JlfwikkelingJIolestrisico. DE ZONDEN DER VADEREN. De schakel ALGEMEEN NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR WEST ZEEUWSCH-VLAANDEREN 5e Jaargang Nummer 251 Vrijdag 4 NOV. 1949 Drukkers-Uitgevers Firma SMOOR DE HULSTER - Boulevard 120 - BRESKENS - Telefoon 27 - Giro 358296 Verschijnt iedere Vrijdag Abonnementsprijs f 1,— per kwartaalfranco per post f 1,15 Prijs der advertentiën 7 cent per m.m. bij abonnement korting Advertenties met „brieven onder nr. of bij ons te bevragen", 10 cent extra In de afgelopen dagen is in de Tweede Kamer het voorstel der materiële schadevergoeding aan oorlogsgetroffenen het onderwerp geweest van langdurige en breedvoerige besprekingen, waaraan door alle in de Kamer vertegenwoor digde politieke schakeringen deel is genomen. Of de voorgestelde regeling, die in het bijzonder ook voor het zo zwaar getroffen Land van Cadzand van zo'n enorm belang is, tot stand zal komen in de door de Regering ge wenste zin, valt thans nog niet met zekerheid te voorspellen. Immers ge steld al, dat in de Tweede Kamer daarvoor wel een meerderheid te vin den zou zijn, dan nog zou dit ontwerp op de Eerste Kamer kunnen stranden. We zijn "dus thans nog niet zo ver, dat de gedupeerden nu al zouden kun nen weten waar ze aan toe zijn. Een vraagstuk dat met de vergoe ding van de geleden schade voor vele mensen in nauw verband staat, is de afwikkeling van molestschaden bij molestrisico. Het lijkt ons wel gewenst, onze lezers ook eens enig inzicht in dit onderwerp te verschaffen en te dien einde laten wij hieronder volgen een uittreksel uit een artikel in het Orgaan van de Vereniging van Huis- en Grond eigenaren over deze materie. Naar aanleiding van verschillende schriftelijke klachten over het uitblij ven van de uitkeringen uit hoofde van Molest-schade, hebben wij ons tot de Directie van Molest Risico gewend met het verzoek ter algemene voor lichting een beschouwing over dit vraag stuk ter publicatie in ons blad te wil len leveren. Het doet ons genoegen onderstaand een artikel te kunnen af drukken dat ons in antwoord op ons verzoek werd toegezonden en waar voor wij genoemde directie, mede namens onze lezers, van harte dank zeggen, vertrouwend, dat deze uiteen zetting verhelderend zal kunnen wer ken. Het is begrijpelijk dat verschillende verzekerden,, die schade hebben ge leden, zich afvragen wanneer de onder linge molestverzekeringsinstellingen nu eindelijk tot uitkering zullen overgaan. Het is reeds meer dan 4 jaar geleden sedert wij bevrijd werden; was het nu niet mogelijk in deze tijd alle schaden afgewikkeld te hebben? Helaas was dit nog niet mogelijk en wij willen hieronder een antwoord geven op de vraag, waarom de uiteindelijke afwik keling van de onderlinge molestver- zekering nog steeds uitblijft. Vooraf willen wij echter mededelen, waarom tot het heffen van de omslag FEUILLETON 16) door PEDLER. Ze snelde naar de kast in de hoek, waar ze haar kleine voorraad bewaarde van glaswerk en porselein tot kruide nierswaren en een fles brandy voor noodgevallen toe. Hier was alles nog net als vroeger ondanks haar op handen zijnd vertrek. In de aangrenzende slaapkamer stonden haar nieuwe koffers, die Lady Bridget voor haar gekocht had, gepakt en voorzien van etiketten, gereed, maar haar weinige meubelstukken en de huishoudelijke artikelen was ze van plan achter te laten als een laatste ge schenk voor de dikke, gemoedelijke oude concierge en zijn vrouw, die op hun manier