TWEE SOUVEREINEN GEDIEND
Wat doet het Rode Kruis?
De schakel
ALGEMEEN NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR WEST ZEEUWSCH-VLAANDEREN
4e Jaargang Nummer 173
VRIJDAG 7 MEI 1948
Drukkers-Uitgevers Firma SMOOR DE HULSTER - Boulevard 120 - BRESKENS - Telefoon 27 - Giro 358296
N
Verschijnt iedere Vrijdag
Abonnementsprijs
f 1,— per kwartaal; franco
per post f 1,15
Prijs der advertentiën
7 cent per m.m.
bij abonnement korting
Advertenties met „brieven
onder nr. of bij ons te
bevragen", 10 cent extra
V
Een'paar weken geleden is door de
Eerste Kamer de begroting van Weder
opbouw en Volkshuisvesting voor het
dienstjaar 1948 vastgesteld. Het was
voor de eerste maal, dat de onlangs
benoemde Minister van Wederopbouw
en Volkshuisvesting, Mr. Dr. In 't Veld
achter de ministerstafel zat in de Senaat,
waarvan hij zovele jaren zelf deel heeft
uitgemaakt; hij zat dus in een
voor hem welbekende omgeving, doch
nu niet tussen doch tegenover zijn
vroegere medeleden. Dat hij als
Minister het vertrouwen geniet van die
vroegere medeleden, bleek uit de wijze
waarop men hem van alle zijden
tegemoet trad. Zowel van de zijde van
de afgevaardigden der beide Regerings
partijen als van die van de zogenaamde
oppositie, werden woorden van welkom
en vertrouwen in hem uitgesproken.
De hoop werd daarbij uitgesproken dat
het de nieuwe Minister zou mogen ge
lukken, wat men bij zijn beide voor
gangers zo node had gemist, n.l. een
krachtige inzet van de wederopbouw
met alom tastbare resultaten op het
gebied van de huisvesting. Dit ver
trouwen was niet -alleen gebaseerd op
de ondervinding welke men met hem
in de Eerste Kamer als lid daarvan
had opgedaan, doch ook en vooral op
grond van de bekwame wijze, waarop
hij het ambt van Burgemeester van
Zaandam heeft vervuld.
De critiek die in de Eerste Kamer
op ondubbelzinnige wijze werd uitge
sproken betrof dus niet de nieuwe lei
der van het Departement van Weder
opbouw en Volkshuisvesting, doch wel
en vooral de bureaucratie moest het
daarbij ontgelden en zelfs van de zijde
van de K.V.P. werd daarover een
hartig woordje gesproken, terwijl van
die zijde vooral het zwart bouwen"
werd gesignaleerd. Uit een mededeling
van de voorlichtingsdienst van het
Departement van Wederopbouw en
Volkshuisvesting is n.l. gebleken, dat
er tienduizend woningen per jaar meer
konden worden gebouwd, wanneer er
niet „zwart" werd gebouwd. De Mi
nister achtte deze uitspraak wel erg
overdreven, doch het verschijnsel „zwart
bouwen" kon hij toch ook niet ont
kennen. Doch wat er tegen te doen?
Met een materialendistributie, die te
veel paperassen meebrengt - ook vol
gens het oordeel van de Minister - is
op dit gebied niet voldoende te be
reiken. De Minister is van oordeel dat
FEUILLETON
87) door OUIDA.
Cigarette, de krijgsheldin.
Cigarette liep altijd hard. Zo vlug
streek zij over de grond, dat de linten
en strikken, waarmede zij haar uniform
had getooid, haar nazwierden.
Zo huppelde zij ook nu weer door
het maanlicht voort en zong daarbij
zo luide, dat het lied uit de mond van
ieder ander dan van die jeugdige ama
zone der Afrikaanse escadrons zou ge
klonken hebben als het gezang van
iemand, die een lafaard en een pocher
is. Doch Cigarette was 't een nog
't ander.
Daar klonk opeens een luide kreet
door de stille avond. Cigarette kende
de stem, die, schoon welluidend en
kalm als altijd, deze alarmkreet slaakte.
„Cigarette, au secours!" klonk haar
antwoord. Hoe menigmaal had die roep
reeds weergalmd in de hitte van 't ge
vecht, of wanneer de gewonden in 't
holst van de zwoele nacht onder het
verkieselijker ware, een krachtig op
treden tegen het zwart bouwen, zo
mogelijk met verbeurdverklaringen en
met uitsluiting van de betrokken aan
nemers. De gemeentebesturen moeten
meer aandacht besteden aan dit euvel
immers wanneer ergens in haar gebied
„zwart" wordt gebouwd, moet dat van
gemeentewege toch worden gezien!
