niiU/FilinilN UÜWlIIUIJIX c? U U li 0 JJ I J Een EIGEN HlilSjfat kost dal? Beroepskeuze. A rnHsFT Het verlaten eiland E SCHAKEL ALGEMEEN NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR WEST ZEEUWSCH-VLAANDEREN 7e Jaargang Nummer 345 Vrijdag 31 AUG. 1951 Drukkers-Uitgeverij: Firma SMOOR <5 DE HULSTER - Dorpsstraat 10 - BRESKENS - Telefoon 27 - Giro 358296 Verschijnt iedere Vrijdag Abonnementsprijs f 1,per kwartaal; franco per post f 1,15 Prijs der advertentiën 10 cent per m.m.; bij abonnement korting Advertenties met „brieven onder nr. of bij ons te bevragen", 10 cent extra MEDISCHE mj r\ f\ t\ (n Ti m si L I Langestraat 38 a LIjIM oostburg Zoals te verwachten was, wil men meer gedetailleerde financiële gegevens over het montage-huis voor Canada, dat wij onlangs in dit blad beschreven. Wij hebben ons daartoe tot de directie van „Pre-fabricated" te Den Haag ge wend, waar men ons als volgt voor rekende Montage-huis, model C, franco Amsterdam f 11.400, ontbrandbare rubberoid dakbedekking f 623,88 stenen schoorsteen, in onderdelen f 45°,— verpakking schoorsteen f 200, complete montage-keuken f 325,— verpakking keuken f 65 alle dubbeldikke venster glas f I43,— alle verfstof voor schilder werk buiten f 577,— behang en plakmiddelen f 58, sanitair (bad, wastafel, toilet) f 372,5° gas- en waterleiding com pleet f 561,— electrische leiding f 310,— Samen f 15.085,38 Vrachtkosten, voor totaal gewicht van circa 14.000 kilogram (is 70 kub. me ter scheepsruimte) van Amsterdam naar New- York (70 x f 67,30) f 4.711, kosten formaliteiten (incl. all-risk verzekering f 298,60 f 20.094,98 Desgewenst kan men van steen in Canada zelf een schoorsteen bouwen, doch dan is het aan te bevelen er een deskundige bij te halen. Wie het huis in z'n geheel onder leiding van een timmerman ter plaatse wil laten op zetten, moet echter met belangrijke kosten rekening houden, daar de lonen hoger zijn dan in Nederland. Hier zou dat trouwens al op f 1500,extra komen. Het hout is overigens krimp- vrij, dus voor bijschaafwerk hoeft men niet bang te zijn. (Jack P. de Klerk). Het doel van de opvoeding is te splitsen in 1. Een individueel doel: Ze moet trachten het kind zo te leiden dat het wordt een helderdenkend, fijngevoelend mens, krachtig-willend en verrichtend datgene, wat het als goed erkent. 2. Een sociaal doel: Ze moet trach ten het kind zo te leiden, dat het, als FEUILLETON 21) door P. DE VRIES. „Ik heb een goed inkomen en kan iedere maand een aardig centje apart leggen. Maar in Holland? Als ik daar een baantje als chauffeur gekregen had, dan zou ik om te beginnen we ken maken van tachtig, negentig uren en nog niet half zoveel verdienen als hier. Vertel mij niets van de vracht autochauffeurs in Holland. Werkboek jes hebben ze, hé? En die moet je in vullen, want je mag niet meer dan zoveel uren per week rijden. Allemaal flauwe kul. Die lui, die op de grote trajecten zitten, maken net zoveel uren als nodig is. Met zo'n werkboekje kan je net zo hard knoeien, als je zelf wilt. En dan rijden voor een hongerloontje en als je een beetje drukte maakt, vlieg je er uit en nemen ze een ander, die het misschien nog voor een paar gulden minder doet. Hier werk ik zes enveertig uur en meer niet. Acht uur mens geplaatst in de verschillende le vensgemeenschappen (gezin, gemeente, staat, kerk) anderen tot nut en zegen is, dat het in die kringen zijn bestem ming, zijn plicht vervullen kan. Wie beide doeleinden bereikt, of er althans met al zijn krachten naar streeft, zal ook onder allerlei rampen en tegen spoed in zich voelen groeien een toe stand van innerlijke vrede. Een voorwaarde voor het bereiken van dit doel is, dat de jonge mens werk in het leven vindt, die past bij zijn aanleg, die hem voldoening en vreugde schenkt en hem in staat stelt in eigen onderhoud en dat van zijn ge zin te voorzien. Elke jongen, elk meisje en met hen de ouders komen tegen de tijd, dat de opvoeding zo ongeveer ten einde loopt, voor de grote kwestie der be roepskeuze. De beroepskeuze is één der gewichtigste beslissingen in het leven van de rijpende jeugd. Ze is de brug tussen school en levenswerk; tus sen de gebondenheid in de kinderkrin gen en de onafhankelijkheid van de volwassen