V Voor de microfoon Wiife steenkool ZONDER GELUK vaart niemand wel ALGEMEEN NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR WEST ZEEUWSCH-VLAAWDER EN 9e Jaargang Nummer 483 Vrijdag 23 April 1354 Drukkers-Uitgeverij: Firma SMOOR DE HULSTER - Dorpsstraat 10 - BRESKENS - Telefoon 27 - Giro 358296 Verschijnt iedere Vrijdag Abonnementsprijs: t 1,10 per kwartaal; franco per post f 1,25 Prijs der advertentiën: 10 cent per m.m.; bij abonnement korting Advertenties met „brievrn onder nr- of bij ons te bevragen' 10 cent extra, WÊÈÊmSÊÊÊmm iMÊiSMBÊSÈÈmm Het in zo korte tijd wereldberoemd geworden Engels-Nederlandse sterretje Audrey Hepburn (de hoogste onder scheidingen van film, theater en televisie) heeft samen met ds Amerikaans-Engelse Deborah Kerr (linker foto) een toe spraak gehouden tot alle kinderen van de wereld. Zij vertelde over het kinder noodfonds der Verenigde Naties, dat thans zeven jaar geleden in het leven werd geroepen. De bedoeling was, de filmsterren zo min mogelijk last te bezorgen, door hen „aan huis op te nemen", maar Audrey zei, dat ze zelf wel even „langs" kwam. Vandaar het verschil in décor op beide foto's. (J. P. de K.) Na de ooriog is de economie van Canada op alle mogelijk gebied met grote sprongen vooruit gegaan. De winning van grondstoffen bijvoorbeeld heeft een enorme vlucht genomen en ook de verwerking van de in de bodem gevonden ruwe materialen is als ge volg daarvan sterk uitgebreid. Het uitgestrekte land, Canada is bijna even groot als Europa, heeft enorme bodemschatten, die voor de ontwikkeling en de opbouw van tal loze bedrijfstakken van groot belang zijn. Hierbij komt nog dat steeds weer nieuwe delfstoffen en mineralen worden ontdekt. Het onderzoek hiernaar gaat nog steeds door en men weet zelf3 bij lange na nog niet wat in de grond van minder bekende gebieden nog ligt ver scholen. Om een idee van deze bodemrijk dommen te geven noemen we steen kool, olie, ijzererts, nikkel, zink, koper, lood en goud. Canada bezit grote voor raden van vrijwel alle mineralen. Men zal begrijpen dat om de hieraan ver bonden werkzaamheden te kunnen ver richten een groot aantal handen nodig zijn. Ook op ander gebied is Canada in hoge mate met natuurlijke rijkdom men bedeeld. De oppervlakte aan cul tuurgrond is bijzonder groot. Maar behalve deze in cultuur gebrachte ge bieden, komen er ook uitgestrekte bossen voor die het materiaal leveren voor onder andere de papierindustrie. Naast dit alles beschikt Canada nog over een zeer belangrijk element n.l. de witte steenkool, waarmede zoals men weet wordt bedoeld het benutten van waterkracht, voor het opwekken van electriciteit. Goedkope krachts voorziening is natuurlijk van belang voor de ontwikkeling van industrieën. Een typisch Canadees voorbeeld hier van is de aluminiumfabriek, die op het ogenblik in de provincie Brits-Columbia wordt gebouwd. Nu worden bij de productie van aluminium enorme hoeveelheden elec triciteit verslonden en is het dus van het grootste belang deze electriciteit zo goedkoop mogelijk te verkrijgen. Men heeft dit probleem opgelost door in de bergen van Brits-Columbia door afdamming van een aantal rivieren een kunstmatig meer te vormen. De kracht van de uit dit meer naar beneden komende watermassa's wordt omgezet in de electrische energie die de nieuwe aluminiumfabriek nu juist nodig heeft. Enkele jaren na de oorlog verklaarde de toenmalige minister-president al, dat er een gevaar in schuilt als een be trekkelijk geringe bevolking zou trachten dit grote erfdeel voor zichzelf te be