No. 5. Donderdag 27 Augustus 1914. Orgaan voor Leger en Vloot. BERSSHT! Onder redactie van D. MANASSEN. Over de greppel. De Neilerlandsche vereeniging „Onze Vloot". Oplaag 52,000 exemplaren. E SOLDATENCOURANT ADRES VAN BED ACTIE EN ADMINISTRATIE: P.'LE3TRINASTRAAT 10, AMSTERDAM, TELEFOON Z. 4968. DIT BLAD ZAL DRIEMAAL PER WEEK VERSCHIJNEN. LC„ NUMMERS VOOR MILITAIREN 1 CENT, VOOR NIET-MILITAIRKN 2 CENT. ABONNEMENT ƒ1.50 PER DRIE MAANDEN. VOOR ADVERTENTLËN WENDE MEN ZICH TOT KOUMA's ADV.-BUR., 226 HEERENGR. A DAM. Door het Departement van Oorlog is een regeling getroffen nopens hot afdragen van geiden, uit den verkoop van De Soidatencourant ver kregen, waardoor opzending aan de Administratie der Soidatencourant achterwege kan blijven. In het Recueil Militair wordt hiervan mede- deeling gedaan. Er wordt van heden af door de onderdeelen der Landmacht dus geen geld meer aan ons adres toegezonden. Wat de onderdeelen der Zeemacht betreft, zien wij op den ouden voet wekelijks de afrekening der verkochte exemplaren tegemoet. Uit all^ deelen des lands stroomt ons thans de correspondentie toe. Die belangstelling verheugt ons zeer. Wat de verschillende vragen en opgaven betreft, oefene men s.v.p. eenig geduld. Wij zullen alles met de grootste nauwkeurighéid in orde zien te brengen. Maar splitsing b.v. van pakken in een aantal, bestemd voor kleinere onderdeelen, is door ons niet te bewerkstellingen als ons niet nauwkeurig de naam van het Korps wordt gemeld. Dan nog hebben wij de hulp van het Alg. Hoofdkwartier noodig. Er kan dus eenigen tijd mee heen gaan. Voorts zullen wij de grootte der zendingen steeds dichter bij de ter onzer kennis gebrachte wenschen brengen. De meeste verlangen gelukkig méér Soldatencouranten. Anderen kunnen met minder exemplaren toe en een hoogst enkele, b.v. uit een groot stadscentrum, zegt lectuur genoeg te hebben. Toch behoort ook hier De Soidatencourant thuis en blijven wij aan alle ons door het Alg. Hoofdkwartier verstrekte adressen door zenden. men bedenke toch, dat het goede doel, dat Do Soidatencourant in het leven riep, op aller medewerking mag doen hopen. De courant bevat niet alleen oorlogsnieuws. Zij bevat illustraties en beschouwingen, dS© men tevergeefs elders zoeken zal. Lezers, alle hens aan dek In geen enkel onderdeel van Land- of Zeemacht, klein of groot, mag De Soidatencourant tevergeefs naar belangstellende lezers uitzien. Het moet liefst overal gaan, zooals reeds bij vele compagnieën, die dringend om een bijna verdubbelde zending vroegen j De Minister van Marine. Wat van den Minister van Oorlog gezegd kon worden, geldt niet minder voor zijn ambtgenoot van Marine. Minister Rambon- Aan de Limburgsch-Duifsche grens. •Evenals... (wie was 't ook weer?) eens met z'n tegenstander over vredesvoorwaar den onderhandelde op een afgebroken rivier brug, zoo stonden thans de Duitse he Einnehmer en mijn persoon tegenover elkaai aan de greppel, die met geagiteerde houweelslagen, door den harden basaltweg was gebroken. Aan zijn rechterhand bevond zich de dreigende Pruisische barricade: loopgraaf, omvergeworpen kipwagentjes en voermans karen, een ontwortelde populier en daar vóór de stapel zandzakken met er tusscben door een zwaren balk, zoodat zich overal ■waar de rondbuilende zakken den balk raakten kleir.e schietgaten vormden. Aan mijn linkerhand de Hollandsche draadversperringvier of vijf dennenpalen in den grond gedreven on 't