De Z.L.M. in helL^d van Cadzand. Dr. Mus KatFSuchy pk. DE ZONDEN DER VADEREN. ESCHAKEL ALGEMEEN NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR WEST ZEEUWSCH-VLAAN DEREN 6e Jaargang Nummer 284 Vrijdag 23 JUNI 1950 Drukkers-Uitgevers Firma SMOOR DE HULSTER - Boulevard 120 - BRESKENS - Telefoon 27 - Giro 358297 Verschijnt iedere Vrijdag Abonnementsprijs f 1,— per kwartaalfranco per post f 1,15 Prijs der advertentiën 7 cent per m.m. bij abonnement korting Advertenties met „brieven onder nr. of bij ons te bevragen", 10 cent extra De volgende week - om precies te zijn op 29 en 30 Juni - wordt in Oost burg een tentoonstelling gehouden door de afdeling Westelijk Zeeuwsch-Vlaan- deren van de Zeeuwse Landbouw Maatschappij, een evenement van grote betekenis voor het Land van Cadzand, waarop ook in dit blad de aandacht nog moge worden gevestigd. Op ge zette tijden worden door de afdelingen van de Z.L.M., in de streek waar deze haar jaarvergadering houdt, tentoon stellingen gehouden en zo is het dan dit jaar de beurt aan ons gewest. Hoe zeer wij allen van nabij ook dagelijks kennis maken met de landbouw en wat daar allemaal aan vast zit, toch is zo'n tentoonstelling toch ook voor ons, plat' telanders, steeds een openbaring. Be halve landbouwwerktuigen, die hoe langer hoe meer het volmaakte be naderen en deswege onze bewondering volkomen verdienen, zien we op zo'n tentoonstelling ook nog het handwerk van smid en wagenmaker en in het bijzonder is dat voor de ouderwetse boer en ambachtsman bijna nog interes santer dan al dat in hun ogen te ver doorgevoerde mechanisme. We zien daar ook een onderdeel van het smids vak, het hoefbeslag, dat van zo uiter mate groot belang is voor onze paar denfokkerij; immers een verkeerd hoef beslag bederft de gang van onze paar den, in het bijzonder van de zware Zeeuwse hengsten en merries en een minderwaardige nakomelingsschap van deze bekroonde ouders zou weldra de concurrentie tegen paarden uit andere streken moeten afleggen. We zien op die tentoonstelling ook de beste exem plaren van de Zeeuws-Vlaamse boerderijen die zich op het fokken van paarden en rundvee toeleggen en alleen dit onderdeel van de tentoonstelling zou een reis naar Oostburg ten volle waard zijn. Voorts zien we daar ook producten, die op de boerderij zelf door de vrouw des huizes zijn vervaardigd en daarbij denken we dan in de eerste plaats aan de „boerenboter". We twijfelen er niet aan, of de vrouwen van Ceres zullen ons in Oostburg laten zien dat zij het boter maken nog niet verleerd zijn en dat de fabrieksboter voor de ouderwetse mens toch meer overeenkomst heeft met margarine dan met de onvolprezen eigengemaakte grasboter. Bij alles wat ons op die tentoonstel ling zal worden voorgezet moeten we natuurlijk in de eerste plaats denken aan de exposanten, die zo zeer hun uiterste best hebben gedaan om ons de beste producten van hun kennen en kunnen voor ogen te hebben kun- FEUILLET0& 49) door PEDLER. „Wat mij betreft ik heb mijn vrijheid, ik kan werken en afleiding zoeken als ik dat wil en jou af en toe zien. Dat maakt mijn lot dragelijk - niet erger dan dat van massa's andere mannen. Maar jou leven is zo anders. Jij bent net een gevangene, een slavin bijna. Het is - het is vervloekt!" Carol zweeg. Ze kon hem niet te genspreken. Haar leven was bijna on dragelijk - een slavernij van geest en lichaam bij een man, voor wie ze gruwde in elke gevoelige vezel van haar ziel. Niemand dan zijzelf kon ooit raden wat die 'slavernij inhield. Wat ze eens aan Herrick had toevertrouwd, n.I. dat ze verscheidene malen gewei gerd had om met Sir Francis te trou wen, was waar en het scheen of hij nu, nu eindelijk de omstandigheden hadden samengewerkt om haar in zijn armen te drijven, in stilte besloten nen toveren. Doch na die exposanten moeten we dan onmiddellijk ook denken aan het uitvoerend comité, dat deze tentoonstelling voor elkaar heeft weten te brengen, want aan de organi satie daarvan zit toch nog al een en ander vast en dat alles moest worden verricht door boeren en door oud landbouwers, die dat buiten hunne ge- wone werkzaamheden moesten uitvoe ren. En op de achtergrond van dat alles moeten we steeds weer zien de Z.L.M., de Zeeuwse Landbouw Maat schappij, want zonder haar zou de landbouw in ons gewest en ook de paarden-en rundveefokkerij in Zeeuwsch Vlaanderen nimmer het hoge peil heb ben bereikt als