BOBBE HONGER,! NERTS.... PERSIANER ZOBELFEH ANNE'S GEHEIM de (chakel ALG. NIEUWS BLAD r~ ALG. NIEUWS VOOR WEST ZEEUWS-VLAANDEREN lêe Jaargang - Nr. 891 Vrijdag 19 October 1962 Verschijnt iedere vrijdag A bonnementsprij s t 1,15 p. kw.; franco p. post f1,50 Prijs der advertenties 10 ct. per m.m.; bij abonn. korting Advertenties m. brieven onder nr. of bij ons te bevragen 10 ct. extra Telefoon (01171) 419 V DRUKKERS-UITGEVERS Fa SMOOR DE HULSTER - DORPSSTRAAT 10 - BRESKENS - TEL. SP - GiRO 368296 geen sprookje maar harde werkelijkheid. Honger is een vreemd woord. Een sprookjeswoord van vroeger - kleine, schilderachtige honger. Een vak term van nu - geografisch geklasseerde en sociologisch beschouwde honger. Een stomvervelend, wildvreemd woord! Veilig, veilig - we hebben er part noch deel aan. De zachte galm van onze wel vaart heeft ons zoetjes-aan met stom heid geslagen. En zo lijkt het of we, luisterend naar het gegons in onze oren en etend uit onze tijdschriften, van niets weten. Met stomheid geslagen. En honger, een vreemd woord! Maar intussen schemert achter elke voorpagina dat steeds gruwelijker wor dende begrip „honger" als tweede we reldnieuws. Na welvaart de eeuwige tweede. Intussen spettert elke telex tus sen de regels van ons goede doen door dat ene wildvreemde woord. En foto's - uitgemergelde, doorzichtige foto's. En wijmet stomheid geslagen, veilig, vei lig, zoetjes-aan, klein en schilderachtig. En honger? Een sprookjeswoord, een vakterm. Misschien is dat wel de grootste han dicap, waarmee de NOVIB, de Neder landse Organisatie voor Internationale Bijstand, en dergelijke organisaties, te kampen hebben. Voor de vluchtige kop penlezer is „honger" geen afschuwelijk menselijk drama van vaders, moeders, kinderen meer. maar een nuchter sta tistisch cijfer onderaan een kolom. Van daag is honger voor de gewone recht- op-en-neer burger niet „geen eten heb ben", maar een getal, dat wordt opge teld of afgetrokken - dat is hem om het even. Er valt in de schrijnende honger van 1962 niets te herkennen. Ruim drie milliard mensen huisvest onze wereld. Minstens de helft daarvan lijdt honger of wordt slecht gevoed. Dat is gewoon te véél. Een huilend kind, het schrille silhouet van een verkommerd babylijfje - dat is herkenbaar, dat roert diep. Maar de simpel bestuurde emoties van de man-in-de-straat zijn onmoge lijk in staat om het gegeven feit „de helft van de mensheid lijdt honger" als een persoonlijk drama om het bestaan te ervaren. Wie is precies de helft van de mensheid? Dat is niemand. Dat is een grauwe, veel te grauwe massa, waar in hij zijn eigen bevende hand uit de hongerwinter niet herkent. „De helft van de mensheid": dat heeft niets men selijk. En juist daarom is „honger" van daag een vakterm geworden. Een sta tistische vakterm, want die statistieken zijn maar tot één huiveringwekkende waarheid terug te brengen: drie van de vijf mensen worden bedreigd door honger, ondervoeding, ziekten. Drie van de vijf! Dat is een vader, een moeder, een kind. En daarom schemert er dit achter elke voorpagina: Er is vandaag opnieuw een vader ge storven. Hij had honger, zijn hand beefde. Hij zocht voedsel. Het was er niet. Hij laat een moeder achter en een kind. Hun handen beven. Elke ratel van de telex telt de ene gestorven moeder bij de andere op. De kinderen zitten maar zo'n beetje op de grond. In Afrika, in Zuid-Amerika. in China. Ze zitten maar zo'n beetje op de grond. Plaatselijk Nieuws Dat is herkenbaar, dat zijn herken bare feiten, maar te beschaamd-pathe tisch om over te praten. De honger is te omvangrijk en daarbij te schaamte loos. Dat veroorzaakt de kortsluiting in de wederzijdse emotie. Er is te duidelijk sprake van een persoonlijke machteloos heid. Een