geheel als een v/eideomhei uing afgemaakt met gloednieuw prikkeldraad Vóór ik me had gewaagd tot de greppel, had ik de noodige voorzorgen genomen, 't Was nog zoo kort geleden dat do dorps dokter, toen hij met z'n auto wat te dicht was genaderd tot de barricade, zich plotse ling belaagd had gezien door een vijftal geweerloopen Aan de Hollaudscbe grenswacht stelde ik dus eerst voorzichtig de Vraag, of 't niet gevaarlijk zou zijn voorbij onze draadver sperring te stappen. M.aar de Brabantsche landweerman stelde me gerust: „Gaat maar 'ne keer kijken. Ze doen niks." Over de zandzakken gluurden eeu paar blozende gezichten, gedekt door een klep- loos uniformpetje. Ze lachten me joviaal toe. Inderdaad, die zagen er vrij mak uit. Toch zwaaide ik voor alle zekerheid, bij ■wijze van witte vlag, met m'n zakdoek en, om de draadversperring stappend, riep" ilc al uit de verte; „1st der Herr Einnehmer iauch da?" „Ah, jawohl, kommen Sie doch gleich ihsiüberv? net kent in deze dagen geen rust. De ver dediging te water van ons land met zijn lange kuststrook en zijn vele zeegaten en belangrijke steunpunten, is e6ii taak, die in haar voorbereiding alle aandacht en zorg van onzen Minister van Marine in beslag neemt. Minister Ra-mbonnet is kapitein ter zee. Blij is, zooals men weet, een bekend voor stander van een stevige slagvloot. In Indië verwierf bij het kruis voor moed, beleid en trouw, d" Militaire Willemsorde, - mooiste onderscheiding voor den soldaat. Als de „Soidatencourant" eerder het dag licht had aanschouwd, zou het hoofdbe stuur van de Ned. Ver. „Onze Vloot" niet nagelaten hebben om zijn oproep aan alle landgenooten, ook aan de redactie van dit nuttige blad too te zenden met verzoek om plaatsing. Desniettemin zijn wij deer Redactie er kentelijk, dat zij dien oproep toch in hare courant opnam en twijfelen niet, of de Re dactie zal mij vergunnen oen on ander om trent het allereerste resultaat mede te dec- lcn. Ik zeg het allereerste resultaat, want niet waar wij zijn slechts in het begin en heb hoofdbestuur vertrouwt dat de bronnen, waaruit geholpen kan en wil worden, nog Maar ik bleef vóór de greppel én van de andere zijde naderdo dc groen geunifermde douanechef. „Etwas Neues J" „Nicht viel. Ick hab' mir das mal ange- sehen bei Maastricht." Ah soKommen Sie doch schnell ker- über „Houclt ge me niet daar?" „Ah, welnee." 't Heele troepje van den Duitschen grens post, mannen van den landstorm en een paar grenskommiezon, kwam bij elkaar onder den pereboom naast 't buis van den Einnehmer. „Etwas Neues?" ,,'n Klein voorpostengevecht in Noord- België, tusscben Hasselt en Leuven, bij 't dorp Haelen." „Ah .jawohl.Haelen." Dab wisten ze al. Maar dat er niet moer dan 'n 5000 man aan weerskanten hadden gestaan, vonden ze vreemd. In 't kantoor van den Einnehmer hebben we toen verder ons oorlogsgesprek gehou den. 't Is daar niet meegevallen bij Luik", kon ik niet nalaten te zeggen. Maar ze lachten wat, schouderophalend. „Weet ge hoeveel man er voor Lüttich waren „Niet meer dan 'n 5000." Maar dat moest ik tegenspreken. Tot we accoord gingen, dat er in 't begin niet meer dan 'n 5000 waren geweest. „België bad ons moeten laten doortrek kenNeutraliteit handhaven?.... Tegen over wie?.... Alle Europeesche Groszmach- te haben jetzt Krieg.... Pro forma zich ver zetten.,.. Maar België is französisck...., das ist der Witz... Allein mach 's ja doch nichts. Das Manneke hebben de