NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR ZUID-BEVELAND Ruzie rond de ruilverkavelingen Meester Veswijk zet door 38STE JAARGANG No. 2 18 JUNI 1971 de scheldebode REDACTEUR ADMINISTRATEUR J. M. C. VAN DER PEYL - KRUININGEN MARKT 19 TELEFOON (01130) 1381 GIRO 2 84 25 Abonnementsprijs bij vooruitbetaling f 2,15 per kwartaal Franco per post f 4,40 per halfjaar Advertentieprijs 1-25 mm f 4,50, verder 18 cent per mm Excl. 4 B.T.W. Ingezonden mededelingen dubbel tarief In te zenden vóór woensdag 12 uur Verschijnt des vrijdags UITGAVE DRUKKERIJ F. VAN DER PEYL - KRUININGEN N.V. EEN STRIJD DIE ALTIJD ZAL BLIJVEN: Toen enige tijd geleden begonnen was met de voorbereidingen voor het leggen van een dam in de Oosterschelde ont stond bij een groep natuurminnaars in het zuidwesten deining. Zij ontketenden een aktie om die damleggerij tegen te houden. De argumenten ontleenden zij aan Yerseke en zijn oesters, maar meer nog aan allerlei veronderstelde slechte dingen die zouden gaan gebeuren als de grote zeearm was afgesloten. De dis cussie laaide fel op. Zij doofde echter ta melijk rap uit, toen Rijk waterstaat aan toonde dat door de getij de werking ge noemde zeearm jaarlijks 2 cm zand ver liest. De rijke oogst van Nehallenniaste- nen is niet voor niets daar blootgeko- men. Zij schrokken zich een hoedje, want 2 cm per jaar is veel. Het bete kent dat drjkvallen in het verschiet lig gen en grote gevaren. Conclusie dat gat moet zo gauw mogelijk dicht. Einde van de discussie. Indien alle ruimtelijke vraagstukken zo afdoende konden worden opgelost zou er heel wat minder gekibbel zijn. He laas zijn die problemen vaak dermate veelzijdig, dat men alleen het voor en tegen kan afwegen en zelfs dat kan al leen een deskundige goed. Zo is het ook met vele ruilverkavelingen gesteld. AANVAL VAN NIET-AGRARIERS. Drees jr., nauwelijks in de kamer geko men, hekelde de geldverspilling bij de ruilverkaveling. DS '70 wenst bezuini gingen en terecht, maar de vraag is, of men die hier moet zoeken. De dagblad pers mengde zich er in. De minister gaf zijn visie in de Leeuwarder Courant en die was positief, maar andere bladen, waaronder de Haagse Post, kwamen met heftige kritiek in de trant van: wat kost een boer ons eigenlijk wel? De minister wees vooral op de drie noordelijke provincies. Daar is nl. bijna 180.000 ha in voorbereiding en 210.000 ha is in uitvoering. Die 180.000 ha moet in de komende vijf jaar worden aange pakt. Daarmee is 829 miljoen gulden gemoeid; 346 miljoen is al geïnvesteerd. De minister meende, dat daardoor de „landbouwcapaciteit" (ra, ra, wat is dat?) in het noorden met de helft kon toenemen. En dan is dat noorden weer het beste landbouwgebied van Nederland zoals het voor de oorlog was. Daartegen is well het een en ander aan te voeren. Het klimaat wordt n.l. door herverkave ling ,niet verbeterd en wanneer de mar ges minimaal worden zullen het zuid westen plus noord-Frankrijk toch weer iets beter uit de bus komen wat de ak kerbouwgewassen betreft. Dit staat al van tevoren vast. Alsdan kan men op nieuw vaststellen, dat goed geld naar kwaad geld gegooid is, want omschake len van bouwland naar grasland is, wat cultuurtechniek betreft, doodeenvoudig, maar wat de mens en de gebouwen be treft bijzonder moeilijk Er zat wël een onbetwistbaar goede kant aan 's ministers betoog. Dat was zijn waardering voor het Friese struk- tuurplan. Dit sluit n.l. aan op de na tuurlijke gerichtheid van het grote me rendeel van Frieslands bewoners en op grond en klimaat