thans, dank zij de onvolprezen Z.L.M., het geval is. De directe en indirecte, de zichtbare en de onzichtbare invloed die de Z.L.M. op de landbouw in Zeeland, op de land bouw in de meest uitgebreide zin van het woord, heeft gehad - en nog steeds onverminderd heeft - is van onbereken baar nut geweest voor de boeren in het Land van Cadzand. Voor de boeren en dus voor iedereen in de Zuid westelijke uithoek van Nederland. Want hier in het bijzonder geldtGaat het de boer goed, dan gaat het ook een ander voor de wind. Hierboven sprak ik over de expo santen die ieder op hun terrein ons hun beste product voor ogen zullen brengen. Inderdaad en dat is op elke tentoonstelling het geval en heeft men tevoren zijn uiterste best gedaan om de beste kwaliteit te verkrijgen. En nu is het merkwaardige van deze land bouwtentoonstelling in Oostburg, dat aan de van elders komende bezoekers de gelegenheid wordt geboden om zich op een rondrit door het Land van Cadzand te overtuigen van de ge wone praktijk van de boerderij. Daarbij is geen sprake geweest van extra zijn best doen voor een tentoonstellings product, neen hier is het de gewone jaarlijks terugkerende praktijk van de boer in zijn eigen bedrijf. Zoals de boer in het Land van Cadzand dit jaar zijn land heeft bewerkt en be zaaid, zo doet hij het elk jaar en zoals de zon hier verleden jaar heeft ge schenen doet zij ook dit jaar, terwijl koude en warme dagen en droge en natte perioden geen rekening hebben willen houden met het feit, dat er in 950 een landbouwtentoonstelling zou zijn in Oostburg. Daarmee wil ik slechts zeggen, dat het agrarisch beeld dat Westelijk Zeeuwsch-Vlaanderen dit jaar te zien geeft, haar gewone beeld is en niet extra is opgemaakt voor een ten toonstelling. En wat nu elke bezoeker uit de vreemde bij een rit door deze West Zeeuws Vlaamse landouwen te had haar te laten boeten voor de bit terheid en de vernedering van die weigeringen. Het leek of Jem haar gedachten las, want toen hij weer begon te spreken was hij nog heftiger dan eerst. „Als je de waarheid zoudt zeggen, geloof ik, dat je leven een hel is. Maar je wilt het niet zeggen, je wilt hem nog beschermen. En zodoende kunnen we alleen maar raden, hoe erg het is en uit de manier waarop hij je in het publiek behandelt nagaan, hoe hij tegen je is als jullie alleen zijn. Als je 't me maar wilde vertellen, Carol „Ik kan niet," antwoordde ze met kalme vastberadenheid. „Ik kan niets vertellen". „Omdat je te trots bent". „Misschien ben ik te trots. Soms is ,e trots het enige om je aan vast te klampen". Ze wendde zich met een vaag glimlachje tot hem, een glim lachje, dat treuriger was dan tranen. „Probeer dus niet om me mijn arm zalige trots af te nemen, Jem". .Vergeef me," zei hij met gesmoor- zien krijgt zal hem verstomd doen staan. Een oogst als het Land van Cadzand U thans voor ogen tovert is - en dat geldt voor alle gewassen - uitzonderlijk mooi. De kennis van zaken hebbende- bezoeker zal zeker overtuigd zijn van de vruchtbaarheid van de grond in West Zeeuwsch-Vlaanderen, maar bovenal zal hij als deskundige diep respect hebben voor de kennis en kundigheid van de doorsnee boer in het Land van Cadzand, die steeds weer bewijst dat hij de theorie en de prak tijk van de landbouw volkomen be heerst. Welk een verschil met de toestan den die op landbouwgebied hier een vijftig tot zestig jaar geleden nog be stonden. Toen eigen boerderij of lage pacht en toch nog slechte oogsten, door te weinig wisselbouw en dikwijls on deskundige bewerking van de grond en ondoelmatige bemesting. Slechte oogsten en dus weinig opbrengst; slechte tijden derhalve voor boer en arbeider. Vooral voor deze laatste, die voor een schamel, een armzalig loon het ganse jaar moest werken, met zijn vrouw, die bovendien nog de zorg voor kinderen en huishouden had. Slechte tijden ook voor de dorpswinkelier en ambachtsman; kortom voor een ieder in deze streek. Doch tegen de eeuw wisseling is in dat alles verandering gekomen, in het bijzonder eerst door de verbouw van suikerbieten- en later door andere landbouwgewassen. De boerenzoons die de landbouwcursussen hadden bezocht en die op hun reizen door overig Nederland betere land bouwbedrijven hadden gezien, gooiden het roer om en volgden de koers van hun vader niet. Neen ze gingen mee met hun tijd en volgden de door de Zeeuwse Landbouw Maatschappij gegeven aanwijzingen en adviezen. De