Daarom overweegt de Minister om
gemeentebesturen, die in deze niet op
lettend genoeg zijn, te straffen met ge
deeltelijke inhouding van het hun toe-:
gewezen woningcontingent.
Over de zo zeer gesmade bureau
cratie heeft de Minister niet veel ge
zegd. Z.E. ontkende het bestaan van
bureaucratie als gevolg van een stre
ven naar perfectionisme weliswaar niet,
doch hij ging niet dieper daarop in.
Hij deelde mede dat hij zich bij zijn
optreden gesteund voelde door een
toegewijd ambtenarencorps en dat dit
bereid is, om zijn leiding in grote lij
nen te volgen. Het komt mij voor dat
de Minister zich tegenover de gecon
stateerde tekortkomingen der ambtelijke
bureaux van zijn Departement wel wat
erg op de vlakte heeft gehouden. Doch
daartegenover staat, dat hij zich nog
moeilijk een oordeel over de diensten
en diensthoofden had kunnen vormen
in de korte tijd die hij als Minister
van Wederopbouw achter zich heeft
liggen. Er voorts zal de zaak zelve
beter gediend zijn door een niet toe
gezegd daadkrachtig optreden van zijn
kant tegen de uitwassen der bureau
cratie, dan door een toezegging zijner
zijds zonder daaraan verder gevolg te
geven. Hoe het ook zij, deze Minister
heeft ondervinding genoeg opgedaan
op het terrein van administratie en
bureaucratie, dat men hem van ambte
lijke zijde op zijn Departement geen
knollen voor citroenen zal kunnen ver
kopen. Daarom geloof ik dat we het
vertrouwen der Eerste Kamer in deze
bewindsman zullen kunnen onderschrij
ven en dat er zeer binnenkort een
frisse wind door het Departement van
Wederopbouw en Volkshuisvesting zal
gaan waaien en dat er als gevolg daar
van, vele door ouderdom vergeelde
papieren met de opstellers daarvan, de
ramen en deuren zullen uitvliegen.
Onze Minister zal daarbij zeker niet te
werk gaan als een jonge, dolle Spring
in 't Veld door overal tegen op te
botsen en feitelijk niets te bereiken.
Neen als een door ondervinding op
ambtelijk gebied gerijpte In 't Veld
zal hij daar bezadigd en taktvol tegen
de uitwassen van de bureaucratie op
treden en die uitwassen zullen dan
mes der hyena's van 't slagveld lagen
te krimpen. Was haar gang aanvanke
lijk vlug als de wind, thans werd die
in snelheid een bliksemstraal gelijk.
Nog enkele schreden en zii zag een
verwarde massa paarden en ruiters,
gehuld in een wolk van wit stof, dat
in de maneschijn als zilver glinsterde,
met elkander in gevecht.
De hoofdfiguur was Cecil. De andere
waren vier tot de tanden gewapende
Bedouïnen, die de dag in dronken
schap en onmatigheid doorgebracht
en zolang „raki" gezwolgen hadden,
tot zij door de vergiftigde drank half
waanzinnig waren geworden en die nu,
al wat hun in de weg kwam onder de
voet rijdende, in vollen ren naar bui
ten joegen en hun paarden met de sa
bel aanzetten, tot de flanken dier die
ren met bloed waren overdekt.
Vlak voor Cecil hadden zij een stok
ouden, gebrekkige kolonist onder de
voet gereden en Cecil had de teugels
ingehouden en de Bedouïnen toege
roepen halt te maken. Door de drank
opgewonden waren zij, de sabel boven
het hoofd zwaaiend, terstond op hem
ongetwijfeld op de vuilnisbelt terecht
komen en de verwekkers er van zullen
het veld moeten ruimen, omdat voor
hen bij In 't Veld niet langer plaats is.
En daarmede gaan we dan wellicht een
betere periode van de Wederopbouw
van Nederland tegemoet.
De vertegenwoordiger van de Anti-
Revolutionaire Partij, de heer Hommes,
heeft de bijzondere aandacht gevestigd
op de erbarmelijke toestanden die nog
in de verwoeste gebieden, in het bij
zonder op Walcheren en in Westelijk Z.
