Onthulling monument
op liet massagraf te Breskens.
Waarom deze ontboezeming
De aanleiding daartoe vormt het
besluit van de gemeenteraad in Hoofd
plaat, om de gevraagde subsidie slechts
van jaar tot jaar toe te kennen en
zich niet te binden aan de gestelde
eis van 30 jaar.
Dit besluit was reeds eerder door
de raad van Hoofdplaat genomen, maar
het bestuur van genoemde school kon
daarmede niet accoord gaan. Immers,
het Rijk wenst een garantie van alle
gemeenten en dit besluit geeft geen
garantie. Ergo zijn enkele bestuurs
leden van de stichting eens met B. en
W. van Hoofdplaat gaan praten en
hebben daarbij verteld, dat er beslist
geen bijzondere landbouwwinterschool
in West Zeeuwsch-Vlaanderen zal ko
men. Daarom kwam de subsidie-aan
vrage Maandagmiddag opnieuw voor
op de agenda van de openbare raads
vergadering.
Het bleek al spoedig, dat de vroede
vaderen, uitgezonderd enkele raads
leden, niet overtuigd waren en wet
houder Blaakman beweerde zelfs, dat
er wel degelijk plannen zijn voor de
stichting van een R.K. Landbouwwinter
school in West Zeeuwsch-Vlaanderen,
weliswaar niet voor direct, doch wel
licht over een jaar of vijf.
Dit wekte wel enige verbazing bij
de heer Dekker, juist omdat er enkele
R.K. burgemeesters zitting hebben in
het bestuur van de stichting van de
Rijkslandbouwwinterschool, doch dhr.
Blaakman repliceerde met de opmer
king, dat die burgemeesters niet in de
plannen zijn betrokken.
Tenslotte stelde wethouder Steijaert
voor, de gevraagde subsidie van 16 V2
cent per inwoner en per jaar, te ver
lenen van jaar tot jaar en mocht er
geen R. K. Landbouwwinterschool
komen, dan deze subsidie 30 jaar
geldig te laten. Zou er in die tussen
tijd echter wel een R. K. Landbouw
winterschool komen, dan zal er een
nieuw besluit moeten worden genomen.
Dit voorstel werd aangenomen, met
slechts één stem, die van de heer Scher-
beijn, tegen.
Of het Rijk daarmede genoegen zal
nemen?
DUIVENSPORT.
Duiven-Mij. ,,Nog Sneller" te Breskens.
Uitslag prijsvlucht Breuteil op Zondag 1
Mei j.l. Duiven los 6.30 u., aank. ie duif
10 u. 2 min. 28 sec., snelh. 1018 m. p. min.
1, 35, 41, 47, 53, 61 P. Buize. 2 P. Dierick.
3, 9, 37, 64, 67, 68 W. Klaaijsen. 4 J. Datthijn.
5, 12 Gebr. Jacobs. 6 H. de Baare. 7, 10, 27,
46 L. Verstrate. 8 J. de Meester. 11, 45, 48
W. Fenijn. 13 W. Moelker. 14, 15 A. Lauret.
16, 59 P. Verduin. 17, 58 P. Morel. 18, 66
P. Ritico. 19, 29, 36, 40, 49, 52, 63 J. Ris-
seeuw. 20 I. Klaaijsen. 21, 28, 60 H. Ooster
ling. 22, 26 J. Erasmus. 23 J. Faas. 24, 30, 34
50, 70 Versprille Zn. 31 E. Pieters. 32 A.
Bondewel. 33, 42 G. v. Grol. 38, 56 I. de
Jonge Az. 39 P. Blaakman. 43 J Buize. 44
Faas Mz. 51, 54, 55, 65 M. Quaars. 57 I. de
Jonge M. 25 en 62 J. Wisse. 69 G. Pleijte.
71 L. v.d. Wege. ie overduif G. Boekhout.
Duivenver. „Strijd in Vrede" te Groede.
Uitslag prijsvlucht Breteuil op Zondag 1
Mei j.l. Duiven los 6,30 u. Aank. ie duif
10 u. 1 min. 37 sec., snelh. 1012 m. per min.
1, 2, 4, 7, 9, 18, 21 G. Dusardeijn. 3, 30
J. v.d. Wege O 5. 5 J. v. Haneghem. 6 I.
Vermeulen. 8, 17 Jan Ras. 10, 16, 27 I. de
Jonge. 11, 13 J. de Krijger. 12, 39 J. Frelier.
