Van alcohol kan je genieten maar ook 'dood'ongelukkig worden
Windmolens, tulpen en klompen zijn verheven tot heilige symbolen
SCHELDEBODE VAN WOENSDAG 2 OKTOBER 1996
315
TEKST EN FOTO'S CEES MAAS
Komend jaar is het 150 jaar geleden dat
grote groepen Nederlanders de oceaan
overstaken en onder zware omstandighe
den in de Amerikaanse staat Michigan een
Nederlandse kolonie stichtten, met plaat
sen als Holland en Zeeland. De huidige in
woners gaan dat jubileum uitgebreid vie
ren, maar hoe Hollands of hoe Zeeuws zijn
ze nog? Vandaag het tweede in een serie
van drie verhalen. Kom natte voeten halen,
in Holland in Amerika.
Toerisme
Molens
Museum
Accentloos
Boeken
Karpers
Kitsch
Holland aan de overkant
-Het regent dat het giet en alle oude vrouwtjes lo
pen krom. De zware trucks met hun kenmerkende
Amerikaanse lange neuzen kreunen langzaam
door de hoofdstraat. De ramen van Pietro's Trat
toria beslaan en ik bestel een kopje koffie. De
slappe bak die na een tel op tafel staat is warm,
dat wel.
Vriendelijk vraagt de serveerster of ik een free re
fill wil, ze houdt de koffiekan al klaar. Maar ik
schud nee. Die regen is al erg genoeg.
Mensen komen druipend binnen met kranten op
hun hoofd. Ja, ja, het is een Hollands weertje in de
hoofdstraat van Holland in Amerika. Een meisje
in een T-shirt met tulpen erop pakt het tafeltje
naast me. „Hello sweety," zegt ze.
Dit stadje, en daar was ik al snel achter, heeft al
lang ontdekt dat weinig in de jonge cultuur van
Amerika zo goed verkoopt als juist dat oude Euro
pese. Windmolens, tulpen en klompen zijn hier
dus verheven tot heilige symbolen waarmee je geld
en nog meer geld kan maken. Het jaarlijkse Tulip
Belangstelling voor de voorvaderen die 150 jaar geleden de oversteek maakten.
love Gouda cheese, en op de achterbank zat een
keeshond. Ik heb me zelden zo klef Hollands ge
voeld als op dat stukje weg.
Maar de Hollandse kitsch is slechts de buitenkant.
„We zijn nummer één in bosbessen, in eieren, kal
koenen en in veeteelt," vertelde Sally Laukitis, de
directrice van het Toeristenbureau me vanmorgen.
De grootste fabriek van augurken (van Heinz)
De klompenindustrie tiert welig.
Time Festival in mei trekt honderdduizenden be
zoekers en de winkels staan vol met de kitsch van
Delfs Blauw en miniatuur windmolentjes.
Mijlenver voor de stadsgrens schreeuwen de recla
meborden je het langs de highway in drie kleuren
al toe: 'kom kijken naar ons Windmill Island!, be
zoek ons originele Dutch Village! Holland ver
koopt haar Nederlandse erfenis met alle kracht.
Maar ik kom net uit het nabijgelegen slaperige
stadje Zeeland, waar ze helemaal geen reclame
maken voor klompen en tulpen, dat hebben ze fi
nancieel ook niet nodig, maar dat nog wel voor 90
procent uit afstammelingen van Nederlanders be
staat. In Holland woont maar 60 procent afstam
melingen, las ik. Zeeland is dus eigenlijk Holland
ser, ook puurder dan Holland, en dat merk ik aan
de sfeer.
Overal zie je het. In de stadsplantsoenen staan uit
gebloeide tulpen. Daarnet, voor het ging gieten
van de regen en alle oude vrouwtjes nog rechtop
liepen, reed ik Holland binnen over de US31 en
passeerde een klompenfabriek (The Wooden Shoe
Factory) en een tulpenfarm (Veldheer Tulip Gar
dens). De auto voor me had de achterraamsticker I
staat in Holland en verreweg de meeste van de
31.000 inwoners verdienen goed hun kost met heel
andere zaken dan klompen en tulpen. De streek is
rijk, al blijft de sector toerisme er één van groot
belang. En daar gaat het niet goed mee, maar
daarover straks meer.
