zijn, voor Groede kan dit argument zeer zeker niet steekhoudend genoemd wor den. De uitslag van een onderzoek naar het verzorgïngspeil in de gemeente Groede heeft het gemeentebestuur al lerminst te vrezen. Bij samenvoeging zal het verzorgingspeil wel veel ver minderen maar niet verbeteren. G.S. stellen, dat vele West Z.-Vlaamse ge meenten te klein zijn, daarom doet het vreemd aan, dat G.S. de ook naar zie lental kleine gemeente Sluis zelfstan dig wil laten, ook al wordt nog gere fereerd aan het oudheidkundig en his torisch karakter van deze gemeente. B. en W. zijn er allerminst van over tuigd, dat het noodzakelijk of gewenst is gemeenten als Groede, die op uitste kende wijze voor zichzelf kunnen zor gen op te heffen. Maar wil men naar zielental kleine gemeenten opheffen, laat men dan van West Z.-Vlaanderen één gemeente maken. De belangen van de streek worden dan minder geschaad dan bij een herindeling in de door G.S. voorgestelde zin. Ook in detailpunten is het voorstel van G.S. onaanvaardbaar. Enige jaren geleden zag G.S. in de omstandigheid, dat een groot aantal bewoners van de in Groede gelegen Rijksweg, met Bres- kens meeleeft, aanleiding voor te stellen om dat gedeelte van Groede bij Bres- kens te voegen. Het is weinig conse- kwent, dat G.S. thans voorstellen, de Barendijk, Scherpbierseweg en de Krab- bendijk waarvan de bewoners op elk gebied, ook kerkelijk en economisch volkomen met Groede meeleven, bij Oostburg te voegen. Wat de geaardheid van de bevolking in de gemeenschappelijke belangen be treft kan Grcede veel beter samen gaan met de kustgemeenten Cadzand, Nieuw- vliet en Retranchement, dan met de vissersplaats en industrie-gemeente Breskens. Groede moet het van land bouw en recreatie hebben, Nieuwvliet, Cadzand en Retranchement eveneens. Daarom zou een samengaan van de ge noemde 4 kustgemeenten nog te over wegen zijn, ook al zal zulk samengaan verre van ideaal zijn. Resumerende stelde B. en W. dat het altijd verstandig is het goede te behouden en het slechte te verbeteren, dit geldt voor iedere par ticulier en voor elke groep van personen en dit geldt dus ook voor de gemeente raad. Welnu, aldus B. en W., het gaat goed in Groede. Een herindeling van West Z.-Vlaanderen, als door G.S. voor gesteld, houdt voor Groede geen enkele verbetering in. Laten we daarom trach ten de zelfstandigheid, welke we thans hebben te behouden. Dit zal in het be lang zijn van onze ingezetenen. De heer Van Damme zei, het in grote trekken eens te zijn met B. en W. Hij zag echter er een gevaar in als Breskens niet met de recreatie-gemeenten zou meespelen, immers dan zou het er op aankomen, dat Groede gedeeld, uiteen getrokken zou worden, dit moest zijns inziens worden voorkomen. Primair stelde de heer Van Damme het behoud van de zelfstandigheid. De heer Salomé stelde zich op het standpunt dat geijverd moest worden voor behoud zelfstandigheid. Als alter natief zag hij het samengaan van de kustgemeenten Retranchement. Cad zand, Groede en Nieuwvliet. Hij wees opneming van Breskens hierin af, im mers zo stelde Salomé, landbouw en re creatie verdragen elkaar, maar indu strie en recreatie niet. De heer Vermeulen zou, als de zelf standigheid niet gehandhaafd zou kun nen blijven, liever zien, dat Groede in bij de in het voorstel van G.S. genoemde combinatie Breskens, Hoofdplaat, Schoondijke zou worden opgenomen, immers Breskens heeft toch ook een stevig ontwikkelde strandrecreatie. Na de discussies stelde B. en W. stelde handhaving van de zelfstandigheid voor waarvoor de raad zich met algemene stemmen uitsprak. Als eerste alternatief werd vorming van een grote kustgemeente met Re tranchement, Cadzand, Nieuwvliet en Groede wenselijk geacht, al of niet met deelname van Breskens. Tegen stemden de heer Vermeulen en de heer Salome. Als tweede alternatief voelde de raad er voor, ah het eerste zowel als het laatste niet bereikbaar zou zijn, van W. Z.