BRILLEN
Een slanke, sympathieke versciiijniiio,
lie eclilflenite nan Sultan Hamltl.
üilslag Toneelconcours West Z.-VI.
DE ZONDEN DER VADEREN.
De schakel
ALGEMEEN NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR WEST ZEEUWSCH-VLAANDEREN
7e Jaargang Nummer 321
Vrijdag 9 MAART 1951
Drukkers-Uitgeverij: Firma SMOOR DE HULSTER - Dorpsstraat 10 - BRESKENS - Telefoon 27 - Giro 358296
Verschijnt iedere Vrijdag
Abonnementsprijs
f 1,per kwartaal; franco
per post f 1,15
Prijs der advertentiën
7 cent per m.rn.;
bij abonnement korting
Advertenties met „brieven
onder nr. of bij ons te
bevragen", 10 cent extra
Zal Soekarno haar man berechten?
(J. P. de Klerk).
Dezer dagen zijn kort na elkaar een
paar merkwaardige berichten in de pers
opgedoken, die onze aandacht trokken.
Het eerste bestond slechts uit een enkel
zinnetje. Dat was de mededeling, dat
weldra Zijne Hoogheid SULTAN HA-
MID II, voor een Indonesisch gerecht"
zal verschijnen, wegens hem ten laste
gelegde samenzwering" met kapitein
Westerling, tegen Soekarno c.s. Het
tweede besloeg in sommige Nederlandse
bladen meerdere kolommen en betrof
de publicatie in Indonesia Raya",
waarin Soekarno verantwoordelijk wordt
gesteld voor de dood van duizenden
jonge Indonesiërs, gedurende samen
werking met de Japanners, enz. enz.
Een combinatie van beide berichten
brengt ons tot de vraag, WIE er nu
eerst VOOR EEN RECHTBANK
moet verschijnen, Soekarno of Z. H.
Sultan Hamid, wiens familie door Soe-
karno's vrienden, de Jappen, werd uit
gemoord!
De bedoeling van dit artikel is niet,
de gestelde vraag te beantwoorden.
Wij willen ons bepalen bij een persoon
op de achtergrond, wier naam practish
nooit meer wordt genoemd, en die wij
toch gaarne aan U willen voorstellen.
Daarbij gaan onze gedachten terug naar
een prille voorjaarsmorgen in 1948, nu
alweer drie jaar geleden. Er stond toen
een klein groepje mensen op het vlieg
veld Schiphol, autoriteiten, vertegen
woordigers van de regering, enige dames,
twee kinderen, een jonge vrouw in een
grijs mantelpakje en een reisjas om, in
het midden. Het was de Sultane van
Pontianak, of zoals zij zich in Nederland
noemt: Mevr. D. Alkadrie-van Delden.
Een levendige, slanke, sympathieke
verschijning, die nog veel te vertellen
had, voor zij in het Indiè-vliegtuig zou
stappen, om zich weer bij haar man te
voegen, de Sultan Hamid II. Het
Adoptie^comité van Den Haag, bood
haar een grote bos fleurige bloemen
aan en ieder nam vriendelijk afscheid.
Haar beide kinderen, de toen nog 9-
jarige Edith en de 6-jarige Max, storm
den enthousiast het trapje op naar bo
ven, waar de stewardess zich lachend
over hen ontfermde. De burgemeester
van Den Haag vroeg de Sultane nog
naar de overgang, die het voor haar
zijn moest, als officiersvrouw, nu in zo'n
hoge positie. Hij dacht kennelijk aan
de vele plichten en zorgen, die op
haar smalle schouders zouden komen
te rusten. „Ik zie ér niets tegenop,
FEUILLETON
85)
door PEDLER.
En Herrick antwoordde na een bijna
onmerkbare pauze: „Het zal ja zijn".
Herricks besluit.
Vier uur in de middag en door de
geurige stilte van de tuin klonk een
heldere mannenstem. „Ik kom mijn
antwoord halen. Krijg ik absolutie?"
