Als de sluisjes waren dichtgedraaid Werken van Lücker in het Stedelijk cs HAIU KMJ\JÏ Journalisten blikken terug op hun werk tijdens de watersnoodramp JV i Het landschap na de ramp Halfstok vlaggen tijdens herdenking Watersnood VOOR DE HELFT VAN DE HELFT Duits expeditiebedrijf Kreis bouwt een overslagcentrum 0 Vlissingers bleven tamelijk laconiek tijdens de ramp Opruiming J.P.A. Rossël tandprotheticus Expositie Ruedisueli bij V&D Egels beschermd Bovenverdieping NIEUWE KUNSTGEBITTEN ESCHELDEBODE 90e JAARGANG. VERSCHIJNT WEKELIJKS GRATIS HUIS-AAN-HUIS IN DE GEMEENTEN: VALKENISSE, VLISSINGEN, WESTKAPELLE, ARNEMUIDEN, DOMBURG, MARIEKERKE, MIDDELBURG EN VEERE TOTALE OPLAGE: 47.300 EX. DE SCHELDEBODE IS EEN UITGAVE VAN DE STEM-WEEKBLADEN. KANTOOR: SCHELDESTR. 7-9 - VLISSINGEN - TEL. 01184-19910 - POSTBUS 5051 - 4380 KB VLISSINGEN. WOENSDAG 301 27 JANUARI 1993 M V VLISSINGEN - In het Stede lijk Museum aan het Bel lamy park is tot en met 18 april grafish werk van Eugène Lücker te zien. Het werk van Lücker wordt in de eerste plaats gekenmerkt door stads gezichten. Al reizend door Ne derland, België, Frankrijk en Italië werden vooral kerken en andere opvallende gebouwen vastgelegd als ets of aquatint. De expostie in het Stedelijk bestaat vooral uit werken die Lücker in het gebied rond de Westerschelde maakte. Eugène Lücker werd in de vo rige eeuw in Roermond gebo ren uit Duitse ouders. Zijn va der was kerkschilder en zijn grootvader stond bekend om zijn artistieke aspiraties. Toen Eugène plannen ontvouwde om zich op de kunst toe te leggen stuurden zijn ouders hem naar een kostschool om onderwijzer te worden. Eugène behaalde zijn acte maar bleef in de avonduren de avondteken- school in Roermond volgen. In 1903 kon hij het nuttige met het aangename combineren met een'benoeming als tekenle raar aan het Canisiuscollege in Nijmegen. In de daaropvolgen de jaren vindt hij een geheel eigen kleurstelling met heldere landschappen in frisse tinten en met gele en oranje/rode zon en herfsteffecten. Deze manier van werken wordt luministisch genoemd. Van begin af aan is het land schap en het stadsgezicht Lückers hoofdonderwerp. Een enkel portret en wat stilleven^ spelen geen belangrijke rol. In 1910 begint hij met het maken van etsen. Hij had nog niet direct een etspers tot zijn beschikking en daarom ge bruikte hij aanvankelijk de mangel van zijn vrouw. De mangel was geen lang leven beschoren. De eerste etsen zijn klein en romantisch van composities. Vrij snel begint hij wat groter te werken en drukt hij af in kleur. De kleurendruk was in die tijd voor Nederlandse be grippen erg ongewoon. De Et sclub vindt kleurendruk strij dig met met het wezen van de etskunst, terwijl de techniek in België en Frankrijk al heel ge woon wordt gevonden. Lücker bekommert zich niet om de kritieken en houdt ruim twin tig jaar vast aan de arbeidsin tensieve techniek, waarbij voor elke afdruk de gekleurde inkt nauwkeurig op de plaats aan gebracht moet worden. Lücker houdt het echter altijd bij één kleur per afdruk. Vanaf 1915 wordt het werk van Lücker wat temperamentvol ler. De etser past zware donke re partijen toe, gebruikt zwie pende lijnen en krijgt sterke voorkeur voor ongewone plaat sing van gebouwen. Tijdens de eerste wereldoorlog begint Lücker aan een serie grotè stadsgezichten, liefst met kerktorens. Ook in het buiten land etst hij kerken en torens, waarbij hij een voorkeur aan de dag legt voor 'verknoeide en onaffe exemplaren'. Hij zou volgens eigen zeggen nooit de Notre-Dame kunnen etsen om dat die veel te volmaakt is. Na 1933 legt Lücker zich hele maal toe op schilderen en teke nen. En af en toe maakt hij een litho of een linoleumsnede. In 