BRILLEN
Van mensenjn dingen.
DE ZONDEN DER VADEREN.
De schakel
ALGEMEEN NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR WEST ZEEUWSCH-VLAANDEREN
6e Jaargang Nummer 265
Drukkers-Uitgevers Firma SMOOR DE HULSTER
Vrijdag 10 FEBR. 1950
.Boulevard 120 - BRESKENS - Telefoon 27 - Giro 358296
Verschijnt iedere Vrijdag
Abonnementsprijs
f 1,— per kwartaal; franco
per post f 1,15
Prijs der advertentiën
7 cent per m.m.
bij abonnement korting
Advertenties met „brieven
onder nr. of bij ons te
bevragen", 10 cent extra
ii.
De meeste kranten van de laatste
tijd doen weer haar uiterste best, om
in vette letters van groot formaat de
aandacht te vestigen op de nog steeds
toenemende controverse tussen de
Verenigde Staten van Amerika en de
Unie van Sovjet-Republiken, oftewel
Rusland. Beide landen hebben en
maken nu atoombommen en andere
kwaadaardige vernietigingsmiddelen en
als klap op de vuurpijl gaat Amerika
nu waterstof-atoombommen maken,
omdat ze Rusland een slag vóór willen
zijn of, omdat Rusland deze oorlogs
toverballen ook al aan 't maken zou
kunnen zijn. Die waterstofbommen
zouden ongeveer duizend keer zo sterk
zijn als de atoombom, die werd gebruikt
in 1945 om Japan op de knieën te
krijgen. Twee van die liefelijke dingetjes
zijn voldoende om heel Nederland te
verwoesten. Eén (schrale) troost voor
de komende oorlog hebben we althans,
n.l. dat die geen vijf jaren zal duren,
doch dat we in een dag of drie er van
af zullen zijn; dan zijn we allemaal in
het hiernamaals, zonder hongersnood,
hongeroedeem, basillaire dysenterie enz.
enz. te hebben moeten ondergaan.
In gemoede vraag ik me tegen
woordig dikwijls af, wat toch de be
doeling van de wereldpers, van de
toonaangevende dagbladen kan zijn, om
elke dag opnieuw de aardbewoners op
te schrikken met deze onzalige toekomst
beelden. Juist nu, waar al die aardbe
woners nog niet helemaal zijn bijge
komen van de in de laatstverlopen
oorlog geïncasseerde slagen en thans
j uist alle krachten inspannen om verder
overeind te komen. Is er nu geen ge
schikter nieuws aan het krantenlezende
en - minnende publiek aan te bieden
dan dergelijke gruwelijke toekomst
beelden, die we beter konden overlaten
aan een fantast, die een roman over
het jaar 2000 wenst te schrijven? Of
is het zo, dat door de laatste oorlog
het wereld-publiek dermate verzot is
geworden op sensatie-berichten, dat
het, wanneer deze zouden ontbreken,
in het geheel geen krant zou lezen?
Ingeval een van deze beide vragen
bevestigend moet worden beantwoord,
dan is het met de pers of met het
publiek maar treurig gesteld en wordt
het meer dan wenselijk, ja noodzakelijk,
tot nuchterder en minder sensationele
nieuwsvoorziening te geraken, op ge
vaar van verlies aan abonné's. Het is
vooral nu beslist funest om het publiek,
dat niets liever wil dan in rust de
onlangs vernietigde wereld wederom
op te bouwen en - als vroeger - goed
FEUILLETON
30) door PEDLER.
En zijn instinct zei hem, dat het
adopteren van Herrick niet alleen een
gril was, maar een schakel van een
keten, die in het verleden reikte.
„Billy zegt, dat Lady Mortimer en
Herrick dikke vriendinnen zijn," zei
Barbara.
De dominee glimlachte bij zichzelf
omdat telkens terugkeerde: „Billy zegt".
„Zo? Nu ik geloof, dat dat arme ding
alle vrienden wel gebruiken kan, die
de hemel haar zendt'
„Nou ja, maar het is toch nogal
sneu voor mij,' protesteerde Barbara.
