BRILLEN
Het begon in het dodenhuis
van de Sing-Sing
CIRKELGANG
^Srlüemaefter"
De schakel
ALGEMEEN NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR WEST ZEEUWSCH-VLAANDEREN
9e Jaargang Nummer 503
Vrijdag 10 Sept. 1954
Drukkers-Uitgeverij: Firma SMOOR <S DE HULSTER Dorpsstraat 10 - BRESKENS - Telefoon 27 - Giro 358296
Verschijnt iedere Vrijdag
Abonnementsprijs:
f 1,10 per kwartaal; franco
per post f 1,25
Prijs der advertentiën:
10 cent per m.m.;
bij abonnement korting
Advertenties met „brieven
onder nr. of bij ons te
bevragen" 10 cent extra,
De deur is achter me in het slot
gevallen en ik sta in het dodenhuis van
de Sing-Sing. De korte, zachte slag is
niettemin gehoord door de twaalf
mannen, wier enige zekerheid in het
leven nog is, dat ze straks ter dood
zullen worden gebracht.
Ik hoor beweging in de cellen. Ach
ter die zwaarbeslagen deuren staan nu
de ter dood veroordeelden en houden
de adem in. Zij wachten en weten niet
waarop. Zij wachten en het kan alleen
maar zijn op de dood. M'n begeleider
gaat me voor naar weer een deur
en dan sta ik in een klein, onaanzien
lijk vertrek, met daarin een kleine,
onaanzienlijke stoel. De electrische stoel.
Je huivert van deze grauwe, gruw
zame atmosfeer, van de onwezenlijke
stilte, van die simpele, maar genade
loze stoel, die wel de mens, niet echter
diens probleem vernietigen kan. Het
probleem van de ontspoorde mens in
een maatschappij, die de voorwaarden
tot die ontsporing helpt scheppen.
Het vertrek ziet er proper uit als
een moderne toonzaal. Er ligt nergens
een stofje, het schakelbord, dat de
moordende stroom bergt, glimt feeste
lijk. In een nabijgelegen vertrekje staan
een aantal keurige ontleedtafels. Straks
zal uit de verschroeide lichamen van
de twaalf mannen het hart worden ge
sneden om de maatschappij desgevraagd
te kunnen bewijzen, dat de misdaden
jegens haar metterdaad zijn afgestraft.
Hierna kunnen de misdadiger door die
zelfde maatschappij weer voorrechten
worden geboden, want enorme ijskasten
wachten om gaaf zijn dode lichaam te
bewaren, zo de familie op een eigen
begrafenis prijs mocht stellen. Je ver
laat het zo steriele, maar tegelijk zo
sinistere dodenhuis weer langs de cellen
van de veroordeelden. Een van hen
slaat uitzinnig met de vuisten tegen
de stalen deur. „Het is haast nog een
jongen", vertelt je gids, „maar hij ver
moordde een bejaard echtpaar om aan
geld te komen".
„En zijn voorgeschiedenis wil je
weten
„Het oude lied", zegt de man naast
je. Opgegroeid in een achterbuurt van
New York. Een vader, die liever dronk
dan werkte, en een moeder, die met
haar kinderen meer slaag kreeg dan
FEÜILL£TO«
Een Westfriese roman
door MAARTJE ZELDENRIJK
HOOFDSTUK 1
Als altijd meerde precies om baif zes
het bootje met de arbeiders van de
Nederlandse Dok Maatschappij aan de
Ruyterkade. Wim Spaans was een der
eersten, die op de wal sprong en voor
de anderen uit rende hij naar de fiet-
senioods om zijn vehikel uit de stal
ling in ontvangst te nemen. De bewa
ker, zijn klanten kennende, zag de
jongeman en gelijk bij zijn aankomst
kon hij reeds zijn fiets in ontvangst
nemen.
„Merci 1" zei hij lachend, terwijl hij
gemakkelijk over de stang heen zwaaide.
Zijn voeten zochten de trappers tot ze
steun vonden en weldra was hij ver
dwenen tussen al het verkeer, dat zich
in dit spitsuur een weg naar huis zocht.
OOSTBURG
eten. De eerste diefstal, de jeugdge
vangenis, enfin, u weet zelf wel, hoe
dat gaat
Je weet het en we moesten het alle
maal weten. Ook wij in Nederland,
waar jegens de ontspoorde naaste zo
veel meer ten goede wordt gedaan,
maar altijd nog te weinig
De roffelende vuisten op de celdeur
zijn als vuisten in je eigen gezicht. Was
het z ij n schuld, vraag je je af, dat
deze jongen werd grootgebracht in de
reddeloze armoede van de achterbuur
ten Was het zijn schuld, dat zijn
vader geen begrip had en hem met
een stok de straat opjoeg Was het
allemaal z ij n schuld alleen Of ook
en in de allereerste plaats die
van de maatschappij Of ook en in
de eerste plaats die van ons, vol
wassenen
Na Amerika kwam je in Saoedi-
Arabie. Daar zag je weer een andere
methode om de misdaad te wreken.