14, 23, 28 M. Faas. 15, 37 J. Rogièrs. 19 J.
Faas. 20, 38 I. Quaars. 22 H. v.d. Hemel.
24, 42 H. Eltrink. 25 Ch. dè Poorter. 26. 34
Adr. Verstrate. 29 C. Verstrate. 31 Jac. Ras.
32 D. Morel. 33 Abr. Verstrate. 35, 36 A. v.
Gijs. 40 J. v.d. Wege O 1. 41 D. Aarnoutse.
43 J. v. Hoeve, ie overduif Leenhouts.
Cigarette de man aan en deze werd
bleek, mompelde een gesmoord: „Ben
je gek?" en trachtte haar vervolgens
met kracht van zich af te schudden.
Maar de tengere vingers klemden zich
slechts zoveel te vaster om zijn arm.
„Gek? Dit denk je maar," fluisterde
zij. „Je bent familie van hem! Je hebt
zijn ogen, zijn gelaatstrekken. Hij ver
loochent jou of jij hem. Wie dit doet,
maakt niet uit. Hij is familie van je en
hij heeft zijn doodvonnis gekregen.
Wist je dit?"
Met een gesmoorde kreet deinsde
'«Ie man terug. Dat Cigarette de waar
heid sprak, betwijfelde hij geen seconde.
Hij las de brief. „Doodgeschoten!"
herhaalde hij schor. „O, mijn God!
En ik -!"
Cigaretre drong hem uit het steegje
naar een donkere hoek in de winkel.
„Hij zal worden doodgeschoten,"
zeide de marketentster. „In ons leger
fusileren we veel soldaten. Ik ken hem
heel goed. Dat hij in zijn recht was,
betwijfel ik niet, maar daaronder mag
de krijgstucht niet lijden".
„Zwijg in 's hemels naam. Is er
Duivenmaatschappijen „Eerste de Beste''
te Schoondijke en „Vrije Vlucht" te Sasput.
Uitslag prijsvlucht Breuteil op Zondag 1
Mei 1949. Aank. ie duif 10 u. 1 min. 56 sec.,
snelh. 998 m. per min.
1, 49 G. d. Wever. 2, 14 Th. Stijaart. 3 I.
Leenhouts. 4 P. Dobbelare. 5 C. Pilaet. 6,
23, 30 J. d. Jonge. 7, 34 P. Cornelis. 8 P.
Blaakman. 9, 20 M. Goedhals. 10 H. Dees.
11, 41 J. Brugge J. 12, 36, 39, 48 Th. d. Smidt.
13 C. d. Jonge. 15 P. de Jonge. 16 F. d. Blok.
17 K. Missielje. 18 J. d. Groote. 19, 46 Jac.
Blaakman. 21, 52 Poorter 4. 22 A. d. Coninck.
24 A. Nijsen. 25 Gebr. d. Wever. 26 A.
Filebert. 27 B. Pijcke. 18, 44 en ie overduif
Poorter 3. 29 A. v. d. Heuvel. 31 Gebr.
Puienbroek. 32 M. d. Wever. 33 I. Langeraad.
35 Jn. Dhondt. 37, 47 F. Ocké. 38 A. d.
Hulster. 40 W. d. Zwart. 42 A. Sijnesael. 43
P. Ocké. 45 Th. Vermeulen. 50, 51 H. Veld
hoen.
NIEUWE BONNEN.
Geldig van 8 Mei t/m 21 Mei 1949.
Vlees: 121 Vlees (A, B, D) 100 gr. vlees; 122
Vlees (A, B) 300 gr. vlees; 123 vlees (D)
100 gr. vlees.
Boter: 125 Algemeen (A, B, D) 250 gr. boter
of margarine of vet; 126 Algemeen (A, B)
250 gr. boter of margarine of vet; 132 Al
gemeen (B) 500 gr. boter of margarine of
vet; 134 Algemeen (D) 500 gr. boter of
margarine of vet.
Kaas: 127 Algemeen (A, B) 200 gr. kaas of
250 gr. korstloze kaas. 135 Algemeen (D)
100 gr. kaas of 125 gr. korstloze kaas.