weggegeven stuk brood helpt geen mens, zomin als er hier bij ons met de duizenden in een doodlopende kolenmijn weggelopen liters melk iets anders viel aan te vangen. De zachte welvaart van onjze goede, gulle wereld - een schaakbord vol graan - heeft ons de handen gebonden. Opdat zij niet be- i ven. En dan is de volgende gedachte een cynische Maar toch, desondanks - ondanks de handicaps, die we met vooruitwerkende kracht in onze gecapitoneerde wereld hebben aangebracht, zijn er op de vijf mensen drie andere mensen. De een is achter de voorpagina gestorven, de an der in de monotone dreun van de telex en het kind zit zo'n beetje op de grond en gaat gewoon dood, zonder het zelf allemaal precies te weten. Dat gebeurt dagelijks in onze rijk gemeubileerde wereld. Dat gebeurt dagelijks in de op getelde en afgetrokken statistieken kolom voor kolom. De NOVIB, met zijn anti-honger-ac- tie, brengt er het leven af via de sta tistieken. Het heeft geen zin om naar al die dodelijke uithoeken van de we reld korstjes en pasteien te dragen. Het gaat er om die dodelijke uithoeken op nieuw levend te maken. En dat ge beurt Dat gebeurt, dank zij een wetenschap pelijk uitgekiend project, waarin „hon ger" inderdaad een vakterm is en geen klein en schilderachtig sprookjeswoord. Gelukkig maar. Sierra Leone en Dahomey zijn twee jonge Afrikaanse staten, met samen ruim vier-en-half millioen inwoners. Met behulp van NOVIB-gelden - giften van Nederlanders - zijn in deze twee magere landen voedselprojecten opge zet, die de honger op doeltreffende wij ze in de toekomst tot een afgezworen vijand zullen maken. Omdat de bewoners van beide repu blieken in historische vooruitrekening niet veel hebben aan incidentele voed- selgiften, is de NOVIB gestart met de opzet van een eigen, geheel voor de no den van de betrokken bevolking inge richte voedselindustrie in de vorm van een tuinbouwproject, dat voorziet in de allereerste behoeften. De NOVIB bouwt er een agrarische stand en staf op, waardoor beide staten het voedselpro bleem zelf kunnen oplossen, niet inci denteel, maar voor goed. In nauwe samenwerking met de FAO, de Voedsel- en Landbouworganisatie van de Verenigde Naties, wil de NOVIB in de nabije toekomst, behalve in Sierra Leone en Dahomey, de nood ook in an dere Afrikaanse landen lenigen. De an- ti-honger-actie moet doorgaan. U kunt dit mogelijk maken door Uw bijdrage royaal te geven in de collectebus, die U in de week van 22 tot 28 Oct. zal wor den voorgehouden, of een bedrag te gi reren op giro 1002*00 Anti-Honger-Actie Den Haag. Cadzand Raadsvergadering Tijdens de raadsvergadering van Dins dagavond besloot de raad tot het aan gaan van een gemeenschappelijke rege ling ter behartiging van de ontwikke ling van de recreatie in het kustgebied van West Zeeuws-Vlaanderen, welke re geling is bedoeld voor de gemeenten Retranchement, Cadzand, Nieuwvliet, Groede en Breskens. De raad ging er van uit bij het nemen van haar be slissing tot toetreding, dat overeenkom stig de bij de regeling behorende toe lichting het bevorderen van de taken der Commissie in de praktijk niet tot gevolg zal hebben, dat in 't algemeen de verantwoordelijkheden van de ge meente worden doorkruist en dat de natuurlijke ontwikkeling van de bad plaats niet belemmerd zal worden. Voorts werd besloten de Commissie mee te delen, dat het gewenst wordt geacht dat de door G.S. te benoemen voorzit ter van het Algemeen Bestuur lid is van genoemd College. Een rechtstreeks contact tussen G.S. en het Rechtsper soonlijkheid bezittende lichaam is in het belang van de streek, waarbij komt, dat in soortgelijke gevallen deze werk wijze door G.S. eveneens wordt toege past. In hetAlgemeen Bestuur van de Commissie Ontwikkeling Recreatie West