Vlaanderen bestaan, waarbij hij te
vens een versnelde woningbouw in
Vlissingen bepleitte, teneinde het mo
gelijk te maken de grote bedrijven
daar wederom in hun vroegere om
vang te laten werken. De Christelijk
Historische afgevaardigde, de heer
Reyers had vooral het oog op de be
langen van het platteland en in het
bijzonder de bouw van boerderijen,
waarbij de desbetreffende gemeente
besturen het Jmeest van nabij zijn be
trokken en om die reden moet hier
ook meer worden gedecentraliseerd, dan
totnogtoe het geval was. De vertegen
woordiger van de Volkspartij voor
Vrijheid en Democratie, de heer Zege-
ring Hadders was van oordeel, dat
Zeeland meer dan enig andere provin
cie recht had op de aandacht der we-
deropbouwinstanties. Deze spreker drong
eveneens aan op decentralisatie bij de
her- en nieuwbouw en brak in het
bijzonder een lans voor de kleine
aannemer, die zoveel mogelijk
dient te worden ingeschakeld en
niet mag verdwijnen.
Waar vooral dit laatste een factor
van gewicht is voor het Land van
■Cadzand en mij daaromtrent de laatste
tijd verschillende klachten ter ore zijn
gekomen, wil ik daarop de volgende
week terugkomen, aangezien me thans
daarvoor de ruimte ontbreekt. L.
DUIVENSPORT.
Duiven-Mij. „Nog Sneller" te Breskens.
Uitslag prijsvlucht uit Arras op Zondag 2
Mei 1948. Los 8 uur. Aankomst ie duif 9 u.
36 min. 33 sec., snelheid 1403,7 m. per min.
Aankomst laatste duif 9 uur 43 min. 14 sec.,
snelheid 1313,5 m. per min.
1 A. Quaars. 2 en 38 J. Carels. 3 en 30
L. Verstrate. 4 en 42 I. Porreij. 5 A. Ver-
spriile. 6 en 37 I. Klaaijsen. 7, 19 en 23 J.
Faas. 8, 18, 50 en 52 Morel Zn. 9 en 27
v. d. Broecke. 10 Faas de R. 11 en 55 J.
Buijze. 12 I. Riteco. 13 en 44 A. Haartsen.
14 en 36 Risseeuw. 15 en 48 J. Pleijte. 16
en 51 P. Verduijn. 17 H. de Baare. 20 G.
Boekhout. 21, 25 en 54 A. Vermeulen. 22, 26
en 46 J. Datthijn. 24 Dierendonk. 28 J. Dek
ker. 29 L. de Meester. 31 en ie overduif P.
Buijze. 32 en 41 Bondewel. 33 en 53 J. v. Gijs.
34 de Jonge A. 35, 43, 45 en 49 W. Klaaijsen.
ingestormd.
Cecil's paard doorstond de schok
als een held en hij zelf trachtte aan
vankelijk alleen de slagen der Be
douïnen te pareren en de teugels hun
ner hengsten stuk te houwen. Doch de
uit ijzeren schakels samengestelde ket
tinkjes braken niet en de houwen be
gonnen zo dicht te vallen en werden
zo wild toegebracht, dat ze niet zo
gemakkelijk te pareren waren. In een
oogwenk zag Cecil, dat de Bedouïnen
stomdronken en door bloeddorst ver
voerd waren. Op 't geen hij hun toe
riep sloegen zij niet de minste acht;
De Bedouïnen behoorden niet tot de
stam van de Khalifa.
Als hij niet toehieuw - zelfs duchtig
en zeker toehieuw - zou de door ,de
maan verlichte nacht hem nog slechts
enkele seconden in leven zien. Nog
altijd gevoelde hij sympathie voor de
overwonnen stammen en daarom had
hij bloedvergieten willen vermijden,
maar toen een steek, die zonder een
toevallige wending van zijn paard, zijn
longen zou hebben doorboord, zijn
arm even trof, bleef hem geen keuze
39 L. v. d. Wege. 40 C. Wisse. 47 M.,Visser.
Duivenmaatschappijen „Eerste de Beste"
te Schoondijke en „Vrije Vlucht" te Sasput.
Uitslag prijsvlucht uit Arras op Zondag 2
Mei 1948- Duiven los 8 uur. Aankomst ie
duif 9 u. 35 min., snelheid 1422 m. per min.
Aankomst laatste duif 9 u. 41 m. 29 sec.,
snelheid 1273 m- Per rn^n-
1, 51 Gebr. Geernaert. 2, 18 A. de Coninck.
