijn
toezicht te doen komen.
Tijdens een inspectie op een dier forten
riep maarschalk Mac Mahon den luitenant
Joffre tot zich en zcide tot hem: „Ik wensch
u geluk, kapitein". Joffre was toen nauwe
lijks 22 jaar. Als vestingbouwkundige had
hij zijn naam gevestigd; telkens kreeg hij
nieuwe opdrachten, zeer tot zijn leedwezen,
want hij haakte naar het leven in en met
den troep. In de koloniën word hem de ge-
wensehte gelegenheid geboden. Even zwijg
zaam als hij in Frankrijk forten had ge
bouwd, ©ven bescheiden leidde hij zijn kolo
nialen ter overwinning.
Teruggekomen in Frankrijk, kon hij zich
geheel wijden aan de studie der hoogere
taktiek, en strategie.
Enkele jaren geleden schetsten kolonel
Rousset hero als organisator„Het is een
figuur uit den tijd van Napoleon I, uit den
grooten tijd."
Mot algemeene stemmen werd Joffre nog
slechts enkele jaren geleden, op voorstel van
generaal Pau, door de overige opperofficie-
ren tot opperbevelhebber gekozen.
Nimmer heeft hij persoonlijk ©enige
moeite gedaan om die hooge en verantwoor
delijke positie te verkrijgen. Hij had or
niet om gevaagd, maar liet zich ook niet
biddenhij nam aan en ging aan het werk.
Dat- is do mam die i'