Het Indonesische probleem.
TWEE SOUVEREINEN GEDIEND
No. 129
Vrijdag 4 Juli 1947
3e Jaargang
ALGEMEEN NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR WEST ZEEUWSCH-VLAANDEREN
Verschijnt iederen Vrijdag in alle plaatsen van West Zeeuwsch-Vlaanderen
Prijs per kwartaal f i,Franco p. p. f 1,15 Adv. 7 cent p. m.m. Drukker-Uitgever Fa. Smoor de Hulster, Boulevard 120, Breskens
Een paar weken geleden ontving ons
blad van een zijner abonné's een brief
waarin deze zijn abonnement op ,,De
Schakel" opzegt, naar aanleiding van
het feit dat ,,dit blad aan politiek doet".
Vooral het artikel in ons nummer van
23 Meij.L, het intellect van het schrijf
bureau," wordt in die brief genoemd
een politiek van de slechtste soort, dat
herinneringen oproept aan de commu
nistische en fascistische propaganda in
de jaren 1930 tot 1933, hier en in
Duitsland.
We zullen met deze loze mijnheer
geen polemiek voeren over de politiek,
doch volstaan met de mededeling dat
wij niet aan politiek' doen, dat we voor
geen enkele partij propaganda willen of
zullen voeren doch volkomen neutraal
zullen blijven op dat gebied, hetgeen
natuurlijk niet uitsluit, dat we bij het
geven van onze beschouwingen over
maatregelen die door de Regering wor
den getroffen, meermalen critiek op die
regelingen zullen moeten leveren. Let
wel, geachte lezer, ook critiek op de
Regering, indien daartoe aanleiding be
staat - dus hoe minder hoe liever -
maar dan ook op elke Nederlandse
Regering, hoe zij ook is samengesteld
en daarin schuilt nu juist de kracht
van onze neutraliteit. Ter geruststelling
kunnen we onze lezers voorts nog
mededelen, dat schrijver dezes tot zijn
leedwezen 26 lange jaren dagelijks in
de politiek heeft gezeten, dat hij daar
om schoon genoeg heeft van de poli
tiek en daarom bij geen enkele poli
tieke partij in Nederland is aangeslo
ten en zich daaraan ook niet wenst te
verbinden en evenmin behoort tot de
volgelingen van het comité Rijkseen
heid of enig ander genootschap; als
goed Nederlander zal hij echter elke
wettige Nederlandse Regering staan,
FEUILLETON
45) door OUIDA.
HOOFDSTUK VII.
Na een diner te Richmond.
Het was midden in 't seizoen. De
heren van de garde hadden het ge
weldig druk. De ene afmattende cor
vee volgde de andere; en de dienst
in Indië, in de oorlog tegen Afghani
stan, was niet zo zwaar en drukkend
als die, welke de garde riep van de
Derby-wedrennen naar die van de
Ducal.
De dienst op het paleis bij het leger
der koningin en de manoeuvres in
het Park maakten van al die ver
moeienissen echter slechts een zeer
gering deel uit. Heel wat inspannen
der en heel wat minder te veronacht
zamen waren de morgenoefeningen in
the Ride, de dagelijkse parade in the
Lady's Mill, de verkenningen van uit
de vensters der clubs en de langdurige
veldtochten aan de ontbijttafel in de
doch van zijn recht van critiek, ge
paste critiek, waar nodig gebruik maken.
Deze inleiding meenden wij te moe
ten doen voorafgaan aan de volgende
beschouwingen over het Indonesische
vraagstuk; wanneer wij ons daarbij uit
spreken voor Linggadjati dan maken
wij geen propaganda voor de tegen
woordige meerderheid in de Tweede
Kamer en wanneer wij tot verwerping
van Linggadjati zouden concluderen
zijn wij geen propagandisten voor de
tegenstanders van die overeenkomst,
i.e. voor de anti-revolutionairen, christe
lijk historischen of voor de partij van
de Vrijheid. Wij wensen hier te geven
onze persoonlijke visie op deze zaak
en niets anders.
We willen de lezer niet meer ver
moeien met een relaas over de lijdens
weg die moest worden afgelegd, om
te komen tot de ontwerp-overeen-
komst van Linggadjati en over de lang
durige onderhandelingen die daarna nog
moesten worden gevoerd, aleer tot
ondertekening van die overeenkomst
kon worden overgegaan, om ten slotte
te komen tot die ondertekening, waar
bij de Nederlandse Regering zich ver
bond die overeenkomst te zullen na
leven, doch van Republikeinse zijde de
restrictie werd gemaakt, dat zij zich
het recht van eigen uitleg van de over
eenkomst voorbehield. Volgens Westerse
opvattingen was dit natuurlijk een on
ding, een contract waarvan de andere
partij al bij voorbaat verklaarde, dat
zij zich daaraan wel niet zou kunnen
houden. Na de ondertekening kwamen
de moeilijkheden al direct en een ge
harrewar over bevoegdheden van die
andere partij was het onmiddellijke en
onvermijdelijke gevolg er van. De uit
voering van ongeveer alle bepalingen
van de overeenkomst werd door de
Republiek op de lange baan geschoven
dan wel eigenhandig ter hand genomen;
kortom van een gezamenlijk ver-
mess, gepaard met de studie van de
dobbelsteen- en de baccarattactiek en
van de versterkingen van Straatsburger
leverpastei tegen de stormenderhandse
aanvallen van Chartreuse en Chamber-
tin.
