BOBBE
Lij BB aLLa
Doorwerken bij minder gunstig weer
Feuilleton
He! is OPRUIMINGSFEEST bil
ALG. NIEUWS- EN AD
ADVERTENTIEBLAD
VOOR WEST ZEEUWS-VLAANDEREN
DE OUDE STRIJD
Burgerlijke Stand
44.95
de Jchakel
xie Jaargang - Nr. 573
Vrijdag 20 januari 1956
Verschijnt iedere Vrijdag
Abonnementsprijs
f 1,10 p. kw.franco p. post 1,25
Prijs der advertenties
10 ct. p. mm.; bij abonn. korting
Advertenties met brieven onder nr.
of bij ons te bevragen 10 ct. extra
DRUKKERS-UITGEVERS: Ffl SMOOR DE HULSTER - DORPSSTRAAT 10 - BRESKENS - TEL. 27 - GIRO 358296
Verblijdende medewerking van werk
gevers en werknemers.
Beroep op de directie.
Bij de aanvang van vorige week heeft
Koning Winter laten weten over meer
te beschikken, dan hij dit seizoen tot
dat tijdstip heeft getoond, zij het ook
dat hij zijn macht nog niet in al zijn
gestrengheid voelbaar heeft gemaakt.
Tevoren heeft het af en toe wat gekwak
keld: 's nachts wat vorst en een enkele
maal ook overdag een temperatuur, die
rond het vriespunt schommelde.
Wij memoreren dit met de bijzondere
bedoeling om erop te kunnen wijzen, dat
op die kwakkeldagen in brede kring is
gebleken dat het bouwbedrijf ernst wil
maken met de beperking van het vorst
verlet. Vele werkgevers en werknemers
hebben daadwerkelijk getoond een open
oog te hebben voor de grote belangen
die gemoeid zijn met een verruiming
van het aantal productieve arbeidsda
gen. Van verschillende zijden is gerap
porteerd, dat op tal van bouwwerken is
doorgewerkt onder omstandigheden, die
een jaar geleden zouden hebben geleid
tot stillegging van het werk.
Voor dit verheugende verschijnsel
past een ere-saluut zowel voor de be
treffende werkgevers als voor de werk
nemers, en dit niet alleen in de burger
lijke- en utiliteitsbouw, maar ook in an
dere sectoren van het bouwbedrijf. Ook
nu weer is gebleken, dat in vele geval
len door een op begrip voor de huidige
situatie berustende samenwerking tus
sen werkgever en werknemer de weg is
gevonden om in de eerste plaats het
algemeen belang te dienen en pas in
de tweede plaats het eigen belang.
Wij geloven niet te boud te spreken,
wanneer wij stellen, dat de folder van
de Commissie Klimaatsinvloeden, die ten
getale van meer dan 300.000 stuks in het
bouwbedrijf is verspreid onder de werk
gevers en de werknemers, de architec
ten, de overheidsinstellingen en de grote
opdrachtgevers, er aanzienlijk toe heeft
medegewerkt dat klaar en duidelijk voor
ogen is komen te staan, dat beperking
van het vorstverlet geen illusie behoeft
te zijn. En ook, dat zonder het treffen
van kostbare voorzieningen maar door
toepassing van eenvoudige, in feite reeds
lang bekend staande middelen, reeds
een belangrijke winst aan productieve
arbeidsuren, kan worden verkregen.
Thans kan worden waargenomen, dat
vele werkgevers, daarbij gesteund door
hun werknemers, en zonder dat daarbij
een beroep wordt gedaan op gelden uit
de openbare kassen, middelen toepas
sen om hun bouwwerken tegen de erg
ste weersinvloeden te beveiligen. In de
dagbladen hebben reeds foto's gestaan
van werken, die als 't ware geheel in dek
zeilen zijn „ingepakt," opdat met be
hulp van verwarmingsinstallaties het
werk toch doorgang kan vinden. Trou
wens, niet alleen hier maar ook in vele
andere werken, die het stadium van
..glas- en waterdicht" geheel of nage
noeg geheel hebben bereikt, wordt veel
met verwarmingsinstallaties van aller
lei aard gewerkt. En het is zeker geen
Een verhaal van de water
vloed op een Z.-H. eiland,
door HENK VAN HEESWIJK
24
Andere mannen, die vlak naast Kees
van der Waal stonden, probeerden hem
te kalmeren. Maar Kees rukte zich plot
seling los en riep: „Laat mij maar ster
ven! God laat me niet los en nu zal Hij
me straffen Ik kan niet meer ik
kan niet meer God wees mij gena
dig
De anderen zagen hem wankelen en
probeerden hem nog te grijpen, maar
een moment eerder was Kees reeds on
dergegaan in de vloed en met hem gin
gen de mannen, die op het laatste ogen
blik nog getracht hadden hem te grijpen
Bezeling nam zijn pet af en prevelde:
„God zij zijn ziel genadig De twee
kinderen van Kees waren wakker ge
worden door de kreten van hun vader
en begonnen te huilen. Vrouwen snikten
en Bezeling wilde zijn handen uitsteken
om de arm van Katrien te grijpen, doch
hij liet die weer neervallen. „Hier kan
geen mens troosten," zei hij zacht,
vreemd verschijnsel, wanneer op bouw
werken - dezer dagen zagen wij er nog
een te Utrecht - de opgetaste bouwma
terialen keurig afgedekt staan om deze
te beschermen tegen eventuele vorst.
