BRILLEN
Wie zich aan een ander spiegelt enz..
TWEE SOUVEREINEN GEDIEND
De
schakel
ALGEMEEN NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR WEST ZEEUWSCH-VLAANDEREN
4e Jaargang Nummer 195
VRIJDAG 8 OCT. 1948
Drukkers-Uitgevers Firma SMOOR DE HULSTER - Boulevard 120 - BRESKENS - Telefoon 27 - Giro 358296
Verschijnt iedere Vrijdag
Abonnementsprijs
f 1,— per kwartaal; franco
per post f 1,15
Prijs der advertentiën
7 cent per m.m.
bij abonnement korting
Advertenties met „brieven
onder nr. of bij ons te
bevragen", 10 cent extra
Vy
Een paar weken geleden werd in
Amsterdam geopend het Woningcongres
1948 van het Nederlands Instituut voor
Volkshuisvesting en Stedebouw en bij
de opening van dit congres heeft de
Minister van Wederopbouw en Volks
huisvesting een inleidend woord ge
sproken. Minister in 't Veld deelde
daarin o.a. het volgende mede
„In de eerste zeven maanden van dit
jaar werden 15.700 woningen gebouwd,
er is een stijgende lijn waarneembaar -
in Januari 2000, in Juni 3000 - en de
verwachting is, dat wij dit jaar niet
ver van de 30.000 af zullen zijn. Voor
1949 heb ik een bedrag van 400
millioen gulden losgekregen? zo ging
de minister voort, ten behoeve van
voorlopige bouwplannen om dat jaar
38.000 woningen tot stand te brengen.
De ministerraad heeft besloten onder
geen omstandigheden aan dit bedrag
te zullen tornen.
Natuurlijk is deze productie nog niet
voldoende om het evenwicht tot stand
te brengen, doch intussen wordt ook
steeds meer gewerkt volgens het
systeem van duplexwoningen, woningen
voor twee gezinnen, die later, als de
markt ruimer is geworden, tot woningen
voor één gezin kunnen worden terug
gebracht. Hierdoor kfimen ook duizen-
de woningen meer beschikbaar, zodat
reeds aan het einde van 1949 van een
inhalen op het woningtekort sprake zal
kunnen zijn. Bovendien zal het Rijk
45 pet. bijdragen - in 1948 tot een
bedrag van zes, in 1949 tot een be
drag van acht millioen gulden - in de
kosten van splitsing van woningen. Ook
die gesplitste woningen kunnen aan de
woningvoorraad worden toegevoegd.
Zodoende kan ik, aldus minister In 't
Veld, heel wat plezieriger cijfers geven,
dan men uit sommige beschouwingen
en adressen zou kunnen afleiden.
Het deviezenvraagstuk.
De grote vraag is echter, zo vervolgde
de minister, hoe het verder zal gaan.
Ik kan mij niet aan voorspellingen
wagen. Na 30.000 woningen in 1948
hopen wij er 37.500 in het daarop
volgende jaar te kunnen bouwen. Doch
de mogelijkheden voor de bouw wor
den nu niet meer zo zeer bepaald door
arbeidsvraagstukken e.d., maar nu
komt het deviezenprobleem daarbij op
de voorgrond staan.
Dat de productie in 1948 per dag
met 40 pet is gestegen, is niet alleen
te danken aan verhoogde arbeids
prestatie, dófch in overgrote mate aan
verbeterde toevoer van materialen. Het
streven is er op gericht die aanvoer
verder te verbeteren, doch de materialen
FEUILLETON
109)
door OUIDA
„Wat harteloze, dierlijke kerels! Zou
den ze altijd zo zijn?" mompelde een
schilder, die permissie had gekregen
zijn kwartier op te slaan in 't kamp.
„Als ze niet zo waren, hielden ze
't geen dag uit," gaf een stem kortaf
achter hem ten antwoord. „Is u zo
volkomen op de hoogte van hun dienst,
dat u het waagt een oordeel over hen
te vellen?"
