BRILLEN Om reizen en drukte. J DE ZONDEN DER VADEREN. Moskovisch Kruid. De schakel ALGEMEEN NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR WEST ZEEUWSCH-VLAANDEREN 6e Jaargang Nummer 278 Vrijdag 12 MEI 1950 Drukkers-Uitgevers Firma SMOOR DE HULSTER - Boulevard 120 - BRESKENS - Telefoon 27 - Giro 358296 Verschijnt iedere Vrijdag Abonnementsprijs f 1,— per kwartaalfranco per post f 1,15 Prijs der advertentiën 7 cent per m.m. bij abonnement korting Advertenties met „brieven onder nr. of bij ons te bevragen", 10 cent extra ^nlïemaeSku" OOSTBURG Aanstaande Zondag begint de zomerdienstregeling van de Neder landse Spoorwegen, waarover we reeds een tweetal inleidende besprekingen door de radio hebben kunnen horen op de beide laatste Zondagen van April. Die mijnheer van de Neder landse Spoorwegen die dan voor de microfoon komt, is bepaald van de tongriem gesneden. Wijlen de beroemde standwerker Kokadorus is er niets bij en die kon toch ook zijn woordje nog al doen, als hij op de Jodenmarkt in Amsterdam - of elders in den lande - zijn artikelen aan de markt trachtte te brengen. Als grote schreeuwers met hun negotie het meeste succes hebben, dan moeten de Nederlandse Spoorwe gen toch wel millioenen profijt trekken uit het kletsvermogen van Dr. Posthumes Meyes - ik weet niet of ik zijn naam goed schrijf, maar een ieder weet wel wie ik bedoel, n.l. de man van „De spoorwegen spreken" - want het is verschrikkelijk, zoveel woorden als die man er in enkele minuten uitgooit. Wijlen Han Hollander was daar nog maar een kindje bij en in de rubriek „Spraakwaterval" van de N.C.R.V. mag die mijnheer zeker alleen buiten mede dinging meedoen. Stel je voor, zo'n spreker in de Tweede Kamer; arme stenografen, want noch met het pot lood noch met de machine is zo'n man te volgen. Eenvoudig niet te verslaan, in beide betekenissen van het woord. Daarvoor heb je een atoom-tachygraaf nodig. En ik vraag me af of het nu wel nodig is, dat die man zo'n tam tam maakt voor de Nederlandse Spoor wegen? Goede waar immers behoeft geen krans en we zullen weldra weer kunnen constateren, dat de N.S. ook in de drukste tijd van het reisseizoen, zelfs met een nog niet geheel volledig wagenpark, het vervoer nog best aan kunnen. Hulde aan de N.S. en aan de duizenden mannen en vrouwen, die daarbij werkzaam zijn en die allemaal hun uiterste best doen, om de tien tallen millioenen reizigers en wat daar bij behoort, stipt volgens de dienst regeling op de plaatsen van bestem ming brengen. Dat, evenals alles, ook de spoorweg tarieven onlangs iets zijn verhoogd, speelt tegenwoordig geen roi meer en die verhoging heeft niet de minste in vloed op het totale personenvervoer. Gelukkig zijn in Nederland na de laat ste oorlog bijna voor een ieder vacan- tieregelingen ingevoerd en nu de ge legenheid daarvoor bestaat, gaat de doorsnee-Nederlander tegenwoordig dan ook met vacantie en trekt hij er met FEUILLETON 43) door PEDLER. Ze was veel te boos op hem dat hij haar durfde verdenken van opzettelijk iets lelijks beraamd te hebben. „Ik beraam geen dingen zoals jij insinueert," antwoordde ze uit de hoog te. „En ik vind alles wat je daar juist gezegd hebt al bijzonder onhebbelijk". „Er zijn tijden dat onhebbelijkheid of geen onhebbelijkheid betrekkelijk een kwestie van weinig betekenis wordt," antwoordde hij grimmig. „En je hebt mijn vraag nog niet beant woord". Herricks bruine ogen schitterden van boosheid. „En ik ben ook hoegenaamd niet van plan om die te beantwoorden," zei ze. „Ik vind het brutaal van je, om zoiets te vragen". „Dat kan me niet schelen, ik ver lang een antwoord," antwoordde hij koppig. „Je weet - je kent de om zijn gezin een paar dagen op uit. Om de overgrote drukte in de toeristen centra enigszins in te dammen, is men thans doende de vacantie-spreiding zo veel mogelijk te bevorderen, waarmede men bereiken wil, dat de maand Augustus in dat opzicht niet alle Ne derlanders tegelijk moet verwerken. Maar zelfs als men de gehele maand Juli daarin betrekt, dan nog zal de stroom van reizigers in die beide zo mermaanden van zodanige omvang zijn, dat iemand die ook andere maanden tot zijn beschikking heeft er goed aan zal doen, om zijn tochten door Neder land in Juni of September te onder nemen. Persoonlijk ben ik met een vrij langdurige vacantie gezegend; die loopt van i Januari tot 31 December en daarom val ik de N.S. dan ook in de maanden Juli en Augustus niet lastig en kies ik daarvoor een van de andere zomermaanden uit. Het reizen in