Hiervoren hebben wij nadrukkelijk
laten uitkomen dat op vele bouwplaat
sen het werk niet is onderbroken. Te
recht, want op tal van andere is dit wel
geschied. Enerzijds gaan in deze geval
len niet altijd de werkgever dan wel zijn
werknemers vrij uit, anderzijds is dit
veroorzaakt door ingrijpen van de di
recties. Met dit laatste raken wij een
bijzonder punt. Er moet nu eenmaal re
kening mede worden gehouden, dat de
architect of diens opzichter het recht
heeft een bouwwerk stil te leggen, wan
neer naar zijn mening vorst dreigt. Dit
recht blijkt in de praktijk een wel zeer
rekbaar begrip te zijn en bij vergelijking
van een antal gevallen, waarin van dat
recht gebruik wordt gemaakt, kunnen
dan frappante verschillen aan de dag
treden, die de vraag doen rijzen: Was
stilleggen van het werk, tot schade van
de opdrachtgever, van de aannemer,
van de bouwvakarbeider èn van het al
gemeen belang inderdaad noodzakelijk?
Zeer leerzaam is te dien aanzien de
opsomming van een aantal werken,
waarbij het storten van beton werd ver
boden:
1. bij een viaduct te Deventer bij 5 gr.
boven nul;
2. bij een brugdek te Doesburg bij 4 gr.
boven nul;
3. bij een stationsgebouw bij 3 gr. bo
ven nul;
4. bij een telefoongebouw te Zwolle bij
2 gr. boven nul;
5. bij een gemeentelijk werk te Soester-
berg bij 1 gr. boven nul.
Hieruit blijkt wel, dat bij de beoorde
ling of onder bepaalde temperatuurs-
omstandigheden mag worden doorge
werkt, aan de zijde van de directies nog
al verschil van opvatting bestaat. In dit
verband vragen wij ons af, of ten aan
zien hiervan niet meer moet worden
overgelaten aan het inzicht en de ver
antwoordelijkheid van de aannemer of
diens leidinggevend personeel. Zeker op
dit punt is een nauwe samenwerking
zeer aan te bevelen. Kan dit nu reeds
tot gunstige resultaten ten aanzien van
de productie leiden, straks wanneer ver
dere middelen zijn ontwikkeld om ook
bij enkele graden vorst te kunnen
doorwerken, zal die samenwerking ze
ker onontbeerlijk zijn.
Er schuilt toch wel iets wrangs in,
wanneer wij enerzijds vernemen dat
bouwvakarbeiders hebben geprotes
teerd tegen het stilleggen van hun werk
en wij anderzijds brieven ontvangen van
aannemers, die zich erover beklagen dat
door de opzichter bevolen is het metsel
werk stop te zetten omdat het de ko
mende nacht wel een paar graden zou
kunnen vriezen.
Daarom is zeer zeker hier een ernstig
en dringand beroep op de directies op
haar plaats om, waar mogeijk, hun me
dewerking te verlenen door ook bij wat
lagere temperaturen toe te staan het
werk voort te zetten, waarbij dan zo
nodig middelen kunnen worden toege
past, die voorkomen, dat bij doorzetten
van de vorst het bouwwerk schade on
dervindt.
meer tot zichzelf dan tot de anderen,
toen de jonge vrouw hartstochtelijk be
gon te huilen.
HOOFDSTUK XIV.
De redding.
De burgemeester van Idadorp reed
met zijn beide zoons, nadat hij opnieuw
door opzichter van der Waal gewaar
schuwd was, de dijk af in de richting
van de haven. Het bericht van Klaas
werd bevestigd; de beide polders links
en rechts van de haven waren reeds vol
gelopen. Gedurende het verdere deel
van de nacht reed hij op en neer en
waarschuwde mensen, waar dit moge
lijk was. Tegen de morgen kwam hij bij
het gemaal om te kijken, of hier mis
schien nog mensen gevlucht waren. De
rit er heen was een waagstuk, want op
sommige plaatsen stroomde het water
ook hier al over de dijk. Burgemeester
de Vries had verwacht, dat hier mis
schien enkele mensen zouden zijn, doch
tot zijn grote verbazing en schrik ont
waarde hij enkele tientallen vluchte
lingen uit lagere, reeds ondergelopen
gedeelten. De mensen wilden mee, doch
de burgemeester zei, dat zulks onmoge
lijk was. „Jullie staan hier nog betrek
kelijk veilig," zei hij„ik zal terug gaan
om meer hulp te halen".