„Herrick is meer van mijn leeftijd,
Lady Mortimer is te oud voor haar".
„Leeftijd heeft heel weinig met vriend
schap te maken - binnen zekere gren
zen, kindje. Bovendien is Herrick Way-
len in sommige opzichten oud. Ouder
dan haar leeftijd in elk geval".
Barbara dacht daar even over na,
„Ja, dat geloof ik ook," gaf ze toe.
^nllemae&eu"
OOSTBURG
bewoonbaar te maken, iedere dag
opnieuw kopschuw te maken. Een
angstpsychose moet daarbij zeker achter
wege blijven, omdat alleen vertrouwen
in de toekomst de krachten kan opwek
ken en stimuleren, die nodig zijn om
de chaos van de vorige oorlog op te
ruimen en een nieuw Europa op te
bouwen. Hoe vlugger dit laatste kan
worden uitgevoerd, hoe beter, want een
volk dat zich in zijn omgeving geluk
kig en tevreden gevoelt, is meer vrede
lievend dan een ontevreden natie. De
pacifisten, die er ook tegenwoordig
Goddank nog worden gevonden, zien
als de juiste opvatting van hun taak
- het stichten van een wereldvrede en
het voorkomen van oorlogen - het weg
nemen van factoren, die ontevredenheid
van verschillende volkeren of natie's
bevorderen. Dat moet ook onze
leidraad zijn bij het tegemoet-
treden van onze vroegere tegenstanders.
Hoe moeilijk het ook voor ons in het
algemeen moet zijn, we mogen niet
vijandig blijven staan tegenover het
Duitse volk, al is het dan ook niet
beslist noodzakelijk hen als onze per
soonlijke vrienden te beschouwen.
Noodzakelijk is wel, om redenen van
zelfbehoud, om hen tegemoet te treden
op zakelijk en economisch terrein.
Duitsland, voorzover dit althans nog
niet onder directe Russische druk
staat, moet zich kunnen aansluiten bij
de West-Europese landen, het moet
een uitweg kunnen vinden via West-
Europa en thans niet aan zijn lot wor
den overgelaten. Want dan zou het
geen andere uitweg meer hebben dan
via zijn Oostelijke naburen en zou het,
zelfs nog zonder dat te willen, een
relatie worden van de Sovjet-republieken,
daarna weldra een afhankelijke buur
staat, een satelliet en uiteindelijk een
deelstaat van de Russische federatie's
worden. En dan zou onze Oostelijke
grens derhalve de Russische westgrens
zijn en deze laatste zou zich zeer, zeer
spoedig in westelijke richting ver
plaatsen tot de Noordzee, tegenover
Engeland, met alle gevolgen daarvan.
De westelijke helft van Duitsland moet,
in ons belang en eveneens in dat van
België en Frankrijk, ja zelfs van Enge
land, zo spoedig mogelijk worden opge
nomen en zelfs onvoorwaardelijk, in
het Atlantisch Pakt. Ons voortbestaan
als zelfstandige natie staat hier op het
spel; evengoed dat van de overige
landen in Europa, die thans nog buiten
alsof ze plotseling de waarheid van
dat-gezegde begreep. „U is heel slim,
vadertje, om andere mensen zo gauw
te begrijpen - zoals ze van binnen
zijn, bedoel ik. Ik wou, dat ik het ook
kon, want ik geloof dat u daarom zo
verdraagzaam en lief is".
Hij kneep haar in de wang.
„Verlang daar maar niet naar,
vrouwtje. Het is het laatste wat ik
ooit voor jou zou wensen," zei hij en
voegde er tamelijk droevig aan toe:
„Toegevendheid en begrijpen zijn beide
de gaven van harde ondervinding".
Opvlammend vuur.