onzen even aan de Jacke gepakt...." „Maar waarom duurde dat zoo lang daar bij Luik?" „Ja, wissen Sie.... Fiiuf Armee-korpsen zijn daar België ingetrokken. Voor Lüttich was niet meer dan één Pruisisch Armee korps.., Wo sind die yier übrigen lang niet opgedroogd zijn. En dan, wij zijn voor onze matrozen en onze soldaten neb kinderenals wij b.v. zeggen„Een kinderhand is gauw gavuld", dan zeggen wij tegelijk „een kind is nooit tevreden, hot wil altijd meer hebben." en voeg er bijvelen kleintjes maken één groote." Met twintig man een stuiver en No. 21 een postwissel van 21 ct. "brengt men aan „Onze Vloot" een postwissel van f 1 voor de kameraden op zee, aan de grens, of in de for- Ik kan voorhands u alloon wat mededee- ten, voor wie geen muziekgezelschap, geen lea van wat welwillende harten aan ons tooneelvereeniging kan spelen, hoe graag hoofdbestuur zonden. De tijd is nog te kort ZIJ zouden willen. dan dat wij ook maar één enkele opgave En ten anderen, gij makkers, die het zouden hebben van wat andere welwilleuden financieel wat beter kunnen doen, koop den aan onze 25 afdelingsbesturen deden toe- heer Sandberg, als hij straks bij u komt, komen l wat af van wat hij medebrengt, want met Behalve een flinke som geld, circa 40,000 i waar CEn kisti6 sigaren gekocht en betaald sigaren, eenige honderden kilo's tabak en f'lft kas v00r d« rnipder bedeelde verschillende versnaperingen, hebben wij j geraden. Ln duur zijn zij met. een paar duizend boeken er. tijdschriften 1 ?n slotte medeburgers die dit lezen, en allerlei spelen (reserve, halma, beleg,- bedenkt het zelf en zegt. het aan vrienden - - - en kennissen: „Onze Vloot kan alles en nog wat gebruiken, neemt alles aan, kleine a,nt i» en oroot,e o3,7011 'Q jgeld en f" g°öd, en is echter organisatie noodig. Hulp om te ent" I met f oog op de mogelijkheid van eenige 1 i maanden mobilisatie wel gauw dankbaar, vangen en te sorteeren gewerd ons 111 ruime f i i ook wel tevreden maar zal niet gauw kan- mate van dames, padvrndrfe en jonge man- *3 „en die gaarne voor het doel willen medo- Prenf dat mJ,.urvast in uw hoofd ®u'., lang de mobilisatie duurt, dan zult gij de Met dé "ommiHie die geld inzamelt om j maJnek die v00r uw0 „„iligheid Jal!c„ aan de soldaten tabak en sigaren te ver- i met vergeten. ringspel, dominosteenen, colorito, en puzz- les, enz.) ontvangen. Voor de richtige verdeeling van alles 1 strekken werd aanraking gezocht en eene j regeling getroffen, waarbij een in bet be- 1 lang van de betrokkenen overeenstemming 1 werd verkregen. Eveneens werd met heb Algemeen Neder- landsch Verbond eene regeling getroffen j waarbij de distributie van lectuur zoo voor j leger als vloot zoo juist mogelijk geregeld werd en last but not least vermelden wij dat jhr. G. C. S. Sandberg zich welwillend bereid verklaarde in overleg met de mili taire autoriteiten en de afdelingsbesturen onzer vereeniging ter plaatse de versnape ringen en verschillende spelen etc, persoon-', lijk te gaan uitdeelen. Mannen, kameraden, op de vloot en, aan de grens, wij ontvingen behalve de be wijzen dat zoovelen gaarne willen medewer ken om uwe zware taak te verlichten dikwerf zulke heerlijke staaltjes van me deleven met u allen. Wat zegt ge b.v. van dien jongen van ca. 15 jaar die een flink pak Kwatta komt brengen, blijkbaar be taald uit zijn spaarpot en die niét zeggen wil wie hij is. Het was zeker oen aanstaand zeeman want het antwoord was: „Dat