(De letters achter de bonnummers geven
de leeftijdsgroepen aan, op welke kaarten de
betreffende bonnen voorkomen).
Tabak: 79, 80 Tabak (QA) 2 rantsoenen si
garetten of kerftabak; 81 Tabak (QC) 2
rantsoenen sigaretten of kerftabak.
BONKAARTEN ZA, ZB, ZC, ZE, MD, MF
en MH 906.
(Bijzondere arbeid, a s. Moeders en Zieken).
Geldig zijn de bonnen gemerkt met de
letter M.
De niet aangewezen bonnen 104, 110, 111,
113, 117, 118 en 119 kunnen worden ver
nietigd.
Tentoonstelling Ooft-
en Tuinbouw.
In het Ere-comité voor de tentoon
stelling van de Mij. voor Ooft- en
Tuinbouw, te houden op 10, ii en 12
September a.s. te Oostburg, namen
zitting
als ere-voorzitter de Commissaris der
Koningin in Zeeland, Jhr. Mr. de
Casembroot.
Als leden
Mr. K. Hoekzema, burgemeester van
Oostburg; Ir. A. W: van der Plassche,
Directeur van de Tuinbouw; Ir. W.
van Soest, Rijkstuinbouwconsulent te
Goes; P. Erasmus, oud-burgemeester
van Oostburg; J. Risseeuwde Hullu,
ere-lid der Mij, te Zuidzande; E. J.
van den Broeckede Man, lid van
Prov. Staten van Zeeland, te Aarden
burg; Jhr. J. van Vredenburch te
Kapellen, (België); E. F. de Koning,
voorzitter der veilingsver. te Terneuzen,
te Hulst; Joh. Ie Clercq, voorzitter B.
v. G., te Sluis; M. de Bruijne voor
zitter afd. W. Zeeuwsch-Vlaanderen
van de Z.L.M., te Cadzand.
Het besruur van de Mij. tot be
vordering van Ooft- en Tuinbouw, die
deze tentoonstelling organiseert, doet
een beroep op allen, die er belang in
stellen dat ons Landje van Cadzand
een wijle in het centrum van de
publieke belangstelling zal staan en
eens zal laten zien, wat onze streek
vermag, ook na de vernieling. De
vereniging heeft n.l. te kampen met
geldzorgen en het organiseren van
deze tentoonstelling zal veel geld
kosten, omdat het moet worden een
gewestelijke tentoonstelling van groen-
geen hoop, geen mogelijkheid, dat -?"
„Geen enkele. Zijn chef had hem
op de plaats kunnen neersteken. Het
gebeurde in 't kamp. Je schijnt ge
troffen. Ben je dus familie van hem?"
„Ik ben zijn broeder!"
Cigarette sprak geen woord, doch
keek Berkeley strak aan.
„Je bent zijn broer! Dan moet je
naar hem toe!" zeide ze zo langzaam,
dat Berkeley nog werd versterkt in de
mening, dat zij zowel de betrekking,
waarin Cecil tot hem stond, als hun
beidgr levensgeschiedenis, kortom al
't gebeurde van zijn broeder had ge
hoord.
Een rilling liep hem door de leden.
„Ja, ja! Maar het zal te laat zijn!"
Dat die woorden door de angst van
nutteloos berouw werden uitgebracht,"
wist Cigarette niet. Zij gaf ze alleen
hun letterlijke betekenis en een sidde
ring beving haar, toen ze antwoordde:
„Dit moet je wagen. Maar eerst
moet ik meer weten en zul jij me
zijn naam en zijn stand zeggen"
(Wordt vervolgd).
ten, fruit en bloemèn, waaruit zal
moeten blijken dat West Zeeuwsch-
Vlaanderen, ondanks de haar toege
brachte slagen, niet bij de pakken
neerzit. Hi'eraan mede te werken, moet
voor onze bevolking een eer zijn. En
daarom, steunt dit initiatief door een
geldelijke bijdrage of een medaille,
hetzij voor het geheel, hetzij voor een
bepaald onderdeel.
Alle giften worden in het officiële
tentoonstellingsprogramma verantwoord.
Het adres van de secretaris-penning
meester is De heer M. Maas, hoofd
O.L.-School te Biervliet, giro 84634.
