Ringrijders strijden om koninklijke trofeeën
Vaar- en wandelexcursies op en rond Neeltje Jans
MIDDELBURG - Elk jaar heeft Middelburg
twee folkloristische dagen. De eerste was
nog maar amper twee weken geleden, de
volgende is 9 augustus. Dan met ringrij de-
rij te paard op het Molenwater. De organi
satie is in handen van de Folkloristische
Commissie, daarin zijn vertegenwoordigd
de VW Middelburg en de Zeeuwse Ringrij -
dersvereniging.
In de maand augustus kunt u niet om Neel
tje Jans heen: elke week vinden er
diverse excursies plaats, wandel- en vaar
tochten.
A*.CTI ïW&iLC LK1H Kil G^<s><E>-a
Er komen 9 augustus
tweehonderd ringrijders
naar het Molenwater. Zij
strijden in zes verschil
lende banen om diverse
prijzen. De wedstrijd
wordt verreden over der
tig beurten. Alle dertig
ringen meenemen, bete
kent kampen om de eer
ste prijs de Simon Lous-
trofee.
UITSTRALING
De prijs met de meeste
uitstraling is ongetwijfeld
het beeldje van koningin
Beatrix. Deze wisseltrofee
wordt gewonnen door de
ringrijder die zich in de
kamp om de vijftien be
kers het sterkst toont.
Er zijn trouwens nog twee
koninklijke trofeeën: een
wisselbeker van Prinses
Juliana en de derde prijs
een wisselbeker van wij
len Prinses Wilhelmina
die al sinds 1947 beschik
baar is.
Zo'n koninklijke trofee
moet drie keer achter el
kaar of vijf maal in totaal
gewonnen worden om
definitief in bezit te krij
gen.
De versieringsprijzen zijn
er voor de mooist versier
de paarden.
FOLKLORISTISCH
In de zomermaanden
worden in alle dorpen op
Walcheren ringrijwed-
strijden gehouden. Het
steekspel is dan wekelijks
te bewonderen. De be
langstelling voor het ring
rij den is enorm toegeno
men, en daarmee is het
aantal wedstrijden flink
gestegen.
Tegenwoordig wordt in
de meeste plaatsen meer
dere keren per jaar de ring
gereden. Vroeger was dat
wel anders. Toen was er
per dorp een wedstrijd in
het jaar, die vaak op pink
sterdrie werd gehouden.
De boerenknechten
mochten eenmaal per
jaar op het paard van de
boer waar zij in dienst wa
ren, de ring steken.
Dat viel in die tijd voor
paard en ruiter niet mee,
want beiden kwamen on
geoefend aan de start wat
de nodige problemen met
zich mee kon brengen.
Een dag ringrijden bete
kende een dag ontspan
ning in het zware arbeid
zame leven van die tijd.
Het ringrijden had vooral
een folkloristisch karak
ter.
De prestatie was van min
der belang. Na de oprich
ting van de Zeeuwse
Ringrijders Vereniging in
1950 werd het wedstrijd
element steeds belangrij
ker. Er werden meer geza
menlijke wedstrijden ge
houden om zodoende het
prestatieniveau naar bo
ven te brengen.
In de jaren zestig leek het
de verkeerde kant op te
gaan. Het deelnemers
aantal aan de wedstrijden
slonk. Dit kwam vooral
doordat er door de me
chanisatie in de land
bouw minder gebruik
werd gemaakt van paar
den. Het waren juist deze
trekpaarden die voor het
ringrijden werden ge
bruikt.
BELANGSTELLING
Maar in de jaren tachtig
keerde het tij. Door de
toenemende belangstel
ling voor recreatief ge
bruik van paarden, steeg
ook weer de belangstel
lingvoor het ringrijden en
daarmee groeide de deel
name aan de wedstrijden.
Tegenwoordig heeft
Zeeuwse Ringrijders Ver
eniging zo'n 750 leden,
waarvan er zo'n 500 actief
aan wedstrijden mee
doen. Een groot aantal
van de deelnemers aan
wedstrijden doet meerde
re keren per jaar aan eve
nementen mee. Er is veel
jong bloed onder de ring
rijders. De jongste deel
nemers zijn 12 jaar.
Dat betekent dat het
voortbestaan van het
ringrijden in de toekomst
lijkt verzekerd. Met het
toenemen van het aantal
wedstrijden is het presta
tieniveau flink verhoogd.
Was het vroeger een uit
zondering als iemand alle
dertig te steken ringen
meenam, tegenwoordig
komt dit regelmatig voor.
Veel ringrijders oefenen
te paard of lopend van te
voren om zodoende ge
traind aan de start te ver
schijnen. Er is daardoor
minder ruimte voor de
tradities. Een daarvan, die
nog wel steeds op de
dorpswedstrijden in ere
wordt gehouden, is de
pollepel. Dat was vroeger
een prijs voor de ongeluk
kige deelnemer die de he
le dag geen enkele ring
aan zijn lans had weten te
steken. De pollepel werd
vroeger gebruikt op de
boerenhoven bij het be
reiden van de karnemelk-
se pap.