doe+ De administrateur van „Onze Vloot" J. BOELEN. Een en ander over he! We Kruis. II. (Slot). De slag bij Solferino had plaats op 24 Juni 1859; de zege was aan de zijde der Fran- schen gebleven, de vervolging van de Oos tenrijkers gestaakt, elk der legers betrok zijn kantonnement of bivak en alleen bet gekerm van de gewonden brak de stilte van den nacht af. De morgenzon van den 25en Juni, be schijnt eoii schouwtooneel, te vreesdij k dan dat men, zonder ooggetuige te zijn geweest, zich een goed denkbeeld van zou kunnen vormen. Het slagveld is overal bezaaid met lijken van menschen en paarden; langs de wegen, in de grachten, langs de heuvels, in de boschjes, in de wei en overal liggen'lijken iTiiri... en in de omstreken van Solferino liggen ze ei- niet toe, maar 'hot is voor de*matrozen bij hoopen. De velden zijn plat geloopen, Of van dien oude van dagen die gaf wat hij heeft en die er bij zegt„voor de solda ten van een oud militair, grensbewaker van 1870". Begrijpt gij wat bij voor u \oelb en dan, als hij bij u mocht kunnen komen zult gij hem dan hartelijk bedanken, den man die zijn drie weken vacantia be schikbaar stelt om met zijn gramafoon uw eenzaamheid op t© komen vroolijken. Ja mannen, weet het en, ook als er nog veel meer van u gevraagd mocht worden, put kracht en opgewektheid uit de weten schap dat. heel de natie voor u voelt, met u medeleeft e-n rotsvast vertrouwt op uwe toewijding en uw plichtsbesef. Velen uwer kunnen medewerken om ons werk te steunen en een steentje, zelfs een flinlten steen bij te dragen tot bereiking van ons doel. Vooreerst gij allen die dit leest en die in de garnizoensplaatsen zooveel genieten, denk eens aan uwe kameraden die in minder gunstige omstandigheden hun plicht ver vullen. Laat u niet weerhouden omdat gij maar weinig te geven hebtwant dan her baal ik „een kinderband is gauw gevuld," 't Leek wel 't spelletje van 'k zie, 'k zie, wat jij niet ziet... Ik kon 't raadsel niet oplossen, onderstelde alleen, dat ze op trokken tegen 't Belgische leger. „Ach was... Das Manneke... Die vier zijn scbon lange wei ter... Stehen schon bei Reims „Maar hoe kunnen ze dat dan, met 't geheele Belgische leger en de stelling van Antwerpen nog onaangetast in den rug?" Voor den Einnehmer was dat alles quan- tité négligeable... Lüttich und das ganze Belgenland da met een breeden arm zwaai wees hij zuidwaarts is Duitsch. Overal is Duitsch bestuur ingesteld. In Lüttich ook; worden door de Regiments- muziek al uitvoeringen gegeven. „Ich will 's erklaren... Duitschland heeft 24 Armeekorpsen, Frankrijk 15. Dan kómt Beieren met 4 Armeekorpsén, Sachsen, Wiirtemberg, Baden, ieder met 2... De Duitselie Armeekorpsen sind urn ein Viertel grooter dan de französische... Duitschland moet vóór alles zorgen, dat de Haupt- schlaclit in 't Ausland geleverd wordt... Komen do Franschen in Duitschland, dan is Pruisen verloren.... Duitschland moet op trekken, de grenzen over... Das ist der Witz...." „Frankrijk heeft 15 Armeekorpsen van zooveel duizend manauf Papier. Pruisen alleen heeft or 24.... die sind alle kompleté, so liegt dör Hase in Pfeffer. ,.Mit der Flotte ist 's g'rade so. Engeland heeft 10 Schiffe tegen Duitschland 6. Dat is bekend. Maar als Engeland 10 Schiffe heeft, dan heeft Duitschland er ook 10 „Engeland heeft onze kolonies genomen... Laat zo hun gang gaan. Ze mogen ze alle nemen, 's ist gana egal... Wenn der Krieg urn ist, dan krijgen