r
lami van
Bails
DE ZONDEN DER VADEREN.
Met een handdruk.
Zeeuws-Vlqamse folklore.
E SCHAKEL
ALGEMEEN NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR WEST ZEEUWSCH-VLAANDEREN
6e Jaargang Nummer 303
Vrijdag 3 NOV. 1950
Drukkers-Uitgevers Firma SMOOR DE HULSTER - Dorpsstraat 10 - BRESKENS - Telefoon 27 - Giro 358296
Verschijnt iedere Vrijdag
Abonnementsprijs
i 1,— per kwartaal; franco
per post f 1,15
Prijs der advertentiën
7 cent per m.m.
bij abonnement korting
Advertenties met „brieven
onder nr. of bij ons te
bevragen", 10 cent extra
Aan het vluchten is een einde ge
komen. Ze hebben weer een doel ge
kregen in hun geprangde leven van
eindeloze droefheid en eindeloze
hunkering. Werken, hard werken wil
len deze mensen, met graagte, maar
er verliepen maanden, zonder kansen,
zonder uitzicht. Het was zo het lot
van millioenen, het tragische probleem
waarin zij deelden, als vluchtelingen,
refugees uit Oost-Europesë landen,
D.P.'s
Er waren er van Joodsen bloede.
Daarvan verzamelde men spoedig
nadere gegevens, want zij konden
merendeels naar het jonge Israël. Er
waren moegevochten mannen en vrou
wen, uit Wit-Rusland, of de Ukraine,
maar ook uit Letland en Litauen,
mensen die zich niet konden neerleg
gen bij de knoet van Moskou, en
vluchtten, steeds verder, over bergen
en dalen, rivieren, grenzen eri zie,
daar in een IRO-kamp van de Verenigde
Naties komt hun nieuwe bestaan, nieuw
levensdoel, nieuw vaderland Uraguay,
in Zuid-Amerika. Zo werd, en wordt
nog, voor ieder iets gezocht. In Neder
land werden een aantal gestudeerden
FEUILLETON
68) door PEDLER.
geplaatst, dokters, landbouwdeskundi
gen, specialisten. Ook enige invaliden,
werkzaam in de juweliersbranche. Maar
dat alles was een druppel op de
gloeiende plaat, en het aantal refugees
in de ontzaglijke kampen in Duitsland,
neemt nog altijd toe. Oostenrijk dat
zelf maar 6V2 millioen inwoners telt,
nam er reeds een half millioen van
over. De Verenigde Staten van Amerika
hebben er twee millioen voor hun
rekening genomen. Maar, het is nog
niet voldoende. Meer landen moeten
deelnemen in deze grote hulpactie.
Zo staan in de Duitse havenstad
Bremen, op een nog niet te kille herfst
morgen, 150 refugees gepakt en
gezakt klaar, om naar Ethiopië te
gaan. Keizer Haile Selasse IXde kan
wel wat hulp gebruiken in zijn land.
De IRO-autoriteiten hebben er 150
voor hem geschikte mensen uitgezocht.
Ze zijn zielsgelukkig, ze hadden de
moed bijna verloren, hadden niet dur
ven hopen nog een nieuw, eigen be
staan, te mogen opbouwen.
Wij wensen hen „wel thuis" toe, in
Addis Abeba
(J. P. de Klerk).
„Ik geloof, dat het toch gebeurd
zou zijn," zei ze zachtjes, denkend aan
het licht in Macs ogen toen hij gezegd
had: „Liefste, zo kan het niet door
gaan, het is ondragelijk".
„Enfin, het is beroerd, dat het ge
beurd is," antwoordde Severn grimmig.
„Het maakt het voor mij zoveel moei
lijker om de zaak weer in orde te
brengen".
Herrick wierp een vluchtige blik op
zijn gezicht. Het vernis van beleefd
heid was nu totaal gebarsten en er
was een roekeloos licht in zijn ogen,
hetzelfde licht dat ze er al vroeger in
gezien had en dat haar angstig maakte.
Toch was ze niet van plan hem te
laten merken, dat ze bang van hem
was.
„Je bent nogal moeilijk te begrijpen,"
zei ze, zich dwingend om luchtig te
spreken. „Moet ik dit als jou bijzon
dere manier om iemand te feliciteren
opvatten?"
„Nee, dat moet je niet," antwoordde
hij kortaf. Ze waren intussen in een
klein bos gekomen en hij bleef plotseling
onder de bomen stilstaan. Onwillekeu
rig bleef ook zij staan. „Ik ben hele
maal niet van plan je te feliciteren,"
ging hij voort. „Het zou louter tijd
verknoeien zijn". Hij keek half spot
tend, half teder glimlachend op haar
neer. „Jou dwaze lieveling. Denk je nu
werkelijk één ogenblik dat ik Kenyon
de vrouw zal laten wegkapen die ik
zelf wil hebben?"