haar altijd geholpen had den om haar pad te effenen, sedert ze voor het eerst haar tenten had opge slagen in de Rue Grise. En een Franse concierge heeft het zeer zeker in zijn macht om het pad van zijn huurders is overgegaan, terwijl de schaden nog niet konden worden afgewikkeld. Aan het einde van de oorlog en korte tijd daarna zaten velen ruim in hun middelen, terwijl het te voorzien was dat dit later anders zou worden. Molest-Risico en Nieuw Molest-Risico hebben daarom besloten de maximum omslag van de leden te heffen teneinde in staat te zijn later de schadevergoe dingen te betalen. Zou dit niet gebeurd zijn en zouden zij gewacht hebben totdat het tijdstip van afwikkëling was aangebroken, dan zouden in de eerste plaats de gedupeerden nog langer op hun geld moeten wachten, omdat het innen van een omslag vanzelfsprekend tijd kost en in de tweede plaats zou de kans groot geweest zijn dat een gedeelte van de omslag niet zou bin nenkomen, omdat de betrokkenen inmiddels krap in hun middelen waren komen te zitten. Daarom is de omslag terstond geïnd met het resultaat, dat vrijwel het gehele gevorderde bedrag is binnengekomen. In een aantal gevallen is uitstel van betaling verleend in verband met ge leden schade. De binnengekomen gel den brengen rente op; in verband hiermede wordt van degenen die u i t- stel van betaling hebben ge vraagd en verkregen ook betaling van rente gevraagd, omdat alle leden op gelijke wijze moeten worden behandeld. De rente komt tenslotte weer ten goede aan de leden. Wat de afwikkeling van de schaden betreft, kan worden opgemerkt, dat deze reeds lang - althans voor het overgrote deel - zou hebben plaats ge had, indien de molestverzekerings instellingen alleen met hun verzekerden te maken hadden. Dan zouden zij im mers het totaal bedrag van de be schikbare omslag hebben kunnen ver delen over de vastgestelde schadebe dragen en van elk schadebedrag een zelfde percentage hebben kunnen ver goeden, wanneer de omslag niet vol doende zou zijn geweest om de gehele schade te betalen. De schadebedragen zijn vrijwel alle vastgesteld; bij Molest Risico en Nieuw Molestrisico die teza men meer dan 32000 schadegevallen te behandelen hebben gehad is reeds in 96% van het aantal gevallen overeen stemming met de verzekerden bereikt. In de resterende 4% is reeds veel voorbereidend werk gedaan, maar kon de uiteindelijke vaststelling om ver schillende redenen nog niet plaats heb ben. De reden voor het uitstellen van de afwikkeling zit echter in het feit dat het Rijk ook een vergoeding voor molestschaden geeft en dat de bepa lingen, die daaromtrent gelden, invloed een bijzonder doornig of het tegen overgestelde te maken, naar gelang zijn aard. „Hier, drink dat eens op," zei ze, een glas brandy voor de bleke lippen van de Engelsman houdend. Hij ge hoorzaamde en toen het scherpe vocht door zijn keelgat liep, kwam er weer wat kleur op zijn gezicht. Hij deed zijn ogen open en deed een poging om te gaan zitten. „Ik - ik bezorg u geweldig veel last," mompelde hij verontschuldigend. „Nonsens," antwoordde ze. „Pro beer nu nog niet om u te bewegen. Blijf rustig in die stoel liggen, terwijl ik warm water haal en uw arm afwas. Hij heeft erg gebloed," voegde ze er bij, een bezorgde blik werpend op de rode vlek, die zich over zijn mouw •verspreid had. Ze bewoog zich zacht en vlug door de kamer, vulde een ketel, zetle die op het gas en haalde wat oude doeken te voorschijn die ze aan repen scheurde. Toen