DE SCHELDEBODE VAN WOENSDAG 11 MEI 1977
De kikkers, padden en sala
manders op deze pagina
vormen maar een klein on
derdeel van het milieu.
Maar ze zijn wel een graad
meter: dat ze aan 't ver
dwijnen zijn moet ons aan 't
denken zetten: Wat kunnen
we er aan doen
De Stichting Zeeuws Coördi
natieorgaan voor
natuur-, landschaps- en mi
lieubescherming zet zich in
voor het behoud en herstel
van een rijk milieu in onze
provincie.
Dat vergt mankracht en geld.
Het Coördinatieorgaan is
mede dank zij een subsidie
van de provincie Zeeland in
staat zijn werk te doen. Maar
er is meer nodig: üw steun
Geef blijk van uw zorg voor
het milieu door een kleine
geldelijke bijdrage.
Kosten van een donateurs
schap
15.- per jaar.
Voor dat bedrag blijft u bo
vendien op de hoogte van het
Zeeuwse milieugebeuren.
Ook u bent onderdeel van dat
milieu. Het gaat daarom ook u
aan
Vul onderstaande bon in:
'tis een kleine moeite voor
een belangrijke zaak
Vooral in de maand mei
kunnen we in het wat
ondiepere zoetwater de
eieren aantreffen van een
aantal amfibieën: padden,
kikkers en - in veel mindere
mate - salamanders. Het zijn
erg nuttige dieren, die per dag
ongeveer hun
lichaamsgewicht aan
insecten en insectenlarven
eten. De kikkers leggen de
eieren in klonten „kikkerdril
de padden doen dat in lange
snoeren, en de salamanders
bevestigen hun eierpakketjes
hier en daar aan de
waterplanten.
Van de kikkers treffen we in
onze provincie vooral de
bruine kikker aan, waarvan
de mannetjes vaak al in april
een knorrend „rró, rró, rrö"
laten horen om de vrouwtjes
te lokken. Alleen voor de
voortplanting is de bruine
i kikker aan water gebonden,
verder leidt hij in hoofdzaak
een landleven. Het woord
amfibie wijst daar al op:
amphi is beide, bios is leven.
De „boerennachtegaal", de
groene kikker, horen we
meestal pas in mei-juni. Het
paringsgeluid dat deze kikker
voortbrengt is een luid
„brèkè-kèkèkè" en „kroak".
De bekende witte blazen ter
weerszijden van de kop
vallen daarbij sterk op. In
tegenstelling tot de bruine
kikker is de groene kikker
sterk aan water gebonden.
Hij leeft er dan ook
voortdurend vlakbij en vaak
erin!
Plaatselijk komt in
Zeeuwsch-Vlaanderen nog
de boomkikker voor, een
mooi, vrij klein en grasgroen
kikkertje, dat een diepzwarte
streep op zijn zij heeft. Tot in
oktober produceert deze
soort een schel, ratelend
geluid. Alleen voor de
voortplanting is dit kikkertje
gebonden aan water, waarin
de eieren worden afgezet. De
rest van het bestaan brengen
ze door in bomen en struiken,
waaraan ze zich vasthechten
met hechtschijfjes, die aan
hun vingers en tenen
Van de padden treffen we in
Zeeland de gewone pad het
meest aan. In het voorjaar
trekt hij vaak massaal naar
water en wordt soms bij
tientallen doodgereden. De
rugstreeppad onderscheidt
zich van de gewone pad door
een smalle gele rugstreep.
Het onderscheid tussen
kikkers en padden is vrij
eenvoudig: kikkers hebben
een gladde, glanzende huid;
padden een ruwe, wrattige.
Kikkers bewegen zich voort
door te springen, terwijl de
padden meer lopen.
In onze provincie komt van de
salamanders alleen de kleine
watersalamander voor. Lees,
wat onze bekende Jaq. P.
Thijsse in het begin van deze
eeuw over dit fraaie diertje
schreef:
„Wie stil aan den slootrand
zit, kan ze telkens voorbij zien
zwemmen. Op goede dagen
liggen ze bij dozijnen aan den
zonnekant in het ondiepe
water. Af en toe komt er leven
in het gezelschap, dan
zwemmen ze met
slangachtige kronkelingen
om en over elkaar..."
De situatie die Thijsse
beschreef is wel drastisch
veranderd. Sloten'en
waterputten waar nog
salamanders in voorkomen
en salamanders behoren
volgens de
Natuurbeschermingswet tot
de beschermde dieren. Die
bescherming is hun niet voor
niets gegeven natuurlijk. Het
betekent dat ze in hun
voortbestaan sterk bedreigd
worden. Bedreigd om velerlei
redenen. Watervervuiling is
wel één van de belangrijkste.
Ruilverkavelingen zetten wei
landen om in bouwland,
drinkputten voor het vee ver
dwijnen meer en meer. Res
tanten landbouwgiften zor
gen voor sloten zonder enig
dierlijk en plantaardig leven.
En dan praten we nog maar
niet over de vangsten van
terrariumhouders; het
gebruik van kikkers in de
„geneeskunst" (kikkerproef),
de wetenschap (de kikker is
een geliefd proefdier) en de
consumptie (waarbij de kikker
letterlijk geproefd wordt)...
De eieren en larven van de
amfibieën lijken vooral in de
beginfase erg veel op elkaar,
alleen kenners dan zokunnen
zien of een „donderkopje"
een larve is van een kikker,
pad of salamander. Het
verdient dan ook aanbeveling
geen kikkervisjes mee naar
huis te nemen. Weliswaar
mogen de kikkervisjes van
bruine en groene kikker wel
gevangen worden, 'maar
vooral vanwege het moeilijke
onderscheid én gezien het
feit dat met name de groene
kikker sterk in aantal
terugloopt is er uit
beschermingsoogpunt maar
één per advies mogelijk: laat
ze met rust! Bestudeer de
ontwikkeling van de kleine
kikkertjes, padjes en
salamandertjes in de natuur
zelf! Dat geeft de beste
garantie om in onze provincie
deze amfibiesoorten te
behouden!
En voor wie ze desondanks
toch vangt: doe er niet te veel
in een fles of pot en gebruik
water uit de sloot of plas
waarin u vangt. Doe wat zand
op de bodem. Ook een klein
takje groen mag niet
ontbreken. De pot niet te
warm zetten en er in ieder
geval voorzorgen dat zodra u
voorpootjes ziet verschijnen
een stukje schors of kurk
aanwezig is waar ze op
kunnen klauteren. Met die
voorpootjes beginnen zich
namelijk ook de longen te
ontwikkelen en de diertjes
moeten dan boven water
adem kunnen halen. Is die
mogelijkheid er niet dan
verdrinken ze onherroepelijk.
En let wel: zodra de visjes het
larvestadium achter de rug
hebben, moeten ze worden
vrijgelaten. Wie dat niet doet
is strafbaar. En dat niet
alleen: hij helpt mee aan het
verdwijnen van deze nuttige
diersoorten. En is dèt wat we
willen?
Deze publikatie werd mede mogelijk gemaakt door: DELTA ELEKTRONIKA B.V. Zierikzee
DENKT U WEL EENS
TOEKOMST
AAN
VAN ONS