L.
Wesi Zeeuwsch-Vlaander en
watersnood geteisterd
ook door
Gelukkig geen doden te betreuren
DE ZWARTE VLEK
De schakel
ALGEMEEN NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR WEST ZEEUWSCH-VLAANDEREN
8e Jaargang Nummer 420
Vrijdag 6 FEBR. 1953
Drukkers-Uitgeverij: Firma SMOOR <S DE HULSTER - Dorpsstraat 10 - BRESKENS - Telefoon 27 - Giro 358296
Verschijnt iedere Vrijdag
Abonnementsprijs
f 1,per kwartaal; franco
per post f 1,15
Prijs der advertentiën
10 cent per m.m.;
bij abonnement korting
Advertenties met „brieven
onder nr. of bij ons te
bevragen", 10 cent extra
In de nacht van Zaterdag op Zondig
heeft zich in Nederland een zeer grote
nationale ramp voltrokken, die aan
honderden mensen het leven heeft
gekost.
Des avonds reeds gaf de radio waar
schuwingen voor zware storm, doch
niemand kon bevroeden, welke nood
lottige gevolgen deze zou hebben.
In Breskens klonk omstreeks half
drie Zondagmorgen het geloei van de
sirene, doch toen de bewoners buiten
kwamen om te zien wat er aan de
hand was, stroomde het water reeds
de Dorpsstraat en andere wijken binnen.
De ernst van de toestand inziende,
werd door velen in allerijl huisraad,
enz., naar de zolder gebracht. Intussen
probeerde men op het Spuiplein de
vloedbalken aan te brengen, doch door
het steeds stijgende water ging dit met
grote moeilijkheden gepaard. Grote
hoeveelheden water stroomden over de
Scheldekade, naar de lagere gedeelten
der gemeente.
De zee was, voor zover te zien, één
woeste, kokende massa. Naast het hotel
Roest vormde zich reeds vrij spoedig
een geul, waardoor het water zich een
weg baande naar de daarachter gelegen
straten en de huizen binnen drong en
op sommige plaatsen daarin een hoogte
bereikte van 40 a 50 cm. Hetzelfde
gebeurde tussen de woningen van de
heren Vroon en Klaaijsen, zodat alle
Oostelijk gelegen wijken onder water
kwamen te staan. Van de oude haven
via het Spuiplein stroomde het water
door de Dorpsstraat, stenen en balken
van het haventerrein met zich voerend.
Intussen begon het hotel Roest te
verzakken, zodat de bewoners en aan
FËUILLETON
43. door NIEK VAN DER ZWAAN.
Dat was een heel karwei, waarbij
Wijnandse van 's morgens vroeg tot
's avonds laat in de weer was. Hij
had er weer een zetmachine bijge-
kocht en ook een snelle tweetoeren-
pers, waarop hij grote oplagen in
korter tijd zou kunnen draaien.
Op de laatste dag van Mei was
alles overgebracht en sloot Wijnandse
voor de laatste maal de thans lege
drukkerij. Het stemde hem wel even
weemoedig, want hier had hij ten
slotte nu bijna twee jaren geleden de
grondslag gelegd voor zijn bedrijf en
hier was immers zoveel gepasseerd.
Nu lag de drukkerij leeg en verlaten
Miep daarentegen had geen heim
wee, maar was opgetogen over deze
vooruitgang. Het kleine benauwde kan
toortje, waar ze met hun tweeën zo
veel maanden gewerkt hadden, slechts
wezige gasten in allerijl door het woeste
water naar de buren vluchtten. De
toestand werd steeds meer critiek, daar
ook de dijk nabij het zgn. „Duivels-
hoekje" het dreigde te begeven. Ook de
duinen achter Zandstraten en Boulevard
begonnen zwakke plekken te vertonen.
Het water bereikte ook hier de huizen
en de tuintjes achter de houten barak
ken op de Boulevard kwamen blank
te staan.
Aan de Westzijde van de Dorpsstraat
en in het Noodplan heeft men geluk
kig geen overlast van het water onder
vonden.
De bewoonde bunkers aan het einde
van de Boulevard liepen vol en de
mensen moesten in allerijl vluchten.
