De historie van Zeeland
woensdag 18 september 1996
In de eerste helft van de vorige eeuw
emigreerden grote groepen Nederlanders
naar Amerika. Dat had twee redenen. Na de
Franse tijd heerste er veel armoede en de
oorlog met België in de jaren dertig
verergerde dat. Daar kwam dan nog bovenop
dat er een cholera-epidemie woedde en er in
1846 een vee- en aardappelziekte
vernietigend toesloeg, zodat een hongersnood
uitbrak. Naast de armoede was er de
geloofsvervolging, die met name de
Christelijk Afgescheiden Gemeenten trof.
De Calvinisten mochten hun godsdienst niet
uitoefenen, hun voorgangers kregen
gevangenisstraffenen geldboeten. De
regering paste de zogenaamde Code
Napoleon toe, waarbij samenkomsten van
meer dan 19 personen werden verboden.
Geheime kerkdiensten in boerenschuren
waren het gevolg en een aantal dominee's
besloot met hun gemeenschap te emigreren.
Zo ook dominee Cornelius van der Meulen,
bijgenaamd de Apostel van Zeeland. „Gij
zult mijn aangezicht hier nooit meer zien",
zei hij bij zijn afscheid in Goes, en samen
met de steenrijke Borsselse boer Jannes van
de Luijster trommelde hij zijn mensen op.
Van de Luijster verkocht zijn boerderij voor
60.000 gulden en betaalde heivan de
overtocht voor veel van zijn armlastige
geloofsgenoten.
Een groep van 457 landverhuizers stak in het
voorjaar van 1847 van wal. Twee schepen
onder leiding van Van de Luij ster en Jan
Steketee vertrokken vanuit Rotterdam en één
schip, onder leiding van Van der Meulen en
J. Kaboord, vertrok uit Antwerpen.
Maar niet nadat twintig kinderen en een
vrouw gestorven waren aan een
mazelenepidemie aan boord.
De tocht was zwaar en pas na 63 dagen
kwamen ze in New York aan. Daar besloten
ze zich te voegen bij de groep van dominee
Van Raalte die zes maanden eerder in
Michigan was begonnen met het stichten van
de plaats Holland. Van der Meulen besloot
Zeeland te stichten in de wildernis nabij
Holland en een zware en onzekere toekomst
begon.
Met man en macht en vele ossen werden de
bossen in de ziekmakende moerassen gerooid
en de grond ontgonnen. Velen stierven in die
eerste decennia en pas in 1866 werd de eerste
kerk met stenen fundering gebouwd.
Naar model van de kerk in Axel, want bij de
pioniers hoorde ook de Axelse diaken en
timmerman Jan de Pree die zich kennelijk de
bouwtekeningen van de Axelse kerk nog
goed kon herinneren.
Vissen
Keurig
Drooglegging
TEKST EN FOTO'S CEES MAAS
Rijk en conservatief
Het plaatselijk museum.
Zeeland aan de overkant
Komend jaar is het 150 jaar geleden dat grote groepen
Nederlanders de oceaan overstaken en onder zware
omstandigheden in de Amerikaanse staat Michigan
een Nederlandse kolonie stichtten met plaatsen als
Holland en Zeeland. De huidige inwoners gaan dat ju
bileum uitgebreid vieren, maar hoe Hollands of
Zeeuws zijn ze nog Vandaag het eerste in een serie
van drie verhalen. Kom maar mee, naar Zeeland in
Amerika.
Het zand is warm en vochtig. Het
zonlicht zo intens dat mijn oog
hoeken druppen. Windstil. De
geur van rotte vis is overweldi
gend. Dode en bijna-dode ansjo
vis, de rivier opgezwommen om
te paaien en vervolgens te ster
ven, spoelt in witte golven aan.
Verder is het hier prachtig.
Ik bevind me op de plek waar de
Zeeuwse kolonisten 150 jaar ge
leden aan land kwamen, en acht
kilometer verderop het binnen
land in, het plaatsje Zeeland
stichtten. Op deze plaats besloten
ze te landen. Waar Lake Macata-
wa, het vroegere Black Lake, uit
mondt in het reusachtige Lake
Michigan. Misschien is het waar
om niet moeilijk. Want het lijkt
hier zo op Zeeland, op het oude
land. Ik zie hoge duinen, als bij
Dishoek. Omhoogstekende pluk
ken helmgras, een bleek strand,
alleen de Duitse toeristen man
keren. Het kan zo Zeeland zijn.