De schilder bleef onthutst staan en
sloeg een verbaasde blik op de jager,
die hem deze terechtwijzing had ge
geven.
Cigarette had die woorden gehoord.
Innige voldoening lichtte in haar blik.
„Dat had ik zelve niet beter kunnen
zeggen! Hij is toch een echt soldaat!"
mompelde zij en met haar warm, klein
gallisch hart schold zij Cecil terstond
al de zonden kwijt, die hij tegen haar
had bedreven.
Geheel genezen van zijn wonde zat
^rülemae&er"
OOSTBURG
moeten uit het buitenland komen en
nu wordt het een deviezenkwestie van
bepalende invloed.
Wij worden nu afhankelijk van de
internationale toestand. Het plan-
Marshall heeft gezorgd dat wij op dit
ogenblik de bouw hebben kunnen uit
breiden en voorkomen dat hij moest
worden ingekrompen. Het is echter
niet alleen de vraag, hoe Amerika
tegenover de verdere uitvoering van
Marshalls plannen zal komen te staan,
indien daar de republikeinen aan het
bewind komen, ook de daling van de
prijzen, die zich aftekend, speelt een
rol. Deze daling kan gelukkig van
gunstige invloed zijn op onze deviezen-
positie en bovendien bieden de uit
breidingen van handelsverdragen ook
grotere aanvoeren, zoals van hout uit
Rusland en Finland, zodat er wel
degelijk ook lichtpunten ten aanzien
van dit probleem zijn aan te wijzen.
Deze lichtpunten geven de hoop dat
de stijgende lijn zal kunnen worden
doorgezet in de komende jaren, het
geen ook moet, wil men het woning
probleem tot oplossing kunnen brengen.
Want van 40.000 woningen moet men
naar 60.000 woningen per jaar, een
getal dat in 1951 kan worden bereikt."
Bovenstaande woorden van Minister
in 't Veld zullen vele gegadigden naar
een behoorlijke woning als muziek in
de oren klinken, doch ik zou deze
mensen toch willen aanraden zich voor
lopig nog niet al te zeer te verheugen,
aangezien zij zich misschien met een
dode mus zullen moeten tevreden
stellen. Immers het deviezenvraagstuk
spreekt hier een hartig woordje mee
en zoals de lezer uit de millioenen-nota
van Minister Lieftinck bekend is, zul
len de beschikbare deviezen en de
Marshall-dollars in de allereerste plaats
moeten dienen voor de verdere uitbouw
van ons tegenwoordig productie
apparaat.
Dat het ook overigens met het
woningvraagstuk niet alleen in ons zo
gehavende Zeeuwsch-Vlaanderen nog
droevig gesteld is, moge de lezer uit
de volgende officiële ontboezemingen
van het College van Burgemeester en
Wethouders van Den Haag blijken;
bepaald een somber geluid en geen
vrolijke fanfares aan het adres van de
Directeur-Generaal van Wederopbpuw.
B. en W. schrijven o.a. het volgende
„De stad was door afbraak, bom
bardementen, enz. enz. in desolate
Cecil op enige afstand van het vuur,
waarboven zijn manschappen soep
kookten.
„Daareven heb je flink hun partij
getrokken, Victor," zeide een stem
naast hem. Tegelijkertijd wipte Ciga
rette over een hoop ransels en stond
in de gloed van het vuur naast hem.
Cecil begon te glimlachen. „Toch
lang zo goed niet als jij met je rad
tongetje zoudt hebben gedaan. Woor
den zijn mijn wapens niet".
„Dat zal waar zijn! Gemeenlijk zwijg
je als het graf, maar ben je eenmaal
aan 't woord, dan spreek je goed,"
zeide de marketentster. „Aan je ge
boorteland heb ik de duivel gezien,
maar dat het bijzonder knappe mannen
voortbrengt, moet ik op mijn woord
van eer bekennen".