Mac sprak heel bedaard, maar er
was iets in zijn stem dat vol beteke
nis was. Herrick stond doodstil bij de
zonnewijzer, waar hij haar gevonden
had, haar armen vol bloemen die ze
geplukt had.
Dit was haar wachtwoord - die
paar woorden en nu moest ze ant
woorden en die blik van gretige hoop,
van opperste liefde, die op vergiffenis
wachtte, van zijn gezicht verjagen.
Vier uur. Om tien uur die morgen
had ze haar woord aan een ander ge
geven, had ze Gair Severn beloofd,
OOSTBURG
hoor", zei ze moedig, „ik weet, dat ik
welkom ben in Pontianak, en daarom
ga ik graag terug. Van de familie van
mijn man heb ik alle medewerking.
Dat is voor mij als Westerse natuur
lijk bizonder prettig".
„Het huis met de pannen" of de
aardige villa aan de Kapoeas, dat was
geen onoverkomelijk groot verschil.
Mevrouw Alkadrie woonde in een
rustige Haagse straat, met uitzicht op
een voor- en een achtertuintje, vlakbij
het Haagse Bos. De naam kon men
lezen op een grote zandstenen plaat
boven de ingang - dat was vanwege
de aparte architectuur. In Pontianak
stond wel het Sultanspaleis ter beschik
king, maar het diende meer als ambts
woning, voor officiële ontvangsten en
recepties, bij gebrek aan Westers com
fort. De villa er recht tegenover was
het echte „home" van de familie. Doods,
of rumoerig, of primitief, was het er
geen van drieën - en hoe zou dat ook
künnen, in een plaats waar de Sultane
vescheen. Ze riep instellingen in het
leven, bevorderde onderwijs en medische
verzorging, stelde controle in op aller
lei bestaande organen, deed regelmatig
aan hospitaalbezoek e.d., kortom deed
alles om een sociaal en cultureel leven
in de hoofdstad van Borneo op poten
te zetten. Met beperkte middelen lukte
het haar uitstekend. Ze stichtte zelfs
een naaischooltje, speciaal voor de
oorlogsweduwen onder de inheemse
bevolking, en een z.g. leestafel waar
boeken en tijdschriften circuleerden.
Gemakkelijk wat het niet, de voor
raden regelmatig aangevuld te krijgen.
Goedkope textiel, lectuur, onderwijs
middelen, brachten alle hele problemen
met zich mee. Doch alles kwam voor
elkaar. De Niwin leende zelfs af en toe
erkende artisten uit, die wat leuke
avondjes in Pontianak organiseerden.
De Europeanen kregen tennisgelegen-
heden, ze leerden het ook anderen, en
er kwamen helé clubs van. De water
sport werd favoriet - wie het een
beetje „doen" kon, schafte zich een
motorbootje aan. Er kwamen wedstrij
den op de Kapoeas, hoofdzakelijk op
nationale feestdagen, met grote race
prauwen, die een bemanning van 10
tot 30 roeiers kunnen hebben. Zo ging
het door. Alles leefde in Pontianak.
Men vond er geen tijd van ruzies. De
Dajaks, Maleiers en Boeginezen schar
relden tevreden rond op de rivier;
ieder heeft er zijn eigen prauwtje.
dat ze zijn vrouw wilde worden. Daar
na, toen de drukte en het gehaast van
de reis voorbij was en de trein haar
snel naar St. Heriot terug voerde, wa
ren haar gedachten bezig geweest met
dit ogenblik.
Er was maar één manier om haar
voornemen uit te voeren. Mac moest
geloven, dat ze uit eigen verkiezing
met Gair trouwde. Hij zou het nooit
geloven als ze eerst hun twist hadden
bijgelegd en het misverstand dat hen
gescheiden had uit de weg was ge
ruimd. Maar ze hadden dat nog niet
gedaan - en ze moest hem nu duide
lijk aantonen, dat dat nooit kon ge
beuren ook.
„Krijg ik absolutie?"
Herrick hief het hoofd op en haar
stem klonk volmaakt vast toen ze ant
woordde. Ze had het al zo vaak ge
repeteerd.