waren. Dit betekent met andere woor den dat de bodemschatten moeten worden aangewend ten dienste van de mensheid en dat het nodig is de be volking van Canada te vergroten. Hieruit blijkt dus weer welke behoefte Canada heeft aan emigranten. De laatste tien jaar is men op grote schaal begonnen met het stichten van nieuwe fabrieken of het uitbreiden van alle bestaande industrieën, het aanleg gen van spoorwegen, enz. De industriële ontwikkeling van Canada neemt een hoge vlucht en wanneer men deze ont wikkeling in de hand wil houden, zullen er voldoende mensen moeten zijn. Men zal begrijpen, dat al deze activiteiten op hun beurt hun invloed uitoefenen op andere gebieden van het economi sche leven, waarbij we denken aan de handel, het verkeer, de ambachten, de vrije beroepen, enz. Hiermede wordt eveneens aangetoond dat er niet alleen mogelijkheden zijn in de landbouw maar dat er ook tal van kansen zijn voor andere beroeps groepen. De Canadese regering heelt een lijst van beroepen opgesteld, waar aan Canada grote behoefte heeft. Ieder een die een dergelijk beroep uitoefent kan, wanneer hij tenminste aan de bekende voorwaarden ten aanzien van gezondheid etc. voldoet, naar Canada emigreren. De aanmeldingskantoren kunnen omtrent deze lijst alle inlich tingen verschaffen. Velen hebben de vraag gesteld „Kan ik in Canada binnen niet al te lange tijd een eigen bedrijf opzetten De ervaring heeft geleerd, dat er inder daad voor vak- en ambachtslieden kansen zijn om een eigen bedrijf te stichten. Vele Nederlanders, zoals sme den, bakkers, monteurs en timmerlieden, zijn er reeds in geslaagd met succes een eigen bedrijf te beginnen. Natuur lijk is voor zelfstandige vestiging nodig, dat men in zijn eigen vak eerst vol doende Canadese ervaring opdoet en dat men een goed inzicht heeft in de omstandigheden en gewoonten. Uiter aard is er ook kapitaal nodig, maar door aan te pakken en zuinig te leven komt ook dit in de regel wel in orde. In de meeste gevallen heeft de emi grant niet voldoende geld om een bedrijf op te zetten en is hij dus aan gewezen op credieten. De vraag of men in Canada crediet zal kunnen krijgen, hangt volledig af van de goede naam en reputatie, die men daar heeft verworven. Dat is heel belangrijk en wat voor andere emigratielanden geldt, geldt ook hier. Plaatsing en vestiging zijn in de regel gemakkelijker in de kleine plaatsen op het platte land, dan in de grote steden. Men zal begrijpen waaromde kosten van levensonder houd zijn daar lager, men raakt ge makkelijker bekend met de omgeving, men doet eerder relaties op, kortom allemaal dingen, die voor de aanpas sing van groot belang zijn. BURGERLIJKE STAND. Gamesnta SCHOONDIJKE over de maand Maart. GEBOORTEN I, Hubertus Cornelia Petrus Johannes, z. v. H. A. Riemens en C. S. S. Steijaert. 12, Theodoor, z. v. J. de Feijter en J. L. den Hamer. HUWELIJKEN Geen. OVERLEDEN 2, Jannis van Lare, 55 jechtg. van C. Dierx. 3, Maria Sara Moelaart, 76 jr., weduwe van H. J. van Kouwenberg. INGEKOMEN 8, S. Deij van Ter- neuzen naar W 38a. 4, R. van Voren en echtgenote van Hoofdplaat naar O 46c. 10, M. W. van Dam, echtge note van A. A. de Hulster van Stol wijk naar W 47. 20, H. J. Cornips van Berg en Terblijt naar Willemsweg II. VERTROKKEN 4, W. Hamelink en gezin van Cransbergstraat 5 naar O. en W. Souburg, Middelburgsestraat 27. 29, P. Risseeuw en echtgenote van Losserstraat 1 naar Vondellaan 61, Arnhem. 