De kalme toon, waarop de burgemees
ter deze woorden sprak, had het ge
GEMEENTE BRESKENS
over de maanden Nov. en Dec. 1955
GEBOREN: 21-11, Mathilde Louise Ge-
rarda, d. van Antoine Bernardus de
Krijger en van Alina Mathilde Cam-
maert; 23-11, Jeannette, d. van Frans
van Oostenbrugge en van Hendrik je de
Goede; 26-11, Maatje, d. van Levinus
Hengst en van Neeltje Verhulst; 12-12,
Krina Johanna, d. van Cornelis Stroo
en van Adriana Elizabeth Quaars; 13-
12, Catharina Diana Jacqueline, d. van
Pieter Jacobus Vergouwe en van Neeltje
Dhont; 27-12, Maatje Leunt je, d. van
Dingenus Marijs en van Catharina Cam-
bier.
HUWELIJKEN: 17-11, Aimé Edmond
Vercruysse, 21 j„ wonende te Malde-
gem (B.) en Alida Maria Louisa van
Leeuwe, 21 j., wonende te Breskens; 26-
11, Pieter Hendrik Joannes Visser, 30 j.,
wonende te Breskens en Sonia Nathalie
Remy Clement, 22 j., wonende te Krim
pen aan den IJssel; 23-12, Jannis Pieter
Oosterling, 61 j., wonende te Breskens
en Johanna van de Velde, 52 j., wonende
te Breskens; 23-12, Adrie de Lobel, 28 j.,
wonende te Breskens en Janneke Leonie
Boeckhout, 19 j., wonende te Breskens.
OVERLEDEN: 16-11, Janna Cornelia de
Roo, 80 j„ wonende te Breskens; 27-11,
Elizabeth van de Plassche, 76 j., wonen
de te Breskens; 23-11, Jacob van de Vel
de, 75 j., wonende te Breskens; 22-12,
Maria Pieternella Tanghe, 59 j., wonen
de te Breskens; 25-12, Cornelia Jacoba
Besemer, 81 j., wonende te Breskens;
25-12, Levina Magdalena van Male, 83
j., wonende te Breskens.
INGEKOMEN: 9-11, Anton W. Vinke en
gezin, van Axel naar Noodplan D 13;
8-11, Jozina van de Velde, van Schoon-
dijke naar van Zuijenstraat 8; 8-11,
Cornelis Simpelaar en gezin, v. Schoon
dijke naar van Zuijenstraat 8; 11-11,
Adriaan Gerritsen, v. Sluis naar Dorps
straat 74; 11-11, Eduardus D. Rabout,
van Aardenburg naar T. F. Blanken
straat 13; 17-11, Herman H. Over en ge
zin, van 's-Gravenhage naar Noodplan
D 21; 18-11, Eduardus M. Mattelé, van
Kruiningen naar 2e Zandstraat 23; 25-
11, Suzanna Moens-Keukei aar, v. Bier
vliet naar Dorpsstraat 15; 25-11, Grietje
J. van Poelje, van Dordrecht naar le
Zandstraat 9; 30-11, Maria P. Riteco
de Winde en gezin, van Zuidzande naar
Noodplan L 10; 30-11, Jan C. van Leu
ven, van Dordrecht naar Ph. v. Kleef-
st,raat 11; 2-12, Hendrikus J. de Witte
en echtgenote, van Zwijndrecht naar
Grote Kade 3; 3-12, Augustinus J. Heij-
dens en echtgenote, van Biervliet naar
Noodplan M 10: 5-12, Willem P. Heij-
dens, van België naar Molenwater 17;
6-12, Adriaan Traas en gezin, van Leer
dam naar Noodplan H 4; 6-12, Cornelis
van Oostenbrugge, van Canada naar W
2; 8-12, Jan Barentsen, van Kapellenaar
Noodplan F 9; 10-12, Cornelis du Bois
en echtgenote, van Groede naar Steen
oven 7; 12-12, Hendrik Clarijs en gezin,
van Ossendrecht naar Visserijstraat 6:
13-12, Cyriel J. van Hecke, van Groede
naar Scheldekade 24; 15-12, Maria S.
