TWEE SOUVEREINEN GEDIEND De schakel ALGEMEEN NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR WEST ZEEUWSCH-VLAANDEREN 4e Jaargang Nummer 185 VRIJDAG 30 JULI 1948 Drukkers-Uitgevers Firma SMOOR DE HULSTER - Boulevard 120 - BRESKENS - Telefoon 27 - Giro 358296 X" ~N Verschijnt iedere Vrijdag Abonnementsprijs f 1,per kwartaal; franco per post f 1,15 Prijs der advertentiën 7 cent per m.m. bij abonnement korting Advertenties met „brieven onder nr. of bij ons te bevragen", lOcent extra „y Kort geleden is de zogenaamde Commissie van Negen ter voorbereiding van de Rondetafelconferentie naar Java vertrokken. Deze commissie bestand uit leden van de verschillende in de Tweede en Eerste Kamer aanwezige politieke richtingen, met uitzondering van de Communisten en van de Staatsgereformeerde Partij. Intussen zijn de leden van genoemde commissie weer in ons land teruggekeerd en verschil lende hunner hebben op vergaderingen of aan de Pers enige algemene indruk ken over Indonesië kenbaar gemaakt. De mening .van het lid dier commissie Mr. Stikker is niet erg geruststellend. Bij een te Dordrecht door hem ver vulde spreekbeurt op een verkiezings vergadering van V.V.D. heeft hij een allesbehalve opwekkend beeld gegeven over de op Java heersende toestanden en daarbij de vrees uitgesproken, dat ons land en Indonesië binnen afzienbare tijd voor zeer ernstige beproevingen zullen worden gesteld. Uiterlijk heerst er rust, maar te Batavia hangt een sfeer doordrenkt van vrees, voorzichtig heid en bezorgdheid, een volkomen geestelijke verwarring. De indruk van Mr Stikker is, dat men van de zijde der Republiek niet bereid is om met de Nederlandse regering tot een accoord te komen. Hij deelde voorts nog mede, dat men in Amerika een* nieuwe Oost- Indische Compagnie aan het oprichten is, gesteund door Amerikaans kapitaal, waardoor men volgens berekening na 15 jaar het monopolie op alle import en export zal krijgen in Indonesië In de Nieuwe Rotterdamse Courant van 3 dezer komt over deze nieuwe Oost-Indische Compagnie nog de volgende nadere uiteenzetting voor „Mr. Stikker heeft tegenover het Alg. Handelsblad de mededelingen, die hij onlangs deed op een vergadering van de V.V.D. te Dordrecht, over het Fox-contract met de Republiek, aan gevuld met bijzonderheden, die niet van belang ontbloot blijken. Mr. Stik ker verklaarde in zijn bezit te hebben een rapport, gedagtekend 2 April van dr. Soemitro, de algemene vertegen woordiger voor financiële en handels aangelegenheden van de Republiek Indonesia té New York, gericht aan Hadji Agoes Salim, de minister van buitenlandse zaken van Indonesië. Dit rapport wordt aangekondigd als „On ze economische strategie in de Ver enigde Staten van Amerika". Mr. Stikker betoogde in dit verband, dat het hier ging om een strategie, gericht tegen Nederland. Verbijsterend is om in een dergelijk rapport zinsneden tegen te komen „dat de Amerikaanse regering door het State Department FEUILLETON 99) door OUIDA „Etï dat ik, al waren die mannen thans voor mij dood, in Europa's hoog ste kringen mensen genoeg kende, die mijn woorden zoudèn geloven, als ik hun schriftelijk mededeelde welke hoon hij de Emir had aangedaan, mensen, die hem />>r de eer van het land voor die misdaad zouden doen boeten." „Hebt ge hem uw verleden geopen baard? Wilt ge het ook aan mij ont hullen?" „Dit kan ik niet, mevrouw". „Waarom niet?" „Omdat ik dood ben. Omdat de ge dachte, dat ik vroeger ooit heb bestaan, in uw tegenwoordigheid te bitter is". „Uw woorden klinken vreemd. Kan er in uw leven dan geen volslagen