Wonder boven wonder hielden de
zeeweringen rondom Breskens stand
en er ging dan ook een zucht van ver
lichting op onder de bewoners, toen
geconstateerd werd dat het water be
gon te zakken. Toen het daglicht aan
brak en men een overzicht kreeg, bleek
de schade echter zeer groot te zijn.
Het hotel Roest verkeerd in desolate
toestand. Zo woest was het water, dat
het drie in de haven liggende vissers
schepen, twee Wieringers en een Urker,
alsmede een sleepboot, die hier voor
reparatie lag, op de midden-havendam
wierp, waarbij ook de aldaar staande
machinefabriek van de fa. Van de
Sande werd beschadigd, die bovendien
ook veel van het water te lijden heeft
gehad, aangezien er meer dan 1V2 m.
water in stond.
Een losgeslagen vissersboot is dwars
over de midden-havendam geslagen tot
in de fuik van de aanlegplaats van de
Provinciale bootdienst, terwijl de BR 4
gescheiden door een dunne houten
wand met het overige kantoorperso
neel, zegde ze nu voorgoed vaarwel,
lnplaats daarvan had ze nu een kan
toor geheel voor zichzelf en haar secre
taresse, die per 1 Juni in dienst werd
genomen. Daarnaast met een aparte
deur verbonden, was het kantoor van
Ger, eveneens met een eigen secre
taresse. En dan kwamen vervolgens de
twee kantoren van de boekhouding en
de expeditie-afdeling. Voor, bij de
grote deur, waren links en rechts twee
kamertjes, een voor de portier, terwijl
het andere dienst zou doen als wacht
kamer. Een lange gang liep langs al
deze vertrekken. Alleen de privékan-
toren van Ger en Miep waren voor
zien van matglas. In de andere bureaux
kon je vanuit de gang zo naar binnen
kijken.
En aan de andere zijde van de gang
was de grote drukkerijzaal en daar
naast de zetterij. Boven de zetterij was
het papiermagazijn, dat met een lift
verbonden was met de benedenver
dieping. En naast dit magazijn een
schaftlokaal met een ruim balcon. On
van J. van Haneghem bij hoog tij op
de zate onder water lag.
Alle op de haven staande kantoren,
werk- en opslagplaatsen hebben zeer
ernstige schade geleden. De kiosk bij
de aanlegplaats van de boot is een 50-
tal meters weggeslingerd en een frites
kraam is geheel verdwenen. De in
aanbouw zijnde graansilo voor de Coöp.
Aankoopvereniging W. Z.-Vl. is geheel
ingestort en men zal met dit werk weer
goeddeels opnieuw moeten beginnen.
Ook de inventaris van de N.V. Gebr.
Verduijn's suikerwerkenfabriek heeft
enorm veel waterschade geleden en
verder natuurlijk ook de bewoners, wier
huisraad in het water kwam te staan.
Bij een tocht langs de duinen en
dijken bleek ons, hoe droevig het thans
hiermee gesteld is. Grote stukken zijn
in zee verdwenen en er is niets meer
over dan een smalle streep. Met man
en macht wordt thans gewerkt om de
zaak te verstevigen. Gelukkig echter
zijn er in onze gemeente geen doden
te betreuren.
De gehele Zondag is met man en
macht gewerkt aan de bedreigde plaat
sen, door ingezetenen en personen uit
vele West Zeeuws-Vlaamse gemeenten,
waaronder zelfs een 75-jarige uit Oost
burg.
Reeds Maandagmiddag zijn de Bres-
kense vissers met hun schepen, voor
zien van watertanks en voedsel ver
trokken naar de geteisterde gebieden
om hulp te verlenen.
Terwijl men in Hoofdplaat alle
aandacht gericht had op de dijk bij
de haven, speelde zich aan de Inlage
een klein drama af. In twee arbeiders
woningen, die tegen de dijk geleund
staan, werd men wakker van het enorme
geweld der elementen. Toen men eens
ging kijken wat er aan de hand was,
ontdekte men tot grote schrik, dat het
water al binnen in huis stond. Ook
buurman werd gewaarschuwd en nauw-
lijks kon men het vege lijf redden.
Met donderend geweld stortte het water
der een gedeelte van het nieuwe ge
bouw liep een kelder, waar de ketel
was van de centrale verwarming. En
tenslotte was er een uitbouwtje, tus
sen de drukkerij en de woning, dat
voor garage bestemd was, plaats bie
dende voor vier auto's, want Wijnandse
was van plan om binnen korten tijd
ook een bestelauto aan te schaffen.