Herkenbaar land. Achter de dui
nen ligt bos tot in Canada. Ge
mengd loofbos met heel af en toe
een witte pijnboom, het symbool
van de Michigan. Ik voel me thuis
als in een oude vertrouwde
broek, maar ik weet nier waar
om.
Of de duvel er mee speelt, op de
pier waar de Borsselse boer Van
de Luijster en de Axelse koster
De Pree zich anderhalve eeuw
geleden ontscheepten, staat nu
een oude Zeeuw te vissen, op lar-
gemouth bass. „Howdi, Howard
Kole is de naam. Getrouwd met
het meisje Diekuuper, die daar
staat te vissen.Hij is, you know,
de achterkleinzoon van een Oost-
Souburger die op 12-jarige leef
tijd emigreerde naar Zeeland.
Het leven was hard, maar harder
nog werkten overgrootvader en
de afstammelingen. En het loon
de. Opa Kola bezat aan het eind
van zijn leven boerderijen, paar-
denfarms en winkels. De familie
kan er nu goed van leven. Zeven
maanden van het jaar rentenie
ren in Florida, de rest van de tijd
hier, vissend op de pier. Zijn
vrouw heet De Kuiper, haar
grootvader emigreerde uit Mid
delburg, many many years ago,
you know. Howard kankert op de
duizenden Spaans-taligen die in
de streek zijn komen wonen om
in de welvarende fabrieken te
werken. Er is een grote vraag
naar werknemers, werkloosheid
komt niet of nauwelijks voor in
deze streek. „Echt crimineel is
het hier nog niet, maar het gaat
achteruit, we zijn niet meer on
der ons", zegt Howard. Hij loert
naar zijn vissende buurman, een
Vietnamese Amerikaan die van
morgen uit Chicago is gekomen
om hier te vissen. Hij vangt de
ene na de andere baars en roept
bij elke vangst allright, allright
„Wat hem betreft weet ik het
niet", bromt Howard Kole. En op
het parkeerterrein van Holland
State Park, de naam van deze
plek, staan de auto's onafgeslo
ten en soms met de sleutels er nog
op, geparkeerd. Hoezo, crimina
liteit
Op naar Zeeland. Comfortabel
zoevend over de St. Jamesstreet
in mijn huurauto is het eerste te
ken een witte watertoren waarop
'Zeeland Township' staat. Dan
volgt het plaatsnaambordje van
de stad. Zeeland heeft in 1994
niemand minder dat Miss Michi
gan geleverd, lees ik onder dat
bord. Op dus, naar Zeeland. Ik rij
door keurige lanen met gescho
ren grasvelden en ben in Ameri
ka zoals ik me Amerika voorstel
de: brede straten met grote hou
ten vrijstaande woningen met ve
randa's ervoor. Per huis twee
brievenbussen, eentje voor de
post, eentje voor de press. Bij elk
huis staan twee, vaak drie en ook
soms vier auto's. Bakken van wa
gens zijn erbij, veel BMW's ook,
terreinwagens en luxe pick-ups,
maar toch ook aardig wat Japan
ners. Het ruikt hier naar geld. De
autoradio brengt op alle stations
uitsluitend gospel en op de melo
die van 'Jesus is my everything'
zweef ik langs huizen als kaste
len. De lucht is vol madeliefjes.
Een zwarte eekhoorn steekt ze
nuwachtig over. Mijn eerste in
druk van de hoofdstraat van Zee
land: schoon en saai. Vooral
schoon. En op een on-Ameri-
kaanse manier ergens gezellig,
met die loofboompjes tussen de
parkeervakken en de winkels. De
oudheidkundige vereniging, The
Zeeland Historial Society, heeft
aan de gevels van oude gebouwen
bronzen plaatjes geschroefd, met
een verhaaltje over de geschiede
nis van het huis. Ik slenter langs
de plaatsen waar ze ooit woon
den: de De Pree's, de Dekkers, de
Van Kbeverings. Iedereen die je
tegenkomst heeft wel wat met het
oude land. Ik draag een schou
dertas met het logo van de pro
vincie Zeeland en dat geeft aan
spraak. Ze vertellen je spontaan
hun Europese achternaam, en zo
kom je op een wandeling door de
hoofdstraat van Zeeland de Hui-
zenga's en de Lokerse's tegen.