Denkt u nu niet, dat ik u een fabeltje
navertel. Het gaat hier om een reali
teit, die ik met eigen ogen zag. Hier
regeert nog de oude, meedogenloze
Mohammedaanse wet. Deze straft de
dief niet af met gevangenis, maar
en u leest het heus goed met het
afhakken van de linker hand. Ik zag
zo'n verminkte in de straten vanDjeddha.
Zo ergens dan gold hier dus de aloude,
barre wet van het „oog om oog, tand
om tand". Alsof de harde, genadeloze
straf de misdadigheid zou kunnen ver
minderen, laat staan opheffen.
Kort na mijn oriëntatie-reizen naar
Amerika en het Midden-Oosten en nog
diep onder de indruk daarvan bezocht
ik een Jeugdgevangenis in Zutphen.
Wat ik hier ontdekte, trof mij minstens
zo diep. Hier toch vond ik een ge
vangenis, die met een strafplaats maar
weinig, met een reclasseringsoord daar
entegen alles te maken had. Er be
vinden zich een honderdtal jeugdige
delinquenten, onder wie er zijn, die
geen geringe misdaden begingen. Toch
zijn hier geen cellen, maar kamertjes,
die de bewoners al naar hun karakter
en smaak zelf kunnen inrichten. De
cipiers zijn eerder maatschappelijke
werkers dan gestrenge bewakers. Er
„Moordweer," dacht Wim, intussen
een flink gangetje inzettend; „echt
weer om eens een dagje uit te gaan".
Maar dat zou nog wel een poosje du
ren. Het was immers pas April en
voor Juli ging hij toch niet met vacantie.
Via het stille gedeelte van de De
Ruyterkade bereikte hij de Korte
Prinsengracht. Even de Haarlemmer
dijk, het Plein en dan via de Nassau-
kade naar huis.
Jonges, wat was het weer druk van
avond. Het leek wel, of iedereen te
genwoordig fietste. Nu ja, 't was te
begrijpen. De tram kostte ook elf cen
ten en in deze crisistijd deed je al
heel wat als je een gulden in de week
kon uitsparen.
Natuurlijk, bij de De Clercqstraat
had hij weer pech. Stoplicht rood.
Traag kwam de Haarlemse tram de
brug opkruipen. Enfin, dan ging hij maar
rechtsaf en via de Bilderdijkstraat naar
huis. Maar dat was niet nodig want
net, toen de laatste wagen van de
tramtrein de straat uit was, werd het
licht weer groen en was de weg vrij
om door te rijden.
zijn een paar dikgetraliede strafcellen,
maar wanneer ik vraag ze te mogen
bekijken, moet eerst de sleutel worden
gehaald en gaat de deur maar moeilijk
open. AI in geen negen maanden deden
ze dienst.
De directeur, de geestelijkheid, de
psychiater, de sociale ambtenaar, ze
zijn hier niet om te vergelden, maar
om te observeren en te peilen, te be
grijpen en begrip te wekken, om te
genezen en op te voeden. Wie deze
methoden verwekelijkt wenst te noemen
en zweert bij de wraak en de vergel
ding, hij zou als ik met de directeur
van deze gevangenis of de gevangenen
zelf moeten kunnen praten om dan te
ervaren door welke ellendige oorzaken
deze jongens vaak hier belandden. Door
wrijvingen in het gezin, door de mise
rabele, ronduit onzedelijke woontoe
standen, door de verderfelijke invloed
van de straat en het gebrek aan ver
antwoorde vrije-tijdsbesteding. Hij zou
zich dan met mij verheugen, dat er
mannen en vrouwen zijn, die onver
poosd en door alle onvermijdelijke
teleurstellingen heen, het beste van
zichzelf geven om deze verknoeide
levens weer bezinning, zelfrespect en
moed bij te brengen en daar, naar de
uitkomsten bewijzen, voor een goed
deel in slagen. Over reclassering ge
sproken behalve het massale werk
dat zij doet om de ontspoorde mede
mens weer in het gareel te krijgen,
ziet hij jaarlijks nog kans ruim io.ooo
voorlichtingsrapporten uit te brengen,
die de rechter vóór het vonnis volledig
inlicht omtrent de verdachte, diens
aard, milieu, voorgeschiedenis, e.d., zo
dat bij de bepaling van de strafmaat
en de heropvoeding hiermee rekening
kan worden gehouden. De strafmaat
regel wordt dan voor de veroordeelde,
zo goed als voor de maatschappij, een
zegen inplaats van een vervloeking en
een schande. Het kan niet anders of u
zult dit met mij eens zijn. En dan zult
u het uwe willen doen om hier te
helpen. Bijvoorbeeld door een geldelijke
gift aan de Reclassering.
Leo Uittenbogaard.
Ook de Kinkerstraat was weer ver
bazend druk, vond Wim. Maar met de
fiets kon je in de regel er nogal aar
dig tussendoor kruipen. Gauw de Ten
Katestraat in, dan was hij zowat thuis.