„Nee, Mac, die krijg je niet," zei ze.
„Ik heb er goed over nagedacht en ik
kan niet met je trouwen!"
Hij deed een stap achteruit, alsof ze
hem een slag had toegebracht en
staarde haar ongelovig aan
Dagelijks werden de waren naar de
markt gebracht, de Chinezen dreven
hun handeltje in de vele toko's, de
Brits-Indiërs verkochten textiel, en de
door de oorlog verwoeste haveninstal
laties, dokken en scheepstimmerwerven,
werden brokje voor brokje hersteld.
Het gewest, de Negara West-Borneo
bemerkte de zorg van liefdevolle han
den in de hoofdstad. De adoptie van
Pontianak door de Residentiestad van
Nederland, droeg daartoe bij. Den
Haag bekostigde namelijk een belang
rijke medische voorraad, medicijnen,
instrumenten, eenvoudige textielwaren,
enz. In verband hiermee bezocht
Mevrouw Alkadrie reeds eerder Neder
land, in September 1946 en in Juni
1947, doch haar afscheid in 1948 op
Schiphol was het officiële sluitstuk.
Ja, en zo zou er iets heel moois voort-
gegroeid zijn, dat een zegen voor heel
Borneo ging worden Sultan Hamid
II ondertekende het Statuut, voor de
Negara West-Borneo, als deel van de
„Verenigde Staten van Indonesië".
Nog dachten we, dat het goed zou
worden. Maar toen kwam de klap
- Sultan Hamid had er al honderdmaal
voor gewaarschuwd, en velen met hem -
Soekarno wenste de Unie-staten (en
daarmee in feite de Unie zelve) op te
heffen. Alles in de grote smeltkroes,
waarover machtswellustelingen en ter
roristen zouden heersen De rest
weet U wel.
Is Borneo ons, Nederlanders, beter
bekend dan Nieuw-Guinea? We weten
hoogstens, dat van Borneo een stuk
Brits bezit is, en van Nieuw-Guinea
een helft Australies. In onze opper
vlakkigheid, hebben wij deze verafge
legen gebiedsdelen destijds menigmaal
over het hoofd gezien. Misschien hoor
den we eens over de oliewinning op
Borneo, of over de koppensnellers.
Mevrouw Alkadrie zegt ervan „Toen
ik er voor het eerst kwam, was ik
ook verbaasd. Maar het is zo'n prach
tig land. Ik vond het heerlijk, spoedig
met mijn man „op tournee" te gaan.
We gingen per boot de rivier de
Kapoeas verder stroomopwaarts en be
zochten de verschillende gebieden en
kampongs, waar wij officieel door de
Dajaksdorpshoofden ontvangen werden,
welke ontvangsten meestal vergezeld
gingen van uitgebreide rijsttafels. Deze
verschillen in zoverre van die op Java,
dat ze hier hoofdzakelijk uit vleesge
rechten bestaan, in tegenstelliig met de
„Meen je dat?" vroeg hij hees. „Kun
je me niet vergeven?"
„Ik bedoel het niet precies zo. Ik -
ik kan je wel vergeven - en kan wel
weer vrienden met je zijn. Maar
ze schudde het hoofd, „maar ik ver
lang niet meer om met je te trouwen".
„VriendenIk vraag geen vriend
schap". Het waren Gairs eigen woor
den, dacht ze - afschuwelijk, ironisch
dezelfde. „Bedoel je," ging hij snel
voort, „dat je liefde zo gemakkelijk
kon sterven? Of is het trots? Ik heb
je gewantrouwd, dat weet ik, maar ik
geloof dat menige man in mijn plaats
hetzelfde zou hebben gedaan. En God
weet, dat ik er voor geboet heb, dat
ik er voor geleden heb. Als ik die
avond in Two Ways Cottage met tien
jaar van mijn leven ongedaan kon
maken, zou ik het doen
„Ja, als je dat kon. Maar we kun
nen nu eenmaal niets ongedaan ma
ken, Mac. Dat kunnen we juist nooit,"
herhaalde ze bitter.