„Het is bijna zo warm of het lente
is," zei Herrick lui, terwijl de auto met
haar en Billy over de brede landweg
gleed. Er was werkelijk wel reden
voor die opmerking. Boven hun hoof
den strekte zich een lichtblauwe hemel
uit, hjer en daar met kleine vlokkige
schapenwolkjes, terwijl bleek, goud
zonlicht flikkerde in de waterplassen
op de weg, daar die nacht na een he
vige stortbui achtergebleven. De lucht
was zach!> doortrokken van de frisse
de Sovjet-sfeer liggen.
Het is dus vóór alles nodig, tevreden
volkeren te krijgen, zowel in het eigen
land als bij onze buren. Een van de
meest onmisbare factoren daarvoor is
het bevorderen van de sociale rust en
het voorkomen van werkloosheid.
Werkloosheid is jarenlang de grootste
gesel geweest van West-Europa, omdat
de bestrijding daarvan in de vorm van
steunverlening een te groot offer vergt
van de openbare geldmiddelen, die
door het werkende deel van de be
volking moeten worden opgebracht.
Daarbij komt nog, dat uit een behoorlijke
steunverlening op de duur steeds een
arbeidsschuwheid moet groeien, zodat
een gemeenschappelijk onbehagen,
sterker nog, een steeds groeiende
onrust en ontevredenheid zich ten slotte
overal demonstreert. Werkloosheid moet
derhalve in de eerste plaats worden
voorkomen, hetgeen bij een behoorlijke
verdeling van het productie-apparaat
in groter verband, dus op internationaal
niveau in West-Europa, zeer zeker
mogelijk moet zijn. Daarvoor is nodig
internationale samenwerking op elk
onderdeel van het sociaal, economisch
en cultureel gebied van de deelnemende
volkeren en bereidheid tot het brengen
van betrekkelijk geringe offers op
nationaal terrein. Indien Engeland
slechts bereid ware om op dit laatste
wat meer inschikkelijkheid te betonen,
zo geloof ik dat behalve op militair
gebied - waarop bereids een behoorlijke
overeenkomst is tot stand gekomen -
ook op andere punten reeds een soort
van statenbond in West-Europa zou
zijn ontstaan. En wanneer dan in elk
van die deelnemende landen een
arbeids-vredc in het leven zou kunnen
worden geroepen, door het scheppen
van behoorlijke sociale voorzieningen
- zoals in ons land reeds tot stand zijn
gebracht - dan is noch het Nederlandse
volk noch dat van enig ander land van
West-Europa in zijn over-, overgrote
meerderheid ontoegankelijk voor de z.g.
zegeningen van het stalinisme.
Alom in de West-Europese landen
kan en moet de productie nog worden
opgevoerd, waardoor ook de consumptie
op hoger niveau kan komen en men
uiteindelijk een nog hoger levenspeil
krijgt. Een menswaardig bestaan voor
elke werker, die in het verrichten van
arbeid een zegen ziet en een wegne
men van toekomstzorgen van die
blijmoedige arbeider. Dit alles is moge
geur van de pas gewassen aarde.
„En over een paar dagen zitten we
misschien o der de sneeuw of bevrie
zen we halt," antwoordde Billy pessi
mist. „Dat is het soort poets die het
Engelse klimaat je bakt, wanneer je
het met een dergelijke opmerking tart".
Ze lachte
„O, behalve voor het jagen, zou het
me niets kunnen schelen".
„Behalve voor het jagen," herhaalde
hij minachtend. „En wat moet daar
dan voor in de plaats komen, dat zou
ik wel eens willen weten?"
„Schaatsenrijden misschien," zei ze.
„Ik zou zo zeggen, dat jullie wel erg
goed ijs zult krijgen op de vijven
thuis, is 't niet?" Het was merkwaar
dig zo gemakkelijk en gelukkig het
woord „thuis" over haar lippen kwam.
Billy knikte.