Evenals vorig jaar, had Woensdag
avond een stille omgang plaats naar
het kerkhof, ter herdenking van hen,
die tijdens het oorlogsgeweld van ons
zijn weggenomen. De deelneming hier
aan was ditmaal bijzonder groot, om
dat tevens het grafmonument zou wor
den onthuld.
Om 8 uur ging de sirene en werden
2 minuten stilte in acht genomen.
Daarna nam de heer W. Carels, als
voorzitter van het comité tot oprich
ting van het grafmonument, het woord
en sprak als volgt:
In 1945 werd op initiatief van de
toenmalige werkgroep een commissie
ingesteld voor het plaatsen van een
grafmonument ter gedachtenis aan hen
die vielen bij het ontzettende gebeu
ren op 11 September 1944 en ook
daarna.
Vele en moeilijk zijn de wegen ge
weest welke-de commissie moest be
wandelen om tot het beoogde doel te
komen. Reeds 2 jaar geleden waren
wij zover, dat tot plaatsing kon worden
overgegaan volgens een ontwerp gratis
aan ons ter beschikking gesteld, doch
toen werd ons medegedeeld, dat het
plaatsen van een gedenkteken goed
keuring behoefde van de Centrale
commissie van oorlogs- en vredes-
gedenktekens te Amsterdam, terwijl
advies moest worden gegeven door de
daartoe ingestelde Provinciale commissie.
Ik behoef U, die komen uit en wo
nen in het meest geteisterde gebied
van Nederland, niet te vertellen, hoe
veel tijd en moeite het heeft gekost,
om langs ambtelijken weg eindelijk
zover te komen, dat de vergunning tot
plaatsing aanwezig was en wij kunnen
ons uw ongeduld en ergernis over het
lange uitblijven van het monument ten
volle begrijpen.
En het is mij een behoefte vanaf
deze plaats de Heer Burgemeester,
ingenieur Klokke, de secretaris, dhr.
Woittiez en de heren de Bourgraaf en
Jan Woittiez hartelijk dank te zeggen
voor het vele werk in deze voor ons
verricht. En thans zijn wij dan zover.
Op 2 April 1949 werd ons de toe
stemming tot plaatsing verstrekt door
het Ministerie van Onderwijs, Kunsten
en Wetenschappen en thans op 4 Mei
1949 wordt het onthuld.
Bij het ontwerpen is van de ge
dachte uitgegaan dat het voor alles
eenvoudig moest zijn en als zodanig
mogen wij zeggen, dat het goed is ge
slaagd. Een woord van lof en waar
dering voor de heer van Wezel uit
Vlissingen die het monument leverde
en plaatste en ons op alle mogelijke
wijze ter wille is geweest. Geheel klaar
is het monument nog niet, want boven
op de steen komt nog een bronzen
versiering met het wapen van Breskens,
maar ook dit zal zo spoedig mogelijk
worden geleverd.
En thans, nabestaanden der slacht
offers, staat hier het gedenkteken ter
herinnering aan uwe doden. Ook zon
der dit gedenkteken zult gij hen onge
twijfeld niet vergeten, zult gij uw
gehele leven den 1 iden September 1944
niet vergeten toen onze plaats plotse
ling werd herschapen in een hel. Ter
herinnering ook voor ons allen aan de
vreselijkste tijd van ons leven toen deze
225 doden vielen, niet in de strijd,
maar toch als offer voor een landje,
dat vrij wilde zijn.
Ook zij stierven opdat -wij en
ons nageslacht zouden kunnen
leven.
Zo moge de plaatsing van dit gedenk
teken voor ons niet alleen een herinne
ring zijn aan onze doden, maar tevens
een aansporing voor ons, steeds alles
in het werk te stellen, ja ons gehele
leven er op te richten, dat in de toe
komst iets dergelijks niet meer kan
plaats vinden. Indien een ieder onzer
dit wil zien als een plicht, dan zal ook
het offer van hen die hier rusten niet
tevergeefs gebracht zijn.
Het werk der commissie heeft nu
een eipde genomen. Wij dragen bij
deze het gedenkteken over aan het
bestuur der gemeente met het verzoek
dit wel te willen aanvaarden.