„Wil je het me niet laten proberen,
liefste?" Hij sprak met een hartstoch
telijke innigheid, die haar bijna deed
Javaanse waarbij men immers veel
meer groentengerechten aantreft."
Voorts„Wie in Nederland over de
Dajaks hoort, denkt altijd aan gevaar
lijke, wilde koppensnellers, maar, er
bestaat geen vriendelijker, aardiger
volkje dan juist dat van de Dajaks!
Mogelijk, dat er diep in het oerwoud,
nog weieens een vete tussen twee
stamleden beslecht wordt, doch over
het algemeen vind ik het heus een
goedmoedig volkje". Dit oordeel typeert
de liefde van de Sultane voor het land,
het is „Soekanegare"Drie-en-een-half
jaar zat haar man in een Jappenkamp
opgesloten, en drie-en-een-half jaar
voorzag ze in eigen onderhoud. Dat is
een vuurproef geweest. Er is een nieuwe
vuurproef bij gekomen. Haar man zal
terecht staan, op last van een misda
diger, die ons -bekend is onder de naam
Soekarno. Wij vragen ons af, of
Vrouwe Justitia een blinddoek voor
heeft
Breskens won definitief wissel
beker, alsmede fraaie zilveren
beker geschonken door het
Gemeentebestuur van Oostburg
Zaterdagavond had in hotel Mabe-
soone te Oostburg de contactavond
plaats, op welke avond de jury, be
staande uit Mevr. van den Broecke-
de Man, de uitslag van het gehouden
toneelconcours bekend maakte.
De grote zaal was geheel gevuld
met toneelliefhebbers, toen de voor
zitter van de Toneelkring West Z.
Vlaanderen, de heer J. Schippers uit
Groede, het openingswoord sprak. Na
dat hij alle aanwezigen met een harte
lijk welkom had begroet, deelde hij
mede, dat nog niet alle prijzen aan
wezig waren, zodat de uitreiking hier
van binnen enkele weken zal geschie
den. Spr. sprak de hoop uit, dat alle
aanwezige toneelspelers(sters) veel van
deze avond zouden kunnen leren, ter
wijl hij verder dank bracht aan Burge
meester Hoekzema van Oostburg voor
de door deze gemeente beschikbaar
gestelde eerste prijs in de vorm van
een fraaie zilveren beker. Hij eindigde
met de mededeling, dat door het be
stuur getracht zal worden om alle to
neelverenigingen uit West Z.-Vlaande
ren aangesloten te krijgen.
Mevr. v. d. Broecke hierna het
woord voerende, begon met haar grote
vreugde uit te spreken over het feit,
dat het spelpeil der verenigingen die
aan het concours hebben deelgenomen,
zo zeer was vooruitgegaan. Zo waren
er dit seizoen geen onvoldoendes, in
wankelen. „Wil je me niet de kans
geven om te trachten het ongedaan te
maken? Herrick
Hij wilde haar in zijn armen trek
ken, doch ze deed haastig een stap
achteruit en hief instinctmatig haar
handen op om hem af te weren, zo
dat de bloemen, die ze gedragen had
om haar voeten neervielen. Ze moest
er een eind aan maken nu, nu ze nog
de kracht had om door te zetten.
„Neen," zei ze en haar stem klonk
hard en stug door het zelfbedwang
dat ze zich oplegde. „Neen, het is te
laat. Ik - ik ben van idee veranderd.
Ik ga met Gair Severn trouwen".
„God!"
Er klonk een andere vreselijke klank
in zijn stem - tot nu toe had hij ge
vochten tegen wat hij verwacht had te
moeten bevechten - de beledigde trots
van een vrouwenliefde, die gewond
was. Doch nu vertelde de vrouw, die
hij aangebeden had, hem kalm en
zonder enig gewetensbezwaar, dat ze
haar woord aan een ander gegeven
had. De nuchtere waarheid was, da*
hij aan de dijk was gez^t - dat haar