29, M Risseeuw van Losser straat I naar Groede A 29b. FEUILLETON door HENK VAN HEESWIJK 33 Maar zijn vertrouwen kreeg die avond een geduchte knauw. Als ge woonlijk reed hij om een uur of zeven naar „Ruimzicht," doch toen hij daar aankwam vertelde de huisknecht, dat de hele familie niet thuis was. De graaf had hen uitgenodigd naar de opera te gaan, die in de stad gegeven werd en met de wagen van de heer des huizes waren ze zo even wegge reden. Joop slikte een lelijk woord in, dankte de oude baas voor zijn inlich tingen en draaide zich om, waarna hij met een gang wegreed. Fred zag ver wonderd op toen zijn vriend kort daarna weer arriveerde. Met een paar woorden legde Joop hem uit, dat de familie met de graaf uit was. Nu maakte Joop zich toch wel on gerust. Weliswaar geloofde hij nog steeds dat Greet hem trouw zou blij ven. Bovendien, had hij zelf niet ge zien, dat die adellijke kwibus een oogje op Annie had? Nee, wat dat betrof, daarover behoefde hij zich geen zorgen te maken. Maar ze had hem in ieder geval toch wel even een boodschap kunnen geven. Wat drommel, waarom was ze 's middags zelf niet even gekomen? Of waarom had ze geen briefje voor hem klaar gelegd? De volgende morgen was het Joop, die vroeg uit zijn bed kroop en aan het werk ging. De wagen van de graaf, die nu al twee dagen in de hoek had gestaan, zou hij nu maar eens gron dig onderhanden nemen. Hij begon met de motor, maar aangezien hij de wagen helemaal wilde nazien - in dit geval wenste hij de eer aan zichzelve te houden en zou hij er voor zorgen dat die lammeling zijn wagen zo goed ais mogelijk was weer terug kreeg - haalde hij ook de losse zittingen uit de wagen. Toen hij de achterste zit ting er uit tilde, viel zijn oog op een klein opschrijfboekje, dat er waarschijn lijk tussen was gegleden. Die vent was natuurlijk niet op de gedachte geko men, dat het daar verzeild geraakt kon zijn en bad hier dus niet gezocht. Hij zette de zitting neer en nam het boekje in zijn handen. Nieuwsgierig bladerde hij er in en zag verschillende adressen en namen, voornamelijk adressen in Nederland. Ook het adres van de heer Van der Berg stond opgeschreven. Het waren waarschijnlijk allemaal kennissen van hem. Opeens kreeg hij een ingeving. Het was misschien niet erg netjes, maar toch deed hij het. Hij haalde zijn eigen opschrijfboekje uit zijn overall en be gon de namen en adressen, die in het boekje van de graaf vermeld stonden, over te schrijven. Je kunt nooit weten, dacht hij, hoe het me nog eens te pas kan komen. Toen hij daarmee klaar was, stak hij de beide boekjes in zijn zak en ging verder met zijn werk. Tot zijn grote verrassing en opluch ting kwam Greet in de loop van de morgen aangefietst. Hij beheerste zijn vreugde en begroette haar een beetje koel. Greet bemerkte het onmiddellijk; ze beet op haar lippen en kreeg een kleur. „Ik leefde al in de veronderstelling dat je me vergeten was," zei hij droog. Tegen zijn gewoonte in had hij haar geen zoen gegeven en dat trof haar pijnijk. Ze keek verward naar Fred, die languit onder de Peugeot lag en naar de knecht, die buiten een wagen aan het afzemen was. „Laten we even naar boven gaan, Joop, dan kunnen we praten," stelde ze voor. „Best," antwoordde hij, nog steeds stug. Maar hij ging meteen naar bo ven, terwijl Greet volgde. In het kamertje gezeten keek Greet hem verwijtend aan en vroeg„Kan er vanmorgen geen zoen voor me overschieten, Joop?" Haar toon vertederde hem. In een wip was hij bij haar en drukte haar in zijn stevige armen, terwijl hij het gezicht en de hals van het meisje overdekte met kussen. „Greet, meid," zei hij gesmoord, „ik

Krantenbank Zeeland

De Schakel | 1954 | | pagina 1