Hierna verkreeg de Burgemeester
het woord, die o.m. zeide:
Op deze dag, de Nationale Her
denkingsdag 1949, gaan wij in ge
dachten terug naar de 14 de Septem
ber 1944. Ook toen was de bevolking
van Breskens saamgestroomd op deze
dodenakker. Wij brachten een laatste
groet aan de velen, die door het
oorlogsgeweld om het leven waren ge
komen. Het was een gebeurtenis, welke
in de geschiedenis van Breskens nog
nimmer was voorgekomen; een massaal
verlies en verdriet, welke ons allen in
hevige mate aangreep en klein maakte.
Ik roep in Uw herinnering terug die
zonnige Maandag 11 September 1944»
een dag, welke in onze gedachten ge
grift zal blijven. De vitale Breskense
bevolking, de dageraad der vrijheid
reeds ziende, wachtte op de geallieerde
troepen. Wij allen voorvoelden, dat
Breskens moeilijke uren zou kunnen
doormaken. Wij waren stil geworden.
Wij zochten de beschuttende warmte
van ons gezin; zelfs de jeugd, anders
zo dartel, zo opgewekt, bleef in de
buurt van het ouderlijk huis. Dat de
bevrijding zó moest komen; dat wij
onze vrijheid zó duur zouden moeten
verkrijgen, dat overtrof zelfs onze
hevigste angstfantasieën. In nauwelijks
20 minuten werd alle levensvreugde
uit ons weggeslagen. Kinderen, onbe
zorgd van hun jeugdjaren genietende;
opgroeiende jongens en meisjes, met
een heel leven nog voor zich; vaders
en moeders, zorgzaam zich wijdende
aan de opvoeding hunner dierbaren;
mensen op leeftijd, zich koesterende in
de avondzon des levens; het heeft zo
niet mogen zijn. Nog zien wij, als of
het eerst gisteren plaats vond, de in
haar diepste wezen geschokte Breskense
bevolking in panische angst haar dorp
ontvlieden. Volkomen verbijsterd en
uitsluitend bedacht op levensbehoud
vermeed zij de plaats, welke haar zo
dierbaar was. Haar terugkomst op de
14 de September en haar samentreffen
rond dit massagraf, waarin de schrij
nen aaneengerijd waren, kon velen
hunner nog niet ten volle doen be
seffen, wat gebeurd was.
De tijd staat niet stil. Wonden,
welke ogenschijnlijk althans geheeld
zijn, hebben echter in ons allen litte
kens achtergelaten. Zij herinneren ons
elke dag opnienw aan datgene, wat
verloren ging; zij doen ons bij voort
during meeleven met de velen onzer,
die familieleden te betreuren hebben;
zij doen ons inzien, zo wij dat nog
niet beseften, hoe broos het leven is. -
De tijd staat niet stil. Veel ontbering,'
veel leed hebben wij allen moeten
doormaken. Naast de geestelijke ontred
dering kam daarbij, eveneens in hevige
mate, de maatschappelijke ontwrichting.
Huisvestingsproblemen, het ronddolen
als evacué in de vreemde, het ontbre
ken van enige huiselijke sfeer; tot op
de bodem hebben wij al deze be
proevingen moeten doormaken. En ook
al zijn de materiële zorgen grotendeels
opgelost, ook al zijn de huisvestingen
veel verbeterd en de evacue's terugge
keerd, de levensvreugde is daarbij niet
teruggekomen. Vooral de ouderen
onder ons staan nog steeds, zullen blij
ven staan met één voet in het ver
leden. In ons allen is door het bom
bardement van Breskens op die 11 de
September 1944 iets stuk geslagen;
iets, wat niet meer geheeld zal kun
nen worden. Het pure, botte egoïsme
viert ook nu nog hoogtij.
Het eigen leéd ontaardt somstijds in
een ziekelijke neiging om alleen maar
voor zich zelf te leven, om zich af te
keren van de wereld. Dit te doorbre
ken zij ons aller doel. Doch om dit te
bereiken, zal de gemeenschapszin weer
voor de dag moeten komen, zal de
Liefde voor de medemens ons aller
Leidsvrouwe moeten zijn. Wanneer dat
bereikt zou kunnen worden, is de
onthulling van dit eenvoudige monument
méér dan een handeling. Dan is het
een plechtig afgelegde verklaring, dat
wij allen, op welke plaats wij ook in
het leven gesteld zijn, eensgezind ver
der zullen leven. Wanneer wij elke dag
opnieuw ons daarop bezinnen, dan
zullen de velen, die wij nu hier her-