De wereldjp zijn kop.
Wel gegaan, maar niet vergeten.
De Kerstpakketten voorde militairen.
TWEE SOUVEREINEN GEDIEND
De schakel
ALGEMEEN NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR WEST ZEEUWSCH-VLAANDEREN
4e Jaargang Nummer 197
VRIJDAG 22 OCT. 1948
Drukkers-Uitgevers Firma SMOOR DE HULSTER - Boulevard 120 - BRESKENS - Telefoon 27 - Giro 358296
N,
Verschijnt iedere Vrijdag
Abonnementsprijs
f 1,— per kwartaalfranco
per post f 1,15
Prijs der advertentiën
7 cent per m.m.
bij abonnement korting
Advertenties met „brieven
onder nr. of bij ons te
bevragen", 10 cent extra
v.y
Het is vandaag een echte najaarsdag,
de eerste sombere, tot bespiegeling
aanleiding gevende dag na een periode,
waarin we hebben kunnen genieten
van een heerlijke na-zomer. Na-zomer?
Hebben we dit jaar wel een zomer ge
had? Naar mijn gevoelen niet, tenzij
we ons slechts in herinnering brengen
de laatste week van Juli en een paar
dagen in Augustus, toen we werkelijk
konden spreken van een zomerse
warmte. Doch overigens was het
knudde en zowel de vacantiegangers
als de beheerders van zomerseizoen-
bedrijven zullen aan het jaar 1948 geen
al te prettige herinneringen hebben.
Een winter 1947/48 hebben we even
min gehad; integendeel een warme
maand Februari, die warmer weer gaf
dan de maand Juni. Ook hier staat
klaarblijkelijk de wereld op zijn kop,
evenals in alle overige opzichten.
Het laatste jaar van Wereldoorlog
nummer twee werd in San Francisco
opgericht de U.N.O., de organisatie
van de Verenigde Naties, een ver
beterde uitgave van de na Wereldoorlog
nummer één opgerichte Volkenbond,
die na een kwijnend bestaan van een
twintigtal jaren geheel is ineengezakt.
De U.N.O. zou het eens beter gaan
doen dan haar voorganger; zij zou de
geheele wereld eens zodanig gaan
reorganiseren, dat er in het vervolg
geen gevaar meer zou bestaan voor
oorlogsgeweld. Alle naties zouden in
volle vrijheid haar interne aangelegen
heden voortaan zelf regelen en voor
wat betrof de internationale kwesties,
die zouden in minnelijk overleg, in
volkomen onderlinge overeenstemming,
worden geschikt. Kortom, alle mensen
zouden broeders worden. Voorlopig
zouden van die broederschap nog wor
den uitgesloten de volkeren van de
As-landen, doch zodra de Duitsers,
Italianen en Jappen beterschap hadden
getoond, zouden ook zij weer in de
grote volkeren-familie mogen terug
keren. En wat is er tot nog toe van
deze idealen terecht gekomen? Zijn er
reeds voorwaarden vastgesteld, waarop
mét de oorlogsstokers, met de Duitsers
en de Jappen, vrede kan worden ge
sloten? Reeds drie en een half jaar geldt
er een wapenstilstand, doch een
vredesverdrag werd tot nog toe niet
ontworpen zelfs, laat staan gesloten. In-
plaats van in de vergaderingen der
U.N.O. de zaken af te doen en te
trachten bestaande afwijkende opvat
tingen tot elkaar te brengen, vliegt
men daar elkaar in de haren en tracht
men vooral van Russische zijde daar
steeds de zaken op een zijspoor te
FEUILLETON
in) door OUIDA
Met hun gedachten waren beide
mannen bij een dergelijke nachtelijke
rit, die zij nog eenmaal samen hadden
gemaakt, doch met geen enkel woord
repten zij hierover. Hun weg leidde
over een mijn. Bij iedere voetstap
dreigde gevaar. Uit ieder overhangend
rotsblok kon een hagelbui van geweer
kogels op hen neerslaan. Uit het groen
van een bosje vijgebomen kon een
bundel pijlspitsen door de lucht fluiten.