Wijnandse liep naar de drukkerij,
vergezeld van Miep. Voor het gebouw
bleven ze even staan. Wat toch een
verschil met nu bijna twee jaar geleden,
dacht het meisje, toen ze bij hem kwam
solliciteren als typiste. En nu was ze
reeds firmante van dit grote, vernieuwde
bedrijf.
Wijnandse keek haar eens aan. „Te
vreden, jongedame?" vroeg hij glim
lachend. Na haar bekentenis die avond,
toen hij door Tini was afgewezen, was
er een zekere vertrouwelijkheid tussen
beiden ontstaan, die echter alleen tot
uiting kwam, als ze entre nous waren.
En na die volgende avond, toen hij
als verloofd man terug kwam, was er
door hen over deze toch altijd nog
iewat pijnlijke kwestie niet meer ge
zich in de polder. Zoals het hier ging,
ging het ook bij nr. 7, bij de boerderij
van de heer de Klerk. Ook hier kon
men slecht» node het vege lijf redden,
met achterlating van al wat dierbaar
was. In Hoofdplaat werd om half drie
groot alarm geslagen, waarop men met
man en macht aan de dijk bij de haven
aan het werk ging. Onder leiding van
de burgemeester kwam er spoedig or
dening in het werk. Wethouder Ter-
mote leidde het werk aan de dijk bij
de Klerk, waar de toestand ook pre
cair was. Het Hoofdplaatpoldertje en
de Inlage stonden volkomen onder
water, terwijl men voor de binnendijken,
die direct tegen de kom van het dorp
liggen, vreesde. De gehele nacht werd
tegen het steeds hoger komende water
gevochten. Soms stroomde het herhaal
delijk over de dijken, grote stukken
zeewering met zich meeslepend. Onder
de morgen was er groot alarm gesla
gen in Biervliet en IJzendijke, waar
door de mannen van Hoofdplaat een
ogenblik konden gaan rusten. Lang
duurde de rust echter niet. Er werd
materiaal aangevoerd en spontaan hulp
aangeboden. Dank zij deze hulp is
Hoofdplaat voor het allerergste ge
spaard gebleven.
Zondagmiddag om ongeveer 5 uur,
toen men dacht de toestand getleel
meester te zijn, bezweek plotseling de
binnendijk. Hoofdplaat spoelde in een
minimum van tijd onder water en
weer sloeg men groot alarm, ook in
de omliggende dorpen. Men slaagde
er in 's nachts, voor het hoogtij, weer
dit nieuwe gat te dichten, doch steeds
weer constateerde men dijkverzakkin-
gen en zwakke punten. Er dreigde
zakkengebrek, doch op de eerste op
roep voerde de glasfabriek te Sa» van
Gent duizenden zakken aan. Er werd
voor de bewoners een vrijwillige eva
cuatie ingesteld en velen maakten van
deze geboden gelegenheid gebruik. In
de gebieden die bedreigd werden,
sproken.
Ze knikte losjes, maar haar gehele
gezicht beantwoordde zijn vraag vol
komen.
Samen gingen ze haar kantoor binnen.
Alles rook nog naar de verf, naar
nieuwigheid, vond Miep. Maar het deed
niet onaangenaam aan. Integendeel: het
gaf iets feestelijks, iets prettigs, vooral
nu de voorjaarszon alles in feesttooi
had gezet. In de afgelopen nacht had
het geregend en nu kwam, door de
warme schijn, de bloemenschat, die
de Rooy zo zorgvuldig geplant en ge
kweekt had tot volle ontplooiing. Vanuit
het grote brede raam, dat schuin uit
zag op de drukke Rijksstraatweg, keek
men ook uit op een breed bloemen-
gazon, waartussen het groen van het
opschietende gras fel, maar toch be
haaglijk afstak.
„Het zal een genot zijn hier te mogen
werken", zei ze zacht.
„Dat denk ik ook", antwoordde hij,
de sigaret, die hij gerookt had, uit
knijpend in het asbakje.
Samen gingen ze verder. Wijnandse
opende de tussendeur. In zijn kantoor