1943 overlijdt Lücker in Nij- Gezicht op Zoutelünde, een lino van Lücker die te zien is in het Stedelijk Museum Foto: Lücker stichting megen. Hij hoeft niet meer mee te maken hoe, nog geen jaar iiiiiiiMiiimiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiimiiiiiiiiiiiiiiiMiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiii later, tijdens het bombarde ment meer dan zestig belang- II■lllllllllllllllMIMIIIIIIIIIIItlllllllllllllll IIIMIIIIIIilllll IIIIIIMIIIIIItlllir lltll III lil IIIIIIIIIII III lil llllllll IIIII 111 I! Ill IIIHIIII III till III II III III llllll III I rijke schilderijen van zijn hand verloren gaan. VLISSINGEN - Het is alweer veertig jaar geleden, maar toch staan de beelden van de watersnoodramp op 1 februari 1953 velen nog in het geheugen gegrift alsof het gisteren gebeurd is. Een natuurramp die 1835 mensenlevens eiste en onvoorstelbare schade aanrichtte. De laaggelegen delen van Vlissingen lie pen onder water, maar omdat de bevolking tijdig gealarmeerd kon worden, bleef het aantal slachtof fers beperkt tot drie personen. De bewoners van Vlissingen bleven er aardig laconiek onder. „We hadden wel veel materiële schade, maar we waren natuurlijk wel wat gewend", verklaart fotograaf J. Dert die houding. „Tenslotte hadden we tijdens de inundatie in de oorlog ook lang onder water gestaan. En wat er in de rest van Zeeland was gebeurd was natuurlijk veel en veel erger." Toch denken dezer dagen ook veel inwoners van Vlissingen terug aan de nacht van 31 januari op 1 februari, toen het water over de kademuren sloeg en in enkele uren tijd de binnenstad onder water zette. „Ik herinner mij dat mijn vader mij wekte om een uur of twaalf", zegt Hans Dert. „Wij woonden boven de zaak aan de Nieuwendijk. Ik keek naar bui ten en zag het water boven de kaaimuur komen. Het stroom de over de volle breedte de Nieuwendijk op en liep de la gergelegen binnenstad in. Dat de binnenstad onderliep, reali seerden we ons op dat moment nog niet zo. Het eerste wat mijn vader en ik deden, was naar beneden gaan om te red den wat er te redden viel. In het souterrain bevonden zich de donkere kamers, het maga zijn en het hele foto-archief. Het water steeg ontzettend snel, het kwam hoofdzakelijk via de riolen naar omhoog. We OOSTKAPELLE - In tegen stelling tot eerdere berichten in de Scheldebode zijn er op de tentoonstelling over egels in het Zeeuws Biologisch Museum geen levende egels aanwezig. De egel is een beschermd dier en niemand mag een levende egel als huisdier houden, ook niet tijdens een tentoonstelling. Alleen bij egelopvang De Mik- ke in Middelburg wonen leven de egels. De Mikke heeft daar een vergunning voor. Die ver gunning is echter plaatsgebon den en geldt uitsluitend voor het terrein in het park Toren vliet. hebben naar boven gehaald wat we konden. Je neemt na tuurlijk altijd het verkeerde mee, maar dat zie je pas ach teraf. Tweederde van het foto archief is verloren gegaan. Daar waren ook de allereerste glasnegatieven van mijn groot vader bij. Op het laatst stonden we tot aan onze nek in het water, toen moesten we wel ophouden." Fotograaf Dert ging een dag later met een bootje 'de straat op' om foto's te maken. „Veel mensen waren op tijd geëvacu eerd, maar er zaten ook nog heel wat mensen op de boven verdieping van hun huis te wachten op hulp. Bij het juwe- liersbedrijf Van Hemel zag ik bijvoorbeeld hoe oudere men sen met een marinesloep uit huis werden gehaald. En het is onvoorstelbaar wat er niet alle maal gaat drijven." Vlissingen was tijdens de oor logsjaren enorm gehavend. In 1953 waren de herstelwerk zaamheden wel op gang geko men, maar er moest nog ont zettend veel gebeuren. Dat