In de ban van de Zie Zo Zijdrtentoonstelling
Aktiviteit
Moerbei
bomen in
Oproep
Zijderoute
Geschiedenisachtergrondinformatie en wetenswaardigheden
over de expositie in het Zeeuws Biologisch Museum
De moerbeiboom
De beschermheilige
Van eitje tot vlinder
Het ontstaan van de zijdeteelt
Nederland
SCHELDEBODE VAN WOENSDAG 16 AUGUSTUS 1989
313
OOSTKAPELLE - Vorige week stond het al
in de Scheldebode: Het Zeeuws Biologisch
Museum heeft twee tentoonstellingen. Een
grote aanwinstententoonstelling en een ten
toonstelling over zijde.
Over de zijdetentoonstelling, Zie Zo Zijde, is
op deze pagina van alles te zien en te lezen.
Nog even de openingstijden. Het museum is
geopend van maandag tot en met vrijdag van
10.00 tot 17.00 uur; zaterdag en zondag is het
museum open van 13.30 tot 17.00 uur.
OOSTKAPELLE - Tij
dens de zijde tentoonstel
ling worden drie ver
schillende aktiviteiten
gehouden. Wie aan een
aktiviteit deel wil nemen
moet zich wel vooraf op
geven. Dit kan aan de ba
lie van het museum of te
lefonisch via 01188-2620
De jeugd komt het eerst
aan bod: woensdag 17
mei is er van 14.00 tot
16.00 uur een zijde-doe-
middag voor kinderen tot
10 jaar.
Zaterdag 27 mei kunnen
volwassenen deelnemen
aan een zijde-schilder
dag in kasteel Westhove.
Deze dag begint om 10.00
uur. Aan deze dag zijn
kosten verbonden, maar
er is dan ook voor alles
gezorgd: materiaal,
lunch, koffie en thee.
De laatste aktiviteit is
nog ver weg, maar wie
van zijde houdt moet toch
maar vast de datum no
teren: vrijdag 8 septem
ber. A. van Hoegee geeft
dan een avondlezing over
het biologisch proces van
zij de vlindertje tot zijde
cocon. De kweek van
moerbeibomen komt ook
aan de orde.
L. Polet vertelt aan de
hand van dia's van zijn
studiereis door Iran, Pa
kistan en Afghanistan
iets over de zijdecultuur
in die landen.
De lezingenavond begint
om 20.00 uur.
Op verschillende plaatsen in
Nederland zijn in het verleden
serieuze pogingen gedaan om
de zijde hier te lande te produ
ceren. Een leuke poging is van
de Franse hugenoot Jean
Beaune die in 1711 50 a 60 dui
zend witte moerbeiboompjes
heeft gepoot op een van de
Utrechtse bolwerken. Een an
dere bekende poging is onder
nomen door vrijgezel Mr. van
Hasselt op het landgoed „Em-
pe" bij Voorst in de buurt van
Zutphen. Tussen 1829 en 1855
is er door C.H. Berail op het
landgoed De Ruwenberg te
St.-Michielsgestel ook gepro
beerd de zijde-produktie com
mercieel ter hand te nemen.
Alle pogingen hebben een ding
met elkaar gemeen. Ze zijn
alle mislukt.
Ook in Zeeland heeft men
zich met de zijdeteelt bezig ge
houden. In 1837 liet Jhr. mr.
J.C. Schorer van Souburgen te
Middelburg 1000 driejarige
moerbeistekken uit Frankrijk
planten. Ook liet hij een grote
partij moerbeibomen komen
in 1838 en 1843 van het eiland
Schouwen. Blijkbaar was men
daar dus ook bezig met het op
kweken van moerbeibomen.
In 1841 begon de jongheer op
landgoed Toorenvliet nabij de
stad Middelburg met het kwe
ken van zijderupsen.