Naarmate de nacht viel, werd het
kouder. De wind stak op en joeg hun
zo ijskoud en zo grimmig tegen, dat
zij het merg in hun gebeente voelden
verstijven. Maneschijn was er niet en
meermalen waren de sterren door de
langs het zwerk voortjagende, lood
kleurige wolken aan het oog onttrok
ken. Het enige geluid dat zij verna
men, was 't gehuil van een jakhals of
de schreeuw van een nachtvogel en
een enkele keer ook het murmelen van
rangeren. Men zou denken dat de ver
gaderingen van de U.N.O. - een ver
zameling van de kopstukken in de
internationale politiek - zouden staan
in het teken van ee,n hoog intellect,
waar door de verstandigste mensen van
de wereld zelfs de meest ingewikkelde
problemen in een hand-omdraaien zou
den oplossen. Men zou daar niet
anders verwachten dan een fijne,
diplomatieke omgangsvorm en een be
spreking van zaken op een uiterst be
schaafde toon, in parels van voor
drachtkunst. Niets minder is waar.
Weliswaar zijn we nog niet zover, dat
de afgevaardigden van de landen der
U.N.O. er een Poolse Landdag of een
Italiaanse Kamer vergadering van
maken, waar ze elkaar met tafel- en
stoelpoten bewerken en soortgelijke
inslaande argumenten gebruiken, doch
op een verzameling van beschaafde
intellectuelen lijkt zo'n bijeenkomst
toch allerminst. Wanneer voor de
oorlog een internationaal congres werd
gehouden en een der vertegenwoordigers
zich daar van een onwaarheid bediende,
dan werd hem door zijn tegenstander
zeer beleefd onder de neus gehouden,
dat het geachte medelid zich klaar
blijkelijk had vergist. In de U.N.O.
gebruikt men in zulke gevallen tegen
woordig de meer moderne uitdrukking
„Je liegt, plutocraat" of ander schoons
van dezelfde strekking. Men scheldt
elkaar uit op een wijze als in politieke
straatdebatten voor de verkiezingen
gebruikelijk is; men verknoeit zijn tijd
om uitsluitend de tegenpartij te be
schuldigen en propaganda te maken
voor eigen opvattingen. Het kan
natuurlijk geen kwaad dat men op een
congres in duidelijke en klare taal,
desnoods kort en bondig eens precies
zegt wat men op het hart heeft, zo
op de wijze van Churchill of Marshall,
doch van de zijde der Russen en hun
satellieten verneemt men slechts ver
dachtmakingen der tegenpartij. Ik
haast mij hier nadrukkelijk vast te
stellen, dat de vertegenwoordigers van
alle West-Europese landen en van
Amerika of Canada zich nimmer aan
bedoelde scheldpartijen schuldig maken
en nog steeds de zo vertrouwde hof
felijkheid tegenover de tegenstander in
acht nemen, doch deze gunstige uit
zonderingen kunnende algemene sfeer
toch niet op hoger peil brengen. Wan
neer een eminent politicus als de
Belgische afgevaardigde, Paul Henri
Spaak, in arren moede ook eindelijk
eens uit zijn slof schiet en de Rus
sische vertegenwoordiger op welspre
kende en uiterst wellevende wijze op
de man af zegt, dat en waarom Rus
land niet wordt vertrouwd, dat en hoe
Rusland dat vertrouwen gemakkelijk
een ondiep waterloopje.
Zonder ongevallen werden de eerste
vijf en twintig mijlen afgelegd. In
een rotsholte hielden de ruiters halt om
te rusten en te voederen. Zij waren
hier tegen de windvlagen beschut en
de grond was er bedekt met jong,
groen gras, dat na de doogte van de
zomer eerst kort te voren was opge
schoten.
„Denkt u nog wel eens aan hem,
meneer?" vroeg Rake, die de paarden
stond af te wrijven, zacht en innig
hartelijk.
„Aan wien?"
„Aan de King, meneer. Als hij nog
leeft, moet hij al knapjes oud zijn".