eindelijk alles klaar was en ze een desinfecterend middel in de kom water gegoten had, kwam ze naar hem hebben op de uitkeringen, welke de molestonderlingen kunnen doen. Het zou te ver voeren de desbetreffende bepalingen hier uiteen te zetten. De eerste regeling hieromtrent dateert reeds van December 1940 en deze regeling is na de bevrijding vervangen door een Koninklijk Besluit, het Besluit op de Materiële Oorlogsschaden 1945. In dit besluit wordt echter uitdrukkelijk ver meld dat het slechts een voorlopige regeling bevat in afwachting van een definitieve regeling bij de Wet. Nu was het natuurlijk voor de molestonder lingen niet mogelijk om reeds tot afwikkeling over te gaan, wanneer zij niet wisten, of de wettelijke regeling gelijk zou zijn aan de regeling vervat in het Besluit op de Materiële Oorlogs schaden 1945. Bovendien moesten de molestonderlingen kennis dragen van de Rijksbijdragen, die voor de ver schillende schaden waren vastgesteld en hieromtrent hadden zijn nog te weinig gegevens. Intussen is na lang wachten het ontwerp Wet op de Materiële Oorlogsschaden in Januari 1948 ver schenen. Dit ontwerp wijkt wat de molestverzekering betreft op sommige punten belangrijk af van het Besluit op de Materiële Oorlogsschaden 1945. Volgens het ontwerp-Wet zouden de uitkeringen door de molestonderlingen moeten worden gedaan naar even redigheid van het verschil tussen de door hen vastgestelde schade en de Rijksbijdrage, terwijl voorheen een andere regeling gold. Bovendien stelt het ontwerp in sommige gevallen een hogere Rijksbijdrage in het vooruit zicht dan het Besluit op de Materiële Oorlogsschaden 1945. Een belangrijk voorbeeld daarvan is de vergoeding van de volledige vervangingswaarde voor een kleine woning, die door de eigenaar zelf bewoond wordt (artikel 8); het ontwerp bepaalt dat in die geval len niet de volledige Rijksbijdrage moet worden afgetrokken, doch de Rijks bijdrage berekend naar de waarde van Mei 1940. Hierdoor zou de mogelijk heid ontstaan, dat een verzekerde aan Rijksbijdrage en molestuitkering teza men meer ontvangt dan de werkelijk geleden schade, hetgeen in strijd is met de principes van verzekering. Dit zou op zich zelf nog niet zo erg zijn, ware het niet dat hetgeen op deze wijze de één te veel krijgt aan de ander minder wordt uitgekeerd, omdat tenslotte slechts de beschikbare omslag over alle leden kan worden verdeeld. De ondervakgroep „Onderlinge Molest verzekering" heeft daarom aan de commissie van voorbereiding uit de Tweede Kamer gevraagd de desbe treffende bepalingen niet ongewijzigd aan te nemen. toe en hielp hem voorzichtig, met vriendelijke handjes, die bang waren om pijn te doen uit zijn jas, waardoor een hemdsmouw vrij kwam, doorweekt van bloed, dat uit een diepe vlees wond in de bovenarm vloeide. „Ik vrees, dat ik uw hemdsmouw zal moeten open knippen," zei ze. Hij knikte. „Ik vrees het ook," zei hij. „Het is een onsmakelijk gezicht, niet? Het is allemachtig vervelend, dat u dat nu moet doen". „Tob daar maar niet over," ant woordde ze geruststellend. „Ik ben erg handig in eerste hulp". „Werkelijk? Waar heeft u dat ge leerd?" vroeg hij, haar aanmoedigend om te praten, terwijl ze de lelijke wond uitwies. Hij hield van het geluid van haar stem. Die was tamelijk laag en een beetje hees en dat gaf er een soort van droevige aantrekkelijkheid aan. „O, jaren geleden - toen ik nog heel jong was," antwoordde ze ernstig. Hij lachte onwillekeurig. „U is nog