Ha, het is droog. Het restaurantje loopt leeg. Ik
wandel langs huizen met oude Hollandse opschrif
ten het historische district in en verdwaal in een
wereld van prachtige huizen. Het is heel stil, geen
mens op straat, geen muziekje door een open
staand raam. Eekhoorntjes ritselen in tuinen en de
gazonnen liggen te dampen in de zon.
Hier staan de houten villa's van de kolonisten die
na een hard begin een bloeiend leven hebben opge
bouwd in dit land van onbegrensde mogelijkhe
den. De mislukten, daar zie je niets meer van,
want die bouwden geen villa's. Er komen wat
mensen op straat, een postbode rijdt voorbij, de
bomen stoppen met druppelen, de sfeer is vriende
lijk en aangenaam. Holland, vind ik, is een mooie
stad.
Dat is wel leuk. De politiemannen dragen hier een
badge op hun mouw met de tekst: eendragt maakt
magt, God zy met ons. Dat is echt oud-Hollands.
Mag ik daar een foto van maken, vraag ik aan een
diender. 'Yes sir,' zegt de man en poseert gewillig.
Iedereen is zo vriendelijk, de agent zwaait me zelfs
na.
Zo kom ik bij het museum dat geen museum is. Er
staat een bord voor met de melding dat het hier
het Nederlandse Museum betreft, maar al snel
ontdek ik dat dat museum is verhuisd naar de
overkant van het park.
„Hallo daar," klinkt het uit het huis als ik de on
afgesloten voordeur opendruk. Een beweeglijke
man in korte broek noodt me binnen, hij komt wa
rempel uit Terneuzen.
Zijn verhaal is kenmerkend. Rein Wolfert is de
zoon van de Terneuzense dominee en verzetsman
P.H. Wolfert die aan het einde van de Tweede We
reldoorlog door de Duitsers is gefusilleerd. In de
jaren zestig, toen de oude boerderij van de familie
moest wijken voor de komst van de chemiegigant
Dow Benelux, zocht Rein met zijn broer Simon het
geluk in Amerika.
Maar de economie zat tegen en de Terneuzense
Rein werd leraar Duits in Holland in Amerika, en
Simon uiteindelijk dominee in een andere streek.
Rein vertelt het in accentloos Nederlands, ik moet
moeite doen om nog een spoortje Zeeuws-Vlaams
dialect te horen.
Rein en zijn vrouw Kay, die uit Almelo stamt en
nooit meer terug wil, hebben onlangs dit prachtige
oud-Hollandse huis gekocht. Ze hebben de villa
omgebouwd tot bed breakfast-adres en kregen
vorig jaar zowaar Relus ter Beek te logeren, de
vroegere minster van defensie en commissaris van
de koningin in Drenthe die op bezoek was in Hol
land omdat hij komend jaar bij het 150-jarig be
staan zal zijn. De provincie Drenthe geeft dan een
standbeeld aan het dorpje Drenthe, ook hier in de
buurt, maar dat is weer een heel ander verhaal.
Rein Wolfert is blij in Amerika, vertelt hij. „Wat je
hier de laatste jaren ziet opkomen is dat mensen
wéér trots worden op hun Nederlandse afkomst.
Dat lijkt vreemd in een stadje zo vol met tulpen en
klompen als Holland, maar tijdenlang vonden
mensen het beter om te verzwijgen dat ze immi
granten waren. Die stonden toch minder aange
schreven dan de echte Amerikanen. Dat is nu ge
lukkig snel aan het veranderen."
„Doe de groeten aan mijn neef Kees Dekker in
Zaamslag," zegt Rein Wolfert en ik beloof hem
dat. „Over de Schelde uitkijken, dat mis ik wel,"
zegt hij nog en ik knik. Zou ik ook missen.
Twee minuten verder met de auto ligt een schil
derachtige villa, een museum, omdat de eerste
burgemeester van Holland daarin woonde.
En dat was Isaac Cappon uit Retranchement. Zijn
huis is Noord-Italiaans van architectuur, donker
bruin barok van binnen en ademt oude rijkdom.
Luchters van Venetiaans kristal, gordijnen van
brokaat. Hier woonde een betekenend man, flui
steren de stenen.