Robijn-Kornelis, van Biervliet n. Schel
dekade 29; 1-12, Johanna M. Barentsen-
la Grand, van Hoedekenskerke naar N.-
wenste resultaat. De angst verdween en
hij keerde zijn wagen om. zodat hij te
rug kon rijden naar Idadorp. Met een
vrachtauto zouden deze mensen in twee
ritten gehaald kunnen worden.
Burgemeester de Vries had naauwe-
lijks een halve kilometer gereden, of hij
moest stoppen, want het water stroom
de met zo'n kracht over de dijk, dat de
wagen dreigde meegesleurd te worden.
En bovendien was het rijvlak van de
dijk niet meer te zien, ondanks de scher
pe autolichten. Het gevolg was, dat de
mensen die de auto hadden zien stop
pen, er heen renden en iedereen pro
beerde in paniek in de auto te komen.
Een man en een vrouw sprongen in
waanzinnige angst op de motorkap en
een der zoons van de burgemeester stap
te uit om in ieder geval de lichten te
beschermen. Als men in het donker zat.
zou de ramp niet te overzien zijn. Door
de overbelasting dreigde de auto van de
dijk te geraken en het water steeg ook
hier angstwekkend snel.
De wagen was vlak bij een schuur
tot stilstand gekomen. Deze schuur
stond al gedeeltelijk onder water, maar
burgemeester de Vries achtte het dak
toch altijd nog een veiliger schuilplaats
dan de auto. Hij sommeerde de mensen
de wagen te verlaten en gaf zelf het
voorbeeld door het dak van de schuur
te beklimmen. De twee zoons van de
Weer
nieuwe
koopj
es
Nu
en
gaan al onze mantel-, japon-
peignoirstoffen er uit
Popeline
voor rokken, blouses
en Japonnen in 6 mo
derne kleuren, 90 cm. QQ «f
br. van 2.45 p. m. NU Oü UI.
Windsor-ruiten
prachtige fil k fil stof,
130 cm. br. van 6.75 O QQ
p. meter NU li.üü
Prachtige mantelstoffen
Velours de Laine, in
5 moderne kleuren, 140
cm. breed van 12.75 C QQ
p. meter NU U.v/U
Wollen peignoirstoffen
In diverse kleuren, 140
cm. breed, van 8.65 p. fi O/l
meter NU I.Ot
Plissé stoffen
voor rokken, diverse
aparte dessins, van H hQ
17.50 p. meter NU
en nog honderden andere
koopjes.
In onze Confectie-afdeling
gaan de LAATSTE winter
mantels er uit voor minder
dan de helft van de normale
waarde.
EXTRA AANBIEDING
Prachtige gabardine
REGENMANTELS
in de kleuren raf, reebruin, grijsgroen,
jwart en petrol. Maten 38 t e.m. 48
van 89.50, NU SLECHTS
UW MODEHUIS
COOSJE BUSKENSTR. 63, VLISSINGEN
De bus van boot en trein etoptvooronze zaak
plan F 9; 22-12, Maria J. E. Verhage-
Hendriks, van Groede naar Noodplan
E 2 31-12, Jacobus A. de Coninck en ge
zin, van Vlissingen naar Noodplan F 3.
VERTROKKEN: 4, Pieter J. Porreij en
gezin, van Noodplan A 4 naar Roosen
daal; 7-11, Cornelis A. L. Kotvis en echt
genote, van Steenoven 8 naar Goes; 8-
burgemeester namen elk een huilend
kind onder hun hoede. „We zullen pro
beren het dorp te bereiken, vader, om
hulp te halen".
„Doe het niet!" waarschuwde burge
meester de Vries, „het is gekkenwerk!
Je haalt het nooit!" Doch de beide jon
gens hoorden de stem waarschijnlijk al
niet meer en de vluchtelingen, die ge
leidelijk aan allen op het dak kropen,
zagen in het licht van de auto ue i^nge
jongens ieder met een kind op de arm
moeizaam een weg zoeken in de water
massa, waardoor ze nu tot kniehoogte
moesten waden. De vader schudde zijn
hoofd en dacht: die zijn verloren. Maar
hij zweeg nu wijselijk om de doodsbe
nauwde moeders niet nog meer onge
rust te maken.
Via een gat in het strodak konden
ze de zoldering bereiken en hier was
men in ieder geval droog. De mannen
hielpen de anderen een voor een het
dak beklimmen en zo kwamen tenslotte
ongeveer zestig mensen op de strozol
der. Hier was men in ieder geval be
schut voor de Tind. Doch de loeiende
storm deed de oude schuur kraken en
schudden en iedereen verwachtte, dat
het bouwsel in elkaar zou storten.
Tot ieders onuitsprekelijke vreugde
hield de schuur het en toen het dag
licht doorbrak, waagde de burgemeester
zich weer op de dijk, waarover nog steeds