niet zo verschrikkelijk be jaard, wel?" vroeg hij plagend. Over de bepalingen van het wets ontwerp zou nog veel meer te zeggen zijn, maar wij beperken ons tot dit ene voorbeeld om aan te tonen dat de afwikkeling van de molestschaden niet zulk een eenvoudige zaak is als men op het eerste gezicht zou menen. In ieder geval zullen de molestonder lingen eerst moeten afwachten, hoe de bepalingen van de Wet definitief zul len luiden voordat gedacht kan wor den aan afwikkeling. Wanneer de Wet tot stand is gekomen, zullen de molest onderlingen eerst opgave moeten ont vangen van de Rijksbijdragen, waar mede ook nog wel enige tijd zal heen gaan. Op het vaststellen van de Rijks bijdragen hebben de molestonderlingen geen invloed en zijn zij afhankelijk van de overheidsinstellingen, die deze bij dragen moeten vaststellen. Uit het jaarverslag van Molest- Risico over 1947 dat is toegezonden aan allen, die in de oorlog lid waren, blijkt dat deze vereniging ongeveer 25% van het totaal der aangemelde schadebedragen uit de omslag zou kun nen betalen. Dit percentage is bij Nieuw Molest-Risico, dat zijn verslag over 1947 eveneens aan alle leden en oud-leden heeft toegezonden, ongeveer 45% van het totaal der aangemelde schadebedragen. Dit percentage is bij Molest-Risico zo veel lager dan bij Nieuw Molest-Risico, omdat Molest- Risico reeds tijdens de oorlogsdagen van Mei 1940 werkte en Nieuw Molest-Risico eerst in Augustus 1940 is opgericht. De bovenstaande percentages zijn genomen van de totaal aangemelde schadebedragen. De molestonderlingen behoeven slechts te betalen het ver schil tussen de schadebedragen en de Rijksbedragen of, indien de omslag daarvoor niet voldoende is, een gedeelte van dat verschil. Molest-Risico zal naar schatting ongeveer 50% van het ver schil tussen schade en Rijksbijdrage kunnen betalen en Nieuw Molest-Risico ongeveer 80%. De hier genoemde percentages gel den alleen voor degenen, die aan de zgn. Aanvullende regeling deelnemen. Voor degenen, die dat niet doen, werkt de Rijksbijdrage op een andere wijze bevrijdend en wel in dier voege, dat alleen dan een aanvulling op de Rijks bijdrage plaats heeft, indien deze bij Molest-Risico beneden 25 °/o blijft en bij Nieuw Molest-Risico beneden 45% van de door de betrokken molestonder lingen vastgestelde schadebedragen. De Rijksbijdrage mag dan tot het genoemde percentage worden aangevuld. Hiervoor zal slechts een betrekkelijk geringe omslag nodig zijn, die dan ook be langrijk lager is dan de omslag, die Ze bleef ernstig: „Ik voel me soms negentig". „Dan vrees ik, dat morgen of liever vandaag, een van die dagen zal zijn, nu u door het spelen voor barmhartige Samaritaan uw slaap moet missen U zult me over een paar uur niet bé- paald zegenen". Ze glimlachte plotseling. „Misschien zult u mij dan wel zege nen en dan zijn we weer quitte". „Dat zal ik zeker," verzekerde hij. „Werkelijk, ik weet niet wat er met me gebeurd zou zijn, als u niet tij dig op het toneel verschenen was. Die verwenste schoft nam me bij verras sing. Je verwacht niet neergestoken te worden, als je kalm naar huis en naar bed gaat". „Ik denk, dat de man een Italiaan was," zei Herrick. Ze had de gewonde arm nu gewassen en verbond hem handig met repen linnen. „Ik denk, dat hij uw portefeuille of zoiets wilde weg nemen". Hij keek haar nadenkend aan. „U was een kranig, dapper vrouwtje om tussenbeide te komen," zei hij einde-

Krantenbank Zeeland

De Schakel | 1949 | | pagina 1