omkeer komen?" „Nimmer mevrouw! U alleen heeft die enige ogenblikken doen ontstaan - in een droom. Dat is alles". „Tot zulk een lot veroordeelt gij u alle druk die zij maar kan uitoefenen, thans op Nederland uitoefent". Het zou belangwekkend zijn te ver nemen of een dergelijke uitlating alleen maar van dr. Soemitro is, of dat inder daad het State Department zich achter dit soort overeenkomsten stelt. Het Fox contract heeft een veel wijdere strekking dan alleen maar het instellen van een verkoop-commissie. Het gaat hier om het verkrijgen van hulp voor economische stabiliteit en commerciële expansie, voor rehabilitatie en uitbreiding, voor ontwik keling van minerale en agrarische hulp bronnen, voor stimulering van de indus trialisatie omvattende productie, trans portwezen, verbindingen, scheepvaart, waterleiding, electrificatie, bankwezen, handel, enz. Als onderdeel van deze zeer vergaande opzet wordt dan opgericht de Indonesian- American/Corporation, welke gevestigd is in de staat Delaware. Het maatschap pelijk kapitaal is 10.005.100 dollar ver deeld in aandelen A en B, en een groot bedrag preferente aandelen, waarbij de absolute meerderheid toekomt aan de heren Fox en consorten. De republikeinse regering erkent de Corporation als haar enig en uitsluitend vertegenwoordigster voor een periode van 10 jaar voor de verkoop van alle producten van de Indonesische regering en de aankoop van goederen in de Verenigde Staten. Terwijl de republi- kleinse regering zich verplicht geen aankopen te verrichten dan door mid del van de corporation. Hierover zal de Corporation een commissie ontvangen van 7V2 procent. Er zullen kantoren gevestigd worden te New York, Singapore en Boekit Tinggi. Naar ver luidt, zouden achter de heren Fox verschillende van de grootste Ameri kaanse maatschappijen staan en latere berichten welke ik ontvangen heb, spre ken van cijfers in de orde van grootte van 500 millioen dollars, voor welke be dragen de republiek goederen zou aan kopen over een periode van vijf jaar. Daartegenover zou de republikeinse re gering zich verplichten jaarlijks voor 250 milloen dollars te exporteren. Aldus besloot mr. Stikker zijn opzienbarende mededelingen." Aan de waarheid van de door Mr. Stikker gedane mededelingen kan uiteraard niet worden getwijfeld en toch kan ik de sombere gevoelens van dit Kamerlid niet delen. Wat toch is het geval? De vertegenwoordiger van de Repoebliek in Amerika blaast zich al evenzeer op als alle andere gezags- lieden, ministers of vertegenwoordigers dier Repoebliek, evenzeer als de tweede man in de Repoebliek, Hatta, waar over ik te dezer plaatse een vorige maal reeds een en ander mededeelde. Zij allen immers gaan uit van de verkeerde gedachte, als zou de Repoebliek die zij vertegenwoordigen, zich uitstrekken over het gehele gebied van Nederlands Oost- Indië, zoals dat tijdens de inval van de Japanners bestond en toen aan het daadwerkelijk gezag van Nederland was onderworpen. Ik heb een vorige maal reeds uitvoerig aangegeven dat en waarom die gedachte van de vertegenwoordigers der Repoebliek absoluut een waan-idee is en dat het gebied van de Repoebliek slechts omvat het grootste deel van Midden- Java en verder nog een deel van de binnenlanden van Sumatra. Dit is de Amerikanen natuurlijk even goed be kend als ons en toch zal ik niet ont kennen, dat er Amerikanen worden gevonden die met de vertegenwoordigers van de Repoebliek een handelsaccoord willen treffen of reeds hebben gesloten. In het gebied van de Repoebliek immers liggen nog tientallen cultuur