„Óf ik nog wel eens aan hem denk?
Deed ik het maar nooit, Rake!"
„Zou u hem nog niet eens graag
terugzien, meneer?"
„Wat een vraag! Je weet
„Ja, meneer, ik weet," klonk het
langzaam. „Ook weet ik - want dit
heb ik in een oud stuk courant ge
zien - dat uw oudste broeder dood is
evenals de oude heer en dat meneer
Berk nu de titel voert".
kan herwinnen, dan volstaat de schaak
mat gezette Wischynsky met de be
schuldiging, dat de Belgische afge
vaardigde Amerikaanse dollars ontvangt
voor de hulp verleend aan de
Angelsaksische oorlogsophitsers.
En zo gaat het met de U.N.O.
steeds bergafwaarts en in plaats van
tot elkaar te komen, de handen ineen
te slaan voor het beredderen van de
wereld-chaos, komt men steeds verder
van elkaar af en steeds feller tegen
over elkaar te staan en laat men ver
schillende volkeren in en buiten Europa
steeds verder in het moeras verzinken.
Dat ligt klaarblijkelijk in de bedoeling
van de Sovjet, want op de mensen die
in de diepste ellende geen uitkomst
zien, omdat krachtdadige hulp voor hen
uitblijft, op die vertwijfelden krijgt de
communistische propaganda het meeste
vat. Inplaats dus dat de U.N.O. de
chaos tracht te beredderen wordt er
steeds groter tweedracht gezaaid, omdat
de Sovjet door zijn recht van veto,
steeds elke goedbedoelde beslissing kan
verijdelen en elke poging om de kwestie
Duitsland, Palestina, Hindia, Indonesië
enz. enz. afdoende op te lossen, door
zijn veto kan voorkomen. Gelukkig kan
de Rus dat niet ten aanzien van de
uitvoering van het Marshall-plan, om
dat dit valt buiten de bemoeienis van
de U.N.O. Toch tracht de Sovjet ook
hier roet in het eten te gooien, getuige
de uitspraak van de Franse communisten,
om de Marshall-hulp aan Europa te
saboteren en tegen te werken. De hulp
die Frankrijk nota-bene niet kan ont
beren, zonder welke Frankrijk zich
onmogelijk kan herstellen; de verster
kende middellen die aan de zieke
worden verstrekt - kosteloos nog wel -
en zonder welke hij niet kan genezen,
zullen door een van zijn eigen kinderen
in de goot worden gesmetenOok hier
weer de wereld op zijn kop.
De tweede Wereldoorlog heeft de
mensen in verreweg de meeste landen
van de wereld in diepe rouw en in
diepe ellende gebracht. De volkeren
der aarde zijn straatarm geworden en
moeten elke cent van hun met hard
werken verdiende loon besteden aan
levens-onderhoud en verder aan herstel
van hun land en deszelfs productie
apparaat, uitsluitend dus voor produc
tieve doeleinden. Geen cent mag door
die straatarme naties worden verknoeid,
dat beseft een ieder en inplaats dat
door allen wordt gestreefd naar een
eeuwige, althans langdurige vrede,
waardoor militaire uitgaven tot het
uiterst nodige worden beperkt, ziet
men zich door de onbetrouwbare hou
ding van de Sovjet alom genoodzaakt,
zijn bewapening wederom tot het
krankzinnige op te voeren. (Alleen
Met smachtend, pijnigend verlangen
had Rake een gelegenheid gewacht om
't geen hij had gelezen aan Cecil te
zeggen, want of dit nieuws aan deze
bekend was, wist hij niet. In gespan
nen verwachting rustte zijn blik in 't
duister op zijn heer.
Kalm, zo kalm, alsof 't een zaak
gold, die niet hem zelf betrof, gaf hij
antwoord. „Dit heb ik gehoord".
„Maar burggraaf is hij toch feitelijk
niet, meneer. Lord Royallieu bent u!"
„Neen! Ik heb Engeland onder de
beschuldiging van misdaad verlaten.
