BEGINSELVASTHEID I. INTERNEERING. No. 7 Vrijdag 23 Februari 1945 le Jaargang Drukker-Uitgever: T^V f f A I Prijs per kwartaal f 1,25 Fa. Smoor de Hulster I 1 I I I IQ 1™^ I Advertenties Boulevard 120 - Breskens ■®"- I- 1 V 1 V I 7 cent per m.m. Weekblad voor West Zeeuwsch-VIaanderen, onder Redactie van de Werkgroep Wederopbouw West Zeeuwsch-VIaanderen, Hoofd-Redacteur de heer A. Hoolhorst, Oude Haven 8, Oostburg. SPANT U ALLEN IN! Alle krachten moeten worden inge spannen om ons gewest weer op te bouwen; en deze inspanning wordt van ieder gevraagd, of zijn taak nu een arbeid des handen of van het hoofd zij; of deze taak een groote verantwoorde lijkheid meebrengt of dat de arbeider slechts een kleinere schakel is in het groote geheel, leder persoonlijk en allen gezamenlijk hebben wij ons in te span nen. Wij zullen door dit blad, door onderlinge samenkomsten, in gesprek ken elkander moeten aanvuren tot groote krachtsinspanning. De meesten onzer hebben een aansporing zeer noodig! De verwarring der afgeloopen jaren heeft onze werklust verlamd en ons zelfs in kleine dingen ontrouw gemaakt; heeft ons inzicht vertroebeld en ons goéd doen noemen wat in wezen slecht was; heeft ons zwak gemaakt tegenover onze kinderen en hen daardoor overgeleverd als weerlooze en stuurlooze schepselen in onze verwarde samenleving. Tot hun schade, tot ónze verontrusting en tot schuld jegens God. Nu is ons de vrijheid weer geschon ken en wat mogen wij daarvoor dage lijks dankbaar zijn, want de vrijheid is een kostelijk goed! Maar dan wordt ons ook de plicht opgelegd uit de ver warring tot orde te komen. Niet de grootste ruïne. Velen meenen misschien dat de ruïne onzer huizen en bedrijven en scholen en kerken en dorpen het moeilijkst te dragen is. Maar ingrijpender is de ruïne in onze gedachten, in ons eigen geestes leven en die onzer geheele samenleving. De tijd der bezetting en de oorlogsom standigheden hebben ons immers van oude, beproefde beginselen los gemaakt en onze samenleving beginselloos doen worden. Menschen, die anders een nor maal en „behoorlijk" leven leidden, werden redeloos en ontrouw aan zichzelf. Geen noodherstelling. Wij loopen nu het gevaar vanuit deze redeloosheid, gedrongen door de directe ontreddering, maar aan het herstellen te gaan, zooals wij met een paar oude afbraak-planken en brokjes glas onze kamertjes bewoonbaar hebben gemaakt. Zoo willen wij onze samenleving ook weer herstellen! Maar dat zal niét gaan. Wij zullen het niet zoo mogen doen; en de tegenwoordige tijd, die gericht is op een andere toekomst, zal dit ons niet veroorloven. Willen wij onze dor pen weer opbouwen, onze organisaties herstellen, aan de samenleving een goede orde hergeven, dan moeten wij niet in wanhoopsstemming of met noodherstel- lingen aan het werk gaan, maar ons eerst ter dege bezinnen. Geen gedachteloosheid. Dit zal daarom zoo moeilijk zijn, om dat velen gedachteloos leven naar het hun wordt opgedrongen of toevallig op hun weg komt. Zij fietsen als het ware langs de oude wegen en slinge ren tusschen de vele kuilen door en zoo komen ze thuis. Wij moeten dat nu nog allemaal doen, letterlijk en figuur lijk ook. Maar wij moeten reeds nu plannen maken om goede wegen te krijgen, die recht op het doel afgaan en gemakkelijk te berijden zijn. Daarvoor is bezinning noodig, overleg. Om het beginsel. Jammer is het dat slechts weinigen gewend zijn te zoeken naar de zin van het menschelijk bestaan, naar de drij vende krachten der samenleving, of ook zich welbewust te richten naar hooge beginselen Maar die weinigen staan niet alleen, doch kunnen zich verbonden voelen aan God, die eens uit de groote chaos deze wereld heeft geschapen en het werk Zijner handen niet laat varen. En zij voelen zich opgenomen en ge stuwd door de kerk. Of ook weet men zich door idealen van menschelijkheid gedreven. Het is moeilijk dit voor alle menschen te omschrijven. Moeilijk is het ook door de verscheidenheid tot een eenheid te komen en dan te spre ken van onze beginselen. En toch drin gen de saamhoorigheid onzer belangen en levens, de gemeenschap in ons dorp, de gezamenlijke belangen van ons gewest en de volksgemeenschap ons tot bezinning wat onze beginselen zijn, en hoe wij daarin samen kunnen leven en wat daarbij van kerk en school, bedrijf en organisatie, gezin en enke- ling wordt gevraagd. En dan met vaste wil voorwaarts! O. Dadelijk na de bevrijding zijn in ons gewest, gelijk elders, een aantal per sonen, die op een of andere wijze met den vijand, ten tijde van diens bezet ting, hebben geheuld, in arrest gesteld. Zij zijn aanvankelijk opgeborgen in een kamp nabij Hulst, naderhand bij Sluis. De aanhoudingen vonden plaats meestal door O.D. of politie. Door den chaotischen toestand, die onmiddellijk na de bevrijding heerschte, was het na tuurlijk niet mogelijk om meteen bij de arresteering een schriftelijk stuk op te stellen waarin het gedrag tijdens de bezetting van dien persoon vastgelegd was. intusschen was door den Chef Staf Militair Gezag een algemeene last geving uitgevaardigd, krachtens welke bepaalde personen aangehouden moesten worden. Daarnaast was de Militaire Commissaris verplicht, om redenen van veiligheid, in bijzondere gevallen per sonen te doen aanhouden en te inter neeren. Zoodra er iets meer orde was ge komen, was het dus de taak van den Militairen Commissaris na te gaan of inderdaad de gearresteerde personen de juiste waren en of de aanhoudingen op goede grond waren geschied. Boven dien waren er ongetwijfeld nog ande ren, die men nog niet had gearresteerd, maar daarvoor ook in aanmerking kwa men. De Militaire Commissaris for meerde dus een Commissie die belast werd met het onderzoeken van al deze zaken. Deze commissie voorzag zich van de medewerking van plaatselijke commissies, die haar inlichtingen moest verschaffen. Zooveel mogelijk zijn die plaatselijke commissies samengesteld uit menschen, die hun sporen verdiend hebben in de verzetsbeweging. Om te beginnen heeft de „Centrale Commissie," zoodra de Politie, welker bureaux tendeele verwoest waren en die dus eerst nog tot werken in staat

Krantenbank Zeeland

De Schakel | 1945 | | pagina 1