was waarschijnlijk de reden waar om de inwoners van de Schel- destad niet zo onder de indruk waren van de aanzienlijke schade die het water dit keer had aangericht. Dert: „Toen het water na een paar dagen weg was, zag je pas goed wat een puinhoop het was. Achter af vraag je je wel eens af of er o Marinemensen bevrijden bewoners uit hun benarde positie CJ tM O) Na de feestweek volgt in januari de traditionele opruiming of uitverkoop. Ik ga ook maar eens\ opruiming houden. Het is nogal een rommeltje in m'n schrijfblok. Veel korte notities van leuke voor vallen en haastig genoteerde invallen en anekdotes op losse blaadjes. Ooit heb ik ze opgeschreven omdat ze nog wel eens van pas kunnen komen. Bij herle zing blijkt er veel direct de prullenbak in te kunnen. Wat overblijft is bruikbaar maar niet alles laat zich tot een verhaaltje verwerken. Zoals de kassabon bij twee vrolijk geruite theedoeken waarop te lezen staat: dameslingerie 2 a f 7,95. Of de ontmoeting met iemand die denkt dat je naar een lunch-concert een trommeltje met boterhammen mee moet nemen. Dit samenspraakje tussen twee heren hoorde ik in het C voorbijgaan op straat. De ene man presenteert de ander een pakje sigaretten en zegt: "Rookt u mee?". De ander antwoordt: „Nee dank u, ik kan toch wel hoesten". De nu nog resterende aantekeningen kun nen dienst doen als grondstof voor een nieuw brouwsel. Eén dag in de week restjesdag leidt soms tot een verrassend nieuw recept. Hopelijk heeft dit allegaartje u gesmaakt. Bert de Mol CS CS niet een hoop ellende voorko men had kunnen worden." Dert denkt daarbij aan de sluisjes in de Vissershaven. Tot op de dag van vandaag is on duidelijk waarom die niet eer der op de dag waren dicht gedraaid. „Een tij eerder was de waterstand bij laag water al zó hoog, dat het wel mis moest gaan. Als de sluisjes toen op dood tij waren dichtgedraaid, dan was het water in ieder geval niet via de Vissershaven binnengekomen, maar uitslui tend via de Koopmanshaven het Bellamypark in." Ook de boulevard loopt flinke schade op door het geweld van het water. Enorme stukken werden weggeslagen. „Er wa ren twee kritieke plaatsen," herinnert Dert zich. „Bij de Leeuwetrap bij het Strandhotel en op boulevard De Ruyter. Daar was de muur aan de zee kant wel blijven staan, maar (ADVERTENTIE) daarachter was de bestrating en het daaronderliggende zand van de boulevard helemaal weggeslagen. Er werd onmid dellijk aan gewerkt om de schade, zij het eerst proviso risch met zandzakken, te her stellen. Hans Dert bewaart ook andere herinneringen aan de waters noodramp. „We kregen een te lefoontje van Jan Gerritsen van de Zeeuwse Volksuniversiteit of wij soms een geluidsfilmpro jector hadden. Hij had bedacht dat het voor de mensen die in de drooggebleven dorpskernen in Schouwen-Duiveland zaten, een aardige verstrooiing zou zijn als ze eens een film konden zien. Toevallig had mijn vader kort daarvoor een tweedehands cQTO: J. DERT projector gekocht, dus dat trof. Een paar keer per week ging ik op pad. Het kon natuurlijk niet een al te vrolijke film zijn, gezien de omstandigheden. De titel van de film zal ik nooit vergeten: 'II est minuit, dr. Schweitzer', een film over de toen erg in de belangstelling staande zendingsarts in Lam- barene." Vrijdag 29 jan. van 19.