Voordat ik op de erfenis kan aan
spraak maken, zou ik mijn onschuld
dienen te bewijzen".
Rake vroeg niet meer. Nog nooit
had hij van Cecil een hard woord ge
hoord; toch kende hij hem veel te
goed om nog langer aan te dringen
op een punt, dat door zijn meester
zo uitdrukkelijk voor verboden terrein
was verklaard.
Een ogenblik later zaten de beide
mannen weer in het zadel. Met iedere
stap werd de landstreek woester.
„Nu moeten wij tien uur ver door
daardoor kan - en ik ben er van
overtuigd -zal ook een derde Wereld
oorlog nog tientallen van jaren kunnen
worden voorkomen). Inplaats van
uitgaven voor noodzakelijk herstel van
land en volk, zelfs nu weer in de
eerste plaats voor vernietigingsdoel
einden, vernietiging van land en volk.
De wereld op zijn kop.
Tot zover voor deze week; de
volgende week zullen we dichter bij
huis blijven en niet voor een ander
mans deur gaan vegen, doch zien wat
er in ons eigen huis zo al op zijn kop
staat. L.
Slot volgt.
(Dank zij Uw liefde en Niwinzorg,
Kerstfeest, óók in de Tropen!)
Straks zal weer de Kerstklok luiden
Over 't kleine vaderland,
En wij zullen 't heerlijk vinden
Als de kaarsjes-boom weer brandt!
Dan zal 't licht zijn in de harten
Dan zal 't feest zijn rond de dis,
Waarop altijd nog met Kerstmis
Weer een extra toegift is!
Dan zal elk van ons beleven
Het geluk van thuis te zijn,
Een geluk, omstreeld door stralen
Van de zachte kaarsjes-schijn!
Tweemaal honderdduizend plaatsen
Zullen helaas ledig zijn,
En van eenzaamheid getuigen
Trots de gulden Kerstfeest-schijn
Ver van huis en haard verwijderd
Steken zij, die die zijn gegaan
In de rimboe of de dessa
Ook hun eenzaam kaarsje aan
En de gamelan moog' klinken
Maar het schoonste lied ten spijt,
Immer zingt weer het verlangen
Het refrein is: eenzaamheid
Straks zal weer de Kerstklok luiden
Straks zal 't feest zijn rond Uw dis,
Dat dan ook van onze rijkdom
Nog voor hen iets over is!
En dat 't nu reeds moge blijken,
Niemand onzer geef belet,
Doe de daad, wacht niet tot morgen:
Koop een NIWIN-KERSTPAKKET
Opdat hij, die in de rimboe
Van Uw gul geschenk geniet
't Moge weten„Het is Kerstfeest
En vergeten ben je niet!"
T. van Boksem.
Met het s.s. „Zuiderkruis" dat on
langs naar Indonesië vertrok, heeft de
NIWIN de laatste van de 200.000
Kerstpakketten naar de militairen over
een terrein, dat wemelt van Bedouïnen,"
zeide Cecil. „Ze hebben het ganse
land als een zwerm sprinkhanen over
stroomd en vroeg of Iaat zullen we
wel op een bende stoten. Mocht ik
worden neergesabeld, houdt je dan
niet op maar ruk me de sabeltas van
't lijf en maak je daarmede uit de
voeten".
„Heel best, meneer," zeide Rake.
Maar in stilte dacht hij; „Wat? Ik u
alleen laten in de handen van die
duivels? Dat doe ik nooit".
Intussen was Cigarette met de offi
cieren van Cecil's regiment aan 't
feestvieren. De kleine meid was daar
bij even onmisbaar als champagne.
Toch was zij die avond lang niet zo
als gewoonlijk! Voor de eerste maal
bracht de gedachte aan de afwezige
stoornis in haar vrolijkheid. Voor de
eerste maal bekroop haar de onover
winnelijke vrees voor 't leven van een
ander. Vrees? Zou zij die thans voor
die Victor gevoelen? Een blos van
hartstochtelijke schaamte deed eens
klaps haar wang gloeien. Twintig man
nen voor één hadden om haar liefde