LAAGST IN RANG
Het knechtje wat het
laagst in rang was, was
belast met het roeren van
de pap. Hij werd dan ook
de papkoker genoemd.
Een begeerd baantje was
dat paproeren niet, want
de papkoker werd nog
niet voor vol aangezien.
Bij het ringrijden werd de
pollepel zodoende het
zinnebeeld van de onhan
digheid of onbekwaam
heid van de ringrijder.
Tegenwoordig is de polle
pel een felbegeerde ere
prijs, die aan het eind van
de wedstrijd wordt uitge-
kampt. Zo heeft het ring
rijden zich steeds meer
weten te ontwikkelen van
folklore tot folkloristische
sport.
KUNST
Het steken van de ring
met een lans op een gal
opperend ongezadeld
paard, dat is kort gezegd
de omschrijving van ring
rijden. Maar zo simpel is
het niet. Om tot een goe
de prestatie te komen is
het noodzakelijk dat de
ringrijder een paard be
rijdt, dat bij hem past.
Het moet een twee-een
heid zijn. De ringrijder
moet op zijn paard kun
nen vertrouwen, dat het
op het goede moment en
in de juiste galop gaat.
Het paard moet zijn berij
der kunnen vertrouwen
in de wijze waarop die
hem leidt. Veel ringrijders
oefenen dan ook te paard
in een baantje in de wei
om die balans te vinden.
Daarnaast is ringrijden
vooral een kwestie van
concentratie. Elke ringrij
der doet dit op zijn eigen
manier. Sommigen hou
den de concentratie de
gehele wedstrijddag vast,
anderen kunnen de con
centratie opbrengen op
het moment dat ze met
hun paard in de baan
staan.
CONCENTRATIE
Om een goede concentra
tie te oefenen wordt door
een aantal ringrijders lo
pend met de lans in de
hand op kleine ringen ge
oefend. Deze oefening is
ook van het grootste be
lang voor het zelfvertrou
wen van de ringrijder.
Want net als bij iedere an
dere sport presteert een
ringrijder die vertrouwen
heeft beter. Toch zijn er
ook ringrijders die nooit
oefenen en desondanks
uitstekende resultaten
behalen.
Sommigen draaien op
routine en hebben vroe
ger veel geoefend, maar er
zijn ook enkele natuurta
lenten bij die nooit geoe
fend hebben. Voor de toe
schouwer lijkt het een wa
re kunst om de ring te ste
ken, zeker wanneer de
ring tijdens het kampen
wordt verkleind en de
moeilijkheidsgraad daar
door toeneemt. De klein
ste ring steken, die een
doorsnede meet van
slechts 10 mm, is voor el
ke ringrijder prestatie van
formaat. Het betekent dat
je de kunst van het ringrij
den zeer goed beheerst,
en dat je een kunststukje
levert.
Elke woensdag, donder
dag en zaterdagochtend
en dinsdagavond kunt u
onder begeleiding van
een gids wandelen. Daar
naast kunt u iedere don
derdagochtend in Zierik-
zee opstappen om een
vaartocht te maken op de
voormalige waddenveer
boot De Friesland naar
Neeltje Jans voor een
wandeling aldaar.
Gedurende de maand au
gustus vinden de onder
staande excursies plaats:
Elke dinsdagavond, 19.00
uur: natuurwandeling
met als thema vogels;
Elke woensdagmiddag,
14.00 uur: natuurwande
ling met als thema plan
ten; Elke donderdagmid
dag, 14.00 uur: natuur
wandeling met als thema
strand; Elke zaterdagoch
tend, 10.00 uur: natuur
wandeling met als thema
landschap; Elke
donderdagochtend, 11.00
uur; gecombineerde vaar-
en wandelexcursie vanuit
Zierikzee naar Neeltje
Jans (tot ca. 16.00 uur).
De Wandelexcursie star
ten bij het naambord van
Natuurmonumenten en
Het Zeeuwse Landschap,
aan de Oosterscheldekant
van de parkeerplaats van
Waterland Neeltje Jans
(betaald parkeren). Deel
name aan de excursie
kost f 7,50; donateurs of
leden van Natuurmonu
menten of het Zeeuwse
Landschap en hun ge
zinsleden f 5,- en kinde
ren t/m 12 jaar betalen f
2,50.
De excursie duurt onge
veer twee uur.
De vaartocht met De
Friesland start in Zierik
zee, haven 't Luijtje.
Aanmelden vooraf is
noodzakelijk bij Rederij
Gebhard, tel: 0 10 - 265 02
96 of 06-55710933. Kos
ten: volwassenen f 27,50,
kinderen t/m 12 jaar f
17,50.
OPMAAT
Wilt u een excursie orga
niseren voor een eigen
groep of voor een speciale
gelegenheid? Excursies
kunnen op verzoek gege
ven worden; in vele talen
en voor verschillende
leeftijden. Ook rolstoelge
bruikers zijn van harte
welkom.
Bel voor een excursie op
inaat met mevrouw B.
Sandijck, Het Zeeuwse
Landschap (0 113) 5 69
110.