-Vlaanderen één gemeente te maken. De notulen van de vergadering van 27 juni werden ongewijzigd vastgesteld. Afgewezen werd de subsidieaanvrage van het Humanistisch Thuisfront t.b.v. de geestelijke verzorging van het Ned. leger. Het Ned. Herv. Kerkbestuur is voor nemens een plan te laten opmaken voor de uitwendige restauratie van het kerkgebouw van de Ned. Herv. kerk. Besloten werd in de kosten van het plan voor 50 pCt. te participeren op voorwaarde dat dit bedrag t.z.t. in min dering zal komen op het eventueel la ter door de gemeente in de uitwendige restauratiekosten te verlenen subsidie. Aan mej. J. J. P. Koopman werd. on der dankzegging voor de aan Groede bewezen diensten, eervol ontslag ver leend als onderwijzeres aan de openb. lagere school te Groede, wegens haar benoeming te Goes. Het ontslag zal zo mogelijk 1 sept. ingaan of zo nodig uiterlijk op 1 okt., dit naar het oordeel van B. en W. De rekening 1961 werd voorlopig vast gesteld met op de gewone dienst een batig slot van f 23.554,82. De kapitaal- dienst sluit met een nadelig saldo van f 63.653,81. De rekening 1961 van het burgerlijk armbestuur werd door de raad goedgekeurd. Zij sluit aan in komsten en uitgaven op f 15.624,05. Tijdens de rondvraag stelde de heer Marijs het gemis van een speelweide aan de orde. De voorz. zei, dat B. en W. er voor voelen een speelweide in te richten, maar geen terrein in de be bouwde kom hiervoor te hebben kunnen krijgen. Als er een terrein zou zijn, kunnen we dadelijk met inrichten be ginnen, want het geld hiervoor is aan wezig. Elk raadslid zegde toe intensief uit te zullen zien naar een geschikt ter rein en te zullen trachten dit voor de gemeente te verwerven. Breskens Prachtige resultaten voor verbaasd. „Ja, het is toch eigenlijk een raar ge val, De Hoog, dat die andere sloebers van de boekhouding en ik eigenlijk zelf ook, ons ontslag hebben ingeklaard met die drie kisten boekhoudmachines. „Be carefully" stond er op. Nou, ze hebben ons eerlijk gewaarschuwd voorzichtig te zijn, dat moet ik toegeven Ze hadden eigenlijk ook een doodkist erbij moeten sturen voor die oude pennelikker van een Vreesman. Dat zou toch gescheeld hebben in de begrafeniskosten, niet?" (Wordt vervolgd). „Scheldestroom" Zaterdag j.l. werd te Middelburg de 3e zwemcompetitiemiddag gehouden. De zwemmers(sters) van „Scheldestroom" te Breskens zetten ook daar hun beste beentje voor en wisten n.l. 5 van de 13 nummers te winnen. Magda Cambier zorgde voor de eerste overwinning op de 50 m. vlinderslag meisjes. De 100 m. vrije slag bracht Paula Donze op haar naam. Ook de 100 m. schoolslag jongens werd gewon nen en wel door Peter Nicolai. De grootste verrassing van deze mid dag was wel D. de Winde, die het zware nummer 400 m. vrije slag won en daar na nog eens zegevierde op het nummer 100 m. vlinderslag. Zaterdag 20 juli wordt de 4e en laat ste competitie zwemmiddag verzWom- men in de Braakman. Waterlandkerkje V erkeersexamen. Bij het gehouden verkeersexamen van het Verbond voor Veilig Verkeer slaag den de volgende leerlingen van de o.l. school te Waterlandkerkje: Saartje Heinsdijk; Els Risseeuw; Jozien de Bruijne; Elly Hubregtsen; Kees de Nood; Eddy de Schoolmeester; Herman Verbrugge; Jaap van de Walle; Elly Bron; Carla Schilleman; Rinus Dees; Ria Heinsdijk; Jenny Haartsen; Conny Bron. 4 leerlingen werden afgewezen. Twee leerlingen hadden zowel bij het schriftelijk als bij 't praktisch gedeelte 0 fouten. Dit waren Jozien de Bruijne en Eddy de Schoolmeester. Biervliet Raadsvergadering Tijdens de raadsvergadering van vorige week kwam-de raad tot het één- parig standpunt, dat de zelfstandig heid van de gemeente Biervliet gehand haafd dient te blijven omdat er, naar het oordeel van de raad, geen enkel motief aan te voeren is die opheffing, derhalve samenvoeging, kan rechtvaar digen. Aan deze conclusie ging een uit voerige diskussie vooraf, waaraan door alle raadsleden werd deelgenomen. B. en W. hadden terzake van het plan van G.S. tot lierindeling der gemeenten in Zeeuws-Vlaanderen met betrekking tot de vormng van een nieuwe gemeen te door samenvoeging van de gemeen ten IJzendijke, Biervliet, Hoek en Phi lippine, aan de raad een voorstel doen toekomen waarin zij o.a. stelden, dat bepaalde noodzakelijke grenscorrecties in de streek aanleiding zijn geworden vopr de zeer ingrijpende voorstellen van G.S. Hier wordt in alle koelbloedigheid een einde gemaakt aan het zelfstandig bestaan van meer dan de helft van de Z.