ondernemingen en fabrieken van Neder landse ondernemers of maatschappijen, waarvan er verschillende zullen zijn die nog kunnen produceren en fabriceren, zij het dan ook, dat dit wel op aan zienlijk lager niveau zal zijn dan vroeger onder Europees beheer het geval was. Van een behoorlijke exploitatie in eigen beheer valt in de eerstkomende tientallen jaren geen hoog rendement te verwachten, om de doodeenvoudige reden, dat de volge lingen van de Repoebliek zonder Westerse leiding nog geen onderneming of fabriek zelfstandig kunnen exploite ren. Niettegenstaande al deze voor hen ongunstige factoren is het toch wel waarschijnlijk te achten dat ze nog over verschillende producten beschik ken, die voor de rest van de wereld nog erg aanlokkelijk zijn en waarvoor ongetwijfeld ook in Amerika wel kopers te vinden zullen zijn en waar voor graag goede dollars zullen wor den betaald; dollars die men in Repoeblikeins gebied waardevoller acht dan het eigen geld. En behalve dat er nog wel wat geproduceerd zal worden, zal er ook nog wel enige voorraad van producten zijn, die nog toebehoren aan de vroegere Europese eigenaren. Zo kunnen we in het jaar verslag van de Handelsvereniging Amsterdam (de H.V.A.) over het jaar 1947 vinden, dat van de 16 aan haar •toebehorende suikerfabrieken op Java, zich er thans nog 6 bevinden binnen bevrijd gebied en 10 binnen het ge bied van de Repoebliek. (Opgemerkt moet hier worden dat het suikergebied op Java zich vroeger juist in hoofd zaak op Midden-Java bevond). Bij de capitulatie van de Japanners in Augustus 1945 was volgens Japanse gegevens nog aanwezig op Java 1.590.000 ton suiker, doch deze is door smokkel handel enz. goeddeels verdwenen! zelf dus geheel vrijwillig?" „Vrijwillig heb ik dit lot gekozen. Ik mag er immers op rekenen dat u het stilzwijgen, waarom ik u verzocht, niet zal verbreken, niet waar?" „0, gewis! Eerst wanneer ge dit zelf wenst, zal ik spreken." Alleen gebleven, zat de prinses ge- ruimen tijd diep in gedachten. Cecil trok haar aan, wekte haar belangstel ling op en deed een sterker.gevoel van sympathie en van bevreemding in haar ontwaken dan een der mannen uit haar eigen kringen - en dit alles geschiedde in weerwil van het trotse hart, dat wrevelig werd, omdat het aan een gewoon Afrikaanse jager zo veel aandacht had geschonken. Rake. Intussen keerde Cecil naar de kazerne terug. Toen hij de chambree binnen trad, bevond zich daar niemand. Alleen Flik-Flak, de hond van 't regiment, kwispelde even met de staart, toen Cecil hem streelde en daarop met het werk, dat hij onderhanden had, in zijn nabijheid kwam zitten. Dat werk was een steen voor Leon's graf. Om de gestorven jager dacht niemand - niemand dan hij en - ja toch! Ook een oude vrouw, die onder het rieten dak van een hutje aan de Biscayse Zee bij haar spinnewiel zat, terwijl haar lippen fluisterden: „Hij komt terug! Hij komt terug!" Maar de draad van haar vlas zou lang afgespon nen en de draad van haar kwijnend leven lang gebroken zijn, zonder dat de soldaat, wiens terugkomst zij ver beidde, haar en Languedoc ooit we derzag: Wel drukte Cecil's hand het graveer- mes op de letters, maar zijn geest was ver van de plaats, waar hij zich be vond. Terwijl hij in die holle, door de zon geblakerde kamer zat, kwamen de tijding, welke hij ontvangen en het be zoek, dat hij gebracht had, hem voor als een droom. Nog nooit had hij zulk een volkomen bewustzijn gehad van 't geen hij had verloren als toen hij tegenover die schone vrouw stond, in wier vorstelijke ogen het licht scheen van vervlogen