De Household had het dus hard te
verantwoorden en Bertie wel het
hardste van allen. Bertie was de mode,
de fashion, dat zonderlinge, raadsel
achtige woord, dat iemands hoofd met
meer luister omgeeft dan een troon of
adeldom, dan schoonheid of geest
ooit vermogen. Geen lijst van uit
nodigingen was volmaakt, als zijn naam
daarop niet voorkwam. Van geen
receptie in salon of tuin, van geen
loge in de opera, van geen particulier
concert of met rooskleurige schaduwen
vervuld boudoir kon gezegd worden,
dat het de toon aangaf, als Bertie er
werd gemist.
Hoe het hem zo bijzonder gelukt
was de naam van lion te verwerven,
was moeilijk te zeggen. Mogelijk
kwam hij in zijn kleding de volmaakt
heid der mode nog een zweem meer
nabij dan een ander, üok kon van
hem gezegd worden, dat hij in de ge-
der werken kwam niets. Dit kon na
tuurlijk niet zo voortgaan en op 27
Mei j.l. deelde de Commissie-Generaal
aan de Indonesische delegatie mede, dat
nu eindelijk eens een begin moest wor
den gemaakt met de verdere uitvoering
van de overeenkomst van Linggadjati
en zij wenst daarbij op korten termijn
antwoord op de door haar gedane
voorstellen terzake van die verdere uit
voering. Inderdaad kwam op de voor
antwoord gestelde datum van de In
donesische delegatie bericht bij de
Commissie-Generaal binnen. Dat ant
woord kwam evenwel in de vorm van
nieuwe tegenvoorstellen van Republi
keinse zijde naar onze mening geheel
afwijkend van Linggadjati.
Nu was bij de Commissie-Generaal
blijkbaar de maat vol en zij liet de
Indonesische delegatie dan ook schrif
telijk weten, dat zij (de Commissie-
Generaal) geen mogelijkheid meer zag
tot verdere onderhandeling, zodat zij
de vraag, wat er nu herder gebeuren
moet, heeft voorgelegd aan de Neder
landse Regering, De brief welke de
Commissie-Generaal tot de Indonesische
delegatie heeft gericht staat op po<*en;
op voortreffelijke wijze is daarin aan
getoond, dat de schuld voor het vast
lopen van de onderhandelingen geheel
te wijten is aan de Indonesische dele
gatie. Of hier nu sprake is van onwil,
sabotage of onkunde dan wel gemis
aan bevoegdheid bij de tegenpartij,
kunnen we gevoegelijk in het midden
laten. Een feit is, dat deze brief aan
Republikeinse zijde indruk heeft ge
maakt en direct daarop kwam dan ook
een radiorede van Sjahrir, waarbij deze
pogingen deed om de zaak te sussen
en veel op rekening van het „bekende
misverstand" trachtte te schuiven. Een
en ander werd gevolgd door een schrij
ven van de Republiek in een geheel
verzoenende toon en neerkomende op
een verzoek, om nadere onderhande-
moedelijke koelbloedigheid, in de on
gelofelijke doch immer voorname ver
metelheid en onbeschaamdheid van al
zijn doen en lateri bijna zijn gelijke
niet had.
Doch hoe het zij die naam had
hij verworven, en zijn prachtig rijpaard
Sara, zijn mail-phaeton of wel zijn
kleine brougham waren van twee uur
's middags tot vier of vijf uur in de
morgen steeds ergens in de omtrek
van het Park of de stad te vinden.
Toch was het Bertie toen reeds
zeer goed bekend, dat hij was ge
ruïneerd.
De breuk tussen zijn vader en hem
was onherstelbaar. Zijn gasten vertrok
ken en de jonge Berkeley, buiten ge
vaar, had ook hij Royallieu verlaten.
Dat hij op hulp van zijn vader even
min behoefde te rekenen als op die
van zijn oudsten broeder, was hem
reeds van vroeger bekend. Alleen de
luim of de wil van de mensen, die
zijn wissels in handen hadden en de
geldschieters, die zijn naam tegen
zwaren interest in hun boeken hadden
staan, bevonden zich nog tussen hem
en de noodlottige ure, waarop hij zijn