-Vlaamse gemeenten. B. en W. be treuren deze gang van zaken zeer. Grenswijziging dient correctie te zijn waar dit noodzakelijk blijkt. Het gaat niet aan goed functionerende gemeen telijke eenheden aan te tasten als uit een ongemotiveerde veranderingsdrang. Het kostbare voorrecht van een eigen bestuur over eigen gemeente moet, waar dit maar enigszins kan, gerespecteerd worden. Gemeenten immers, die wor den opgeheven, verliezen in zeer letter lijke zin hun zelfstandigheid. Hoewel niet in feite dan toch in psychologisch oogpunt verliezen ze hun eigen bestuur. En tegelijkertijd hiermee een deel van hun zelfbewustheid, die o.a. berust; op de faam, de historie en de mentale kracht van eigen plaats. Vooral in ker nen waar het gemeentehuis zal verdwij nen, zal het contact met de overheid grotendeels verloren gaan. Men dient toch vooral in te zien dat de taak van een gemeentebestuur verder reikt dan het bijhouden van het bevolkingsregis ter. Het gemeentebestuur en vooral de burgemeester heeft ook in een kleine gemeenschap een taak, die verre uit gaat boven het administratieve eii di rect bestuurlijke. Hier liggen activitei ten op sociaal, cultureel, ja zelfs op paedagoigisch terrein, die niet gemak kelijk te omschrijven zijn maar geens zins onderschat moeten worden. Tot zo ver de algemene beschouwing over op heffing en samenvoeging. Voor wat betreft de gemeente Bier vliet stelden B. en W., dat deze na een wel zeer bewogen en boeiende voorge schiedenis van plan. 1000 jaar, nu een overwegend agrarische plaats geworden is. Een essentiële wijziging is deze sta tus is in de toekomst niet te venvach ten. Het verzorgingspeil ls tot behoor lijke hoogte opgevoerd. De gemeente Biervliet is altijd financieel sterk ge weest en heeft in het verleden prak tisch nooit een bijzondere uitkering voor de gemeente-huishouding nodig gehad. Gebrek aan bestuurskracht zal men onze gemeente moeilijk kunnen verwijten. Steedse heeft men veel be grip opgebracht voor samenwerking, waarvan de Braakman-exploitatie een actueel bewijs is. Kortom, Biervliet mag gelden als een voorbeeld van een goed functionerende zelfstandige gemeente. Opheffing en samenvoeging is dan ook in geen enkel opzicht te rechtvaardi gen, aldus B. en W. Intussen moeten wij en dat zijn ook de zorgen van G.S., re kening houden met de ontwikkeling- in de toekomst. En na de inpoldering en ontginning van de Brakman, begint de definitieve plaats van Biervliet in het organisch geheel van de streek zich duidelijk af te tekenen. Biervliet zal waarschijnlijk nooit zijn eigen karak ter van agrarisch dorp verliezen, maar daarnaast een taak krijgen in de stórm achtige ontwikkeling van de kanaal zone. Deze taak zal bestaan uit het ver schaffen van recreatieve mógelijkhe den en woongelegenheid voor de werk nemers in de kanaalzone-industrie. Nu is het onze vaste overtuiging, aldus B. en W., dat het geenszins nodig is om hiervoor de zelfstandigheid op te offe ren en Hoek, Philippine en Biervliet, ja zelfs IJzendijke, samen te voegen. Im mers de bredere basis die nodig was om de recreatieve functie naar behoren te kunnen vervullen, ligt verankerd in het Beheerschap Recreatiegebied Braak man. Een voldoende breed draagvlek is verkregen door de toetreding van Ter- neuzen tot deze combinatie. Juist hier wordt getoond hoe een gezonde ont wikkeling kan worden bevorderd door vrijwillige samenwerking. Wat de toe komstige functie als woongelegenheid voor de kanaalzone betreft, behoeft naar onze mening geen vrees te bestaan dat Biervliet als zelfstandige plaats de ze taak net naar behoren zou kunnen vervullen. Wij zien hier geen moeilijk heid, integendeel, wij zijn gereed niet voldoende bouwrijpe grond om kanaal forensen te ontvangen. Resumerend en concluderend stelden B. en W.: Ie. dat Biervliet als agrarisch