Cigarette wist knappe mannen te
beoordelen. Zij wees naar een toerist,
die, door een stuk of wat officieren
van het regiment omringd, bij een der
legervuren stond, 't Was een zeer rij
zig, zeer mooi man met een fiere ge
stalte en een lichtbruine baard, die in
het licht der vlammen als goud
toestand geraakt. Bovendien werd na
de bevrijding een beschadigde woon
wijk met 3500 woningen in beslag ge
nomen voor het inrichten van een
kamp; 20.000 woningen waren be
schadigd. De dienst Stadsontwikkeling
en Volkshuisvesting, waarvan een groot
deel van het personeel was afgevloeid
moest worden gereorganiseerd. Niette
genstaande deze ongunstige factoren
werd herstel van beschadigde woningen
met spoed ter hand genomen. Op I
Sept. 1948 zijn 3182 woningen onder
leiding van deze dienst hersteld, 83
herbouwd; hieronder vallen, met uit
zondering van enkele tientallen wonin
gen in Afvoerkanaal-Oost alle Woning
wetwoningen.
De voqrbereiding van de nieuwbouw
was intussen aangevangen. In Februari
1946 werd mededeling, ontvangen, dat
's-Gravenhage 1000 woningen in dat
jaar zou kunnen bouwen. In Juni van
dat jaar werd het eerste complex van
32 woningen aanbesteed. De overige
woningen zouden in het najaar worden
aanbesteed.
Intussen werd op 5 Sept. 1946 door
de minister van Wederopbouw een
nieuwe maatregel getroffende in
voering van kwartaal-contingenten. Het
contigent voor 's-Gravenhage voor het
laatste kwartaal 1946 werd vastgesteld
op 120. Inmiddels had de voort
durende stijging der bouwkosten ertoe
geleid nader te overwegen, of het
aanvankelijk gedachte ruime woning
type gehandhaafd kon blijven; Ook
het tekort aan materialen noopte tot
versobering. Uiteraard was met de
omwerking der plannen hiervoor tijd
gemoeid en dus vertraging onvermijde-
lijk.
In Mei 1947 werd door het Ministerie
van Wederopbouw en Volkshuisvesting
het tot uitvoering brengen van woning
bouwplannen in het gehele land zoveel
mogelijk gestimuleerd door tijdelijke
opheffing van alle contingentering.
Plotseling en tegelijkertijd werden
dientengevolge zeer vele woningen tot
uitvoering gebracht, ook in de gedeelten
van het land, waar de woningnood
veel minder ernsrig was.
Per 9 October 1947 werd de kraan,
die plotseling zo wijd mogelijk was
opengezet, even plotseling weer dicht
gedraaid na die datum werd geen
medewerking tot gunning meer ver
leend. 's-Gravenhage, waar juist in het
najaar verscheidene plannen bestedings-
klaar waren, werd daarvan de dupe.
glinsterde.
Cecil's oog had dat van Cigarette
gevolgd. Eensklaps sprong hij meteen
gil op en bleef de vreemdeling als
aan de grond genageld, in verrukking
staan aankijken. De marketentster las
de ontsteltenis, de verbazing, de smach
tende liefde, de smart over die herken
ning in zijn oog. Woest wendde hij
zich naar haar om. „Hij mag mij niet
zien! Houd hem, om Godswil, hier
vandaan!" Hij trad zo ver mogelijk
buiten het licht van het vuur, zocht de
schaduw op en sloop naar de paarden.
Cigarette vroeg niets, zij begreep ter
stond alles en huppelde de officieren
van het regiment tegemoet op het
ogenblik, dat deze met de blonde
Engelsman het legervuur naderden.
Van de duistere plek, waar de paar
den stonden, waren Cecil's ogen on
afgewend op die groep gevestigd.
Geen sterveling bevond zich in zijn
nabijheid, anders had die in zijn oog
een uitdrukking van smart kunnen
zien. Zijn gelaat was doodsbleek. Toen
hij zijn vriend aanzag, deed het ge
weld van zijn vurig verlangen naar
Intussen slaagde men er in, in 1947
een aantal van 539 woningen aan te
besteden en tot uitvoering te brengen.