beide. Visie van drs. Zijlstra. Op de algemene vergadering van de N.C.B.T.B. in Alphen aan de Rijn sneed voorzitter Zijlstra het vraagstuk even eens aan. Hij bestreed het misverstand, dat ruilverkavelingen voor 100% door de overheid betaald zouden worden, hoe wel alleen de landbouwers ervan profi teren. Nu dachten wij, dat iedereen wel wist dat het rijk geen 100% betaalt, maar afgezien daarvan is er op de be groting van dhr. Zijlstra veel aan te merken. Hij vermeldde n.l. dat slechts 34% van de kosten direkt aan de agra rische sektor ten goede komt: de rest is voor wegen (30%) en waterbeheer sing plus recreatie (23%). Indien drs. Zijlstra het ruil verkavelde gebied bij Alphen aan de Rijn bekeken had, zou hij beseft hebben dat er enige bezwaren bestaan tegen deze voorstel ling van zaken. Aldaar (en op tiental len andere plaatsen) hebben de wegen geen enkele betekenis voor het door gaande verkeer en alleen voor de boer. Wat de waterbeheersing betreft idem dito en over recreatie in dit vlakke wei de gebied behoeft men niet eens te spreken. Hier kwam dus vrijwel 100% ten goede aan de boer. Dit zij hem van harte gegund, maar dan moet men ook vlotweg toegeven dat 100 min 35 65 en dat dus 65% subsidie aan de weide- bedrijven is gegeven. Uiteraard zullen ook anderen dit ver schijnsel opmerken en dan zijn er weer vele mudden koren geworpen op de mo len van de ruilverkavelingsbestrijders. Dat is het bezwaar tegen de al te sim pele voorstelling van zaken die drs. Zijl stra gaf. Nieuwe en oude stijl Natuurlijk moet hieraan onmiddellijk toegevoegd worden, dat drs. Zijlstra het oog had op de herverkaveling-nieuwe- stijl. Daarin wordt veelal wel degelijk gedacht aan verkeer en recreatie, aan landschapsbescherming en -verfraaiing. Dan klopt zijn rekensom tamelijk goed. De kwestie is alleen maar, dat de te genstanders méér kijken naar de oude verkaveling. En terecht, want die zijn, wat de beplantingen enz. betreft, te be oordelen op eindresultaat. De meeste herverkavelingen in nieuwe stijl moeten nog groeien en leveren soms een zeer kale aanblik. En kijken we alleen naar de oude herverkavelingen, dan zien we meteen de oude fouten: landbouwwegen, die eigenlijk alleen voor mestkar en kruiwagen geschikt zijn, te klein bedrij ven en te kleine kavels met alle noodlot tige gevolgen daarvan: gebouwen die verouderd zijn en gezinnen die niet rond kunnen komen. De kwestie is, dat wij niet vooruit hebben kunnen zien. De Noordoostpol der, maar even goed de Bommelerwaard of Walcheren, is daarvan het sprekend ste bewijs. We maakten de fouten van onze tijd. Kernvraag is of wij dat nu wéér doen. En omdat niemand die vraag afdoende kan beantwoorden moeten we streven naar flexibele vormen, d.w.z. be drijfsvormen die t.z.t. zonder veel kosten gewijzigd kunnen worden. Eén kemfout staat al bij voorbaat vast. Elk herverkavelingsplan zou moe ten worden voorafgegaan door een land schapsplan. Dit zou uitdrukkelijk moe ten vermelden, welke van de aanwezige natuurelementen (waterlopen, houtwal len, boomgroepen enz.) onaangetast moeten blijven en tevens dat er geplant wordt waar dat kan, vóór aan het gra ven wordt begonnen. Dit is lastig voor de cultuurtechnici en de uitvoerders, maar het landschapsbelang gaat steeds zwaarder wegen. Het komt thans alge meen voor, dat een wegtrajekt al lang klaar ligt, maar dat de boompjes en struiken pas komen als en de verhar ding en de gebouwen van de aan die weg te stichten bedrijven klaar zijn. Dat is te laat. Het moet zó gaan dat een op