we ze alle terug.... en méér. Da liegt.der Hase im Pfeffer." Aan 't loket in den buitenmuur klopte een werkman. Hij zag er wat vreemd uit in z'n werkmanspakje, 't hoofd gedekt door een te groot zwart hoedjo. Naast hem stond z'n vrouw, zenuwachtig heen en weer du wend een kinderwagen met een baby en al lerlei lijfgoed. „Wat wilt 26?" vroea de Einnehmer. hét korén vertrapt, de dorpen zijn verlaten en overal ontwaart men de uitwerking van het kanonvuur; de muren der huizen wagge len en de bewoners, die 24 uren verscholen hebben gezeten, komen met angstigen blik te voorschijn. De gekwetsten die daar liggen zijn bleek en uitgeput, zij die zwaar gewond zijn, rich ten hunne starende oogen naar n toe, som migen razend van pijn, smeeken dat men hen af make. Hier en daar ziet men hoe de dieven de hyëna's van het slagveld sommige dooden geheel hebben uitgekleed, ja, de gekwetsten niet spaarden die nog teeken van leven gaven. Gebrek aan drinkwater maakt bet lijden der gekwetsten ondraaglijk. Drie dagen en drie nachten was men bezig om de lij kon, die op het slagveld waren blijven liggen, te begraven, doch velen, die in sloot of bosch lagen, werden niet opgemerkt en ver spreidden een vreeselijken stank. Nog veel ellende zou beschreven kunnen worden, doch het is genoeg om bij u de vraag te doen opkomen: werd er dan bij dien slag van Solferino niets gedaan om al Copyright Yereenïgde Fotobureaux, Amsterdam. Onze courant komt niet alleen in handen van leger en vloot. Ons kiek>e toont ons een stoeren zeerob, die aan boord van zijn trawler de Soidatencourant stond te lezen. De uitnemende foto's, waaraan wij dit en ons vorig kiekje ontleenden, danken wij aan de „Vereenigde Foto-bureaux" te Amsterdam, die ze ons welwillend voor „De Soldaten- courant." afstond. Een thans getroffen regeling zal het ons mogelijk maken „De Soidatencourant" zooveel mogelijk te illustreeren met foto's van dit bekende bureau. dat lijden zooveel mogelijk te verzachten? Het antwoord hierop is: Ja, er werd gedaan wat met mogelijkheid gedaan kon worden, doch het Roode Kruis bestond riet en daardoor was behoorlijke hulp onmogelijk. Hoe toen de verzorging van dooden en gewonden geregeld was, zal met een paar woorden worden aangegeven, de Fransche regeling strekke tot voorbeeld, omdat die beter georganiseerd was dan de Oostenrijksche. In het Fransche Leger werd, per com pagnie, een zeker getal manschappen aan gewezen om de dooden op té zoeken en te begraven, zij teekenden bet wapennummer van den doode op en met behulp daarvan werd aan de- familie kennisgeving van over lijden gedaan. De gewonden werden door de zorg van de Intendance opgenomen, m karren gela den en naar de dorpen of gehuchten ver voerd, die in de nabijheid lagen. Hoe de toestand was, blijkt uit hét vol gende. De generaal Auger had een schot in den schouder gekregen, 24 uren. zat de kogel in de wond, alvorens gelegenheid ge vonden kon worden die er uit te halen. Het was te laat, het koudvuur was ontstaan en de dappere generaal bezweek. Gebrek of liever afwezigheid van hospi taalsoldaten en doctoren waren de oorzaak van den dood. Zoo iets zou bij de tegenwooidige orga nisatie onmogelijk wezen. Het was op.de dagen van 25, 26 en 27 Toen reikte de man een bundeltje papie ren over. „Probeeren om werk te vinden." „Bij wien wilt ge dan werken." Ja, dat wist de man ook niet. Maar bij bad toch papieren. En vóóral wees hij op een erg beduimeld