*°-21 uur en zaterdag 30 jan. van 9.00-12.00 uur Restanten v.d. wintercollectie. Voor de betere mannenmode. Oude Markt 45 Vlissingen-01184-19337 VLISSINGEN- "Dit moeten we Drees melden, want het kabinet weet het nog niet." Dat zei Carel Enkelaar nadat hij op 1 februari 1953 als verslagge ver van de Volkskrant met een vliegtuig boven het door de watersnoodramp getroffen Zeeland had gevlogen. Toen pas werd de totale omvang van de ramp hem duidelijk. Enke laar, andere journalisten en ca meramensen gaan in 'Verslag van een ramp' van Joost Mid- delhoff in KRO's documentai re-serie 'Sporen' van vrijdag 29 januari (23.14 - 23.49 uur, Ne derland 1) terug naar de plek ken vanwaar zij Nederland toen van het laatste nieuws voorzagen. In de nacht van zaterdag 31 januari op zondag 1 februari 1953 werd Nederland getroffen door één van de grootste ram pen in de geschiedenis. Meer dan 1800 mensen kwamen om. Het duurde dagen voordat pre cies bekend was welke enorme catastrofe zich had voltrokken: Carel Enkelaar en Gerard van den Boomen, destijds werk zaam bij de Volkskrant, togen die bewuste zondagmiddag niet naar Zeeland maar naar Schip hol om een vliegtuig te huren. Op die manier werd de Volks krant het eerste dagblad dat de totale omvang van de ramp op maandag kon melden. Naast Enkelaar en Van den Boomen verzorgden talloze ra dioreporters, kranteverslagge vers, cameramensen en zenda mateurs in die dagen het nieuws. Met name de laatsten speelden een belangrijke rol. Zij maakten vaak duidelijk waar mensen op de daken za ten en waar hulp nodig was. Radioverslaggever Herman Felderhof werkte destijds voor de NCRV en wilde die zondag meteen naar het getroffen ge bied. Via diverse omwegen be reikte hij uiteindelijk Zierik- zee. Felderhof was de eerste radioverslaggever die op Schouwen-Duiveland aan kwam. Daar maakte hij een reportage over de ramp en over de rol van de zendamateurs. In 'Verslag van een ramp' brengt Felderhof opnieuw een bezoek aan Zierikzee en ontmoet na veertig jaar de zendamateur die hij toen interviewde. Jan de Troye ging zondag 1 februari 1953 ook op pad. Via het ondergelopen Dordrecht kwam de VARA-verslaggever uiteindelijk in Rilland Bath te recht. Uit het verhaal van De Troye blijkt met welke beperk te middelen radioverslaggevers toen moesten werken. Er waren geen live-verbindingen. De Troyes uitzendmateriaal moest bijvoorbeeld eerst naar Roosendaal worden gebracht om vandaar uit naar Hilversum te worden doorgeseind. Daar pas konden zijn reportages worden uitgezonden. Pie': te Nuyl jr. werkte in 1953 nog maar kort bij de televisie afdeling van de VARA. Televi sie stond in de kinderschoenen en een journaal was er nog niet. Te Nuyl werd door de VARA naar Zeeland gestuurd om voor de radio verslag te doen. Hij kreeg echter na een paar dagen vanuit Hilversum een cameraploeg toegewezen om ook voor de televisie mate riaal op te nemen. Materiaal dat overigens pas dagen later werd uitgezonden. Ook te Nuyl brengt in 'Verslag van een ramp' een bezoek aan de plaats vanwaar hij toen verslag uit bracht. De meeste televisiebeelden van de watersnoodramp werden ge maakt door cameramensen van het Polygoonjournaal. Al op dinsdag 3 februari bracht Poly goon een extra bioscoopjounaal met beelden van de ramp. Ook met cameramensen die toen voor Polygoon werkten gaat 'Sporen' terug naar de plek van de ramp. ,A De ramp in 1953 heeft voor het Zeeuwse Landschap enorme gevolgen gehad. In de eer ste plaats natuurlijk doordat veel bomen en struiken stierven als gevolg van het zoute water, maar de gevolgen op lange termijn waren nog veel ingrijpender. Verschillende gebieden, zoals het Prunjegebied op Schouwen en de Oudlandpolders in de Zak van Zuid-Be veland hadden tot 1953 een verkaveling die nog uit de Middeleeuwen stamde. Toen na de ramp de herinrichtings- en ruilverkavelingsprojecten ter hand geno men werden, ging dat eeuwenoud patroon bijna volledig verloren. Het nieuw ingerichte land kreeg een strak en grootschalig karakter. Heggen, kronkelslootjes en hollebolli- ge weilanden verdwenen. De na de ramp