geleverde herverkaveling de volke ge toond kan worden, zodat ieder welwil lend mens ziet dat doelmatigheid en schoonheid beide toegepast zijn. Of dan de kritiek helemaal zal ver dwijnen Stellig niet. De vraag wat „ons" een boer kost zal nog wel vaak gehoord worden in de hoek die geen re kening heeft gelee-d. Maar die kritiek zal dan minder indruk maken. (Nadruk verboden) W. BOSHUIS VEILIG VAREN IN ZEELAND Aan het begin van het watersportsei zoen heeft de Provinciale raad voor de recreatie in Zeëland een folder met wenken voor watersport en sportvisserij in Zeëland uitgegeven. De folder „Veilig varen in Zeeland" is in de plaats geko men van een uitgave van vorig jaar, diz zich uitsluitend tot sportvissers richtte. Van de zijde van de watersporters be stond vorig jaar grote belangstelling voor de sportvisfolder. Dit is voor de Provinciale raad voor de recreatie aan leiding geweest een nieuwe folder uit te geven, die zowel watersporters als sport vissers aanwijzingen geeft. De thans vervangen sportvisfolder heeft zijn waarde bewezen. Het vorig jaar kon een sterke vermindering van het aantal ongelukken op de Zeeuwse wateren worden genoteerd. Een vermin dering van ongeveer 50% ten opzichte van voorgaande jaren! De snelle toeneming van het aantal botenbezitters maakt voorlichting bij zonder belangrijk. Steeds meer mensen komen op het water zonder dat zij vol doende ervaring hebben. De folder behandelt tal van punten. Zij geeft o.a. aan welke signaal- en hulp middelen men aan boord moet hebben, wat moet worden g?daan in geval van pech, terwijl bovendien wordt ingegaan op de konditie van de boot. Bijzondere aandacht besteedt de fol der aan de Westerschelde. Met klem Wordt er op gewezen, dat de Wester schelde en haar mondingen alleen door ervaren watersporters kunnen worden bevaren. De folder „Veilig varen in Zeeland" is tot stand gekomen met medewerking van de rijkspolitie te water, het loods wezen, de afdeling waterrecreatie van de A.N.W.B., het K.N.W.V., het recrea tieschap „Het Veerse Meer", de Federa tie Deltavissers en de secretaris van de Recreatieraad. De folder wordt op grote schaal ver spreid. Hij is oa. verkrijgbaar bij de V.V.V.'s, watersportverenigingen, jacht havens, horecabedrijven bij watersport- gebieden, de rijkspolitie te water, zeil- scholen, sportvissersbëdrijven, aasver- verkooppunten, havenmeesters. Een deel van de oplaag zal op ruime schaal in België worden verspreid. Zeeland kan zich namelijk verheugen in een grote belangstelling van Bëlgische sportvis sers. VEILIGHEIDSWENKEN VOOR DE ZOMER Aantal ongevallen stijgt in de vakantiemaanden Statistieken wijzen uit, dat het aantal dodelijke ongelukken in ons land in de vakantiemaanden juli en augustus ruim dertig procent hoger ligt dan in de rest van het jaar. Het aantal gewonden stijgt gedurende deze periode metl200(!) boven het maandgemiddelde, dit schrijft het maandblad Het Beste in het juni- nummer. In het betrokken artikel wor den tal van wenken gegeven om de va kantie veilig door te komen. Daar is alle reden toe, want nog steeds zijn velen van mening dat de vijftig weken, die menigeen achter zijn bureau doorbrengt, een goede voorbereiding is voor een ont spannen vakantie. Niets is minder waar en de cijfers wijzen het ook uit. Het verkeer eist meer slachtoffers dan nor maal omdat er veël meer weinig erva ren chauffeurs op de weg zijn, vaak met auto's die overdreven en op ver keerde wijze zijn volgepakt. Dat zo'n wagen totaal anders reageert dan een lege met slechts een man