Zeeuws-Vlaamse Kustgemeenten werd de heer I. van Houte als gemeentelijk vertegenwoordiger van Cadzand door de raad aangewezen, terwijl deheer P. C. de Bruijne tot plaatsvervanger werd be noemd. Na het openingswoord en vaststelling van de notulen der vorige raadsverga dering had voorzitter J. A. Leenhouts mee gedeeld, dat het plan tot aanleg van de Zwinweg door de gemeente Re tranchement en Cadzand door het Col lege van G.S. voor subsidie is voorge dragen aan de Minister van Econo mische Zaken, terwijl dit College het plantot aanleg van de z„g. Molenwijk en de Badhuisweg voor subsidiering heeft voorgedragen aan het Min. van Economische Zaken en de D. A. C. W. De raad besloot cp voorstel van B. W. een perceel grond ter grootte van 990 m2. in eigendom van het Waterschap Het Vrije Van Sluis over te nemen voor de som van 1,de massa, terwijl de kosten van overdracht voor de helft door de gemeente en voor de andere helft door het Waterschap gedragen zullen worden. Aan de heer P. de Neef werd ontheffing verleend in de hondebelasting 1962. Ingaande 1 januari 1963 de subsidie aan het Zeeuws-Vlaams Borgstellings fonds te Terneuzen verhoogd van 1,95 cent tot 3 cent per inwoner. Besloten werd aan de Heemkundige Kring voor West-Zeeuws-Vlaanderen ingaande 1962 een subsidie van 4 cent per inwoner per jaar te verstrekken tot wederopzeggens. Afwijzend werd beschikt op het ver zoek om subsidie van de zijde van de Stichting „Het Nederlandse Astma Fonds". Een aantal straten en wegen in de gemeente, n.l. in Cadzand Dorp en de buitenwijken hebben nog geen officiële benaming. In dit verband stelde B. W. of Welke vrouw houdt niet van een zachte bontkoestering? OEN STIJLVOLLE Mantel in de modieuse stof ,,Moarella", kort geschoren wollen flausch, kraag van uitgezochte vellen zobel feh, (ook hoog gesloten te dra gen) in diverse modekleuren f 195,00 Voor Uw betere damesconfectie eerst kijken bij Uw Modehuis in Vlissingen voor hieraan thans namen te geven en tegelijk de huisnummering van de langsliggende panden te herzien. Zon der hoofdelijke stemming ging de raad met de voorgestelde namen akkoord als mede met de herziening van de huis nummering. De heer P. C. de Bruijne werd tot ge meentelijke vertegenwoordiger aange wezen in de Commissie van de Gemeen schappelijke Regeling Schoolartsen- dienst voor Z.-Vlaanderen. Tot slot werd besloten, in principe al thans,, het gehele op het grondgebied van de gemeente liggende strand van de Staat der Nederlanden te huren. Breskens Aanrijding. Dinsdagmorgen 16 oktober kwamen 2 auto's met elkaar in botsing op de hoek Haven Westzijde-le Zandstraat. Vanuit de le Zandstraat kwam de personenauto, bestuurd door S. H„ ter wijl op hetzelfde moment een beladen vrachtauto, bestuurd door G. C., uit de richting van het Spuiplein de krui sing naderde. Laatstgenoemde bereed het voor hem linker weggedeelte door dat hij een ander voertuig passeerde. Wanneer de vrachtautobestuurder de verkeersregels in acht genomen had, zou er vermoedelijk geen aanrijding plaats gehad hebben. De personenauto liep schade aan de voorzijde op, terwijl de vrachtauto niet beschadigd werd. De politie maakte proces-verbaal op. FEUILLETON door TOM LODEWIJK 22 „Dan hebt U het goed en ik vind het niet onverstandig". „Wat je met een kwaaie kop doet, is altijd onverstandig". „Jakkes tante Thil, begin me nou alsjeblieft niet te beléren! Anders stap ik meteen weer op". „En waarheen, als ik vragen mag? José mompelde half verstaanbaar iets van een hotel. Thilde van Wedrighem besloot de zaak zelf maar eens in handen te nemen. Met José was op dit ogenblik geen land te bezeilen, het kind was helemaal in de war. In haar hart was ze blij, dat haar nicht in die situatie de weg naar haar had gevonden. Maar haar nuchte re, zakelijke aard deed haar meteen besluiten tot handelen. In de gang greep ze de telefoon en belde Waalburgen op. „Met Bannink", hoorde ze. „Bert met Thilde". Het bleef even stil aan de andere kant. „Ja Thilde?" „Ik wou je even opbellen, om te zeg gen dat José bij mij is". „Bij jou?" „Ja, ze is helemaal in de war. 