Een mevrouw De Jong, de kip
penboer Geerligs en het kassa
meisje dat De Pree heet, ze
spreekt het uit als 'duprie'. Ze
willen alles weten, alles vetellen,
er wordt gehunkerd naar het ou
de land. De eigenaar van de
hardware store is een Fin met de
naam Etelamaki. Hij vertelt bij
na elke avond met zijn computer
via Internet contact te zoeken
met Finland maar het valt niet
mee, want weinig Finnen kennen
Engels en hij heeft als emigrant
Hollands State Park waar de Zeeuwen bijna 150 jaar geleden landden.
ten Zeeland en drinken het bin
nen Zeeland op", grapt een oude
man achterin het restaurant. Zijn
vrienden lachen. Dit is een zeer
speciaal clubje, want ze zijn mil
jonairs, al zie je dat er niet aan af.
De mannen komen hier tweemaal
daags bijeen en bespreken dan de
toestand van alles. 'Rentenierend
Koffie Drinking Vereniging'
meldt het bordje boven hun
De stichters: Van de Luijster en Van der Meulen.
van de derde generatie nooit Fins
gesproken. Toch zoekt hij door,
avond na avond.
Honger, heb ik. In Abbey's Allie,
het enige restaurant in de hoofd
straat, koop in een heerlijke kal-
koensandwich die kaakkramp
geeft vanwege de omvang. „Hal
lo, he bent nieuw hier", stelt de
sproetige serveerster vrolijk vast.
Bier kun je niet kopen hier. Zee
land telt veel kerken, maar geen
enkele kroeg. De hele stad ligt
namelijk droog., Dat besluit
stamt nog uit de tijd van de na
tionale drooglegging en heeft al
les te maken met het conservatie
ve en Godvrezende karakter van
de stad. „Ach, we kopen het bui
stamtafel in onbeholpen Neder
lands. Het is leuk. De mannen
houden elkaar een beetje voor de
gek. Meneer Kroll, een man van
over de zeventig met een zwarte
bril, moet het ontgelden. Hij is
nog nooit in het oude land ge
weest. „Logisch", schateren de
anderen, „niemand wil hem daar
hebben." „Maar ik heb daar wel
familie", reageert Kroll. „Ja, in
de dierentuin", de mannen brul
len het nu uit. Ze bieden aan sa
men voor zijn ticket te betalen als
ik hem mee wil nemen naar Ne
derland. „Maar we betalen alleen
een enkele reis", roepen ze en
Kroll reageert gemaakt boos. Die
sfeer.
Ze kennen nog wat woordjes Ne
derlands en ook nog wel wat
Zeeuws, maar het is te weinig.
'Een klaine beetje' en 'woekaat-
tut' zijn favoriet.
En de grote woordgrap dat in Ne
derland een neef ook een nicht
kan zijn, dat vinden ze zeer om te
lachen. Randall M. Dekker, een
rustend miljonair die een three
billion dollar bank bestuurde,
weet nog een stoffige gouwe ou
we: 'de Zeeuwse taele is de mooi
ste taele van allemaele'. Zijn ge
zicht splijt in een glimlach. Het
spijt hem dat de oude taal ver
dwijnt en eigenlijk alleen hun
achternamen nog herinneren aan
de kolonisten van over de oceaan.
„Maar aan de andere kant zijn
we Amerikanen. Veel families
hier hebben zonen gegeven voor
de Amerikaanse oorlogen, ver
geet dat niet. We zijn in de eerste
plaats Amerikaan."
Hoe moet ik dit Zeeland nu type
ren, leg ik deze wonderlijke ver
gadering van rijken bij wijze van
rondvraag voor. Het antwoord
komt snel: „Wij zijn een family
town, een familiestad met goede
sociale controle. Een stad waar
normen en waarden nog worden
hooggehouden. We zijn harde
werkers, rijk en conservatief. We
stemmen Republikeins. En we
zijn religieus, al is het niet zo
streng en kennen we geen zwar-
te-kousenkerk als in Nederland.
Zeker negentig procent van de
protestantse bewoners gaat iede
re zondag naar één van de tien
kerken, dat varieert van Neder
lands Hervormd tot Gerefor
meerd, Christelijk Gereformeerd
en evangelische kerken. En we
houden ook van een grapje."
Burgemeester Lester Hoogland
voert me in zijn Jeep Cherokee
een halve middag lang door de
stad en de onmiddellijke omge
ving. Verscholen achter lover en
glasgevels, ligt de echte rijkdom
van Zeeland. We rijden langs de
hoofdkantoren van enkele van de
grootste bedrijven van de wereld.
Bristol-Meyers, de grootste fabri
kant van instant-babyvoedidng.