„Ja, niet kwaad," gaf hij met tegen
zin toe. En weer tot stilzwijgen ver
vallend, zette hij de wagen aan tot
een snelheid, die zelfs de afwezigheid
van verkeer op de lange rechte weg
nauwelijks rechtvaardigde, daar er bui
ten nooit zekerheid is, dat er niet een
lijk en ligt binnen het bereik van alle
volkeren van West-Europa, mits zij
bereid zijn eenparig de hand aan de
ploeg te slaan en mits een ieder - het
zij werknemer of werkgever - bereid is
om op elk gebied de productie op te
voeren en dusnog harder te wer
ken dan hij totnogtoe na de oorlog
heeft gedaan. Men heeft vooral in
Engeland, toen het er in de oorlog op
aan kwam, bloed, zweet en tranen
geofferd op het altaar van Engeland's
welzijn; men heeft daar gezwoegd, voor
eigen land en ook voor de geallieerden
en daardoor de oorlog kunnen winnen.
Wel de oorlog, doch nog niet de vrede
konden de geallieerden winnen; dit
laatste is klaarblijkelijk nog moeilijker
dan het eerste. En omdat het winnen
van de vrede nu even noodzakelijk is
als vroeger het winnen van de oorlog,
moet ieder die in West-Europa tot
die vroegere geallieerden behoort, thans
dan ook vanzelfsprekend bereid zijn
om even hard te zwoegen als het
Engelsche volk in oorlogstijd heeft ge
daan. En met dezelfde eensgezindheid
waarmee toen de tegenstander kon
worden verslagen kan thans de draak,
die het bereiken van een vredestoestand
tracht te verhinderen, te lijf worden
gegaan. Werken, werken is vogr ieder
het parool en dan kunnen we een
uiteindelijk succes niet mislopen. Het
stalinisme zal dan op de West-Europese
volkeren nimmer vat krijgen, zodat
met welhaast wiskundige zekerheid kan
worden geconcludeerd, dat dit Stalinisme
ook niet met gewelddadige middelen
tegenover een verenigd West-Europa,
gerugsteund door de Amerikaanse
militaire en economische macht en
kracht, zal durven optreden, omdat
Rusland daarin geheel ten onder zou
gaan.
Als Hitier verstand had gehad, zou
hij hebben moeten weten dat hij in
een oorlog tegen de rest van Europa
plus Amerika ten onder moest gaan
met zijn Herrenvolk. De misdadige
behangersknecht had geen verstand
doch wel bezat hij de kracht om het
Duitse volk tot die ondergang te
brengen. Stalin schijnt wel pienterder
te zijn, doch ook hij heeft niet het
eeuwige leven en ook zou zich bij hem
een grootheidswaanzin kunnen open
baren, zodat rekening moet worden
gehouden met Russisch geweld, dat
zich op de een of andere dag over de
wereld zou trachten te verspreiden.
En in dat licht bezien is een militair
pact als nu tussen de landen van
West-Europa, de Verenigde Staten en
Canada is gesloten, een daad van wijs
beleid. En evenzeer valt in dat kader
het vervaardigen van waterstof-atoom
bommen enz. als wapen tegenover een
koe onverwacht uit een hek van een
aangrenzende weide zal komen stap
pen.
„Billy, rijd wat langzamer," riep
Herrick, toen de auto letterlijk voor
uitsprong. „Je rijd heus te vlug - en
we komen direct aan een hoek".
„Nonsens, 't Gaat best," antwoordde
hij. Doch hij verminderde toch zijn
vaart een weinig, terwijl ze de bocht
namen en gaf weer vol gas toen hij
zag, dat er niets in zicht was.
En toen, bij de volgende bocht, ge
beurde het. De bocht was scherp en
toen ze er om heen vlogen zag Her
rick nog net even de grote, grijze auto
aankomen en herkende Macs mager,
donker gezicht boven het stuur. En op
dat moment verried de heftige schrik,
die haar overweldigde, haar alles, wat
tot nu toe verborgen was geweest.
Ze voelde geen angst voor zichzelf in
de onvermijdelijke botsing die volgde.
Billy bestond voor haar niet meer
haar gehele zijn was samengevat in
een golf van doodsangst voor Mac.
Er volgde een scheurend, splinterend
gekraak, het piepen van remmen en