uitgevoerde Delta- lóerken zorgden voor enorme veranderingen in het landschap buitendijksook daar ging veel van de eigenheid van het landschap verloren. Het is vooral de moderne techniek geweest die ertoe leidde dat 1953 een breuk in een eeuwen lange ontwikkeling betekende. Stormvloeden zijn er alle eeuwen door geweest maar als ze voorbij waren ging de ontwikkeling gewoon op de oude voet verder. Alleen de stroomgaten op de plek waar de dijk het begeven had bleef als stille getuige in het landschap achter. Zo zijn in de loop der eeuwen tientallen welen ontstaan. Ook de ramp van 1953 heeft wat dat betreft zijn sporen achtergelaten. Den Inkel bij Kruiningen en de Schelphoek en de Kreken van Ouwerkerk op Schouwen-Duiveland zijn qua onstaanswijze te vergelijken met andere welen. Dat ze zoveel groter zijn komt enerzijds doordat de oudere welen verder verland zijn, maar daarnaast vormen ze ook een teken van de geweldige omvang die de ramp in 1953 had. De doorbraakge- bieden zijn na de ramp rondom bebost, daardoor hebben ze als natuurgebied een heel eigen karakter gekregen. Ze zijn inmiddels rijk aan broedvogels en door de met zeezand overdekte bodem, is er een speciale plantengroei, met onder meer veel orchideeën. Het zijn natuurgebieden die zeker waard zijn zorgvuldig in stand gehouden te worden. MIDDELBURG - Commissaris der Koningin Van Gelder heeft de Zeeuwse burgemeesters ver zocht om maandag I februari de vlaggen halfstok te hangen in verband met de nationale herdenking van de watersnoo dramp 1953. De zogenaamde vlaginstructie stelt dat in de gebieden waar de herdenkingen plaats vinden halfstok gevlagd wordt. In de gebieden waar geen herdenkin gen plaats vinden zou dan de vlag vrolijk in top hangen in verband met de verjaardag van Beatrix, Koningin Beatrix is dit jaar op zondag jarig en het traditionele vlaggen zou daar om op de maandag na haar verjaardag geschieden. De commissaris heeft de burge meesters verzocht om van de gebruikelijke vlaginstructie af te wijken en te bevorderen dat de overheid, de bedrijven en de bevolking in heel Zeeland op 1 februari de vlag halfstok hangt. Van Gelder vindt dat de Watersnood de hele provincie direct en indirect heeft getrof fen. Vlissingen- Het Duitse expedi tiebedrijf Kreis uit Ulertisen bij Ulm zal zijn huidige nog in Roosendaal gevestigde expedi tie-kantoor naar Vlissingen verplaatsen. De bouw van de nieuwe vesti ging zal begin maart starten. Voor deze bouw en voor het vestigen van een overslagcen trum heeft het bedrijf van de gemeente Vlissingen 2700 m! grond gekocht in de onmiddel lijke nabijheid van de vracht- terminal van de Olau-line. Kreis onderhoudt al langere tijd een regelmatige verbinding tussen het zuiden van Duits land en de Engelse industriege bieden. Daarbij maakt het be drijf veelvuldig gebruik van de veerverbinding die de Olau-li- ne tussen Vlissingen en Sheer- ness onderhoudt. Spec, voor slechtzittende gebitten en ingevallen gezichten. REPARATIES: klaar terwijl u wachtInformatie GRATIS. Tel. afspraken 01184-14533 HOBEINSTRAAT 52 - VLISSINGEN MIDDELBURG - Ria Ruedi sueli houdt in februari (tot en met de 23e) een grote overzichtstentoonstelling van haar werk. Zij doet dit op de bovenverdieping van Vroom en Dreesman die voor de gelegenheid ingericht wordt als expositieruimte. De expositie wordt 30 janua ri geopend door drs. H. Ever- sijk, lid van de eerste kamer en het Europees parlement. De tentoonstelling omvat beeldhouwwerken, tekenin gen, schilderijen, naaldwerk en gedichten en is te bezich tigen tijdens de openings uren van V&D. De toegang is gratis. Ria Ruedisueli FOTO: HARRY DE LANGE I

Krantenbank Zeeland

Scheldebode | 1993 | | pagina 1