Herrick gooide haar hoofdje uitda
gend in de nek.
„Ik zou niet weten, hoe je dat zou
kunnen verhinderen," zeide ze. „Je
kunt gelukkig in de tegenwoordige tijd
iemand niet meer dwingen om te
trouwen".
„O niet? Daar ben ik nog zo zeker
niet van". Severns ogen stonden na
denkend. „Er zijn middelen genoeg -
als je er maar eens over nadenkt.
Maar ik wil je niet dwingen. Herrick,
wees geen gansje. Wordt de mijne -
jij bent de enige vrouw in de wereld,
die er op aankomt, althans voor mij.
De enige vrouw," met een korte lach,
„die ik ooit heb willen trouwen".
Een snelle, verontwaardigde blos
verfde haar wangen vuurrood. Terwijl
hij sprak was haar slanke lichaam
strak geworden als van iemand, wiens
spieren zich spannen voor een storm
Ze keek hem recht aan.
„En jij bent de laatste man in de
wereld, die ik ooit zou willen trou
wen," zei ze kalm en ijskoud, met een
koudheid, die hem harder, veel harder
Commentaar van Jack P. de Klerk.
Men kan daarover denken wat men
wil. Een handdruk is toch wel het
minste, waartoe diplomaten verplicht
zijn. De begroeting vóór het betreden
van de arena! Zo ook tijdens de Ver
gadering van de Verenigde Naties,
tussen Andrei Vishinsky en Dean
Acheson - respectievelijk Minister van
Buitenlandse Zaken van de Sowjet-
Unie en Staatssecretaris van de U.S.A.
Weet U echter, hoe Amerika's
knappe radio-commentator, Henry J.
Taylor, op het zien hiervan, vorige
week, heeft gereageerd? Ziehier:
„Men heeft mij vanavond gevraagd,
hoe de U.S.A. er nu bij staat in de
vergadering van de Verenigde Naties.
U moet mij niet kwalijk vinden, als ik
zeg 't ronduit belabberd te vinden.
Naar mijn mening moeten we daar
ook spoedig wat aan doen. We kijken
als vanouds te veel naar onze ogen
schijnlijke successen, en zien over onze
stommiteiten heen. Gelukkig maar, dat
ons vermogen om fouten te maken
beperkt is. Enfin, ik heb tot dusver
alle vergaderingen van de Veiligheids
raad en zo meegemaakt, en ik heb me
er menigmaal groen geërgerd. U moet
daar zo'n Malik bij voorbeeld zien
zitten, als voorzitter, spelend met z'n
potlood, stukjes papier van z'n notitie
blok versnipperend, streepjes trekkend
met z'n nagels - alles onder het scherpe
licht van de enorme magnesiumlampen
- en onderwijl de V.N. opknopend, net
als Molotov en Vishinsky. U moet hen
zien wegduiken in hun meer dan weel
derige limousines, omzwermd dooreen
heel bataljon Russische recherche
(tegelijk als spionnen) Zie ze spre
ken, vanaf het platvorm der Verenigde
Naties, hoor hun opgeblazen leugens,
in alle talen der wereld overgebracht.
Bij de behandeling van Korea heette
de U.S.A. de buitenlandse aanvaller,
de vijand van de Koreaanse bevolking,
keer op keer, iedere vergadering op
nieuw, uur op uur en minuut op minuut
hetzelfde. Nog steeds verdragen wij
hen, nog steeds spreken wij van een
Sovjet-Unie inplaats van een bandie
tenbende. Nóg hebben wij Rusland
niet eerlijk de agressor genoemd -
maar iedereen weet toch, dat het zo
is. Herinner U en bedenk steeds, dat
Malik en Visjinski niet voor of tegen
trof, dan een heftig protest zou heb-
ben gedaan.
Het scheen een schakel van zelf
beheersing in de man naast haar te
doen knappen. Met een plotselinge,
vlugge beweging - zo vlug, dat ze hem
niet kon ontwijken - boog hij zich
voorover en trok haar in zijn armen.