leeftijd. Ze bepaalt voor een groot deel, hoe het leven verder gaan zal. Daar de jonge mens zelf niet op de hoogte kan zijn van alle omstandigheden, die bij de beslissing in 't oog gehouden moet worden, kan hij niet zelf die beslissing nemen. Ook hierbij heeft hij leiding nodig van zijn opvoeders. De beroeps keuze is dus een kwestie van opvoe ding. In vroeger eeuwen schijnt de be roepskeuze niet zo'n moeilijke kwestie te zijn geweest. Voor meisjes bestond ze niet, en de jongens volgden meestal vader in zijn beroep op. De ontwikkeling van de groot-in dustrie, de grotere verscheidenheid en differentiëring der bedrijven hebben het vraagstuk der beroepskeuze sterk naar voren gebracht. Bij de beroepskeuze moeten drie groepen van overwegingen in acht worden genomen. 1. Welk beroep verkiest de candi- daat zelf? Wat wil de jongen of het meisje worden? Soms zijn jonge men sen zeer beslist in hun keuze; ze heb ben een ideaal: verpleegster, predikant, musicus, timmerman, etc. Dikwijls wordt ook de keuze be paald door milieu-invloeden. Zo zal in fabriekscentra, landbouwgebieden de per dag en Zaterdags zes. En drie weken vacantie per jaar. Extra kleding- toelage eens in de drie maanden en aan het einde van het jaar nog een aardig centje tóeslag naar gelang de mijn geproduceerd heeft. Nee, ze zien mij niet meer in Holland. Stel je voor, dat ik niet naar Australië gegaan was. Zou ik m'n kleine Ellen ook niet ont moet hebben HOOFDSTUK XV. Prompt half acht arriveerde Kees in Tom's wagen voor de woning van in genieur Whiteheaven. „Neem mijn wagen maar," had Tom gezegd, „want Ellen en ik blijven vanavond thuis". Nadat hij aangebeld had, inspec teerde hij zichzelf. Kees had een keu rig donker costuum aan en de jonge man constateerde, dat hij er- verzorgd uitzag. Een meisje deed open en toen hij zijn naam genoemd had, werd hij ver zocht binnen te komen. Kees volgde haar naar een ruime salon, waar de heer des huizes hem met een vriende lijke lach en een stevige handdruk keuze vanzelf gaan in de richting van het meest beoefende bedrijf. Maar al te dikwijls komt het voor dat de jongelui zelf geen voorkeur hebben. Dan zullen leidslieden: ouders, onderwijzers, in overeenstemming met het karakter, liefhebberijen en aanleg tot een voorlopige keuze moeten ko men. 2. Welk beroep komt in verband met stand, loon en andere levenskan sen in aanmerking? De antwoorden hierop hebben reeds in zekere zin invloed uitgeoefend bij de eerste overweging. In het algemeen kunnen we zeggen, dat de opvoeders onmogelijk op de hoogte kunnen zijn van de levenskan sen, van het teveel of te weinig aan arbeidskrachten bij alle beroepen. Hier ligt een taak voor de overheid, om ouders over alle vragen die het be roep aangaan, te kunnen inlichten. Tenslotte hebben we een derde punt, dat ongetwijfeld het belangrijkst is, n.l. wat kan de candidaat, welke gaven en talenten bezit hij en hoe is zijn licha melijke en geestelijke gesteldheid. Voor zover het lichamelijke omstan digheden betreft is het de taak van de medicus; voor de psychische eigen schappen die van de psycholoog, in het bijzonder de psychotechnicus. Psychotechniek is de wetenschap, die zich bezig houdt met de toepas sing der psychologie op het sociaal- economisch leven. In elk bedrijf doen zich practische problemen voor, die hun grondslagen hebben in het zieleleven der mensen. Het moeilijkste probleem is, zowel in het belang van het bedrijf als in het belang van het individu, de rechte man te brengen op de juiste plaats. Dat betekent, dat ieder zoveel moge lijk een arbeid moet vinden, die bij zijn aard past. In 1913 en 1914 verschenen er van de hand van prof. Miinsterberg twee werken, die de nieuwe wetenschap in 't leven hebben geroepen. Hij begon een onderzoek in te stel len naar de psychische eigenschappen die iemand moest bezitten om een goed telefoniste te zijn. Toen hij die had gevonden, was hij in staat sollici tanten naar deze betrekking te onder zoeken en uit te maken of ze voor dit beroep geschikt waren of niet. In 't algemeen is hiermee het psycho technisch onderzoek, wat de beroeps- verwelkomde. Whiteheaven bleek een jongeman van nog geen dertig jaar te zijn en Kees kreeg onmiddellijk een prettige indruk van hem. „De