resultaten van die koersverandering hebben we thans vóór ons in de onver gelijkelijk rijken oogst, die de grond van het Land van Cadzand voor 1950 wederom belooft. Resultaten van die koersverandering en ook van de plichts opvatting die elke rechtgeaarde boer moet bezitten, om van zijn bedrijf het mooiste te nhaken wat er is, een rijke oogst. En op de achtergrond steeds weer de onvolprezen Z.L.M. die steeds voorgaat op de door de boer te volgen weg naar de verbetering van zijn be drijf. Jammer dat er zelfs nu nog boeren zijn, die nog steeds geen lid zijn van de Z.L.M. Onbegrijpelijk haast. Laten ze nu ophouden met parasiteren op deze nuttige, ja onmis bare instelling en zich de volgende week in Oostburg direct als lid opge ven, dan handelen ze beslist ook in eigen belang. L. de stem en er klonk zoveel leed in, dat ze hem impulsief de hand toestak. Hij nam die aan en hield die een paar minuten stevig- vast. „Carol," zei hij eindelijk met zachte, onvaste stem. „Wil je me één vraag laten doen, wil je één ding zeggen?" „Wat dan?" antwoordde ze vriende lijk. „Misschien zal het je trots kwetsen om er op te moeten antwoorden en daarom heb ik het ook nooit eerder gevraagd. Maar de onwetendheid heeft me dikwijls gemarteld en ik heb van daag het gevoel, of ik het niet langer kan dragen". Een korte poos antwoordde ze niet. Er was begrijpen in haar ogen - een instinctmatig terugdeinzen, alofzebang was voor de vraag die komen ging. Eindelijk scheen ze al haar moed bij een te rapen. „Doe je vraag, Jem," zei ze. „En zal je er eerlijk op antwoorden?" Ze knikte. „Ik zal er eerlijk op ant woorden". „Zeg me dan, of die duivel - of Mortimer, ooit geweld tegen je ge- En prompt trok Attlee in Enge land „een ander gezicht"! Het gaat om het Plan-Shuman in deze dagen. U heeft er dagelijks nieuws van. Maar, wat zal 'Engeland doen? Een benauwende vraag Zoals U weet, sprak het Labour Congres een merkwaardige d i e p- v r i e s-c o n c 1 u s i e uit, die op zijn zachtst een aantal hartaanvallen aan de goedwillende delen der mensheid heeft bezorgd. Het was de onvervalste Labour-wijn in haar roodste, afsto- tendste verpakking. Senator Wherry riep het Ameri kaanse Congres toe „De politiek van deze Engelse Labourpartij is in volkomen tegen stelling tot alles, wat w ij door het Plan-Marshall trachtten te be reiken. Wij schenken geld aan Groot-Brittannië en z'n socialisti sche regering en z ij isoleert zich van de rest van Europa." Winston Churchill verwelkomde Attlee in het Lagerhuis met „Mijne heren, laat ik Clement Attlee de verzekering geven van de sympathie, welke wij thans allen voor hem gevoelen, in zijn positie als de enig overgebleven Socialistische Eerste Minister bui ten het IJzeren Gordijn en Scan dinavië, in geheel Europa, in het gehele Britse Gemenebest, in de gehele Engels-sprekende wereld." Hierop volgde een redevoering van Attlee, aangaande de houding die de Britse regering diende aan te nemen bij de bespreking van het Plan-Shuman, waaruit bleek dat hij een verklaring aflegde, die zich onverwacht distanci- eerde van de opinies op het Labour- congres. Wat kon er in de tussen- liggende uren gebeurd zijn Wat had Attlee beïnvloed Wij menen de op lossing te hebben gevonden in het gebouw van het Europees bureau der Verenigde Naties te Genève. Daar, waar de Economische Commissie voor Europa op een kluitje was geveegd in een snikheet marmeren zaaltje. bruikt heeft". Ze hield haar adem in - hij hoorde het scherpe, zuigende geluid. Een snelle blos van schaamte vloog naar haar gezicht, doch er kwam een zekere op luchting in haar ogen, dat het deze vraag maar was geweest. „Nee," zei ze kalm. „Nee, nooit!" Jems gezicht ontspande zich. „God zij gedankt," mompelde hij hees. Ze keek hem nieuwsgierig aan. Wat waren mannen toch grappig! Ze zag, dat Jem opgelucht was, onuitsprekelijk opgelucht, omdat haar man haar nooit werkelijk geslagen had. En toch was ze er zelf niet zo zeker van of ze dat niet beter had kunnen verdragen, of ze niet beter de heftigheid van een slag had kunnen ondergaan en verge ven, dan deze vorm van verfijnde men tale en morele martelingen, waarin Sir Francis zo'n meester was. „Je ziet dus, dat alles zijn goede kant heeft," ging ze luchtig voort, met onwillekeurige ironie in haar stem. „Francis slaat tenminste nog geen vrouw. Maar naiuurlijk kan hij nog op

Krantenbank Zeeland

De Schakel | 1950 | | pagina 1