Op Walcheren is de familie
van Hoegee uit Oostkapelle
actief in de zijdeteelt. Zij heb
ben verschillende moerbeibo
men en kweken zelf zijderup
sen. Daarnaast houden ze zich
bezig met het beschilderen
van zijden stoffen. Daar geven
ze ook cursussen in. De Van
Hoegee's hebben stalen uit de
hele wereld in hun bezit. Voor
„Zie Zo Zijde" hebben ze veel
spullen afgestaan aan het
Zeeuws Biologisch Museum.
Trouwens het hele idee om een
zij de tentoonstelling te houden
kwam van het echtpaar Van
Hoegee.
Van de hand van Adri
van Hoegee is ook een boekje
verschenen: „Een boekje open
over zijde", wat een schat aan
informatie verschaft. Trou
wens, het hele idee om een zij
detentoonstelling te houden
kwam van het echtpaar Van
Hoegee.
jJlllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllIHlUHU
5 Aangezien de zijderup-
sen grote eters zijn, zal
het Zeeuws Biologisch
Museum over verse
I moerbeibladeren moeten
kunnen beschikken.
Daarom roept het mu-
seum een ieder in de na-
bijheid van Oostkapelle, i
1 Domburg op om zich aan
te melden indien men
i over een (witte) moerbei-
1 boom beschikt Als men f
I zich aanmeldt houdt dit
in dat er, in overleg, re-
f gelmatig wat bladeren
geplukt worden om de
rupsen te laten groeien.
i Aanmelden kan schrifte-
lijk of telefonisch.
Tlllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllilllllillllllifr.
en stemde erin toe. Direct
daarop liet de koning van
Khotan in het diepste geheim
een boodschap overbrengen
aan zijn toekomstige bruid.
Hij vertelde haar daarin dat er
in Khotan geen zijderupsen
waren en ook geen moerbeibo
men. Zodoende was het dus
onmogelijk voor haar om in de
toekomst nog veel zijde te dra
gen, tenzij...
Natuurlijk was het meene
men van rupsen-eitjes en
moerbeizaadjes gevaarlijk,
maar nooit meer zijde dragen,
dan kon niet!! Op haar tocht
naar Khotan had de Chinese
prinses een hoog kapsel met
daarin verborgen de eitjes en
de zaadjes. Natuurlijk kijkt
een douane-beambte niet in
De handelsroute van China
naar het Middellandse zeege
bied wordt pas echt belangrijk
in de Romeinse tijd (dus in de
eeuwen rond het begin van
onze jaartelling). Langs die
handelsroute werden vele pro-
dukten vervoerd, waaronder
zijde.
De zijde werd lang niet al
tijd over het gehele traject
Oost-West vervoerd. Ook op
de route werd zijde geteelt en
verwerkt.
Boeiend daarbij is dat voor
werpen van zijde iets vertellen
over de cultuur van een volk.
Zo zijn er uit Oost-Turkije
prachtige fijngeweven gor
dels. Deze zijn geweven door
mannen en bestemd voor de
verkoop. Om fijn en dicht te
weven is een uitgebreid weef
getouw nodig. De vrouwen
hebben dat niet. De gordels die
de vrouwen voor hun echtge
noten weven zien er uit als
grove katoen.
Van deze twee totaal ver
schillende weefsels zijn voor
beelden te zien op de zijde
toonstelling „Zie Zo Zijde", die
van 13 mei tot 1 oktober te be
zichtigen is. Marian Kruger
van het Zeeuws Biologisch
Museum kan de bezoekers nog
veel meer vertellen over aller
lei motieven, symbolen en
man/ vrouw-werkverhoudin
gen.
Door de opkomst van de
zeevaart in de zestiende en ze
ventiende eeuw heeft de zijde
route zijn belang verloren als
handelsroute tussen China en
Europa. Denk daarbij maar
aan de oprichting van de Ver
enigde Oost-Indische Com
pagnie (VOC) in 1602. Nu is de
zijderoute nog slechts van be
lang voor lokaal transport en
voor het toerisme.