jaren. Daar kwam Petit-Picpon's scherp Lezer, let vooral op het woordje enz.! De tapioca, vezel, rubber- en koffie- ondernemingen der H.V.A. op Java liggen alle in republikeins gebied. Voor Sumatra staat de zaak der H.V.A. evenwel anders. Ook daar is de schade aan de ondernemingen toe gebracht zeer aanzienlijk, doch men is weer volop in bedrijf. De totale uit gaven voor exploitatie en herstel op Sumatra worden voor 1948 geschat op 25 millioen gulden en de inkomsten over dat jaar op 33 millioen. Niet on gunstig derhalve. De directie van de H.V.A. sluit haar jaarverslag met de volgende woorden: „Onvoorziene om standigheden voorbehouden zal de waarde van de door de H.V.A. dit jaar te exporteren goederen reeds een niet onaanzienlijk bedrag vertegenwoor digen. Bij gunstige ontwikkeling van de politieke en oconomische toestand in Nederlandsch-Indië meent de directie in staat te kunnen zijn het bedrijf weer in belangrijke mate te herstellen. Een ander machtig Nederlands con cern in Indië, de Internationale Crediet- en Handelsvereniging Rotterdam (In- ternatio) heeft eveneens haar jaarver slag gepubliceerd en daarin lezen we dat in 1947, het eerste bedrijfsjaar na de oorlog, de bedrijvigheid hand over hand is toegenomen. Zowel de import als de export leverden bevredigende re sultaten op; de omzet van de handels afdelingen beliep 160 millioen gulden en leverde een winst op van ruim 4 millioen gulden, zodat een dividend van negen procent over 1947 kar. worden uitgekeerd. De kosten van herstel en vernieuwing zijn ook voor Internatio zeer hoog en de exploitatiekosten be lopen een veelvoud van de vooroor logse, doch de zeer hoge prijzen der producten maken veel goed. Het onder- volgende staatje geeft een aardige ver gelijking van de vooroorlogse en de huidige prijzen van Indische producten. eind 1939 eind 1947 Citronella-olie p. kg. 1.35 10.25 Copra per 100 kg5.80 81.— Kapok per 100 kg. 20.250. Arabica koffie p. 100 kg. 29.210.— Palmolie per 100 kg. 13.50 160. Witte peper per 100 kg. 21.319. Zwarte peper per too kg. 10.50 223.— Rubber per kg—.70 1.29 Thee per pond .48*/2 1.80 De directie van Internatio besluit haar jaarverslag over 1947 met de mededeling dat de voorwaarden voor een bloeiend economisch leven in In donesië thans nog aanwezig zijn, doch slechts daar, waar rust en orde heersen. En aangezien deze niet heersen bin nen het gebied van de Repoebliek, doch wel binnen het gebied van de overige federale gedeelten van Indië, zoals Oost- en Zuid-Sumatra, Borneo, Banka en Billiton, Oost Indonesië en overigens ook nog (in enigszins mindere getekend, bleek wezen om de deur gluren. „Korporaal!" „Zo Picpon! Wat is er?" „Korporaal, groot nieuws! Ze zijn daarginds weer aan de dans!" „Kom, is 't waar?" „Dê Arbicos verlangen weer naar een fantasia met accompagnement van de klapbus. De officieren denken, dat het er scherp langs zal gaan. Om die re den willen ze onze oude kameraad ook niet straffen." „Straffen? Is er dan weer een geval van omgehoorzaamheid? In mijn esca- dron? Terwijl ik afwezig was?" Instinctmatig stond Cecil op en deed koppel en sabel om. „In uw ascadron niet, korporaal. Ook heeft het niet zoveel te betekenen, 't Is onze goede Rac maar". „Rake? Wat heeft hij uitgevoerd?" Rake was kort te voren naar een ander escadron overgeplaatst. Dit had Cecil bitter verdriet gedaan, want niet alleen miste hij het opgeruimde gelaat en de bekende stem van zijn makker in de chambree, maar ook was hij zeer1 ongerust of dat wel goed zou aflopen.

Krantenbank Zeeland

De Schakel | 1948 | | pagina 1