en verfomfaaid papier, dat de Einnehmer tevergeefs probeerde te ontcijferen. „Hier, Sie können das vielleicht lesen!" Ik sloeg 't papier open. Een bewijs van Nederlanderschap was 't, afgegeven in Zuid-Holland. Aan alle kanten was 't be schreven en bestempeld en beplakt met postzegelstrookjes. Maar de Einnehmer was niet te vermurwen. „Gaat maar weer terug." En over de greppel verdwenen weer de zwervers. In Duitschland mochten ze niet, als ze er geen bepaald werk hadden. Verschillende malen klepte nu 't loketje open en dicht. Fabrieksarbeiders, die na afloop van 't werk terugkeerden naar Hol land, lieten hun bewijs zien. Maar telkens ook lew am er weer een, die probe ?rde om toegelaten te worden, ten einde werk te kunnen zoeken. Onverbiddelijk werden ze terug gewezen. „Al zulken mogen we niet binnenlaten. Das ist Gesetz. Maar overigens hebben wc opdracht direct vom Kaiser om den Hollanders op de meist liebenswürdige wijze te gemost te komen." Of 't bij lie» ook zoo moeilijk was om aan zilvergeld te komen? vroeg ik. Maar daar van ondervond hij totaal geen last. Ging zijn vrouw in de naburige stad boodschap pen doen en kon men haar- niet terugge ven van papieren geld, dan had zij 't recht om de waren mee te nemen... „Das ist Gesetz..." En niets mocht duurder ge maakt worden. Maar zeker was ook de schade voor Duitschland enorm. Aan de grenskantoren alleen b.v.... Hij ontving per dag anders 'n 500 Mark Zoll. Zijn collega, een post verder, 5000 Mark. Dan waren er de kan toren aan de Ba'nn, waar op sommige dagen wel voor 4 millioen verzollt werd. Voor 't geheele rijk beliep 't zeker per dag wel 'n 10 millioen, alleen aan Zoll. Toen kwamen we weer op 'b oorlogster rein. „Als Engeland maar niet in Vlissmgen valt", opperde de Einnehmer. „Dan moest Holland toch partij kiezen", meende hij. „Zou 't.voor Engeland of voor Duitsch land zijn?" ,,'tZal zoowel Engeland als Duitschland keeren", hield ik vol. Maar direct was er weer 't geringschattende in z'n toon, als toen hij sprak van 't Belgische Manneke... De spoorbrug laten springen zeker'? En dan Holland kon niet anders dan zich DiTri-scbland zuschlagen. En met een blik naar "t noorden voegde hij er bij Es'lie gen da 150.000 man om Holland te hel pen.... Totaal werkloos liggen die daar te wachten..." Maar ik schudde het hoofd en verze kerde, dat we ook dis aangeboden hulp zou den afwijzen. 'tWas den Einnehmer onbe grijpelijk. De Duitscber was dumm, maar dab de Hollander hem nu toch in dat op zicht in Dummheit den baas was... unbegreiflich, Duitschland moest 't immers winnen Rusland kan niets doeneen paar Armcekorpsen waren daar al voldoen de. De Russische oorlogshaven was reeds vernietigdDuitschland kon niet eens alle soldaten gebruiken, die het liad. Waren er niet massa's weer naar huis gestuurd Door 't veiister wees hij me een jougmensch in burgerkleeding met 'n wit> ten band. met een getal in Romeinsche cij fers er op, om den bovenarm... Dat is 'n vrijwilliger... Eerst was de geheele grens wacht uitsluitend samengesteld uit vrijwil ligers. Die zijn allen vervangen doo» land stormmannen. Er waren er vóeJ £e veel. „Merken Sie sich doch. Duitschland heeft nu reeds 'n millioen man in 't veld." Er; hoofdschuddend, dat er toch werkelijk veel, veel te veel waren, wees hij weer op 't burgerjcngmensch. „Die heeft Medizin- examen gedaan. Door den oorlog kan hij z'n staatsexamen niet doen... Hij komt ge regeld als