3, 14, 17, 39 W. de Zwart. 4, 44 R. Blaak
man. 5, 6 Hamelijnck. 7, 16, 57 P. de Hullu.
8 A. de Reu. 9, 52 P. de Jonge. 10 Poorter 1.
11, 54 I. Leenhouts. 12,23,48 M. Goedhals. 13,
27 A. Jansen. 15, 38, 41 poorter 3. 19, 28,37
Ekkebus. 20 A. Willems. 21 H. Sieben. 22,
49 G. Steijaart. 24, 31, 35 Langeraert. 25
Gebr. de Wever. 26, 43 Th. Steijaart. 29 A.
Seijnesael. 30 P. Ocké. 32, 45 P. Geernaert.
33 Calon. 34 F. Blok. 36, 46 S. Tallie. 40 Th.
de Smidt. 42 J. Brugge. 47 P. Pijcke. 50 J.
Steijaart. 53 C. Pilaet. 55 G. de Wèver. 56
B. Pijcke.
Duivenvereniging „Strijd in Vrede," Groede.
Uitslag prijsvlucht uit Arras op Zondag 2
Mei 1948. Duiven los 8 uur. Aankomst ie
duif 9 uur 35 min. 47 sec., snelheid 1384 m.
per min. Aankomst laatste duif 9 uur 46 min.
15 sec., snelheid 1248 m. per min.
1, 4 J. v. Haneghem. 2, 16, 23 A. Verstra
ten. 3, 7, 14 J. v. d. Wege O 1. 5, 6, 10 W.
du Rie. 8, 15, 17, 28, 30 W. Fenijn. 9, 29
J. Rogi'ers, 11, 20 J. Frelier 12. 18, 19 I.' de
Jonge. 13, 31 A. van Gijs. 21 F. du Bois.
22, 25 J. Ras. 24, 26 W. Ekkebus. 27 J.
Maas. ie overduif H. Elfrink.
Het Nederlandse Rode Kruis is geen
gewone vereniging, want het werd
opgericht door een Koning.
Koning Willem III was een warm
voorstander van de ideën van Henri
Dunant, die hier te lande sedert 1863
door de militaire arts Dr. J. H. C.
Basting werden gepropageerd. Er werd
vergaderd, gedebatteerd, overwogen,
gerapporteerd etc. etc., maar in 1867
was Z.M. het eindeloze gedelibereer
moede en hij hakte de knoop door met
een Koninklijk besluit (19 Juli): „Er
zal zijn een Nederlandse Vereniging
tot het verlenen van hulp aan zieke en
gewonde krijgslieden in tijd van oorlog,
hetzij Nederland er al dan niet bij
betrokken is".
Uit, afgelopen; nu kon men aan het
werk gaan! Een paar dagen later wer
den de voorzitter, de secretaris en de
leden van het Hoofdcomité benoemd
eveneens bij K.B.; en precies driejaar
later brak de Frans-Duitse oorlog uit,
waar voor het eerst de hulp aan ge
wonde krijgslieden werd verleend.
Was oorspronkelijk de taak van het
Nederlandse Rode Kruis min of meer
een oorlogstaak, al spoedig heeft men
deze uitgebreid met een vredesopdracht,
die veelzijdiger en veel omvattender is.
In de eerste plaats door de hulpver
lening bij rampen.
over.
Cecil hief de sabel op en bracht de
voorste aanvaller dwars over de arm
een houw toe, zodat het lid v'an het
lichaam viel, alsof een bijlslag het
daarvan had geseheiden. Dit voerde
de woede zijner vijanden ten top.
Reeds voelde hij de punt van een
zwaard door zijn uniform, toen een
kogel tot driemaal toe vlak langs hem
heen floot.
De voorste Bedouin bleef op de
plaats dood. Gewond en dodelijk ver
schrikt, lieten de anderen hun prooi
los en togen in volle galop op de
vlucht terwijl het paard van de dode
zijn last afschudde en zijn makkers
achternajoeg.
„Die tik op zijn arm was lang niet
onaardig, maar een smeer door zijn
strot zou nog wel zo goed zijn ge
weest. Vriend Victor, doe nooit iets
ten halve," zeide Cigarette achteloos,
terwijl zij de pistolen weer in hun
koppel stak en met het oog van een
kenner naar de bruine, naakte arm
keek, die nog met het zwaard in de
vuist op het zand lag.