e ge meente een goed functionerende een heid vormt 2. dat de behartiging van de inter communale belangen (Braakmanre creatie) is verzekerd door vrijwillige ge reglementeerde samenwerking 3. dat het belang van de Bictwlietse gemeenschap eist, dat de zelfstandig heid onaangetast blijft. Na dit door B. en W. zo uitvoerig ge motiveerde voorstel, kwam de door het raadslid Claeys aan de raad gerichte en over het plan van G.S. handelende nota aan de orde. De heer Claeys wees er op dat Biervliet evenzeer als Aar denburg en Sluis kan bogen op een historisch karakter. Het ontging hem dat beide laatste gemeenten juist door dit historisch aanzien hun zelfstandig heid zouden behouden en dat dit mo tief voor Biervliet niet blijkt te gelden. In grote lijnen stemde de nota van de heer Claeys overeen met de visie van B. en W. Met betrekking tot Aarden burg en Sluis merkte weth. Dijk op, dat het jammer is dat er geen lid van G.S. in Biervliet woont, dit had er wel licht ook toe kunnen leiden dat de zelf standigheid van Biervliet door G.S. zou worden voorgestaan. De heer Claeys wees nog speciaal op de vertegenwoor diging, die Biervliet in de gecombineer- welke met 2, misschien 3 zetels van de de gemeente in de raad zou hebben, 13 te gering is om de belangen te kun nen behartigen. Weth. Dijk wees er op, dat het voorstel van G.S. naar buitenuit de indruk geeft, dat het gehele college hier achter staat. Hem is evenwel ge bleken dat dit niet het geval is. Het is een compromis na een lang touwtrek ken en gemarchandeer. Het voorstel is stellig niet het resultaat van een gede gen studie. Men heeft eerst aantrekke lijke geografische combinaties samen gesteld en later voor elke combinatie een pasklare motivering gezocht. Spr. had de indruk gekregen, dat G.S. zelf geen raad hebben geweten met deze materie en een plan in zee hebben ge stuurd met de gedachte: „de gemeen ten moeten het zelf maar zeggen hoe ze het willen". Hij was er zich van be wust dat er in de streek stellig wel be hoefte bestaat tot grenswijziging, waar andere gemeenten expansiebehoefte hebben, maar zag geen aanleiding hier voor de gehele streek op de kop te zet ten. G.S. heeft voor wat betreft Bier vliet aangenomen dat deze een functie te vervullen heeft als woongelegenheid. Het ontging spr., doelende op de verde ling van bouwvolume, waarom Bier vliet nog steeds geen woonruimte heeft gekregen benodigd voor de huisvesting van de eigen bevolking. De voorz. zei in dit verband, dat de achteruitgang in het inwonertal een gevolg is van gebrek aan, woonruimte en dat geen voldoende woonruimte kan worden gecreëerd omdat er geen in dustrie is. Een vicieuse cirkel, die niet licht te doorbreken valt. Weth. Ver- planke zei volledig achter de visie van B. en W. te staan en vvas van mening, dat voor alles voor behoud van de zelf standigheid gepleit moet worden. De heer Klaeijsen, wonende op de buurt schap Driewegen, zei er alles van te weten wat het betekent op een buurt schap te wonen. Hij vreesde dat bij sa menvoeging Biervliet zou terugzakken tot de status van buurtschap met alle nadelige gevolgen van dien. Hij onder kende geen enkele noodzaak de zelf standigheid van Biervliet prijs te geven. De heer Dekker wees er op wat Bier vliet, in vergelijking tot andere ge meenten, in staat is geweest te preste ren. Biervliet bruist van levenskracht, het zou jammer zijn wanneer dit door opheffing van de zelfstandigheid teniet zou gaan. Nog even kwam de verstandhouding aan de orde tussen de kernen van ge meenten, die sinds enige tientallen ja ren zijn samengevoegd. Als school voorbeeld werd de kwestie Vogelwaarde aangevoerd. Hier heeft men te doen met een politiek en religieus gelijk ge richte bevolking. Daar blijken de ker nen vijandig tegenover elkaar te staan. Bij de combinatie IJzendijke, Philip pine, Biervliet. Hoek heeft men te ma ken met onderling sterk verschillende mentaliteit en een sterk genuanceerde levensbeschouwing, ook tussen de dor pen die protestant zijn. De een is or thodox, de ander vrijzinnig. Animositeit is hier eerder te