Illlllllllllllllillllllllllllllllflllllllllllllllllllllll
het kapsel van een dame, laat
staan in dat van een prinses en
zodoende was de zijdeteelt een
stukje westwaarts in de rich
ting van Europa verplaatst.
De verdere verspreiding
naar het westen wordt toege
schreven aan twee christelij ke
monniken rond het midden
van het zesde eeuw na Chris
tus. Zij hadden zowel de zaad
jes van de moerbeiboom als de
rupseëitjes in de holten van
hun bamboe wandelstok ver
borgen en wandelden zo rustig
van Khotan naar Byzantium
(het huidige Istanboel). Hierna
vindt in een paar eeuwen de
verspreiding van de zijdeteelt
en zijdeverwerking over het
hele Middellandse zeegebied
plaats.
De zijderups eet alleen
moerbeibladeren. Het aller
beste is het blad van de witte
moerbeiboom (morus alba).
Deze boom tref je alleen niet
zo vaak aan jn Nederland. De
meeste moerbeibomen die je
hier ziet zijn zwarte moerbei
bomen (morus nigra). De
zwarte moerbeiboom is van
oudsher een deftige boom.
Iedereen, die financieel voor
vol wilde wprden aangezien,
moest een moerbeiboom heb
ben. Je treft dan ook op oude
buitenplaatsen, oude pasto
rieën en oude herenhuizen
vaak een moerbeiboom in de
tuin aan.
In Zeeland zijn veel prach
tige oude moerbeibomen in
1944 en 1953 bij de overstro
mingen doodgegaan. Het is te
hopen dat het voorbeeld dat de
vereniging „Het Zeeuwse
Landschap" in 1986 heeft ge
geven door weer een moerbei
boom aan de planten in de tuin
van slot Moermond te Renesse
elders nagevolgd zal worden
en de moerbeiboom weer zijn
oude eervolle plekjes zal kun
nen gaan innemen. Het blad
van de zwarte moerbeiboom is
wat donkerder groen en wat
forser van vorm dan dat van
de witte moerbeiboom. De
zwarte moerbeiboom is in Ne
derland uitsluitend als
vruchtboom aangeplant. Je
zult er geen boomgaarden vol
mee aantreffen, want het is
geen commerciële vrucht. De
vrucht, de moerbei vroeger
ook wel moerbezie genoemd is
nl. erg kwetsbaar en daardoor
moeilijk te plukken. De vrucht
is ook moeilijk te bewaren en
te transporteren. De zwarte
moerbeien zijn wat zoet-weeïg
van smaak. Bij een moerbei
boom waarvan de vruchten
rijp zijn, is het oppassen ge
blazen, want kleding zit zo on
der moeilijk of niet te verwij
deren vlekken. Naast de mo
rus alba en nigra is er ook nog
de morus rubra, ook wel de
rode moerbei genoemd. Ook
het blad van de% rode moerbei
boom is geschikt voor de zijde
rups, zelfs de allerkleinste
rups kan het blad verorberen.
Een prachtige variëteit van de
morus rubra is de morus ru
bra plataneifolia, een boom
met prachtig grote bladeren,
die aan de bladeren van een
plataan doen denken. Ook is er
een morus rubranana, een
klein dwergstruikje met
piepkleine moerbeiblaadjes.
Dit struikje kan zo dienst doen
als moerbeiboom in Maduro-
dam of in miniatuur Walche
ren. Veel tuincentra Verkopen
tegenwoordig de morus alba
pendula. Een witte moerbei
boom die zijn takken als een
treurwilg laat hangen. Helaas
is die variëteit niet zo goed be-»
stand tegen nachtvorst. De
zwarte moerbeiboom heeft de
mooiste vorm. Reeds na een
aantal jaren oogt de boom
alsof hij erg oud is. De stam
van de zwarte moerbeiboom
scheurt namelijk erg gemak
kelijk, wat karakteristieke
vormen tot gevolg kan hebben,
maar de levensduur van de
boom natuurlijk wel bekort.