't Zal wel weer bijdraaien. Maar ik wilde je even opbellen, dat je je niet ongerust maakt". „O Thilde, ik ben blij dat je opbelt. Inderdaad maak ik me ongerust. José is in een vreselijke driftbui weggelopen". Thilde glimlachte om de juistheid van haar veronderstelling, „enne „Ze loopt niet in zeven sloten tege lijk". „Nee, maar toch. „Laat haar maar even tot haar zelf komen. Je hoort nog van me". „Goed Thilde. ze hcorde de on zekerheid in zijn stem. „Zeg Thilde ik ben je erg dankbaar, dat je opgebeld hebt". „Spreekt toch vanzelf". „Ja, bij jouw wel. daarom juist". „Ach ze glimlachte "naars on danks. „Nou Bert, 't beste". Ze hing op. Het leek, of plotseling een ban gebro ken was, nu 7.e met hem gepraat had. Rustig, volkomen beheerst, kwam ze de kamer weer binnen, waar José, de han den tussen de knieën, moedeloos voor zich uit zat te staren. „Nou, ik heb even opgebeld, dan ma ken ze zich niet cngerust". „Kan me niks schelen ik ga toch niet meer terug". „Niet meer naar huis terug?" „Nee". „Wat wil je dan?" „Hier blijven, bij u". Het lag op haar lippen om te zeggen: dat kan niet. En tegelijk wist ze dat ze het heerlijk zou vinden wanneer José bij haar bleef. Maar Thilde van Wedrig hem was altijd bang voor haar gevoel, probeerde het verstand te doen zege vieren. „Nou, daar praten we nog wel eens over", stelde ze de beslissing uit. „En maak nu van je hart maar eens geen moordkuil en vertel je ouwe tante Thil de, waarom je de benen genomen hebt". Aandachtig luisterde ze naar het ver haal dat er met horten en stoten uit kwam. „Dus je had het met je vader aan de stok, niet met haar". „Nee. Ik bemoei me nooit met haar". „Je negeert haar dus?" ..Ja. Voor mij is ze een indringster". „Waarom?" „Ze heeft u uit huis gejaagd ze zit op moeders plaats". „José, bedankt voor het meeleven, maar laat ik even mogen opmerken dat ik door niemand uit huis verjaagd ben. Toen je vader vertelde dat hij besloten had, te hertrouwen, en daartoe had hij alle recht, was mijn werk afgelopen en ben ik gegaan". ..Waarom moest hij hertrouwen?" ,Dat is zijn zaak en de zijne alleen. Waarom nicies t hij verder z'n hele leven alleen blijven?" „Hij had ons en u". Even was er de oude pijn. „Jullie jullie gaat straks trouwen. Jij bent toch ook niet van plan je hel» leven je vader te blijven verzorgen?" José zweeg. „Je vader is nog jong genoeg. En hij heeft vreselijk veel van je moeder ge^- houden en is jarenlang eenzaam ge weest. Nu heeft hij opeens iemand ont moet die hem dat verdriet kan doen vergeten. En die iemand kun jij nu toevallig niet uitstaan. Is ze zo zo'n mispunt?" „Nee", bekende José, „als ze dat was, was 't makkelijker. Dan zou ik d'r wel voor vijf centen terug geven. Maar ze neemt alles en ze slikt alles en dat kan ik helemaal niet uitstaan". „Lijkt me voor haar ook niet prettig, dat alles maar nemen en alles maar slikken". „Ze hoefde niet". „Dus je hebt nooit geprobeerd haar nader te komen?" „Nee u toch ook niet?" Het schot was in de roos. Thilde had inderdaad niet alleen nooit geprobeerd "Bert's tweede vrouw nader te komen ze had haar zelfs nooit willen ontmoeten. Toen Bert trouwde, was ze „met vacantie in het buitenland" geweest en ze had zich in Waalburgen nooit meer laten zien. Had ze, door deze houding, José niet juist gestijfd in de hare? Tussen José en haar was altijd een sterke band geweest, ze

Krantenbank Zeeland

De Schakel | 1962 | | pagina 1