verwachten dan b.v. in Vogelwaarde. Hoe zal men het alge meen belang kunnen dienen als men het onderling niet' eens kan zijn. De heren v. d. Velde en van Pamelen ga ven ook hun visie, welke parallel liepen met die van alle andere sprekers en met de meningen van B. en W. Met alg. stemmen werd hierop de uit spraak gedaan, onder aanneming van het voorstel van B. en W., dat de zelf standigheid van de gemeente Biervliet gehandhaafd dient te blijven. Zonder evenwel dit standpunt te willen ver zwakken, ging de raad ook akkoord met het alternatief, waartoe B. en W. meen den zich uit te moeten spreken en waar uit duidelijk blijkt dat de belangen van Biervliet in oostelijke richting liggen. De raad verklaarde zich akkoord met de redactie van het alternatief, luiden de „Mochten hogere instanties zich toch genoodzaakt zien om tot opheffing van de gemeente Biervliet over te gaan, dit altijd op voor ons onbegrijpelijke gronden, dan lijkt ons een samenvoe ging met Hoek en Philippine de minst slechte". Voordat dit voor de gemeente zo be langrijke punt aan de orde kwam, wa ren een aantal andere agendapunten afgewikkeld. Zo werden de notulen van de vergadering van 20 juni ongewijzigd vastgesteld. Bij de ingek. stukken en mededelin gen maakte de voorz. melding van de toekenning van een bedrag van f 9106,- door het Min. van Financiën als afwik keling in de oorlogsschade van het ge meentehuis. Dit bedrag dient te wor den verwerkt in de uitbreiding van het gemeentehuis. B. en W. hebben de verbouwing van de loods op de voormalige boerderij van dhr. Calon tot gemeentelijke oergplaats annex brandweergarage aanbesteed. De laagste inschrijver was de fa. Gebr. de Ruijsscher Blomme voor 1 18.000,-. De tweede inschrijver was P. de Vooge- laar voor f 19.500,- en de laatste, tevens hoogste inschrijver was Th. van Waes voor f 23.300,-. De rijksgoedkeuring is inmiddels op dit werk verkregen. B. en W. hebben het werk aan de laagste in schrijver gegund. Op de desbetreffende aanvrage zegde de raad financiële medewerking toe aan de R.K. bijz. lagere school op grond van art. 72 der l.o.-wet, voor de aanschaf fing van 8 nieuwe stoelen en 5 tafeltjes, waarmee een bedrag van ca. f 456,- is gemoeid. De raad voteerde een krediet van f 4000,- benodigd om ook aan de Noord zijde van de Weststraat trottoir aan te leggen. Tijdens de rondvraag informeerde de heer Dekker naar de electrificatie in de gemeente. De voorz. zei dat de zaak voor wat betreft Biervliet rond ligt. Van de 9 super-onrendabele percelen zullen er nu 8 aangesloten kunnen worden. 1 perceel blijft super-onrendabel. Een datum waarop met de electrificatie zal worden begonnen is niet bekend, ook niet welk project het eerst wordt aan gepakt. Wel zullen die projecten, die geheel rond liggen en technisch het gemakkelkst zijn, het eerst aangepakt worden. Provinciaal gezien denkt de Pzem 4 a 5 jaar te doen over het 100 pCt. aansluitingsplan. NIEUWE DOCUMENTAIRE FILM. De Koninklijke!Shell groep bracht de- ;er dagen een nieuwe documentaire film uit onder de titel: „De lage lan den". De regie was in handen van de jonge veelbelovende cineast, George Sluizer. De film laat de geografische ontwik kelingsgeschiedenis van Nederland van de ijstijd tot het jaar 2000 aan het oog voorbijtrekken in de tijd van ca. 30 mi nuten. Knap werk! Men ziet hoe eerst door de natuur, la ter door toedoen van natuur en mens, de vorm van het land voortdurend ver andert. Via terpen, windmolens, stoom_ diesel- en elektrische gemalen volgt men de strijd tegen de elementen, wel ke strijd in deze eeuw zijn apotheose vindt in de uitvoering van Zuiderzee werken, Deltaplan en Waddenproject. En door dit alles heen de mens met zijn zorgen, zijn strijd, maar ook zijn over winningen. De film, waarvan meer versies wor den vervaardigd, gesproken in verschil lende talen, wordt op royale wijze in het buitenland gedistribueerd. Maar ook in eigen land zal deze documentaire ongetwijfeld veel belangstelling trek ken. Verenigingen kunnen deze (en andere

Krantenbank Zeeland

De Schakel | 1963 | | pagina 2