vrijwilliger voor de grenswacht." En met 'n knipoogje: „verwacht een her inneringsmedaille als der Krieg zu Ende is. Juni 1859 een onbeschrijfelijke toestand, want waar levensmiddelen, water en verband aan wezig was, daar kwamen handen tekort om er gebruik van te maken. Waardoor? Door het niet bestaan van het Roode Kruis. In kerken en hospitalen lagen de ge kwetsten gedrongen naast elkaar, zij konden zich nauwelijks bewegen eu er geen hulp, geen of zeer onvoldoende ver pleging, waardoor tal van dappere soldaten stierven. Het gemi3 van het Roode Kruis werd ook hier al zeer erg gevoeld, In een dorp zijn 500 personen in een kerk gestopt en er vóór liggen er nog 100 op stroo met. een gespannen zeildoek boven hun hoofd als eenige beschutting, wat daar werd afgespeeld was verschrikkelijk. Kunt gij u de ontroering van Henry Dunant, die dit alles, zag voor den geest brengen Natuurlijk, niet waar, en zie dan eens wat in het Zuiden van ons land, vooral te Maastricht, gedaan werd: de auto's gaan naar en over de grenzen, nemen de patiënten over en brengen hen naar keurig ingerichte verpleegplaatsen, waar zij met de meeste zorg behandeld worden zie hoe alom in den Lande, onder de zorgzame hoofdleiding van Z. K. H. Prins Hendrik, asyls tot stand komen, gereed om de ongelukkigen te helpen, hoe overal comités van het Roode Kruis verrijzen en dankt in gedachte den heer Dunant voor zijn heerlijk en krachtig initiatief. Dan heeft- hij ook meegedaan in den Krieg 1914, maar... geen vijand gezien." Toen ik weer over de greppel stapte, st-ond de Duitsche grenswacht in vertrouwe lijk gesprek met de Nederlandsche. Een paar Duitsche grenskommiezon rookten hun pijpje. Ze hadden in deze dagen niet anders te doen dan nu en dan eon patrouille te vergezellen, opdat die niet door onbe kendheid met het terrein op Hollaadsch gebied zou verzeild raken. Aan de Duitsche zijde van de draadversperring stonden twe<3 reuzenvrachtkarren klaar om straks de Hollandsche groenten op te nemen. Een beeld van internationale verbroedering, maar... tusschen barricade en prikkeldraad. Hier en daar op den terugweg lieb ik nog wat geluisterd naar de oorlogsgesprekkon. Eeu werkman vertelde aan een gehoor van, veel vrouwen „Vroeger hebben de Pruisen 'ns op 15 Augustus een veldslag verloren^ Eu na dien tijd is die dag (O. L. Vr. Hemel vaart) daar niet meer ale feestdag gevierd. Maar ze hebben gezegd, als ze nou op den 15den den slag wonnen, dan zou die weer als feestdag gevierd worden." Druk babbelden de vrouwestemmen er tegen in. „Keizer Wilhelm", klonk 't soms wat luider. Oorlog..., schieten gebeurd. waren de klanken, die ik opving. Maar den— draad van 't gesprek kon ik niet voigé/2.- Tot er één plots de vraag stelde: „En die van België, de Koning van België ook?" en 't antwoord kwam: „Nee, neen, dê is KatholiekToen begreep ik 't, dat er sprake was van 't godsdienstig tintje, dat men onder 't volk wil geven aan dezen oorlog- De eeuwenoude voorspelling luidde im mers, dat 't één schaapsstal zou worden, als de groote koning uit het Oosten den keizer, die rechts te paard stijgt, in een vreeselijken slag aan onze grenzen sou ver- slaan en de Grieken en Protestanten terug drijven. Terwijl hieraan zou voorafgaan een vreeselijke aïgemeene oorlog, waarbij alleen ons land zou drijven als een eiland in ee" zee van bloed..., I

Krantenbank Zeeland

De Soldatencourant. Orgaan voor Leger en Vloot | 1914 | | pagina 1