Opvallend is ook dat er vaak
onderling sterk in vorm ver
schillende bladeren aan één
boom zitten. De witte moer
beibomen die voor de zij teelt
gebruikt worden zien eruit als
knotwilgen. Als er bladeren
nodig zijn dan kapt men het
blad met tak en al van de stam
af. Het plukken vand e blade
ren kost veel tijd en dus ook
veel geld. De Japanners heb
ben daarom witte moerbeibo
men ontwikkeld in struik-
vorm.
Het leven van een zijderups
begint wanneer de mens dat
wil. 's Winters liggen de eitjes
namelijk in de koelkast op on
geveer 5 graden Celsius te
wachten op het voorjaar.
Als er voldoende bladeren
aan de moerbeibomen zitten
kunnen de eitjes uit de koel
kast gehaald worden. Dan kan
het uitbroeden beginnen. De
eitjes moeten geleidelijk in
temperatuur stijgen. Het uit
broeden gebeurt afhankelijk
van de hoogte van de tempera
tuur in ongeveer elf dagen.
Vroeger was het nogal een
probleem om de eitjes op een
constante vrij hoge tempera
tuur te houden. Om dit pro
bleem op te lossen werden er
'speciale broedzakken ge
maakt, die de vrouwen op hun
borst droegen. Op deze wijze
zorgde de lichaamstempera
tuur voor het uitbroeden van
de eitjes.
De eitjes hebben ongeveer
de grootte van een sesamzaad
je. De rupsjes hebben, als ze
net uit het ei gekropen zijn,
een zwarte kleur en zijn onge
veer een millimeter of drie
lang. Het rupsje weegt dan
nog minder dan 1 tweedui
zendste gram. Het rupsje gaat
na zijn geboorte direct eten.
Het is een zeer kieskeurige
eter want het wil alleen maar
moerbeibladeren.
Als de rups nog erg klein is
kan hij alleen maar de blade
ren van de witte moerbeiboom
(morus alba) verorberen. De
wat grotere rupsen kunnen
ook de wat dikkere bladeren-
van de zwarte moerbeiboom
(morus nigra) eten. De rups eet
enorme hoeveelheden moer
beiblad, zoveel zelfs dat de
huid van de rups de groei, die
daar het gevolg van is, niet bij
kan houden. De rups kruipt
dan gewoon uit zijn vel en de
groei kan weer opnieuw be
ginnen. De rups vervelt op die
manier vier maal in ongeveer
35 dagen. Als de zijderups na
die periode uitgegroeid is,
heeft hij een lengte van onge
veer 9 centimeter en een ge
wicht van 3,5 tot 4 gram. Daar
mee is de rups vanaf het uit
komen ongeveer 7000 tot 8000
maal in gewicht toegenomen.
Als de rups spinrijp is krijgt
hij een transparant gelige
kleur. Dan begint de rups in te
spinnen. Hij heeft twee
spinklieren. Uit iedere klier
komt een draadje fibroine (de
echte zijde) en een beetje lijm-
stof (sericine). Zo worden
beide draden aan elkaar vast
geplakt. De rups maakt met de
eerste draden een soort vang-
netje waarin de te maken co
con komt te hangen. Als dat
vangnetje er eenmaal is, be
gint de rups met zijn kop een
beweging te maken alsof hij
steeds een acht wil uitbeelden.
Op die manier maakt hij een
cocon waarin hij zichzelf op
sluit. Dat inspinnen duurt wel
drie dagen. De cocon heeft de
vorm van een pinda en is
meestal wit of gelig van kleur.