aan boord, wordt maar al te licht vergeten. Daarnaast eist het water veel slacht offers. In juni, juli en augustus 1970 kwamen in ons land 140 mensen door verdrinking om het leven. De televisie cursus die gedurende deze weken door de VARA wordt uitgezonden om kinde ren vroegtijdig de kunst van het zwem men bij te brengen is geen luxe, want 60% van onze bevolking blijkt niet te kunnen zwemmen; dat in een land, waar men sinds eeuwen met het water in gevecht is gewikkeld. In het betrok ken blad worden talrijke tips gegeven voor het zwemmen in zee, meren en ri vieren, en wat men moet doen om men sen uit het water te redden. Wie heeft er bijvoorbeeld bij stilgestaan dat een reservewiel met velg en al in het water gegooid een uitstekende reddingsboei 'blijkt te zijn dat een leven kan redden? Zo staan er nog meer adviezen in het bovengenoemde blad die het verschil tussen leven en dood kunnen betekenen, indien zij in voorkomende gevallen op de juiste wijze worden opgevolgd. Het be treft onder meer de gevaren van zon en hitte; hoe te handelen bij onweer een automobiel blijkt de beste schuilplaats te zijn voedselvergiftiging en de be handeling van insektenbeten komen eveneens aan de orde. Met vakantie gaan, vergt iets meer aandacht, dan het wassen vaji de auto, het bespreken van een hotel en het pakken van een koffer. Met weinig extra moeite kunt u volledig profijt van uw kostbare vakan tieweken hebben. ALLE VRAGEN VOOR DEZE RUBRIEK UITSLUITEND TE ZENDEN AAN: REDACTIE „MET RAAD EN DAAD", MARKT 19, KRUININGEN met bysluiting van een postzegel van 25 cent voor doorzending van uw brief Wy willen u met deze adviezen zo goed mogelijk van dienst zijn en geven zo mogelijk advies op elke vraag. Wy kunnen echter geen aansprakelijkheid aanvaarden voor elders verkregen inlichtingen of gegevens RED. Ver voer s vei gunning. Hoe kan ik in het bezit komen van een eigen ver- voersvergunning U kunt een eigen vervoersvergunning aanvragen bij de Eigen Vervoers Orga nisatie, Stadhouderslaan 162 te 's-Gra- venhage, tel. 070-512201. Roken. Is het juist dat het roken van sigaren en pijpen minder gevaar lijk is dan het roken van sigaretten? Wij zijn dankbaar dat u vraagt of het ro^en van PÜP en sigaar minder gevaar lijk is als het roken van sigaretten, het rookartikel, dat altijd met name ge noemd wordt, misschien wel omdat de sigarettenrokers zo ver in de meerder heid zijn. Maar er zou evengoed nog veel ten antwoord op uw vraag geschre ven kunnen worden, doch op advies van het Ned. Kankerinstituut beperken wij ons tot slechts enkele facetten En dan is wel de belangrijkste dat het inhaleren het meest voorkomt bij de sigaretten roker en het behoeft nauwëlijks betoog dat bij het inhaleren de schadelijke in vloed zich speciaal doet gelden Verder speelt ook de verschillende verbran- dingstemperatuur een rol, t.a.v. het vrij komen van verschillende schadelijke be standdelen, waarbij alweer de schade het grootst is bij de sigaret. Uw vraag zou den wij dan ook in zijn algemene zin bevestigend moeten beantwoorden, hoe wel dit niet inhoudt dat er „geen vuil tje aan de lucht is", want ook de pijp en sigarenroker kan inhaleren en zich te buiten gaan aan abnormaal grote hoeveelheden. Mochten er naar aanlei ding van deze beantwoording nog vra gen overblijven, of nieuwe vragen gere zen zijn, dan zou u zich daarmee ook rechtstreeks kunnen wenden tot het Ned. Kankerinstituut secr. Herengracht 225, Amsterdam. Verzekering. Kunt u mij een adres geven waar ik de inhoud van mijn vries kist