het top-seizoen is voor oudere mensen door die ontzettende drukte geen ont spanning, doch een inspanning; voor velen een te grote inspanning zelfs. Wil men die drukte dan toch ook wel eens zien zonder daarbij direct betrok ken te zijn, dan neme men een perron kaartje in een der grote steden en ga eens een uurtje in de wachtkamer van een station zitten. Met leedvermaak kan men dan het gesjouw met koffers, baby-mandjes, blèrende kinderen enz., enz. aanzien en ook rustig het gedrang, gestomp en gevecht voor de coupé deuren aanschouwen, in de blijde we tenschap, dat men aan die strijd om een plaats geen werkzaam aandeel be hoeft te nemen. Dit voor mensen die van drukte en veel mensen zien, hou den. Mij niet gezien hoor, ik doe het liever op mijn gemak; dan zie je bo vendien veel meer. En toch kan een mens die drukte niet altijd mislopen, wanneer hij een of ander merkwaar digheid, uitvoering of tentoonstelling wil meemaken. Wie de bloembollen in bloei wil zien, moet naar Lisse en om streken en natuurlijk op het moment - enkele dagen of een paar weken - dat zij haar weergaloze bloemenpracht vertonen. Op andere tijden is daaraan niets bijzonders of weinig bezienswaard, dus moet men naar Lisse tussen half April en ongeveer tien Mei. En dan kan het voorkomen dat er, zoals on langs op een Zondag, zevenhonderd duizend bezoekers en vijftigduizend auto's zijn, waardoor het beter uitzicht op de bollenvelden wel erg beperkt standigheden even goed als ik. En Carol speelt met vuur. Het. is mijn plicht - en de plicht van iedereen die haar vriend is - om het te voorkomen. En schijnbaar heb jij, die ik door dik en dun zou hebben vertrouwd, me hierin tegen gewerkt". „Bedoel je - dat je me dus niet ver trouwt?' Herricks lippen waren wit en haar jonge borst ging onregelmatig op en neer. Ze was diep gegriefd, dat hij haar zo verkeerd kon begrijpen en tot die conclusie was gekomen en die pijn overheerste elk ander gevoel en deed haar bittere dingen zeggen. „Er is geen enkele reden waarom je dat zoudt doen. Ik heb je al eens verteld, dat ik slecht bloed in mijn aderen heb, dus ik bekijk die dingen niet van zo'n verheven standpunt als jij" De woorden stroomden woedend over haar lippen. '„Ik heb nog nooit iemand ontmoet, die zo autocratisch en verwaand was als jij en we zouden vast na een week al ruzie hebben ge kregen. Dus het is maar goed, dat we afspraken om niet te trouwen". Ze zweeg, elke lijn van haar tenger jon zal zijn geworden. Zo ook ging ik on langs naar Gent om de tentoonstelling van Floraliën aldaar te zien. Een slappe dag aan het eind van de week zoch ten we daar .voor uit, doch van slap heid was weinig te bespeuren en zo was ik op die dag één van de onge veer honderdduizend bezoekers, die, tegelijk met mij, de tentoon gestelde bloemen wilden bezichtigen. We wer den door de zalen gedreven en ge wrongen en alleen de langsten onder ons konden de bloemen zien. Dat was om elf uur 's morgens; om één uur 's middags slaagden we beter en was er voldoende ruimte om de bloemen goed te zien en het was inderdaad be- wonderenswaard. Maar zoals gezegd, om elf uur 's morgens zag men alleen mensen en ruggen van mensen. Wat me toen opviel, was het enorme aan tal schoolkinderen, jongens en meisjes, onder leiding respectievelijk van fraters en nonnen. Hele kudden schooljeugd, tienduizenden kinderen, die ook- mets zagen van de bloemen en er blijkbaar ook geen interesse voor hadden. Ze hosten liever of stoeien. Tienduizenden kinderen, die anderen verhinderder ook iets te zien! Ik kreeg visioenen van broedmachines en kunstmoeders, waarmede ik natuurlijk niet bedoel die nonnen of fraters. Doch waarvoor laat men die niet-geïnteresseerdeschooljeugd daarheen gaan? Op het gebied van de sport beleven we hetzelfde, n.l. wat de drukte be treft, doch daar zijn het tenminste be langstellenden. Overigens is het wel te betreuren, dat enthousiaste voetballief hebbers tegenwoordig niet in de ge legenheid zijn om een interessante in ternationale wedstrijd in een van onze stadions bij te wonen. Tienmaal zoveel vraag als er aanbod is van plaatsen en kan men langs slinkse wegen nog eens een toegangsbewijs bemachtigen, dan betaalt men een fancy-prijs; een be drag dat mij en vele anderen veel te hoog ligt. Dus dan maar de wedstrijd bijwonen in de huiskamer bij de radio. Doch wat missen we op die dagen onze onvergetelijke Han Hollander toch erg. Ik heb onlangs moeten luisteren naar Pagano, de sportomroe- per van de K.R.O., die België-Neder- land