Binnen in de cocon gebeurt
dan een wonder, helaas kun je
dat door de coconwand heen
niet zien. De rups verandert in
een pop en de pop verandert
weer in een zij de vlinder. De
zijdevlinder zit natuurlijk ook
opgesloten in de cocon. De
vlinder spuugt een bruinige
loogachtige vloeistof uit,
waardoor de cocon op dat punt
oplost. De vlinder kruipt door
de zo ontstane opening met
nog opgevouwen vleugels uit
de cocon. Pas buiten de cocon,
krijgen de vleugels hun voor
ons normale uiterlijk. De vlin
ders kunnen niet vliegen en
niet eten, wel kunnen ze zich
voortplanten. Na de paring
legt het vrouwtje ongeveer 500
gele eitjes. Deze eitjes veran
deren als ze bevrucht zijn vrij
snel van kleur. Ze worden dan
loodgrijs van kleur. De eitjes
die in West-Europa gebruikt
worden moeten uiterlijk no-
vember-december de koelkast
in. De eitjes hebben die koude
periode nodig om een hormoon
af te breken in het eitje. Dat
hormoon remt namelijk de
verdere groei van de rups in
het eitje af. Voor de verdere
groei moet eerst dat hormoon
verdwenen zijn en dat doet nu
de lagere temperatuur. In het
volgende voorjaar begint het
verhaal opnieuw met het uit
de koelkast halen van de
eitjes.
Detail van Turkmeense sluier.
- fotoharry de lange
Heel lang geleden, men zegt
wel 4500 jaar, wandelde XI
Ling Shi - de vrouw van de
Chinese keizer - langs de Gele
rivier. Plotseling werd zij door
een slang aangevallen. Uit pa
niek vluchtte zij naar de
dichtst bijzijnde boom en klom
erin. Zo wist Xi Ling Shi zich
het leven te redden. Dit ver
haal is natuurlijk aardig,
maar niet voldoende om ons
4500 jaar later nog te interes
seren, ware het niet dat de
boom waarin zij vluchtte een
moerbeiboom was, en keizerin
Xi Ling Shi een zeer oplet
tende vrouw.
Tijdens het wachten in de
boom ontdekte Xi Ling Shi
namelijk dat er kleine eitjes
aan enkele boombladeren ge
kleefd zaten. De keizerin, ge
boeid door deze eitjes, ging de
dagen na haar avontuur regel
matig naar de eitjes kijken.
Volgens deze legende was zij
daarmee de eerste mens die
het volledige proces van eitje
tot zijdecocon en zij de vlinder
zag.
Ook is er een legende, dat
terwijl Xi Ling Shi genoot van
haar kopje thee in de hof tuin,
er plotseling vanuit een moer
beiboom een zijde-cocon in
haar kopje thee viel. Door de
hoge temperatuur van de thee
viel de cocon uit elkaar in zij
den draden, die prachtig
glansden. Hi Ling Shi was als
vrouw ij del genoeg om op het
idee te komen die mooie glan
zende draden te gebruiken om
er haar kleding mee te weven.
De man van Xi Ling Shi, de
beroemde keizer Huang Di,
gaf opdracht het volk de teelt
van de zijderups en de ver
werking van de cocon tot dra
den en geweven stoffen te le
ren.
Natuurlijk is dit een legen
de. Hoe de zijdeteelt precies is
ontstaan zal nooit duidelijk
worden. Wel duidelijk is dat
de teelt al heel oud is. Bij op
gravingen is echte zijde ge
vonden uit de Shang-dynastie
(ongeveer 1500 voor Christus).
Hoezo, zijde niet sterk?
Met de zijdeteelt konden de
Chinezen veel geld verdienen.