Op 1 September 1948 was in uit
voering de bouw van 1373 Woning
wetwoningen. Voorts was aangevangen
met de bouw van 335 woningen door
particulieren, zodat op die datum in
totaal in uitvoering was de bouw van
r7o8 woningen.
Ook dit jaar zal het tot uitvoering
brengen van het voorgenomen woning
contingent niet vlot verlopen. Bij een
der laatst gehouden aanbestedingen is
niet tot gunning overgegaan kunnen
worden, omdat de inschrijvingsprijs
naar het oordeel van de Directeur-
Generaal van de Wederopbouw en
Volkshuisvesting te hoog was. Aan de
hand van de begroting van andere
voor besteding gereed liggende werken
zal wellicht hetzelfde negatieve resul
taat te verwachten zijn bij andere aan
bestedingen. Op de thans in uitvoering
zijnde werken is, een enkele uitzonde
ring daargelaten, de gang van zaken
uiterst onbevredigend. Daarvoor zijn
verschillende oorzaken. In de eerste
plaats moet ten gevolge van het ont
breken van bepaalde materialen ge
bruik gemaakt worden \pn andere
constructies dan de gebruikelijke.
Het grootste bezwaar, dat tot dus
ver ondervonden werd, is het gebrek
aan voldoende geschoolde arbeidskrach
ten. Dit betrof tot dusverre voorname
lijk metselaars, doch het is in de
naaste toekomst in ten minste even
grote mate te verwachten ten aanzien
van stucadoors, timmerlieden, schilders,
enz. Het aantal bouwvakarbeiders is
geringer dan vóór de oorlog. De ar
beidsprestatie per arbeider is eveneens
geringer; zij kan op 65 a 70 pCt.
worden gesteld. Een aanmerkelijk ge
deelte van de Haagse bouwvakarbei
ders is werkzaam in de geteisterde'ge
bieden in het zuiden en oosten van
het land. De voorwaarden, waaronder
deze arbeiders te werk gesteld werden,
waren aantrekkelijk. Het gevolg was,
dat toen hier de nieuwe bouw geleide
lijk toenam, er onvoldoende arbeiders
waren om in behoorlijk tempo de
woningen tot uitvoering te brengen.
Aan de betreffende Ministers is toen
verzócht om de te 's-Gravenhage woon
achtige arbeiders, die zonder vergun
ning elders werkzaam zijn, te nopen
hun werkzaamheden daar te beëindi
gen. Dank zij hun medewerking heeft
dit inderdaad geleid tot terugkeer van
een aantal geschoolde krachten naar
's-Gravenhage.
Maar nu doet zich herhaaldelijk het
betreurenswaardige verschijnsel voor,
dat, waneer er voldoende arbeidskrach
ten zijn, de materialen weer ontbreken,
het wederzien hem sidderen.
Voor een enkele aanraking dier zo
welbekende hand, voor een enkele
even trouwhartige blik als voorheen
uit die zo welbekende ogen had hij
zijn leven gegeven.
Enige ogenblikken later verdeelde de
Engelsman een handvol goudstukken
onder de soldaten en ging de troep
met een: „Tot weerziens!" tegen Ci
garette uit elkander. De marketentster
knikte de heren met de sigaar in de
mond goeden dag en goot toen wat
brandewijn in de ketel, waarin een
weinig zwarte koffie en drabbig, sterk
met zand vermengd water stond te
koken. Weidra waren de officieren in
het bonte gewoel en de flikkerende
schaduwen van het kamp aan haar
oog onttrokken. Toen sloop zij naar
Cecil. Zij kon hem in 't donker wel
niet zien, maar ze raakte zijn hand aan.
„Mijn God! Wat ben je koud! Hij
is weg".
Tot spreken was Cecil niet bij
machte, maar hartelijk drukte hij die
kleine, bruine hand. Cigarette voelde,
dat hem een rilling door de leden liep.