Howard Miller, wereldwijd
marktleider in de fabricage van
staande klokken. DDe grootste
fabrikant van klerenhangers
vind je in Zeeland, grote fabrie
ken voor kantoormeubilair, dat
soort business. „In Zeeland wo
nen 5600 mensen", vertelt de
burgemeester, „maar tussen zes
uur 's ochtends en zes uur 's
avonds komen er ruim tiendui
zend bij.
Dat zijn de mensen die in onze
bedrijven werken en soms vanuit
een andere staat op en neer pen
delen." De ondernemer Howard
Miller, die zijn Nederlandse
naam Molenaar aanpaste, schonk
miljoenen guldens aan de stad
voor de bouw van een schitteren
de nieuwe bibliotheek annex
stadscentrum. De burgemeester
deed de fondswerving, indachtig
zijn overleden vader, Frank
Hoogland, die ooit in een garage
een bibliotheek begon. Het is
normaal dat grote bedrijven fors
bijdragen aan de gemeenschap.
Zeeland als stad heeft een riante
financiële reserve van 10 miljoen
gulden. Door de eigen waterzui
vering, een andere trots van de
stad, is het drinkwater er goed
koper dan in de rest van Michi
gan. Datzelfde geldt voor de elek
triciteitsprijs. Een grote trots is
ook het ziekenhuis. Dat werd uit
gekozen tot een van de honderd
beste ziekenhuizen van de hele
USA. De christelijke lagere scho
len met 750 leerlingen draaien
zonder een cent subsidie. Kerk en
ouders betalen alles, de ouders
zelfs 3588 dollar per jaar per
kind. Kom daar in het oude land
eens om. Terug naar het Zeeland-
gevoel. Ik zie het in de Zeeuwse
koppen om me heen. Ik ontdek
het ook in een gesprek met direc
trice Ann L. Query van de lokale
Kamer van Koophandel. Ze
schrijft de welvaart van Zeeland
toe aan het Calvinistische ar
beidsethos van de kolonisten en
hun afstammelingen. „We wer
ken hard en staken nooit.
De infrastructuur is uitstekend
en de grondprijs laag. De grote
bedrijven komen hier graag." Het
was op een persconferentie vorig
jaar in Middelburg in het oude
land. Daar werden de opvallend
goede resultaten van de Zeeuwse
zeehavens gepresenteerd. Als een
voorname oorzaak voor dat suc
ces werd gezegd dat de Zeeuwen
internationaal zo bekend staan
als harde werkers. Het oude
bloed blijft kennelijk voortbe
staan aan beide zijden van de
oceaan. Ik wandel nog wat langs
de monumenten. Het eerbetoon
aan de stichters, dominee Corne
lius van der Meulen en de rijke
boer Van de Luijster. Ik lees op
een marmeren zuil in klaar Ne
derlands: 'hier rusten onze eerste
doden'. Het meegesmokkelde
Zeeuwse duinroosje komt nu van
pas. Ik leg het verfrommelde
bloemetje aan de voet. Hierzo.
Alleen een roodborstje ziet dit
wat knullige eerbetoon. Langs de
kerk, die ooit is gemaakt uit de
bouwtekeningen van de Axelse
kerk. De begraafplaats met de
namen: de Oggels, de Wiskerk's,
de De Feijters, de Vermeulens en
de Steketee's. Als die pioniers
vanonder hun grafsteen eens
konden zien wat er geworden is
van de ellendige plek vol muskie
ten, moerassen en boomstronken,
waar zij 150 jaar geleden hun
ruggen op braken om het te ont
ginnen.
De poen, de welvaart. In het lo
kale museum, het Dekker Huis,
sta ik wat erloren bij de verweer
de klompen van Jannes van de
Luijster. Dat zijn nog eens monu
menten. Ik wrijf even over de
keukenstoel, waar zijn vrouw Di-
na Naeije op zat tijdens de barre
overtocht naar hier. Ze kwam
van Biervliet. Zeeland aan de
overkant heeft duizend verhalen
die niemand opschrijft. Je komt
er blanco op ontdekkingsreis en
je eindigt wat stilletjes bij een
paar versleten klompen. Zo moet
het zijn.
Het lijkt op het oude land. Dui
nen, strand, alleen de Duitsers
mankeren.
„Wij zijn een family town, waar
normen en waarden nog worden
hooggehouden"
Een van de vele winkeltjes die nog herinneren aan het verleden.
De westelijke toegangsweg tot Zeeland Michigan.