Zo waren in de Romeinse tijd
goud en zijde, bij gelijk ge
wicht, evenveel waard. Van
daar dat de Chinezen de ge
heimen van de zijdeteelt niet
met anderen wilden delen. De
Chinezen zijn er in geslaagd,
tot de 5e eeuw na Christus, de
kennis van de zijdeteelt bin
nen de eigen staatsgrenzen te
houden en zodoende het Chi
nees zijde-monopolie te be
houden. Na een honderden ja
ren durend Chinees zijde-mo
nopolie slaagde de koning van
Khotan er met een slimmig
heidje in dit monopolie te
doorbreken. Khotan ligt thans
in het westelijke deel van de
volksrepubliek China. De ko
ning van Khotan had gehoord
dat er een zijdeteelt was in
China en vroeg daarom aan de
Chinese keizer of hij alle be
nodigdheden voor de zijdeteelt
kon krijgen. Uiteraard was
het antwoord van de Chinese
keizer nee.
Om te voorkomen dat de
rupseëitjes en de zaadjes van
de moerbeiboom China uitge
smokkeld werden, verscherpte
de keizer de controle aan de
grenzen.
Op het smokkelen van eitjes
en moerbeizaadjes stond de
doodstraf. De koning van
Khotan begreep dat hij een list
moest verzinnen. Hij besloot
daarop aan de keizer van
China te vragen of hij met een
prinses van het keizerlijke hof
mocht trouwen. Met dit ver
zoek toonde hij zijn goede be
doelingen. De Chineze keizer
was gestreeld door dit verzoek
- foto: harry de u» )ge
Op een zekere dag, heel lang
geleden, reed in het oude
China een heer te paard uit
voor zaken. De heer kwam
niet terug, want rovers had
den hem gevangen genomen.
Wel kwam zijn paard enkele
dagen later terug. De vrouw
van deze heer en diens dochter
waren zeer bedroefd. Onder
deze verdrietige onstandighe-
den deed de dochter de vol
gende belofte: „Ik wil met
vreugde iedereen trouwen, die
mijn vader gezond en wel te
rug brengt".
Het paard spitste zijn oren
en galoppeerde snel weg om de
heer te gaan zoeken. Enige da
gen later bracht het paard de
heer in goede conditie terug.
Niemand dacht echter meer
aan de belofte van de dochter.
Wel viel op dat het paard on
ophoudelijk hinnikte. De
vrouw herinnerde zich de be
lofte en hield het erop dat het
paard op die manier de inlos
sing van de belofte opeiste. Zij
vertelde dit aan haar echtge
noot, die om het hele verhaal
lachte en het in ieder geval on
zin vond. Een belofte geldt
tussen mensen en niet tussen
mensen en dieren, meende hij.
Men probeerde het paard
tevreden te stellen met wat
extra lekker voer en verdub
belde bovendien zijn dage
lijkse portie. Vanaf dat mo
ment weigerde het paard al
het voedsel en werd zeer
weerbarstig. De heer pakte
hierop zijn handboog en
schoot het paard door zijn
hart. Hij vilde het paard en
legde de huid te drogen over
een struik. Toen de dochter
vlak langs de huid ging, ver
hief de huid zich en omhulde
het meisje en vloog met haar
naar de hemel.
Na tien dagen kwamen de
dochter en de huid terug en
streken zijn neer -in de buurt
van de ouderlijke woning van
het meisje op een moerbei
boom. Het meisje had de ge
daante van een zijderups aan
genomen. Toen de verbaasde
ouders van het meisje dichter
bij kwamen, namen de huid en
de zijderups de gestalte aan
van geesten die op wolken
troonden. De stem van de rups,
dus van hun dochter, zei: „Yuh
Wong Tai, de parelkeizer,
heeft bepaald dat ik mijn ge
geven belofte aan uw vroegere
paard trouw moet zijn. Als be
loning heeft hij ons voor altijd
gezegend en in geesten veran
derd. Klaag daarom niet over
onze scheiding".
Voor (haar als beschermhei
lige van de zijdeteelt, worden
nu nog vaak dagelijks wie
rookstokjes verbrand op het
altaar bij de ingang van veel
zij derupsk wekeri j en.
Zijderupsen aan de maaltijd. - foto: a. van hoegee
Èen zwarte moerbeiboom in de tuin van pension „De Moerbei" in Oostkapelle.