baas heeft me al het een en ander van U verteld," zei hij, nadat beiden tegen over elkaar gezeten waren, „en ik stel het zeer op prijs, dat U meegaat, zij het dan ook met een ander doel. Eigenlijk bent U degene die de door slag gegeven hebt tot het organiseren van de expeditie. Och, er was al eer der sprake van, maar we hebben zo veel objecten hier, dat het iedere keer weer uitgesteld werd. Maar nu komt het er dan toch van". „En wanneer zal het zijn?" infor meerde Kees. „Waarschijnlijk aan het eind dezer week. Morgen ga ik even polshoogte nemen in Townsville. Als U wilt kunt U meerijden en even het jacht bekij ken. We hebben een prachtige boot ter onzer beschikking". Op dit moment kwam er iemand het vertrek binnen. „Mag ik U even mijn vrouw voorstellen? Dit is Mister Van Bergen uit Holland, die met ons keuze betreft, aangegeven. Vereist is een analyse van het be roep en een. analyse van hem of haar, die dit beroep wil vervullen. Die analyse geschiedde voor b.v. een telefoniste als volgt: Onderzocht werd met behulp van verschillende testen de opmerkzaamheid, geheugen, gehoor etc. Al deze vaardigheden werden in cijfers vastgelegd. Zo ontstond het psychisch beeld van een goede telefoniste. Dit beeld kan nu dienen om iemand te onderzoeken die zich aanmeldt als telefoniste. Aanvankelijk had men veel verwach tingen van dit psychotechnisch onder zoek. Er zijn echter bepaalde karak tereigenschappen, die van belang zijn bij het uitoefenen van elk beroep en die ontsnappen aan de psychotechnicus. Om dit bezwaar te ondervangen houdt hij daarom aantekening van de gedra gingen van de te onderzoeken per soon. Niet alleen de test zelf leert hem iets, maar ook de wijze waarop de proefpersoon de opdracht vervult en hoe hij zich gedraagt tijdens die ver vulling. Daarbij mag niet uit het oog verloren worden dat er een groot ver schil is in de gedraging van de jonge mens bij zo'n onderzoek en bij gewone geregelde arbeid. Wil de psychotechniek haar dienst bewijzen, dan is het nodig, dat er sa menwerking is met de ouders en on derwijzers, die inlichtingen kunnen ver strekken over het karakter, leven, liefhebberijen van het kind; zijn intel ligentie, volharding etc. Verder met de werkgevers, die ge gevens kunnen verschaften over de levenskansen en met de medicus die onderzoekt of de persoon lichamelijk geschikt is in verband met de beroeps- eisen. Wanneer de psychotechnicus met deze mensen geen rekening houdt, is zijn advies half werk. Het is uiterst belangrijk, dat die sa menwerking er komt; de maatschappij en de jongelui zullen daarvan de goede gevolgen ondervinden. Een bezwaar is dat de kosten voor een onderzoek in de regel tamelijk hoog zijn. Men mag echter niet uit het oog verliezen, dat een laboratorium en een staf van personeel veel geld kost. Vooral van de zijde van de werkgevers bestaat er bezwaar, omdat bij de aanneming van personeel, die getest moeten worden, de kosten voor rekening van de patroon zijn. Wil de psychotechniek bij de be roepskeuze algemeen aanvaard worden, dan moet in de eerste plaats het on derzoek kosteloos worden. Ook hier zal de Overheid dus moeten ingrijpen met geldelijke steun, maar daar de bodem van de schatkist steeds te zien is, zal het nog een hele tijd duren, voor het zover is. R. meegaat naar de Salomons-eilanden". Kees sprong onmiddellijk op en stond tegenover een slanke dame van misschien vier- of vijf en twintig jaar. Ze was gekleed in een lange avond japon en reikte hem vriendelijk de hand. Kees boog even en zei in on berispelijk Engels, dat het hem een groot genoegen was met haar kennis te maken. „Dan is het genoegen wederzijds," antwoordde ze, terwijl ze tussen de beide mannen op een laag fauteuiltje plaats nam. Ze nam de sigaret aan, die haar man uit een geopende koker presenteerde en Kees haastte zich zijn aansteker aan te knippen. „Want," vervolgde ze, nadat ze de rook had geinhaleerd, „Hollanders hebben hier een goede naam. Mijn man zegt ten minste, dat het de meest betrouwbare arbeiders zijn in de mijn". „Je kunt tenminste altijd op hen rekenen," beaamde de ingenieur „en dat kun je van onze landgenoten niet altijd zeggen. Bovendien kunnen ze

Krantenbank Zeeland

De Schakel | 1951 | | pagina 1