DE SCHAKEL Nieuws- en Advertentieblad voor West Z.-Vlaanderen SPELEN MET GRANATEN In het pas bevrijde gebied. No. 20 Maandag 28 Mei 1945 le Jaargang Drukker-Uitgever: Fa. Smoor de Hulster Boulevard 120 - Breskens Prijs per kwartaal f 1,25 Franco per post f 1,40 Adveitenties 7 ct. p. m.m. Weekblad onder Redactie v.d. Werkgroep Wederopbouw West Z.-Vl., Hoofd-Redacteur de heer A. Hoolhorst, Oude Haven 8, Oostburg Onlangs kregen we weer een ver zoek om toch nogmaals te waarschuwen tegen het spelen met granaten en ander gevaarlijk oorlogstuig. Natuurlijk willen wij gaarne onze stem laten hooren om ieder nog eens te zeggen: „blijf er af, het is zoo gevaarlijk!" Maar met nog meer klem willen wij waarschuwen tegen een figuurlijk met granaten spe len, door allerlei personen, die leiding moeten geven, maar die zich niet van hun groote verantwoording bewust zijn. Wij weten maar al te goed, dat de moeilijkheden in deze tijd enorm zijn, verschillende problemen kunnen bijna niet opgelost worden, maar er zijn ook heel wat zaken, die wel in orde ge maakt kunnen worden, als ieder ver antwoordelijk persoon zijn plicht met toewijding zou vervullen. Er heerscht een angstwekkende ontevredenheid on der de menschen, vaak juist over deze wel oplosbare moeilijkheden. Overal hoort men de klacht, dat de grootste zwarte pieten zoo goed geholpen wor den, terwijl Jan Boezeroen van het kastje naar de muur gestuurd wordt. Telkens hoort men de vraag, wat daar dan achter zit. Wij hooren, dat een buitengewoon slecht bekend staand individu uit het kamp te Sluis ontslagen is, terwijl meiden, die zich wat door moffen heb ben laten aflikken, nog altijd worden vastgehouden, nu al zeven maanden, een straf, waar men vroeger een klein moordje voor kon presteeren. Het Ne- derlandsche volk houdt niet van moffen meiden, maar ons rechtsgevoel is zoo goed ontwikkeld, dat zulke verhoudingen tot verzet prikkelen. Wij willen eerlijke, snelle rechtspraak, die geen rekening houdt met rang of stand, wij willen geen moffenmethodes, waarbij er niet op aan kwam, hoe lang men zat, als men maar eenmaal achter de knippen zat. Onlangs toonde men ons een huis kamerameublementje, aardig, niet al te beste kwaliteit, maar het was voor een tijd bruikbaar. Het was alleen voor ge dupeerden te koop. En toen kwam de prijs! Twaalf honderd en vijftig gulden, zegge en schrijve twaalf hon derd en vijftig gulden. Hulp voor de gedupeerden. Maar zulke hulp kan men beter thuis houden; een waarlijk gedu peerde kan zoo'n prijs niet betalen. Maar wie dan wel? Eenige dagen geleden waren in onze streek een honderd zestig menschen verblijd met een schoenenbon. Maar de schoenen, die onderweg waren, werden ergens in Brabant in beslag genomen voor „Boven de rivieren". Als het levensmiddelen waren, die voor dat doel in beslag genomen waren, zou niemand iets zeggen, daar ginds is groot gebrek aan voedsel en wij wil len graag veel voor onze hongerende landgenooten afstaan, maar schoenen zijn in onze in flenters geschoten streek zeker harder noodig, dan waar ook. Deze bron van ontevredenheid had niet hoeven en mogen zijn. Onze evacué's hebben het niet mak kelijk. Velen zijn alles kwijt en weten niet, hoe opnieuw te beginnen. Geluk kig, dat de regeering de evacuatiesteun heeft ingesteld en duidelijk heeft voor geschreven, hoe en wanneer deze uit betaald moet worden. De gedupeerden hoeven hun spaarduitjes niet op te leven, alleen als de rente hóóg genoeg is vervalt de steun, die alleen uitbe taald wordt bij gebleken behoefte. Maar enkele burgemeesters weigeren dood leuk de evacuatiesteun uit te betalen, de ellende is nog niet groot genoeg. Mag men zich dan verbazen als zulke dubbel gedupeerden de vraag stellen, of zulke gezagsdragers niet eerder in Sluis hooren, dan verschillende er nu verblijvenden. Onze vetpositie is zorgwekkend, maar de zuivelautoriteiten zien geen kans om de boter, die in Aardenburg ligt te wachten op een behoorlijke manier voor de distributie weg te voeren. Daar is een vrachtauto voor noodig! We weten dat ons blad niet al de lieden, die bovenstaande regels zeker zouden moeten overwegen, zal bereiken, maar ondanks dat, willen wij het toch zeggen ja, wij willen het uitroepen: „Speel niet met granaten. Als ze ont ploffen is de ramp niet te overzien!" H. Het zal den lezers wellicht interes seeren de ervaringen te vernemen van ondergeteekende, die gedurende een week in het pas bevrijde gebied heeft ver toefd, en daar een bezoek heeft ge bracht aan Rotterdam, den Haag, Lei den en Amsterdam. De reis moest nog worden gemaakt over Nijmegen en Arnhem, zoodat on geveer viermaal de afstand in vogel vlucht moest worden afgelegd. Even voorbij Nijmegen treft het troostelooze beeld, in W. Z.-Vlaanderen maar al te goed bekend, van prikkeldraadversper ringen, mijnenvelden, bomkraters en ka davers van vee. Het oostelijk deel van de Betuwe is nog zoo goed als onbe woond. Alle woningen zijn meer of minder verwoest. Het meubilair staat voor de huizen. Het beddegoed ligt hier en daar in den tuin. Ook Arnhem is geheel verlaten. De huizen zijn alle zonder glas en gedeeltelijk verwoest. Alleen de Canadeezen hebben zich er zoo goed mogelijk geinstalleerd. Lange rijen vrachtauto's met arbeiders, die uit Duitschland terugkeeren, rijden in de richting Utrecht. Aan een bioscoop prijkt nog een groot bord met een aankondi ging van een duitsche film: „Ich hab dich lieb Voorbij Woudenberg, waar een scherpe controle is op het verkeer, begint de bevolking zich voor de pas- seerende auto's te interesseeren. Kinde ren en volwassenen roepen en zwaaien naar de voorbij rijdende militairen. Op de spoorbaan staan eenige uitgebrande Diesel-treinen. In Utrecht, waar we korten tijd pauseeren, wordt de auto dadelijk omringd door kinderen en groote menschen. Als het blijkt, dat sommigen in een week geen brood hebben gehad, kunnen we natuurlijk niet nalaten van onze meegebrachte rantsoenen uit te deelen. Met veel belangstelling worden de foto's van de Koningin tijdens haar bezoek aan Axel en van de verwoesting van W. Z.-Vlaanderen bekeken. Verder gaat de reis naar Rotterdam en den Haag, en de volgende dagen naar Leiden en Amsterdam. Overal is de ontvangst hartelijk en worden wij belangstellend ondervraagd. Hoe langer wij echter in de groote steden verblij ven, des temeer worden wij doordrongen van de ellende, die daar heerscht en die er geheerscht heeft. De officieele voedselvoorziening was zoodanig, dat

Krantenbank Zeeland

De Schakel | 1945 | | pagina 1