Zijn verhaal is dat van de krantenjongen die mil
jonair werd. Als zeventienjarige jongen ontvlucht
te hij zijn dorpje in Zeeuws-Vlaanderen, scheepte
zich in en begon in Michigan in 1848 na een aantal
baantjes een leerbedrijf met een compagnon. Hij
slaagde erin een regeringscontract te krijgen en le
verde laarzen aan de Noordelijken in de Ameri
kaanse burgeroorlog. Daarmee maakte hij zijn
fortuin.
Op ander vlak stond Cappon ook zijn mannetje.
Bij zijn eerste vrouw Catharina kreeg hij elf kin
deren. Zij stierf en hij hertrouwde op 61-jarige
leeftijd met de 26-jarige dienstmeid bij wie hij nog
eens vijf kinderen maakte. Wat hem trouwens in
grote problemen bracht met zijn gemeentebestuur,
want men vond het behoorlijk ongepast. Zijn laat
ste dochter Ida stierf enkele jaren geleden op 100-
jarige leeftijd.
Een enthousiaste vrouw leidt me rond door het do
mein van deze viriele Zeeuws-Vlaming. Ze vertelt
en vertelt. Een versleten vloermat, een rekje voor
pijpen. En een boekenkast. Maar wat voor een
boekenkast! Twee originele in leer gebonden en
stukgelezen boeken van de Afrika-expeditie van
Henry Stanley, de man die Livingstone ontdekte.
De hele eerste editie van Dickens' Pickwick Pa
pers. Boeken over filosofie, over andere culturen,
Cappon was een belezen mens.
Hij werd ook bekend als de eerste man die zijn
dochters naar de universiteit stuurde. Eén dochter
werd missionaris in China. Cappon kwam op een
geven moment hard in botsing met de stichter van
de stad, de orthodoxe dominee Van Raalte. Die
was al steenrijk geworden
door de handel in percelen
grond, en heerste over zijn
kerkgemeenschap als een
dictator. Cappon stak demo
cratischer in elkaar en vond
dat de bevolking van Hol
land meer te zeggen moest
hebben. Zijn conflict met
Van Raalte leidde er indirect
toe dat Van Raalte aftrad.
Een hongerige maag kan men vullen aan de Marktstraat.
Ik krabbel al dat soort feitjes
op het foldertje van The Cap
pon House Museum en begin
alweer honger te krijgen.
Even nog naar het Windmill
Island, want dat moet je ge
zien hebben, zegt iedereen.
Het kost vijf dollar om erin
te komen. Dikke karpers
snuiven aan de oppervlakte
van het water langs de weg die me naar een kleine
souvenirsshop voert, langs wat treurige Hollandse
geveltjes en tenslotte naar het pronkstuk waar het
hier allemaal om draait: de 200 jaar-oude Bra
bantse windmolen De Zwaan. Het ding is in delen
verscheept uit Nederland en werd hier weer opge
bouwd. De enige real Dutch windmill in de USA,
komt dat zien.
Ik heb het al snel gezien. Evenals een gezelschap
Amerikaanse toeristen. We worden niet onvrien
delijk maar plichtmatig rondgeleid door een Ame
rikaanse in Volendammer klederdracht. Na afloop
krijgen we voor de molen een klompendans te zien.
Dezelfde automatische bewegingen, en de toeris
ten geeuwen terwijl de regen alweer begint te val
len. Ik vlucht de auto in, lang voordat de dans ten
einde is.
De bezoekersaantallen van het park kelderen en ik
heb zojuist mee mogen maken waarom. Maar er
liggen plannen voor een heel nieuw openluchtmu
seum, met veel meer gebouwen uit Nederland,
hoorde ik. In oktober wordt er al een compleet
koetshuis geïmporteerd.
Eten in echte kitsch doe je in The Dutch Village,
een nagebouwd Nederlands dorp waar de regen op
rode plastic dakpannen tikt. Het is wel leuk, een
friemelstadje met een Rembrandtstraat, een
zweef, en een heuse ophaalbrug. Het is een spruit
jessprookje waar iedereen lang en gelukkig leeft
van de toeristendollars.
Naast veel kitsch van Delfts Blauw is er ook de
Hollandse vlag te koop.
Bij Café De Zoete Haan hebben ze een foutje ge
maakte en het De Zeote Haan genoemd. Vandaag
zag ik in een Hollandse souvenierswinkel een bak
fiets die ze 'bakfiet' noemden, die taalkronkeltjes
kom je overal tegen. Die van Michigan nemen het
niet zo nauw.