Een ogenblik voelde ze zijn ogen op
haar neer branden, voelde ze zich ra
deloos, afschuwelijk alleen met hem,
in de beschutting van het bos, toen
zocht zijn mond de hare en bedekte
haar lippen met kussen, die pijn de
den terwijl de vlam van zijn hartstocht
als een verschroeiende wind uit de
woestijn over haar heen woei. Toen
hij eindelijk haar mond losliet, wan
kelde ze:
„Begrijp je nu wat ik bedoel?" zei
hij hees. Zijn gezicht was bleek, het
leek plotseling ingevallen en iets wilds
en onbeteugelds sprak er uit. „Zo heb
ik je lief - zo begeer ik je. Geloof je
nu nog, dat ik je ooit aan een andere
man zal afstaan?"
Ze worstelde om los te komen,
doch zijn armen hielden haar vast.
„Laat me los, iaat me los, Gair'
zei ze ademloos, wringende en draaien
de om zich zelf te bevrijden.
„Jou laten gaan - naar Mac Ke
nyon?" antwoordde hij spottend. „Zweer
dat je met mij zult trouwen en niet
met Kenyon - en ik zal je los laten
ons spreken, maar dat zij de Aziaten
en een deel der Europeanen vanuit de
V.N. wat zeggen. Wij beseffen niet,
dat zulke woorden werkelijk paden
effenen en gebeurtenissen voorbereiden.
Heden ten dage zijn woorden even be
langrijk als een heel leger, in het ge
vecht tussen twee werelden, de Rus
sische én de onze, het i s niet anders.
Het in Amerika gemaakte geweer aan
de schouder van een Chinees, een
Koreaan of een Philippijn heeft geen
waarde, zo lang die man niet is ver
teld waaróm hij vechten moet, dus
waarom het zelfs beter is te sterven
dan te leven onder een communistisch
bewind. Wie dat saboteert, is onze
vijand, maar we schijnen te laf te zijn,
om dat hardop te zeggen.
Wij hebben het zo druk gehad over
het mooie verschil, dat er toch is, tus
sen het ingrijpen van de Veiligheids
raad in Korea, en het rustig toelaten
van de bezetting van Ethiopië door de
Volkenbond, in 1936. Maar, zij we dan
vergeten, dat Rusland uit de vol
kenbond is gezet, i4December
1 9 3 9» toen het dat kleine, dap
pere Fin land op zo schande-
lijke wijze binnenviel? Als
Korea belangrijk genoeg was om door
53 leden een daad van agressie te
worden genoemd, waarom gaan we
dan niet 1 stap verder?'.
(Nadruk verboden.)
Dat is een woord, waar je tegenwoor
dig ieder ogenblik tegenaan loopt. In
kranten, tijdschriften, boeken, overal
kun je voor en na iets over folklore
lezen. Het is dan ook geen wonder,
dat het woord in betrekkelijk korte tijd
algemeen bekend geworden is, burger
recht verkregen heeft.
Wat er nu precies mee bedoeld
wordt? Och, het woord dient eigenlijk
om alle bijzondere gebruiken en ge
woonten samen te vatten, waarin een
provincie, een landstreek, soms een
dorp zelfs, zich van andere provinciën,
landstreken, enz. onderscheidt. Of mis
schien is het beter te zeggen „onder
scheidde," want zo heel veel is er,
helaas, niet meer van over. Sedert de
verbeterde verkeersmiddelen een veel
drukker contact tussen verschillende
landstreken mogelijk gemaakt hebben,
zijn tal van folkloristische eigenaardig
heden geleidelijk verdwenen. De men-
anders niet".
Plotseling bij het noemen van Macs
naam, scheen dat verschrikkelijke,
angstige gevoel van alleen met Severn
te zijn, haar te verlaten. Ze zou nooit
meer alleen zijn in de wereld, nooit
meer alleen behoeven te vechten.
Voortaan zouden zij en Mac altijd sa
men zijn. Haar moed keerde terug en
ze worstelde niet meer. Zonder tegen
stand staande blijvende in Severns
omarming boog ze haar hoofd achter
over, zodat ze koel uitdagend in zijn
ogen kon zien.
„Dan vrees ik, dat we hier ten
eeuwige dage zullen moeten blijven
staan," zei ze minachlend. „Want ik
verzeker je, Gair, dat ik van plan ben
om met Mac te trouwen en hoege
naamd niet om het met jou te doen
We schijnen in een impasse te zijn
gekomen, hè?"
Een ogenblik aarzelde hij, getroffen
door de vastheid in haar stem, toen
verslapte zijn greep, hoewel hij haar
nog luchtig omvat hield.
„Je bent een kranige, kleine duive
lin," zei hij, met iets van amusement
en aarzelende bewondering.
„Dank je," antwoordde ze zedig.
Ze voelde dat ze terrein won, althans
voor het ogenblik. „En mag ik nu als
je blieft naar huis gaan?"
Plotseling begon hij te lachen.
„Ja, je mag gaan," zei hij, „maar je