Toen hij de Borgerstraat inreed,
kreeg hij een vreemd gevoel over zich.
Gunst, hoeveel jaren woonde hij nu al
in deze gribus- Een echte volksbuurt
was het in de loop der jaren gewor
den: vuil en vies. Vooral vies. Wat
een verschil met de Kinkerstraat, waar
zowat de hele dag straatvegers aan
het werk waren. En dan 's avonds
nog de auto van de reiniging. Maar
in de Borgerstraat was het zeker de
moeite niet waard. Moest je toch eens
zien wat een vuil en een rommel in
de goten. En tussen al die viezigheid
zaten kinderen te spelen. In een hoop
visafval, half verpakt in een oude krant,
die op een hoop naast de stoep lag,
zat een hond te snuffelen. Vlak er bij
zaten drie meisjes te bikkelen. Wat
drommel, daar was zijn jongste zusje
Tonia ook nog bij. Dat zo'n kind niet
misselijk werd van al die smurrie
Met een ruk sprong hij van de fiets.
BURGERLIJKE STAND
Gomeentö OOSTBURG
over de maand Augujtu» 1954.
GEBOORTEN: 7, Eddy Augustinus
Maria, zn. van C. A. Geernaert en
van R. L. Aerssens, wonende te IJzen-
dijke: 12. Neeltje Magdalena, d. van
A. de Ruijter en van N. M. den Doel-
der, wonende te Oostburg; 15, Joseph
Petrus, zn. van C. F. van Dierendonck
en van M- van Opdorp, wonende te
Groede: 17, Franciscus Emilus, zn. van
E. J. van den Bekke en van E. M. de
Neve, wonende te Aardenburg; 21,
Cornells Leonardu» Johanna, zn- van
L. W. de Kievit en van W. M. A.
Claasen, wonende te Oostburg; 27,
Jannetje, d. van W. S. Taillie en van
P. van de Vrie, wonende te Schoon-
dijke; 26, Hendrik, zn. van H. Meijer
en van J. Verkeste, wonende te Oost
burg; 30, Petrus Josephus Prudent, zn.
van P. de Backers en van R. E. S.
Buijck, wonende te Aardenburg.
OVERLIJDEN6, Paulina Amelia de
Roo, 84 j., wed. van Ch. L. van de
Wijnkei, te Uzendijke; 15, Pieter Ver-
poorte, 66 j., gehuwd met J. E. de
Lange, te Breskens; 16, Antheunis den
Hollander, 83 jweduwn. van S. P.
Marsilje, te Schoondijke; 22, Lena Cor
nelia Huijsheere, 79 j., wed. van J.
Kareis, te Groede; 27, Maria Sara de
Meester, 34 j., dochter van J. de
Meester en van S. M Bron, te Groede;
27, Prudent Auguste De Rijcke, 77 j.§
gehuwd met E. C, Wijffels, te Sluis;
27, Marionie Leonie Vloebergh, 70 j.,
wed. van P. van Landschoot, te Oost
burg; 29, Camiie de Boever, 81 j.,
weduwn. van F. C. Lecluijze, te Oost
burg; 31, Johanna Angelina Zeegers,
49 j., gehuwd met R. J. Groosman, te
Hoofdplaat.
HUWELIJKEN; 19, Omer Valère
Geyssens, 26 j., wonende te Sint Mar-
griete (België) en Yvonne Maria Ver-
straeten, oud 23 j., wonende te Oost
burg.
Hoeveel radioluisteraars
telt Nederland
Het aantal aangegeven radio-ontvang-
toestellen in Nederland bedroeg per i
Sept. 1954 1.922.425 tegen 1.914912
op 1 Aug. 1954.
Op r Aug. 1954 waren er 497.113
aangeslotenen op het Rijks-radiodistri
butienet tegen 495.846 op 1 Juli 1954.
Ruw pakte hij zijn elfjarig zusje bij de
schouders en zei; „Ga toch niet zo
op de grond zitten, moet je ziek wor
den? Kunnen jullie niets anders doen
dan op die vuile straatstenen spelen?"
Het kind hield verschrikt op met
het spel, waarvoor zij alle aandacht
had gehad. En door de forse greep
van haar oudere broer moest ze wel
overeind komen. Vlug pakte ze nog
de grote glazen stuiter in haar groeze
lige hand en met de andere streek ze
een paar weerbarstige pieken haar
voor de ogen weg.
„La-me-losantwoordde ze brutaal.
,,'t Gaat je toch niks an, wat ik doe?"
Wim, die opeens in een gemelijke
stemming verkeerde, gaf het kind een
duw en zei nors: „Vooruit, naar huis!
En je handen en je gezicht wassen.
Je ziet er uit
Tonia, die door de forse duw haast
voorover viel, volgde het bevel van
haar broer op, maar begon gelijktijdig
zo hard te brullen dat een drietal
vrouwen, die een paar huizen verder
een buurpraatje hielden, verschrikt
zwegen en naar het kleine straatdrama