kan verzekeren? U kunt de inhoud van uw vrieskist verzekeren bij de verzekeringsmijwaar u ook uw verdere inboedel enz. heeft ver zekerd. De inhoud van uw vrieskist wordt dan gewoon bij de inventaris ge rekend en in de polis opgenomen. Munt. Ik ben in het bezat van een munt uit 1693. Het is vermoedelijk een Spaanse, want het wapen op de voorzij de komt sterk overeen met het wapen op een pesetastuk wat ik heb. Kunt u, aan de hand van bijgaande gegevens, mij nadere informatie over deze munt en zijn waarde geven? Uw munt is een „oord" (in het frans hard, een kwart stuiver) van het her togdom Brabant, dat destijds één van de Spaanse Nederlanden was. De Spaan se koning Carolus n (Karei II) 1665- 1700 was dus tevens hertog van Bra bant, graaf van Vlaanderen, enz. enz. Het opschrift op de voorzijde luidt: Ca- rol(us) II, D(ei) G(ratia), Hisp(aniai rum) et Indiarum Rex, ofwel Karei II, bij de Gratie Gods, Koning (rex) van dé Spanjaarden en de Indiëers. In het mid den staat een vuurslag (een embleem van de Bourgondiërs) tussen de wapens van Oostenrijk, Bourgondië-oud en Bra bant. Op de keerzijde staat Archid(ux), Avst(riae), Dvx Bvrg(undiae), Brab (antiae), Z(=etsetera), ofwel: Aarts hertog van Oostrijk, hertog van Bour- gondië, Brabant, enz. Het wapenschild vertoont de wapens van Spanje, Portu gal en van Oostenrijk-Bourgondië. De waarde van de munt als verzamelobject is, gezien het feit dat hij wat afgesleten is, niet hoger dan 1,1,50, wat niet wegneemt dat het muntgeschied- kundig toch een interessante munt is. door GERRIT FRANSEN 27) Alleen de oude vrouw had het woord gevoerd. En met die was geen zinnig gesprek aan te knopen. Het schuwe vo geltje zelf had hij helemaal niet gezien. Was waarschijnlijk al naar bed. Nogmaals kijkt hij de zaal rond, maar Griet Alfers, de moeder van Greetje is er niet. Zal de oude haar wel verboden hebben. Of laat de dorpse Adat het soms niet toe, dat een ongehuwde moe der de ouderavond bezoekt Wie zal het zeggen. Hanekam is eindelijk uitgesproken. Er klinkt een zwak applausje. De voorzit ter stelt voor een lied te zingen, waar na gepauzeerd wordt om de ouders ge legenheid te geven het werk van de kinderen te bekijken. Evert begeeft zich ook naar zijn klas. Om vier uur heeft hij alles al klaar ge legd op de banken. Natuurlijk de beste schriften. Aan de wand hangen de mooiste tekeningen en op de tafel bij het raam liggen de meest geslaagde handwerkjes der meisjes. Allemaal met een briefje, waarop de naam va,n de vervaardigster staat geschreven, ge speld. Ook van Greetje Alfers ligt een aan tal schriften op haar bank. Ze zit niet meer achteraan in haar eentje, want Evert heeft beslist, dat ze temidden der andere meisjes zit met naast haar de dochter van een keuterboertje, Bep Tor- sius. Bep is een goedige roodharige, oer dom, maar doet verschrikkelijk haar best en dat was voor Evert voldoende om het kind mee te laten gaan naar de vijfde. Misschien helpt de schuchtere Greetje haar nu een beetje. Evert staat ergens in het lokaal, als de ouders binnenstromen. Van Greetje, die prachtig tekent, heeft hij de vier beste resultaten vlak bij de deur aan de wand gehangen. Zelf heeft hij met flin ke letters haar naam eronder gezet. Ie dereen, die binnenkomt, wordt als het ware er met zijn ogen op gedrukt. Wat hij al half en half verwachtte, gebeurt. Verschillende ouders kijken verrast naar de fraaie kleurentekenin gen en wijzen elkander zelfs op details. Maar als ze de naam onderaan gelezen hebben, gaan ze haastig verder, alsof