in Deurne versloeg. Dat was geen voetbalverslag, maar een huidebetoging aan Piet Kraak en een schimpen op de rest van onze spelers en voorts een ophemelen van België's linksbuiten, Mordant. En van de beschouwingen gensachtig figuurtje drukte uitdaging uit. Kenyon keek haar aan. Met haar uitbarsting van woede scheen zijn eigen boosheid verdwenen te zijn en er was nu een eigenaardige, ondoorgronde lijke uitdrukking in zijn ogen, toen hij haar aankeek. „We spraken niet af om niet te trouwen," zei hij. „Dat besluit kwam geheel van jou kant". Herrick haalde de schouders op. „Nu, wat ik dan ook gevoeld heb, ik voel het nu nog veel sterker," zei ze hard. Toen, als om aan te duiden dat het onderhoud afgelopen was, bukte ze, nam haar schaatsen die op de grond lagen op en begon die on der te binden. Mac keek haar een ogenblik zwij gend aan. Hij bood niet aan om haar te helpen. Waarschijnlijk begreep hij wel, dat dat aanbod alleen maar kort af geweigerd zou worden en vond hij het daarom niet nodig het te doen. „Als ik je een raad mag geven," zei hij onverschillig, „vermijd dan het verste eind van het meer. Het begint hard te dooien en het ijs is daar al van de expert Pagano bleek niets te kloppen, want in vijf verschillende Ne derlandse en Belgische voetbalverslagen las ik, dat behalve Kraak ook een vijf tal andere spelers van ons het er zeker goed hadden afgebracht en dat-Mor dant de minste was van de Belgische spelers en dat deze wel niet meer in het Belgische elftal zou terugkomen. Een paar dagen daarna luisterde ik weer naar Pagano, die nu een oogge tuige-verslag gaf van de eindstrijd om de Engelse cup in het enorme stadion van Wembley bij Londen, waar meer dan honderdduizend mensen aanwezig waren en er nog veel meer moesten worden afgewezen wegens plaatsge brek. Ook daar dus hetzelfde euvel als bij ons en in België bij voorname voet balwedstrijden. Het verslag van Pagano had ook nu niet veel te betekenen. Hij zei niet wat hij zag van de wedstrijd of wat er te zien viel, doch oreerde de ganse tijd door over vroegere cup wedstrijden, over de leeftijden van be roepsvoetballers en prijzen waarvoor deze mensen aan andere clubs worden overgedaan enz., enz. Een verslag van de wedstrijd zoals de verslaggever die kon bijwonen en aan de luisteraars had- moeten overbrengen, kregen we ook nu niet. Er zijn nu nog wel een paar andere verslaggevers die het wel aar dig doen tegenwoordig, veel beter dan Pagano in ieder geval, doch er was maar één Han Hollander. Die kon de thuis moetende blijven geïnteresseerde voetballiefhebbers het volle pond geven en in extase brengen, zoals hij zelf bij een spannende wedstrijd in vervoering kwam. Het ware te hopen, dat de omroepverenigingen eens zo'n uitste kende voetbal-verslaggever als Han Hollander was, konden opfokken, zulks in het belang van de overgrote meer derheid van Nederlandse voetbal enthousiasten, die nimmer in de ge legenheid zijn een wedstrijd van groot allure bij te wonen. Het bezoek aan zulke wedstrijden en de drukte daar omheen zou er zeker niet minder om worden. L. Dezer dagen heeft Dr. Visser, voor malig Nederlands Ambassadeur te Moskou, een kleine rede gehouden. De pers reageerde aarzelend. Misschien was het van oorsprong wel een gelukkige gedachte van Z.Exc. ons volk mededelingen te doen over het leven onder Stalin's knoet. Wij wagen te betwijfelen, of de in houd afgestemd is geweest op de toe hoorders. Het communisme is een aan trekkelijke leer, die met geweld tot grote welvaart leidt. Men kan het bui- tijd het zwakst". „Dank je, ik kan dat best zelf be oordelen," antwoordde ze, niet opzien de van de schaats waarmee ze juist bezig was. „Ik rijd toevallig graag op dat gedeelte. En daar ik je zuster niet ben, veronderstel ik, dat ik kan rijden wanneer en waar ik wil". Kenyon maakte plotseling een on willekeurige beweging, alsof hij haar graag door elkaar zou willen schudden. Toen hield hij zich in en balde zijn handen tot vuisten. Zonder een woord van afscheid wendde hij zich om en liep met grote passen weg. Dun ijs. Herrick keek Jëm en Carol na, die, na afscheid van haar te hebben geno men, samen naar Mortlake Hall wan delden. Geen van drieën had meer dan een vluchtige opmerking gemaakt over Macs onverwachte komst Misschien hadden noch Carol noch Beresford de volle betekenis begrepen van de boze bruuskheid waarmee hij hen aan hun lot had overgelaten. Hoe zeer zij el kaar ook lief hadden en ondanks

Krantenbank Zeeland

De Schakel | 1950 | | pagina 1