Twee Japanners fotograferen elkaar voor een
Amerikaanse brandkraan. „Typical Dutch, "zegt
de ene tegen de ander, 'dat is nou typisch Neder
lands'. Ik passeer ze en wijs op mijn borst. „Typi
cal Dutch," zeg ik en ze lachen en roepen „Yes,
yes." De menukaart in de Queen's Inn (rookvrij
sinds 1994, we are proud to say) leest grappig weg.
Ze hebben er Hollandse specialiteiten als nasi go-
reng, saucijzebroodjes, erwtensoep, Dutch met
worst en hutsput, met spelfout en al. En als topper
de kip Beatrix, die ik vanavond eens lekker ga ver
slinden. Chicken Beatrix is de huisspecialiteit.
Uitgebeend, gevuld met champignons en met een
topping van Zwitserse kaas verschijnt deze ko
ninklijke kip voor mij op tafel.
Een mondvol Beatrixkip en een glas vol Heineken,
terwijl de huismuziek de tulpen uit Amsterdam
laat langskomen en de kelner op klompen over de
vloer tikt. Nu nog een regenbui en ik geef me over.
Alcohol is merkwaardig spul. Je
kunt er van genieten en je kunt
er 'dood'ongelukkig van wor
den. Alcohol komt via de slok
darm eerst in de maag en ver
volgens in de darmen terecht.
Van daaruit gaat het onver
teerd naar de bloedbaan. De al
cohol verdeelt zich over alle
vocht in het lichaam, dus ook in
de hersenen. Die hersenen ra
ken door alcohol verdoofd. Bij
een kleine hoeveelheid wordt
dat vaak als prettig ervaren, je
wordt wat vrijer, wat vrolijker.
'Even de zorgen van de dag
wegdrinken', een veelgehoord
excuus voor een glas alcohol.
Op zich is dat meestal ook
geen probleem. Dat wordt het
wel als het niet bij een glaasje
blijft. Als men doordrinkt,
wordt het verdovend effect
sterker. Het reactievermogen
neemt af, bewegingen worden
minder gecontroleerd, de blaas
raakt sneller overbelast. Drink
je nog meer, dan kun je bewus
teloos raken, of een black-out
krijgen. De herinneringen ver
vagen dan. Dat kan gevaarlijk
zijn voor jezelf, maar ook voor
anderen.
Alcohol wordt in het lichaam
afgebroken door de lever. Per
glas doet de lever daar onge
veer anderhalf uur over. Dat
proces is niet te versnellen,
ook niet door zwarte koffie of
een rauw ei. Het lichaam (de
lever) heeft gewoon de tijd no
dig.
Regelmatig veel drinken is
schadelijk voor het lichaam.
Het is een sluipend proces en
wordt vaak door de drinker
niet onderkend. De lever, de
maag en de alvleesklier zijn
het meest kwetsbaar. Maar
ook het hart, zenuwstelsel en
hersenen lijden eronder. Bo
vendien wordt de kans op kan
ker aan de mond, keel en slok
darm groter. Mannen kunnen
op den duur impotent worden
en vrouwen krijgen vaak
menstruatie-stoornissen. Ten
slotte kun je ook nog eens op
een heel ongezonde manier dik
worden.
Wanneer ben je verslaafd aan
alcohol
Heb je vaker trek in een glaas
je, niet alleen 's avonds maar
ook overdag? Komt het vaak
voor dat je 's ochtends spijt
hebt van wat je de avond tevo
ren hebt gezegd, als je het nog
weet tenminste Heb je meer
last van hoofdpijn, maagpijn,
zweten, slecht slapen, vergeet
achtigheid? Dat kunnen alle
maal signalen zijn die er op
wijzen dat het alcoholgebruik
te hoog is. Probeer dan het ge
bruik tot normale proporties
terug te brengen. Soms is radi
caal stoppen de beste oplos
sing. Lukt dat niet, neem dan
contact op met de huisarts of
met het CAD (Consultatiebu
reau voor alcohol en drugs) of
met de AA (Al Anon).
Wist u dat er in Nederland bij
na een miljoen mensen proble
men heeft door of met het ei
gen drankgebruik Dat er on
geveer 2500 doden per jaar te
wijten zijn aan alcoholge
bruik, alleen al aan 'alcohol
ziekten' en kanker