het papier, waarop de tekeningen zijn gemaakt, plotseling besmettelijk is ge worden. Een man en een vrouw komen naar hem toe en hij heeft verder geen gele genheid meer om zich te ergeren. Hij moet ze te woord staan. Als hij een kwartiertje later met meneer en me vrouw Torsius bij de bank van hun dochtertje spreekt over de langzame vorderingen hunner dochter, ziet hij in één oogopslag, dat het stapeltje schrif ten van Greetje niet meer op de bank ligt. Hij kijkt rond en ontdekt het sta peltje in het kastje van de bank. Hoe wel hij inwendig woest is, haalt hij het te voorschijn en legt ze demonstratief terug op de bank. „Een gelukje, me vrouw, dat Greetje Alfers naast uw dochtertje zit. Die kan uitstekend leren en helpt Bep wel eens." Mevrouw Torsius kijkt met een ver achtelijke blik naar de opnieuw neerge legde stapel en snuift. Ze verwaardigt zich niet te antwoorden, maar gaat in de schriften van haar dochter bladeren. Het is Torsius zelf, die de pijnlijke si tuatie redt, door te vragen: „En is uw vrouw al 'n beetje gewend in ons dorp?" Als ha een half uur de laatste ouders weer terug zijn naar de gymnastiekzaal, constateert Evert tot zijn grote woede, dat een der mooie tekeningen van Greetje losgerukt is van de muur en ver frommelt in een hoek ligt. Een tweede tekening is half gescheurd. „Zulke schooiers," sist hij, wit van woede. Voor zichtig strijkt hij het propje glad. Kind, wat zul jij het nog moeilijk krijgen in je leven. En wat kan ik, als éénling tegen dit farizeïsme doen? De avond is voor hem nu volkomen bedorven. Het laatste uurtje, dat door leerlingen van de hoogste klas wordt gevuld, gaat langs hem heen. In ge dachten ziet hij de man of de vrouw, die stiekum Greetj es tekening van de wand scheurde en in elkaar frommelde. Als de voorzitter het amen heeft uit gesproken, wacht Evert met tegenzin tot iedereen een hand heeft gegeven, waarna hij met zijn vrouw naar huis wandëlt. En Dinie bemerkt terstond, dat hij uit zijn humeur is. „Is er wat gebeurd, Evert?" Hij vertelt van de minachtende hou ding van mevrouw Torsius en de afge scheurde tekening. „Dinie, dit is gewoon haat. Als ze konden, zouden ze Greetje gewoon verbieden hier op school te gaan. Dat kind wordt geduld, maar dat is ook alles. En nog geduld met grote tegen zin. Wat zijn dit voor mensen? En die hebben vanavond zitten te zingen van: Hoe zalig is het volk, dat naar uw klan ken hoort; zij wand'len, Heer, in 't licht van 't godd'lijk aanschijn voort Ze drukt zijn arm. Er gebeuren heel wat dingen in dit dorp, die ook haar verontwoordiging hebben gewekt, maar ze spreekt er niet over met haar man. Hij heeft immers aJl genoeg moeilijkhe den op school? „Geef haar maar veel van jou liefde, jongen," zegt ze zacht. „All is ze een onecht kind, ze is gedoopt en zodoende ook een kind van God. Want de doop is Gods levensverzekering." Evert kijkt haar van terzijde verwon derd aan. „Liefje, hoe kom je aan die wijsheid? Ik bedoel van die levensverze kering?" „Dat hoorde ik eens een dominee zeg gen na de doop. Ik ben het nooit ver geten." „Het is in elk geval typerend uitge drukt," antwoordt hij, nadenkend. Thuis maakt Dinie nog een kopje kof fie klaar, terwijl Evert zit te piekeren, hoe hij verandering kan aanbrengen in deze situatie. Maar hij ziet geen oplos sing. Als Dinie de koffie voor hem neerge zet heeft, schiet hem plotseling iets an ders te binnen. „Liefje, heb jij nog wat lekkers in huis? Chocola of iets derge lijks?"

Krantenbank Zeeland

Scheldebode | 1971 | | pagina 1